Gemeenteblad van Bronckhorst
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bronckhorst | Gemeenteblad 2020, 41927 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Bronckhorst | Gemeenteblad 2020, 41927 | Beleidsregels |
Beleidskader sociaal domein 2019-2022
Het beleidskader sociaal domein is op 18 juli 2019 door de raad vastgesteld en bestaat uit vijf inhoudelijke kaders:
Het zesde onderdeel is het transformatieplan, dat breed gaat over de verandering die ingezet moet worden, met een focus op de individuele voorzieningen.
Het collegeprogramma: ‘Gewoon doen! Doet u mee?’ en de regionale visie op het sociaal domein “Samenwerken om elkaar te versterken” vormen de basis voor het beleidskader Sociaal Domein 2019- 2022. De zes uitvoeringsprogramma’s vormen de nadere concretisering van het beleidskader.
Schematisch ziet de opbouw er dan als volg:
De uitvoeringsprogramma’s bevatten lopende activiteiten, reguliere werkzaamheden en nieuw uit te werken beleid en projecten. De opbouw per programma is gelijk, een vast format waarin per focuspunt een uitwerking op de hoofdlijnen van het thema is gemaakt. Dit is de context voor de monitoring van de voortgang op de diverse onderwerpen. Ieder programma heeft een eigen regisseur, en daarmee is er per programma ook een eigen kleuring te zien in de wijze van opstellen.
Uitvoeringsprogramma 1: Gezond en weerbaar
Het is van belang dat elke jeugdige zich naar vermogen optimaal ontwikkelt en dat hij/zij (samen met ouders) hulp of ondersteuning weet te vinden en krijgen als hij/zij hier moeite mee heeft. Dit kan door het inzetten van informele netwerken en ondersteuning of indien nodig het inzetten van jeugdhulp. We gaan in de uitwerking en concretisering van beleidskader 1 vooral inzetten op preventie, vroegsignalering en vroegtijdige interventies in samenspel met het netwerk rondom de jeugdige, zoals ouders, scholen, vrienden en verenigingen.
De hoofdoelen in beleidskaderkader 1 zijn:
Vanuit de hoofdoelen ligt de focus op:
Hier voegen we nog een aantal extra focuspunten aan toe.
Op het gebied van het hoofddoel weerbaarheid jeugdigen en jongeren zijn er veel acties die we in regionaal verband oppakken. Hierbij kunnen we denken aan de beschermingstafel, de expertisetafel, de pilot steungezinnen, etc. Daarnaast is er het regionale transformatieplan jeugd “Binding, perspectief en ondersteuning” 2019 – 2022. Hiervoor krijgen we als Achterhoekse gemeenten gezamenlijk een bijdrage uit het transformatiefonds. Voor de komende jaren ligt de focus op de actielijn “Meer kinderen zo thuis mogelijk laten opgroeien”. Deze bestaat uit twee acties:
Versterking gespecialiseerde ambulante hulp
Het resultaat van deze acties moet zijn:
Het resultaat van deze acties moet zijn:
Diverse werkgroepen werken deze acties uit. Hierin zit o.a. een vertegenwoordiging vanuit de gemeenten (beleidsmedewerkers, uitvoerend medewerkers), zorgaanbieders, pleegouders etc.
De voortgang van de uitwerking van deze acties rapporteren we aan MOSD en PoHo sociaal. Deze zenden we daarna als actieve informatievoorziening naar de raad.
De bovengenoemde acties komen voort uit de focus een stevig vangnet en zo thuis mogelijk opgroeien en dragen bij aan de resultaten a, b, c en e van kader 1 uit het Beleidskader Sociaal Domein Bronckhorst 2019 – 2022 “Gewoon meedoen!”
Daarnaast pakken we lokaal op korte termijn de volgende acties op. (Gedurende de looptijd van het beleidskader ronden we acties af en starten we nieuwe acties op). Het uitvoeringsprogramma is dus een dynamisch document.
1. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren / Jeugd in beweging.
Focus: Preventieve aanpak met ouders en scholen / een stevig vangnet / sport en cultuur voor iedere jeugdige / betrokkenheid bij (eigen) omgeving / normalisering.
De Rijkere Visie op Onderwijs is vastgesteld in november 2017. De uitgangspunten zijn weergegeven in onderstaande afbeelding.
We werken vanuit deze uitgangspunten aan uitvoeringsafspraken. Deze geven richting aan onze samenwerking de komende jaren. De uitvoeringsafspraken geven duidelijkheid over de gezamenlijke inzet van kinderopvang, onderwijs, gemeente, verenigingsleven en andere partners, ten behoeve van de ontwikkeling van het kind. Wie draagt daar op welke manier aan bij? Wat doen we en wat doen we niet meer?
2. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren.
Focus: Preventieve aanpak met ouders en scholen / een stevig vangnet / normaliseren.
We willen het Onderwijs Achterstanden Beleid (OAB) integreren in het sociaal domein. Gemeenten ontvangen van het Rijk middelen voor voorschoolse educatie op de kinderopvang. We stimuleren voorschoolse educatie voor kinderen vanaf 2,5 jaar. Dit om onderwijsachterstanden te voorkomen, vroegtijdig op te sporen en aan te pakken. Bijvoorbeeld op het gebied van taal. Door voorschoolse educatie op de kinderopvang kunnen deze kinderen een betere start maken op de basisschool. We willen in 2020 insteken op de ouderbetrokkenheid. Als ouders thuis extra met hun kind bezig zijn, in aansluiting op wat het kind op de voorschool doet, heeft dit een positief effect op de leerresultaten.
Onderwijs Achterstanden Beleid (OAB) integreren in het Sociaal Domein |
|
Vanuit het rijk komen er jaarlijks middelen beschikbaar voor OAB. Hiermee bieden we voorschoolse en vroegschoolse educatie (VVE) aan. |
We voeren vanaf 2020 het nieuwe gemeentelijk OAB uit. Dan is ook inzichtelijk of er voldoende middelen overblijven om in te steken op ouderbetrokkenheid. Een inventarisatie van de mogelijkheden van inzet op ouderbetrokkenheid samen met consultatiebureau en kinderopvangorganisaties. |
Hiermee werken we aan de resultaten a, b, c en e van kader 1 uit het Beleidskader Sociaal Domein Bronckhorst 2019 – 2022 “Gewoon meedoen! |
De beleidsregels OAB zijn inmiddels vastgesteld en gaan per 1 januari 2020 in. Het uitvoeringsplan gaan we begin 2020 verder concretiseren. |
Via reguliere media, contact/website. Publicatie op overheid.nl. |
|
Aan het vaststellen van de beleidsregels zelf zijn geen kosten/baten verbonden. Wel komt er hiermee duidelijkheid over de besteding van de beschikbare middelen (Rijksbijdrage). Voor 2020 is de rijksbijdrage OAB vastgesteld op € 138.371. Het uitvoeren van de beleidsregels OAB gebeurd budgetneutraal. De mate van ouderbetrokkenheid hangt af van de besteding van de rijksmiddelen aan het uitvoeren van de beleidsregels. |
Er vindt periodiek overleg plaats met consultatiebureau, kinderopvangorganisatie en scholen. De Lokaal Educatieve Agenda is het formele overleg waarin we de aanpak van onderwijsachterstanden bespreken. |
3. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren.
Focus: Preventieve aanpak met ouders en scholen / een stevig vangnet / betrokkenheid bij eigen omgeving / normalisering.
Lokaal is er een werkgroep passend onderwijs. Deze vervult een rol als het erom gaat dat ieder kind de kans krijgt zijn/haar schoolloopbaan zonder belemmeringen te doorlopen en als er belemmeringen zijn dat deze vroegtijdig worden gesignaleerd en in samenhang met partners worden opgelost of aangepakt om hier mee om te gaan. In de werkgroep zijn o.a. vertegenwoordigd de kinderopvang, intern begeleider van school, orthopedagoog, kwaliteitsmedewerker gemeente, en sociaal consulent uit de sociale teams. Dit is een lopende actie waarmee we al gestart zijn en die we in 2020 en verder voortzetten.
Hiermee werken we aan de resultaten a, b, c en e van kader 1 uit het Beleidskader Sociaal Domein Bronckhorst 2019 – 2022 “Gewoon meedoen!”.
Daarnaast geven de sociaal consulenten weerbaarheidstraining aan kinderen uit groep 5/6 en groep 7/8. Dit gaan we ook in 2020 voortzetten. Vanwege het aantal aanmeldingen gaan we het aantal groepen hiervoor uitbreiden vanaf het najaar 2019.
In 2020 starten we met het aanbieden van een KIES-training. Dit is een training om op preventieve werkwijze kinderen in een (v)echtscheidingssituatie te ondersteunen. Twee sociaal consulenten krijgen hiervoor in oktober 2019 een opleiding.
Om de verbinding tussen kinderopvang en sociale teams te versterken en laagdrempelig aanspreekbaar te zijn voor ouders/verzorgers is de sociaal consulent gemiddeld 1 per 2 weken (afhankelijk van de vraag) aanwezig op een aantal locaties van de kinderopvang als aanspreekpunt voor ouders/verzorgers en pedagogisch medewerkers . Hiermee zijn we in 2019 gestart. In 2020 zetten we dit voort en breiden we uit naar meerdere locaties
4. Hoofddoel: Jeugd in beweging.
Focus: Sport en cultuur voor iedere jeugdige / betrokkenheid bij eigen omgeving.
In april 2019 is het Regionaal sportakkoord 2020 – 2030 Achterhoek in beweging vastgesteld door de raad. Voor de resultaten binnen het regionaal sportakkoord Achterhoek in Beweging is steeds samenwerking nodig met verschillende coalities van partners. Achterhoek in beweging brengt de juiste partners bij elkaar, of sluit aan bij door derden geïnitieerde (werk)groepen. Ook wordt steeds gezamenlijk gezocht naar de meest passende wijze van financiering en uitvoering van de activiteiten en interventies. Dit is een dynamisch proces. Focus en kiezen voor de juiste initiatieven is belangrijk.
5. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren / Jeugd in beweging
Focus: Sport en cultuur voor iedere jeugdige / betrokkenheid bij (eigen) omgeving.
In oktober 2018 heeft het college besloten tot het ondertekenen van een intentieverklaring om de werkzaamheden van de Combinatiefunctionarissen te continueren tot en met 2022. De Combinatiefunctionaris maakt de verbinding tussen (basis)onderwijs, cultuur, sport, welzijn, kinderopvang, zorg en het bedrijfsleven. De aanpak van de combinatiefunctionarissen is gericht op aanjagen, faciliteren, intensiveren, samenwerken en initiëren van nieuwe activiteiten. Wat werkt zetten we voort !!
6. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren.
Focus: Een stevig vangnet, betrokkenheid bij (eigen) omgeving, zo thuis mogelijk opgroeien, normaliseren.
In oktober 2018 heef het college besloten de pilot jeugd GGZ POH/SOH met twee jaar te verlengen voor de periode van 1 januari 2019 tot 1 januari 2021. Vanaf 2019 doen alle huisartsenpraktijken in Bronckhorst mee aan deze pilot.
Aanleiding voor de pilot is dat het voor huisartsen niet zo gemakkelijk blijkt om psychosociale- en psychiatrische problematiek bij kinderen en jeugdigen vroegtijdig te onderkennen en daarna adequaat te behandelen of zo nodig gericht te verwijzen. In de huidige situatie hebben huisartsen hier niet altijd voldoende mogelijkheden voor. Of maken zij door onbekendheid nog onvoldoende gebruik van lokale ambulante teams of andere hulp dichtbij huis. Huisartsen verwijzen mede hierdoor vaak rechtstreeks naar specialistische zorg. Het inzetten van een Praktijk Ondersteuner Huisarts jeugd Geestelijk Gezondheidszorg (POH-GGZ) en/of een Specialistische Ondersteuner Kinder- en Jeugdpsychiatrie (SOH-KJP) kan hierop een goed antwoord zijn.
7. Hoofdoel: Weerbaarheid jeugdigen en jongeren.
Focus: Een stevig vangnet, betrokkenheid bij (eigen) omgeving, zo thuis mogelijk opgroeien, normaliseren.
In april 2018 heeft het college besloten regionaal te starten met een pilot steungezinnen. Dit zijn vrijwilligers die zich inzetten om andere overbelaste gezinnen tijdelijk hulp en ondersteuning te bieden. De pilot is gestart in november 2018 en loopt tot november 2020.
Uitvoeringsprogramma 2: Vitaal oud worden
Uitvoeringsprogramma 2 Vitaal oud worden, nu en in de toekomst bestaat uit de volgende hoofddoelen:
Om de hoofd doelen binnen dit uitvoeringsprogramma te kunnen behalen leggen we de focus op een aantal speerpunten. Deze verschillende thema’s bevinden zich stuk voor stuk in andere beleidsfases. Een aantal zijn al gedeeltelijk geïmplementeerd en andere nog in voorbereiding. Ieder thema wordt dit nader beschreven. Er wordt verder ingegaan op de activiteiten en of de benodigde inzet, de beleidsfase, welke samenwerkingspartners nodig zijn en/of betrokken zijn etc. De thema’s waar binnen dit uitvoeringsprogramma focus op ligt zijn:
Hieronder volgt een uitwerking per focuspunt:
A. Technologie als steunsysteem
Technologie in de zorg heeft de potentie bij te kunnen dragen aan de kloof die dreigt te ontstaan tussen het aantal zorgvragen in relatie tot afname van de beroepsbevolking. Technologie kan een positieve bijdrage leveren aan de kwaliteit van de zorg en de zelfredzaamheid van hulpbehoevenden. Daarnaast dienen we rekening te houden met de opkomst van de zogenaamde ‘nieuwe oudere ’die steeds meer zelf wil bepalen hoe en wanneer zij zorg krijgen.
B. Voorkoming en bestrijding van eenzaamheid
Eenzaamheid is het niet verbonden voelen. Mensen die last hebben van eenzaamheid ervaren een gemis aan een hechte, emotionele band met anderen. Of hebben minder sociale relaties dan ze wensen. Eenzaamheid is een persoonlijke ervaring. Het is niet aan mensen te zien of zij zich eenzaam voelen. Eenzaamheid is niet hetzelfde als alleen zijn, het valt wel regelmatig samen. Binnen de gemeente Bronckhorst is 39% van de inwoners eenzaam. 33% is matig eenzaam en 6% zeer ernstig eenzaam Ons beleid is erop gericht om het percentage inwoners binnen de gemeente Bronckhorst die zich ernstig eenzaam voelen terug te dringen. Hiervoor worden onderstaande activiteiten ingezet.
De toenemende technologische ontwikkelingen en de online informatiestroom vraagt steeds meer aan digitale vaardigheden van onze inwoners om volwaardig mee te kunnen blijven doen. Steeds meer informatie is alleen langs digitale weg beschikbaar. Geringe digitale vaardigheden kunnen mensen in sommige gevallen op achterstand zetten omdat ze de toegang missen tot relevante informatie of communicatiemogelijkheden om met anderen in contact te komen. Ook het gebruik van zorg technologische oplossingen vergen digitale vaardigheden. De gemeente Bronckhorst streeft naar een inclusieve samenleving (programma). In dat kader is het van belang voldoende aandacht te hebben voor de digitale vaardigheid van onze inwoners en hen mogelijkheden bieden om digitale vaardigheden te ontwikkelen.
D. Dementievriendelijke gemeente (motie van de raad)
De gemeente Bronckhorst heeft te maken met een sterk vergrijzende samenleving en dit zal in de komende jaren enkel maar toenemen. Als gevolg van deze vergrijzing zal het aantal mensen met dementie binnen de gemeente Bronckhorst fors stijgen. In een dementievriendelijke gemeente kunnen mensen met dementie zo normaal mogelijk deel blijven uitmaken van de samenleving. De gemeente Bronckhorst wil zich ontwikkelen tot een dementievriendelijke gemeente waarin mensen met dementie van betekenis blijven. Er is begrip voor mensen met dementie en hun naasten. In een dementievriendelijke omgeving wordt dementie herkend en men weet ermee om te gaan. We werken aan het doorbreken van taboes en/of stigmatisering. Alleen als het taboe doorbroken wordt kunnen mensen die leven met dementie zich volwaardig mens blijven voelen en wordt voorkomen dat mensen in een isolement geraken. Een samenleving waarin ze iets mogen vergeten en worden thuisgebracht als ze verdwalen. Waarin ze zo lang mogelijk deel kunnen nemen aan het verenigingsleven en andere activiteiten.
Via verschillende trajecten is met inwoners gesproken over wat zij belangrijk vinden voor de leefbaarheid en toekomst van Bronckhorst. Via het inwonerpanel ‘Bronckhorst Spreekt’ hebben ruim 1.000 inwoners een vragenlijst ingevuld. In juli 2019 is de lokale woonvisie ‘Ruimte voor wonen in Bronckhorst’, door de raad vastgesteld. Deze woonvisie is integraal tot stand gekomen en uiteraard kent deze woonvisie raakvlakken met het sociaal domein. De vergrijzing speelt een rol bij de specifieke behoefte aan woonvormen van de toekomst. Daarnaast hebben we te maken met een “nieuwe generatie” ouderen. De grootste verschillen zitten in het opleidingsniveau, rijbewijsbezit, blijven werken, blijven sporten, ontmoeten en uitgaan. Er bestaat meer behoefte dan vroeger aan diversiteit en keuzemogelijkheden. In onderstaande tabel enkel een inventarisatie van activiteiten die enig raakvlak hebben met het sociaal domein. Voor een compleet beeld verwijs ik in deze door naar de lokale woonvisie.
F. Leefstijl mensen met een lage SES of ongezonde leefstijl, preventie in zijn algemeenheid
We streven ernaar dat alle inwoners (met of zonder beperking) meedoen en dat zoveel mogelijk doen binnen de “reguliere” voorzieningen. Inwoners zijn zelf verantwoordelijk voor een gezonde leefstijl.
Een deel van de inwoners heeft echter op enig moment meer nodig, begeleiding en ondersteuning om mee te blijven doen en de regie op het eigen leven te houden. Een kleinere groep heeft intensievere vormen van ondersteuning nodig. De grootste uitdaging op dit terrein is de versterking van inwoners zelf door preventie en de inzet van algemeen toegankelijke voorzieningen.
G. Dubbele vergrijzing (druk op de Wmo/arbeidsmarkt etc.)
De vergrijzing neemt op twee manieren toe. Enerzijds neemt het aantal ouderen toe (als gevolg van de babyboom na de Tweede Wereldoorlog) en anderzijds komt de gemiddelde leeftijd steeds hoger te liggen omdat de gemiddelde leeftijd steeds hoger wordt. De toename van de vergrijzing leidt tot een toename van hulpvragen. Mensen hebben vaak langdurig hulp en ondersteuning nodig. Tegelijkertijd zien we een druk op de arbeidsmarkt ontstaan omdat de beroepsbevolking krimpt. Eén en ander heeft ook zijn effect binnen het sociaal domein waar rekening mee gehouden dient te worden.
H. Chronisch zieken (vanwege effect op zorg en ondersteuning)
De groep chronisch zieken is erg divers. Zoveel overeenkomsten chronisch zieken hebben, zoveel verschillen zijn er ook. Er bestaan honderden chronische aandoeningen. Sommige aandoeningen zijn latent aanwezig en andere kunnen een leven beheersen. Er kunnen perioden bestaan met enige verbetering maar kenmerkend voor een chronische aandoening is dat deze blijvend is.
In de Wet maatschappelijke ondersteuning is geregeld dat chronisch zieken hulp en ondersteuning krijgen om zo zelfstandig mogelijk thuis te kunnen blijven wonen. |
|
I. Mensen met psychische problematiek (somberheid/depressie, stress jonge vrouwen)
Iedereen is wel eens somber, gespannen of zit een tijd minder lekker in zijn vel. Iedereen maakt dingen mee die schokkend of verdrietig zijn of woede opwekken. Dit kan leiden tot slapeloosheid, angst of piekeren. De meeste mensen komen daar met behulp van vrienden en familie doorheen. Maar soms is er meer nodig en zijn de klachten langdurig en ernstiger.
J. Jeugd/jongeren (tot 30 jaar de basis op orde)
Van de één op de andere dag bestempelt de wet een jongere als volwassenen. Jongeren tussen de 16 en en 30 jaar die niet in staat zijn om zelfstandig met steun van hun eigen netwerk volwassen te worden, hebben speciale aandacht nodig. Jongeren die buiten beeld zijn, omdat zij geen door de overheid bekostigd onderwijs volgen, niet aan het werk zijn en niet in beeld zijn bij het UWV. Probleemjongeren, jongeren met meervoudige persoonlijke en ontwikkelingsproblemen waardoor zij aan de rand van de maatschappij dreigen te raken.
Voortijdig schoolverlaters, jongeren die geen startkwalificatie hebben behaald hebben extra aandacht nodig om de overgang naar volwassenheid soepel te kunnen maken.
Uitvoeringsprogramma 3: Bronckhorst inclusief
Uitwerking inclusieve gemeente Bronckhorst
Iedereen voelt zich thuis en kan meedoen in Bronckhorst
Uitvoering VN verdrag Handicap
Bronckhorst moet een plek zijn waar iedere inwoner zich thuis voelt en waar geen belemmeringen zijn voor zelfontplooiing en zelfredzaamheid. We geven uitvoering aan het VN-verdrag voor de rechten van personen met een beperking en stellen een uitvoeringagenda voor het VN-verdrag Handicap voor Bronckhorst op met als doel de positie van inwoners met een beperking te verbeteren. We werken vanuit het credo in het VN verdrag ‘Niets over ons, zonder ons’.
We bespreken met ervaringsdeskundigen hoe te bewerkstelligen dat inwoners met een chronische ziekte zich volwaardig deelnemer van de samenleving voelen. We realiseren een inclusieve gemeente waarbij de drempels die inwoners met een beperking ervaren worden weggenomen. |
• uitvoeren nulmeting lokaal beleid en plan van aanpak ervaren knelpunten met ervaringsdeskundigen, ondernemers, instellingen • opstellen uitvoeringsagenda VN-verdrag Handicap Bronckhorst |
Het resultaat is gekoppeld aan het beoogd resultaat 3a uit het beleidskader: Inwoners met een beperking ervaren geen belemmeringen om deel te nemen aan het sociaal verkeer, aan sport- of anders voorzieningen. |
2019 uitvoeren nulmeting lokaal beleid 2019 opstellen plan van aanpak 2020 opstellen lokale inclusieagenda en de raad een voorstel doen voor een inclusiebeleid op hoofdlijnen |
Via reguliere media, Contact/website en www.officielebekendmakingen.nl |
|
• Het uitvoeren van de nulmeting en het in beeld brengen van de knelpunten wordt door een extern bureau uitgevoerd. De kosten hiervoor zijn geraamd op € 6.000,-- tot € 8.000,-. • De kosten van het oplossen van de knelpunten zijn op dit moment nog niet bekend. |
Vanaf 2020 wordt jaarlijks de voortgang van het oplossen van de knelpunten gemonitord. |
Bronckhorst heeft uitgesproken een regenbooggemeente te willen zijn. We zetten ons in voor de sociale acceptatie, veiligheid en zichtbaarheid van LHBT+’ers in Bronckhorst. We geven invulling aan Bronckhorst regenbooggemeente door regelmatig aandacht te besteden dit thema in Contact en in gesprek te gaan met inwoners uit de LHBT+-groep. We hebben samen met een aantal regiogemeenten een een contract met een antidiscriminatiebureau waar meldingen van inwoners geregistreerd worden en waar inwoners geadviseerd en bijgestaan worden bij ervaren discriminatie o.a. op het gebied van seksuele gerichtheid en geslacht. Jaarlijks besteden we aandacht aan Coming Out day (11 oktober): de dag dat aandacht besteed wordt aan het moment dat een homo, lesbienne, biseksueel of transgender (LHBT) openlijk voor zijn of haar seksuele voorkeur uitkomt.
Bronckhorst inclusief algemeen
Bronckhorst moet een plek zijn waar iedere inwoner zich thuis voelt. Er zijn geen belemmeringen voor zelfontplooiing en zelfredzaamheid.
Werk is een belangrijke basis voor een sociaal netwerk en een gevoel van zelfredzaamheid. Ongeacht achtergrond of beperking werken inwoners aan hun ontwikkeling en participeren zij naar vermogen.
Zelfstandig betaald werk is echter niet voor iedereen haalbaar.
Dit kader heeft een link met kader 5: Iedereen een stevige basis; bestrijding en voorkoming van armoede. Net als in kader 5 is het doel ‘Iedereen op de werkvloer’ te krijgen. Onder kader 3 vallen echter alleen die inwoners die met structurele ondersteuning en begeleiding (betaald) kunnen werken (dit is trede 5 van de participatieladder).
Participatie en integratie statushouders
Bronckhorst moet een plek zijn waar iedereen zich thuis voelt. Ongeacht achtergrond zijn inwoners van Bronckhorst actief in de samenleving. Werk is een belangrijke basis voor een sociaal netwerk en een gevoel van zelfredzaamheid. Toeleiding naar (betaald) werk is een vanzelfsprekendheid en het is ieders verantwoordelijk om daar waar mogelijk zelf een bijdrage te leveren. Niet alle statushouders zijn hiertoe in staat. De statushouders waarbij sprake is van een langer integratietraject of die blijvend een vorm van begeleiding en ondersteuning nodig zullen hebben hierbij vallen onder dit kader. Die statushouders die in potentie de vaardigheden kunnen ontwikkelen om aan (zelfstandig) betaald werk te komen vallen onder kader 5. De activiteiten onder de kaders 3 en kunnen gelijk zijn, alleen hebben zij een andere doelgroep.
Uitvoeringsprogramma 4: Zo doen we dat
Op het gebied van het hoofddoel ‘Normalisering ondersteuning en hulp voor jeugd en volwassenen, onze inwoners!’ zijn er acties die we in regionaal en lokaal verband oppakken. Hierbij kunnen we denken aan de activiteiten vanuit diverse (vrijwillige) zorgorganisaties en vanuit de sociale teams. We werken aan een betere samenwerking tussen deze organisaties het opzetten van platforms en laagdrempelige zorg.
Het Hoofdoel Samen wonen, Noaberschap nieuwe stijl. Inclusieve samenleving kent eveneens al diverse ontwikkelingen, hierbij denken we aan de inzet van de gebiedsambtenaren en de combinatiefunctionarissen. Mantelzorg is een specifiek aandachtpunt binnen dit hoofddoel.
4.2 Normalisering’ ondersteuning en hulp voor jeugd en volwassenen, onze inwoners!
4.3 Samen wonen, Noaberschap nieuwe stijl
Uitvoeringsprogramma 5: Iedereen een stevige basis
De hoofdoelen in kader 5 zijn:
Vanuit de hoofdoelen ligt de focus op:
We voegen 1 focuspunt toe vanuit het programmaplan
Daarnaast voegen we nog 1 focuspunt toe:
De activiteiten in kader 5 sluiten aan op de activiteiten van kader 3. In tegenstelling tot de doelgroep in kader 3 waarbij betaald werk met ondersteuning het hoogst haalbare is (Wsw en nieuw beschut werk), kan de doelgroep in kader 5 economisch zelfredzaam worden. Zij zijn op de participatieladder op weg naar trede 6: regulier werk. Om zover te komen hebben zij wel begeleiding nodig. Maar eenmaal werkend hebben zij vaak geen begeleiding of alleen kortdurende begeleiding nodig. Kader 5 richt zich ook op de problemen waar deze doelgroep mee te maken heeft en de activiteiten zijn erop gericht deze problemen/beperkingen te verminderen. Beperkingen waar zij mee te maken hebben zijn: laaggeletterdheid, taalachterstand, cultuur verschil, taalbarrière, chronische armoede, problematische schulden, en/of huiselijk geweld.
Het uitgangspunt voor ons integraal participatiebeleid is het gericht ondersteunen van inwoners zodat ze optimaal kunnen meedoen in de samenleving. Het principe van één huishouden, één plan moet bevorderen dat hulpverleners met elkaar een gemeenschappelijk doel nastreven. Het heeft weinig nut in te zetten op arbeidsparticipatie als problemen op andere leefgebieden niet worden aangepakt: Een stevige basis voor iedere inwoner.
Algemene aanpak reïntegratie: focus op werk, werk, werk
Alle maatregelen en activiteiten zijn erop gericht cliënten waar mogelijk direct naar regulier betaald werk te begeleiden. Als dat nog niet kan ondersteunen wij met het vinden van passende scholing, werkervaringsplekken of stage.
Werkgevers Service Punt Achterhoek (WSPA)
In de arbeidsmarkt regio Achterhoek werkt Bronckhorst onder meer samen in het WSPA met de gemeente Montferland, Sociale Dienst Oost Achterhoek, Laborijn en het UWV. Door het WSPA worden contacten met werkgevers op elkaar afgestemd en een werkaanbod voor werkzoekenden gerealiseerd waarbij rekening wordt gehouden met de diverse doelgroepen van de gemeenten en het UWV.
Op het gebied van het hoofddoel toeleiding naar werk voorop zijn er acties die we in regionaal en lokaal verband oppakken. Acties vanuit het Werkgeversservicepunt (regionaal) en vanuit de sociale teams (lokaal) zijn: We werken aan een betere aansluiting van onderwijs op de arbeidsmarkt door onderwijs en ondernemers te betrekken bij het opzetten van reintegratie trajecten. Daarnaast werken we aan betere contacten met werkgevers door de inzet van accountmanagers (lokaal), het Werkgeversservicepunt (regionaal) en de sociale teams (lokaal). Door deze inzet worden de contacten met werkgevers geïntensiveerd.
Generatie op generatie armoede
Armoede komt vaak generaties achtereen voor in gezinnen. Dit noemen we generatie op generatie armoede. Omdat armoede isolerend werkt en het meedoen van onze inwoners belemmert willen we deze generatie armoede doorbreken in de huidige generatie. Een gezinsaanpak is daarbij essentieel. Dit is in lijn met onze huidige werkwijze 1 gezien 1 plan. Kinderen hebben letterlijk de toekomst. Door in hen en hun gezin te investeren willen we zorgen dat zij wél mee doen en daardoor voelen dat ze meetellen. Door in het hele gezin te investeren en ouders te ondersteunen bij het vinden van werk of bij het behalen van een goede startkwalificatie voor ouders en/of de kinderen zorgen we dat een gezin meer draagkracht krijgt en een opgroeiend kind een betere basis krijgt. We hebben aandacht voor voortijdig schoolverlaters, huiselijk geweld, laaggeletterdheid etc. We willen meer samenwerken en verwijzen naar fondsen die vanuit middelen van het rijk en particuliere middelen kinderen met voorzieningen in natura ondersteunen. We sluiten hierbij aan bij het plan van aanpak Gelijke kansen voor alle kinderen (november 2017) dat het college heeft vastgesteld naar aanleiding van de motie van de gemeenteraad (november 2016). Daarnaast blijven we investeren in het vroeg opsporen van problematische schulden omdat ondersteuning bij het oplossen hiervan verdere escalatie van (gezins)problematiek voorkomt. Wil je duurzaam investeren in een kind. Dan investeer je in het hele gezin. Zo investeren we in de toekomst.
Omdat de inburgering van statushouders essentieel is om economisch zelfredzaam te worden pakken we vooruitlopen op de nieuwe wet inburgering meer de regie op inburgering. De regie op inburgering wordt vanaf 2021 met de nieuwe wet inburgering bij gemeenten gelegd. Hierdoor zullen we inburgeraars een stevigere basis geven waardoor ze meer kans hebben op economische zelfredzaamheid.
5.1 Toeleiding naar werk voorop
5.2. Wegnemen en voorkomen belemmeringen
Uitvoeringsprogramma 6: Transformatieplan
De decentralisatie van vele zorgtaken naar de gemeente biedt een kans om terug te keren naar de bedoeling van al deze regelingen: Goede zorg voor wie dat nodig heeft om zo weer zo veel mogelijk op eigen kracht mee te kunnen doen in de samenleving. Als Bronckhorst hebben we daar al belangrijke stappen in gezet, samen met de omliggende gemeenten. Met extra inzet en focus willen we de komende jaren dit veranderingsproces doorzetten. Dat doen we langs de principes zoals beschreven in het beleidskader ‘Gewoon Meedoen’:
In het beleidskader is dit uitgewerkt in een aantal maatregelen. Samengevat zit de focus van de transformatie voor Bronckhorst op:
Onderstaand volgen structuur- en andere aanpassingen die zijn opgenomen in het beleidskader en die leiden tot slimmer, effectiever en goedkoper. Een deel is direct opgepakt of op korte termijn op te pakken, een ander deel is complexer, bijvoorbeeld omdat het gekoppeld is aan regionale afspraken. Het is lastig om de opbrengsten in te schatten. Om wel een indicatie te hebben doen we waar mogelijk een grove schatting. Deze monitoren we in de tijd en rapporteren over de voortgang.
A: Maatregelen rond inkoop en uitvoering professionele zorg
B: Maatregelen rond Toegang/sociaal team
C: Aanpassing Werkwijze/bedrijfsvoering
In de begroting 2020 zijn de volgende indicatoren opgenomen om het komende jaar te monitoren voor het sociaal domein:
In totaal zijn de volgende indicatoren in beeld om de komende jaren te volgen. De onderliggende gegevens worden nu verzameld om als dashboard te kunnen volgen per programma. Hierover volgt voor eind 2019 overleg per portefeuillehouder.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-41927.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.