Wijzigingen Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Assen 2016

Besluit van de raad van de gemeente Assen tot wijziging van de Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Assen 2016

De raad van de gemeente Assen gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders gelet op de artikelen 2.1.3, 2.1.4, eerste tot en met derde lid, en zesde lid, 2.1.4a, eerste, tweede, en zesde lid, 2.1.4b, tweede lid, 2.1.5, eerste lid, en 2.6.6, eerste lid, van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 5.4 van het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015;

besluit:

 

Artikel I Wijziging verordening

De Verordening maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp gemeente Assen 2016 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1 komt de begripsbepaling ‘bijdrage’ te luiden: ‘bijdrage als bedoeld in de artikelen 2.1.4 en 2.1.4a van de Wmo en artikel 8.2.1. van de Jeugdwet;’.

B

Artikel 9, tweede lid, onder b, en derde lid, onder b, c en e komen te luiden:

 

Artikel 9. Persoonsgebonden budget

2. b. Begeleiding onder de hoofdresultaten Z1 t/m Z4, M4 en M5 € 45,- per uur.

3. b. Begeleiding onder de hoofdresultaten Z1 t/m Z4, M4 en M5 € 20,- per uur.

c. Dagbesteding onder de hoofdresultaten M1, M2, M3 € 20,- per dagdeel.

e. Beschermd wonen onder het hoofdresultaat V2 Veilig wonen, 65% van het pgb-tarief.

 

Artikel 10 komt te luiden:

 

Artikel 10. Bijdrage in de kosten van maatwerkvoorzieningen of pgb’s en bij verordening aangewezen algemene voorzieningen

 

  • 1.

    Een cliënt is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor een maatwerkvoorziening of pgb, zolang de cliënt van de maatwerkvoorziening gebruik maakt of gedurende de periode waarvoor het pgb wordt verstrekt.

  • 2.

    De bij verordening aangewezen algemene voorziening is: Algemene voorziening schoonmaak.

  • 3.

    Een cliënt is een bijdrage in de kosten verschuldigd voor een bij verordening aangewezen algemene voorziening zolang de cliënt van deze voorziening gebruik kan maken.

  • 4.

    De bijdragen voor maatwerkvoorzieningen of pgb en voor bij verordening aangewezen algemene voorzieningen, zijn gelijk aan de kostprijs, tot aan ten hoogste € 19,- per maand voor de ongehuwde cliënt of de gehuwde cliënten tezamen

  • 5.

    In afwijking van het eerste lid is geen bijdrage verschuldigd voor de volgende maatwerkvoorzieningen:

    • 1.

      huurderving;

    • 2.

      tijdelijke huisvesting;

    • 3.

      collectief vervoer;

    • 4.

      onderhoud, en

    • 5.

      reparatie en keuring van woon- en vervoersvoorzieningen in natura.

  • 6.

    Voor de maatwerkvoorziening collectief vervoer is een cliënt een reizigersbijdrage verschuldigd ter hoogte van het voltarief voor het reizen met de OV-chipkaart in de bus in Drenthe en Groningen.

  • 7.

    De kostprijs van een:

    • 1.

      maatwerkvoorziening of bij verordening aangewezen algemene voorziening wordt bepaald door een aanbesteding, na consultatie in de markt of na overleg met de aanbieder;

    • 2.

      maatwerkvoorziening in de vorm van een hulpmiddel of woningaanpassing wordt tevens bepaald door de wijze van beschikbaarstelling van de voorziening, en

    • 3.

      pgb is gelijk aan de hoogte van het pgb.

  • 8.

    De bijdrage voor een maatwerkvoorziening of pgb ten behoeve van een woningaanpassing voor een minderjarige cliënt is verschuldigd door de onderhoudsplichtige ouders, daaronder begrepen degene tegen wie een op artikel 394 van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gegrond verzoek is toegewezen, en degene die anders dan als ouder samen met de ouder het gezag uitoefent over een cliënt.

 

Artikel 12 komt te luiden:

 

Artikel 12. Algemene voorziening schoonmaak

  • 1.

    Overeenkomstig artikel 2.1.4a van de wet geldt voor het gebruik van de Algemene voorziening schoonmaak een eigen bijdrage ter hoogte van het abonnementstarief.

  • 2.

    Indien een cliënt meent dat de algemene voorziening met het oog op zijn beperkingen geen passende oplossing biedt, dan beoordeelt het college of hij in aanmerking komt voor een maatwerkvoorziening.

 

Artikel 19, tweede lid en derde lid, wordt als volgt gewijzigd:

 

Artikel 19. Persoonsgebonden budget

In het tweede lid na ‘Begeleiding onder de hoofdresultaten Z1’ vervalt ‘A en B’, en;

In het derde lid wordt ‘€ 29,-’ vervangen door ‘€ 20,-’.

 

Artikel II Wijziging toelichting

 

  • A.

    De toelichting van artikel 10 komt te luiden:

Bijdrage in de kosten van maatwerkvoorzieningen of pgb’s en bij verordening aangewezen algemene voorzieningen

Wanneer de gemeente ervoor kiest om een eigen bijdrage te heffen, geldt voor maatwerkvoorzieningen en pgb’s en bij verordening aangewezen algemene voorzieningen het abonnementstarief van in totaal maximaal € 19,- per maand. Het CAK stelt de eigen bijdrage vast en int deze.

In het vijfde lid is vastgelegd voor welke maatwerkvoorzieningen geen bijdrage is verschuldigd.

In het zevende lid is uiteengezet hoe de kostprijs van een voorziening tot stand komt.

In het achtste lid is uitgewerkt dat op grond van artikel 2.1.5 Wmo bij verordening kan worden bepaald dat voor een woningaanpassing ten behoeve van een minderjarige een bijdrage in de kosten wordt opgelegd aan de ouders.

 

B. De toelichting van artikel 12 komt te luiden:

Algemene voorziening schoonmaak

De CRvB heeft geoordeeld dat hulp bij het huishouden een gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Gemeenten mogen hulp bij het huishouden aanbieden als een algemene voorziening als ze aan een aantal voorwaarden voldoen (CRvB 18-05-2016, ECLI:CRVB:2016:1402/1403/1404). Eén van de voorwaarden is dat de grondslag voor de kosten, de eigen bijdrage en een eventuele korting in de verordening is vastgelegd.

Voor de AVS geldt het abonnementstarief van € 19,- per maand.

 

  • C.

    De toelichting van artikel 13 komt te luiden: ‘vervallen’. 

 

  • D.

    De toelichting van Hoofdstuk 5 wordt als volgt hernummerd:

Artikel 16 Voorwaarden en weigeringsgronden voor individuele voorzieningen, wordt hernummerd naar artikel 17;

 

Artikel 17 Beschikking, wordt hernummerd naar artikel 18;

 

Artikel 18 Persoonsgebonden budget, wordt hernummerd naar artikel 19, en

 

Artikel 19 Vertrouwenspersoon, wordt hernummerd naar artikel 20.

 

Artikel III Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 december 2019.

de voorzitter,

de griffier,

Betreft nieuwe publicatie ivm eerdere incorrecte publicatie van de wijzigingen.

Naar boven