Gemeenteblad van Rotterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2020, 39998 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Rotterdam | Gemeenteblad 2020, 39998 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam houdende regels omtrent onderwijsbeleid (Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2020-2021)
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van de concerndirecteur Maatschappelijke Ontwikkeling van 4 februari 2020, 20MO00170;
gelet op de artikelen 3, 4, 6, 7, 13 en 14 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;
overwegende, dat het wenselijk is een Subsidieregeling vast te stellen, ter uitvoering van het Rotterdams onderwijsbeleid 2019-2022 Gelijke Kansen voor elk talent;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
Het bepaalde in deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 3 bedoelde activiteiten en doelgroepen.
Artikel 5 Berekening van uurtarieven
Bij het hanteren van uurtarieven in het kader van het beoordelen van de aanvraag worden de volgende standaardberekeningswijzen toegepast:
Voor de toepassing van deze subsidieregeling geldt voor de periode van 1 augustus 2020 tot en met 21 juli 2021 een subsidieplafond van in totaal € 44.330.000. Dit bedrag is onder voorbehoud van de jaarlijkse goedkeuring van de begroting door de gemeenteraad van Rotterdam en onder voorbehoud van verkrijging van middelen van het Rijk. Het subsidieplafond bestaat uit de volgende deelplafonds:
De mogelijkheid tot het indienen van subsidieaanvragen ten behoeve van Zij-instroom en opscholing onderwijsassistenten kan opnieuw worden opengesteld als na afhandeling van alle subsidieaanvragen die zijn ingediend tot en met 1 mei 2020, inclusief aanvragen waarvoor uitstel is verleend, het subsidieplafond van de onderdelen Zij-instroom en opscholing onderwijsassistenten, Werkdruk, ontzorgen, starters en stagiairs en Anders organiseren, innoveren en ruimte directies nog niet is bereikt.
Artikel 7 Wijze van verdeling en hoogte van de subsidie
De diverse subsidies worden verdeeld op basis van de methodieken, bedoeld in bijlage 2 en 3 bij deze regeling.
Hoofdstuk 2 Generieke subsidie
Het schoolontwikkelingsbudget is een generieke subsidie voor concrete activiteiten en maatregelen, die bijdragen aan het vergroten van kansengelijkheid zoals beschreven in het onderwijsbeleid ‘Gelijke kansen voor elk talent’ en draagt bij aan één of meerdere van de volgende thema’s:
Onverminderd artikel 12 van de SVR 2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van schoolontwikkeling de volgende verplichtingen:
indien middelen beschikbaar voor scholen in groep 2 ingezet worden op scholen in groep 1, worden deze middelen ingezet voor extra activiteiten gericht op verhoging van de schoolprestaties en verbetering van de schoolresultaten en daarmee het verkleinen van schoolverschillen om boven de ondergrens po of norm vo te komen;
Hoofdstuk 3 Specifieke subsidies
Artikel 12 Burgerschapsinitiatieven en deskundigheidsbevordering burgerschap
De subsidie Burgerschapsinitiatieven en deskundigheidsbevordering burgerschap is voor ondersteuning aan kleinschalige burgerschapsinitiatieven die bijdragen aan de Rotterdamse Werkwijze Democratisch Burgerschap op Rotterdamse scholen en vve-instellingen of is voor projecten en initiatieven die bijdragen aan deskundigheidsbevordering van leraren en overige onderwijsprofessionals met als doel van leerlingen democratische Rotterdammers te maken. Er wordt naar gestreefd dat iedere school een veilige oefenplaats is voor democratisch burgerschap.
Artikel 13 Zij-instroom en opscholing onderwijsassistenten
De subsidie Zij-instroom en opscholing onderwijsassistenten is voor het stimuleren van zij-instroom en opscholen van onderwijsassistenten om de druk op de Rotterdamse arbeidsmarkt te verlichten en de diversiteit binnen teams te vergroten. De subsidie kan worden aangevraagd voor zowel het zij-instroom in beroeptraject, voor zij-instromers die een deeltijd of een duale opleiding volgen, als voor onderwijsassistenten die instromen in de lerarenopleiding of de pabo.
Artikel 14 Werkdruk, ontzorgen, starters en stagiairs
De subsidie Werkdruk, ontzorgen, starters en stagiairs is voor ondersteuning aan initiatieven ten behoeve van begeleiding van startende docenten of stagiairs of ten behoeve van werkdrukvermindering. Deze initiatieven stellen de startende docenten en stagiairs in staat zich beter te richten op hun kerntaken of dragen bij aan een goede start van leraren en stagiairs in hun onderwijsloopbaan.
Artikel 15 Anders organiseren, innoveren en ruimte directies
De subsidie Anders organiseren, innoveren en ruimte directies is ter ondersteuning van de ontwikkeling en uitvoering van projecten voor de actielijn ‘anders organiseren van de lerarenaanpak’, ter stimulering van experimenten en pilots, die op de lange termijn bijdragen aan een andere opbouw van de organisatie of die bijdragen aan het duurzaam aantrekkelijk maken van het beroep van leraar en ter versterking van de inzet van directies voor de ontwikkeling en uitvoering van deze initiatieven.
Artikel 16 Rotterdamse lerarenbeurs
De subsidie Rotterdamse lerarenbeurs is voor het stimuleren van het beste onderwijs in Rotterdam door medewerkers, die bij de uitoefening van hun beroep direct bijdragen aan de bevordering van het leerproces, te ondersteunen in hun ontwikkeling en hun te boeien en binden aan het uitoefenen van hun vak in Rotterdam.
Onverminderd artikel 12 van de SVR 2014, gelden voor de subsidieontvanger, die een subsidie ontvangt voor activiteiten in het kader van de Rotterdams lerarenbeurs de volgende verplichtingen:
de beurs wordt ingezet voor een activiteit die een bijdrage levert aan de bekwaamheid van de medewerkers die werkzaam zijn in het onderwijs, zoals opgenomen in de Wet op de beroepen in het onderwijs, of die werkzaam zijn bij een vve-instelling en die bij de uitoefening van hun beroep direct bijdragen aan het leerproces van peuters, leerlingen en studenten;
Artikel 17 Van onderwijs naar arbeidsmarkt
Hoofdstuk 4 Subsidie voor scholen in de Children’s Zone
De subsidie Dagprogrammering is voor dagprogrammering op po scholen in de Children’s Zone. De dagprogrammering draagt bij aan goede onderwijsresultaten, bredere vorming en een evenwichtige sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen die onderwijs volgen op po-scholen in de Children’s Zone. Voor de po-scholen in de Children’s Zone geldt dat de subsidie Lekker Fit en IKEI deel uit kunnen maken van de dagprogrammering.
Artikel 20 Schakelklassen primair onderwijs
Artikel 22 Ieder Kind een Instrument
De subsidie ‘Ieder Kind een Instrument’ is voor het bieden van kansen voor kinderen van de basisschool om een instrument te leren bespelen en samen muziek te maken. Het talent voor muziek wordt op school ontdekt en ontwikkeld en het enthousiasme groeit spelenderwijs. In schooljaar 2020-2021 wordt de inzet op de bestaande IKEI-scholen voortgezet.
De subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2019-2020 blijft van toepassing op subsidies verstrekt op grond van die regeling en op volledige aanvragen om subsidie die zijn ingediend vóór inwerkingtreding van deze subsidieregeling.
Artikel 26 Inwerkingtreding en werkingsduur
Deze subsidieregeling treedt in werking op de dag na de dagtekening van het Gemeenteblad waarin zij wordt geplaatst en vervalt op 1 augustus 2021, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op subsidies die op grond van deze subsidieregeling zijn verstrekt.
Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Rotterdams Onderwijsbeleid 2020-2021.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 4 februari 2020.
Dit gemeenteblad is uitgegeven op 6 februari 2020 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)
(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In dit artikel worden de begrippen uitgelegd die in de subsidieregeling worden gehanteerd. Op een aantal hiervan volgt hieronder een nadere toelichting.
norm voortgezet onderwijs: de normen die de Inspectie heeft vastgesteld voor de vier indicatoren van het onderwijsresultatenmodel; een school (of afdeling van die school) die op minstens één van de vier indicatoren onder de inspectienorm in het onderwijsresultatenmodel scoort en een school of afdeling met het inspectieoordeel zeer zwak of onvoldoende wordt gedefinieerd als school/afdeling die achterblijft in leerprestaties.
NPRZ: Nationaal Programma Rotterdam Zuid is een samenwerkingsverband van Rijk, gemeente, schoolbesturen, woningcorporaties, zorginstellingen en werkgevers van Zuid, politie en Openbaar Ministerie met als doel om Zuid in 2030 op het niveau van G4 gemiddeld te komen; dat geldt voor zowel school als werk, als wonen;
ondergrens primair onderwijs: de Inspectie-ondergrens van de schoolvergelijkingsgroep van de door het ministerie goedgekeurde verplichte eindtoets basisschool; een school die onder deze grens scoort wordt gedefinieerd als een school die achterblijft in leerprestaties, hierbij wordt gebruik gemaakt van de meest recent (beschikbare) score op 1 mei 2020, en scholen met het inspectieoordeel zeer zwak of onvoldoende, hierbij wordt gebruik gemaakt van het overzicht ‘oordelen primair, speciaal en voortgezet onderwijs 1 april 2020’;
Wanneer het nieuwe onderwijsresultatenmodel voor het po in gebruik wordt genomen door de Inspectie van het onderwijs, wordt de ondergrens hierop aangepast. Zie ook: https://www.onderwijsinspectie.nl/onderwerpen/onderwijsresultaten-primair-onderwijs/naar-een-nieuw-onderwijsresultatenmodel
norm voortgezet onderwijs: de normen die de Inspectie heeft vastgesteld voor de vier indicatoren van het onderwijsresultatenmodel; een school (of afdeling van die school) die op minstens één van de vier indicatoren onder de inspectienorm in het onderwijsresultatenmodel scoort en een school of afdeling met het inspectieoordeel zeer zwak of onvoldoende wordt gedefinieerd als school/afdeling die achterblijft in leerprestaties.
Artikel 4 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
In deze artikelen wordt uitgelegd welke kosten voor subsidie in aanmerking komen. De bedoelde accountantskosten in dit artikel maken deel uit van het totaal verleend bedrag. Er worden geen extra middelen beschikbaar gesteld.
In dit artikel wordt uitgelegd hoe de houder subsidie voor Rotterdams onderwijsbeleid kan aanvragen. De subsidie voor het schooljaar 2020-2021 kan worden aangevraagd tot en met 1 mei 2020. Na het indienen van deze aanvraag is een hersteltermijn mogelijk. Deze termijn wordt in overleg met de gemeente bepaald.
De subsidieaanvraag bestaat uit een Word-aanvraagformulier en een Excel-aanvraagformulier. Beide formulieren zijn beschikbaar op het webportaal van de gemeente Rotterdam.
Voor de aanvraag subsidie schakelklassen kan contact worden opgenomen met de beleidsadviseur schakelklassen van de gemeente Rotterdam.
Met ingang van het schooljaar 2020-2021 gaat de inspectie gebruik maken van referentieniveaus in het onderwijsresultatenmodel. Voor het huidige schooljaar (2019-2020) test de inspectie het nieuwe onderwijsresultatenmodel en is het mogelijk nog aan verandering onderhevig. De gemeente zal dit nauwlettend monitoren wat dit in de toekomst betekent voor onze subsidieregeling. Omdat de subsidieregeling werkt met de resultaten gebaseerd op t-2, is het nog niet mogelijk met het nieuwe onderwijsresultatenmodel te werken in de subsidieregeling 2020-2021.
Artikel 13 Zij-instroom en opscholing onderwijsassistenten
Alleen kosten die na inzet van de landelijke subsidiemogelijkheden overblijven voor de opscholing onderwijsassistenten komen voor subsidie in aanmerking.
Artikel 18 Sociale veiligheid in en om scholen
Deze subsidie ter bevordering van de veiligheid op scholen is bestemd voor het mbo en het vo. Er wordt voor de zowel de besturen in het mbo als de besturen in het vo een bedrag beschikbaar gesteld. Voor dit bedrag kan een gezamenlijke aanvraag ingediend worden voor inzet op veiligheid op de scholen die hier het meest behoefte aan hebben.
Dagprogrammering beslaat 10 uur per week bovenop de reguliere onderwijstijd. In totaal is dagprogrammering op jaarbasis 400 uur bovenop de reguliere 940 uur. Schoolbesturen dienen op basis van het programma van eisen een aanvraag in voor 10 uur dagprogrammering per week. Een deel van dagprogrammering is subsidiabel, die uren zijn onder regie van school. Een deel van de verstrekking is in natura (zoals Lekker Fit!, IKEI). Het programma van eisen wordt door de gemeente met de betrokkenen afgestemd en gedeeld.
Artikel 20 Schakelklassen primair onderwijs
Voor de uitvoering is expertise op het gebied van opvang nieuwkomers vereist. Deze expertise is aanwezig bij een beperkt aantal scholen. Deze scholen die hier bedoeld worden, zijn opgenomen in Artikel 20 lid 4.
Bijlage 1 Bijlage bij artikel 3 Activiteiten en doelgroepen
In onderstaande tabel wordt uitgewerkt door welke doelgroepen de diverse subsidies kunnen worden aangevraagd.
Bijlage 2: Bijlage bij artikel 7 Wijze van verdeling en hoogte van de subsidie
Bijlage 3: Berekening verdeling schoolontwikkelingsbudget, als bedoeld in artikel 7
Basisbestanden van DUO: data.duo.nl
Voortgezet onderwijs, leerlingen
Inzet van het beschikbare bedrag
Het beschikbare bedrag van € 20.060.000 wordt voor het schoolontwikkelingsbudget gesplitst naar po, vo en (v)so en ingezet conform verder beschreven systematiek.
Algemene uitgangspunten voor berekening
De beschikbare middelen zijn onderverdeeld naar drie hoofdgroepen: po, vo en (v)so (zie onderstaande tabel). De scholen voor (v)so kunnen maximaal € 10.000 subsidie per vestiging krijgen. De te verdelen middelen voor po en vo worden berekend door het totale budget te verminderen met € 10.000 per schoolvestiging (v)so per hoofdgroep (zie onderstaande tabel).
Berekening schoolontwikkelingsbudget primair onderwijs
Stap 1: Bereken het totaal van de Rotterdamse achterstandsscore
= Tel alle berekende Rotterdamse achterstandsscores bij elkaar op
Stap 2: Correctie voor totaalbedrag Vaste Voet
= € 13,13 miljoen – aantal scholen * € 10.000 = € 11,19 miljoen
= € 11,19 miljoen / (leerlingen + totaal Rotterdamse
Stap 4: Bereken het bedrag per school
= € 10.000 + Bedrag per leerlingen * (aantal leerlingen school + Rotterdamse achterstandsscore van de school)
Berekening schoolontwikkelingsbudget voortgezet onderwijs
Het resterende bedrag wordt over alle leerlingen (van praktijkonderwijs tot gymnasium) voortgezet onderwijs verdeeld. Het bedrag per leerling wordt bepaald op basis van het beschikbare gecorrigeerde vo-budget, het leerlingaantal op de betreffende schoolvestigingen en het aantal leerlingen dat daarvan woont in een APC-gebied. De berekening is als volgt:
Stap 1: bereken bedrag per leerling vmbo, lwoo en pro
= (1/3 van totale beschikbare gecorrigeerde bedrag voor hoofdgroep vo) / (aantal leerlingen vmbo, lwoo en pro)
Stap 2: bereken het bedrag alle leerlingen per leerling vo
= (totale beschikbare gecorrigeerde bedrag voor hoofdgroep vo min bedrag voor vmbo, lwoo en praktijkonderwijs) / (totaal aantal leerlingen hoofdgroep vo + 10 maal aantal leerlingen uit APC-gebieden)
Stap 3: bereken het bedrag per school
= (bedrag per leerling vmbo, lwoo en pro + bedrag alle leerlingen per leerling vo) * aantal leerlingen op school
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-39998.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.