Gemeenteblad van Nuenen, Gerwen en Nederwetten
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nuenen, Gerwen en Nederwetten | Gemeenteblad 2020, 354284 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Nuenen, Gerwen en Nederwetten | Gemeenteblad 2020, 354284 | Beleidsregels |
Beleidsregel parttime ondernemen gemeente Nuenen en Son en Breugel 2020
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nuenen en Son en Breugel:
- Het gewenst is om beleidsregels vast te stellen omtrent het toelaten van parttime ondernemen in de uitkering;
- De Participatiewet en artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht,
besluit vast te stellen de hieronder beschreven:
Beleidsregel parttime ondernemen gemeenten Nuenen en Son en Breugel 2020
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet verder worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz 2004), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) en de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
2. Voor de toepassing van deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Primair is deze regeling bedoelt voor mensen waarvoor PTO het hoogst haalbare is.
Artikel 3. Verzoek tot traject
Artikel 5. Voorwaarden toestemming
Aan de PTO-er wordt toestemming verleend als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
Artikel 6. Voorwaarden omvang activiteiten
Artikel 7. Wettelijke vereisten
Artikel 9. Concurrentievervalsing
Om te bepalen of al dan niet sprake is van concurrentievervalsing dient de aanvrager bij zijn verzoek om toestemming in zijn Plan van Aanpak PTO zijn tarief te vermelden net zoals een concurrentieanalyse, waaruit blijkt welke tarieven in de branche gebruikelijk zijn en welke door concurrenten worden gehanteerd.
De PTO-er houdt een deugdelijke boekhouding bij die voldoet aan de criteria van de Belastingdienst en die in ieder geval bestaat uit:
Artikel 12. Inkomsten en inkomstenvrijlating
Indien de inkomsten bij de definitieve vaststelling hoger blijken te zijn dan wat met de uitkering is verrekend, dan vindt herziening van de uitkering over het voorgaande jaar plaats. De teveel verstrekte uitkering wordt dan teruggevorderd met toepassing van artikel 58 van de wet of artikel 25 IOAW/IOAZ.
Indien op basis van de jaarcijfers duidelijk blijkt dat de parttime ondernemer willens en wetens gedurende het voorgaande jaar maandelijks veel te weinig inkomsten heeft doorgegeven om zo meer uitkering te ontvangen, is er sprake van schending van de inlichtingenplicht, artikel 17 van de wet en artikel 44 IOAW/IOAZ.
Artikel 14. Inwerkingtreding en citeertitel
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nuenen
de burgemeester, M.J. Houben MBA
de secretaris, mr. J.H.M. van Vlerken
De vorige beleidsregel PTO stamt uit 2018 en is toen opgesteld om het grijze gebied tussen de Bbz 2004 en de Participatiewet te dichten. Het Bbz is een afzonderlijke bijstandsregeling voor zelfstandigen die bij Algemene maatregel van bestuur kan worden vastgesteld (zie artikel 78f van de wet). Om voor de Bbz in aanmerking te komen moet er sprake zijn van een levensvatbaar bedrijf en moet men voldoen aan het urencriterium van artikel 3.6 lid 1 Wet inkomstenbelasting 2001. Dit laatste wil zeggen dat belanghebbende in een kalenderjaar ten minste 1225 uur aan zijn onderneming besteed.
Dit urencriterium is niet voor iedereen haalbaar en om deze reden is PTO in het leven geroepen. De beleidsregel PTO van 2018 is een goed begin gebleken, maar toch zijn er enkele aanpassingen nodig geweest om de regel werkbaar te maken. Deze aanpassingen zijn in deze beleidsregel meegenomen. Zo hebben we de regels omtrent welke kosten wel en niet in aanmerking komen aangepast en verduidelijkt en is er voor belanghebbende meer duidelijkheid over de verplichtingen waaraan hij moet voldoen.
Enkel die bepalingen die meer toelichting nodig hebben worden hier behandeld.
Lid 2, sub g: PTO omvat tevens alle andere termen waarmee PTO in regelingen en gebruik verder wordt aangeduid, zoals:
Lid 2, sub i: niet zijnde kosten die eenieder moet maken, zoals schoenen die iemand heeft aangeschaft voor een optreden. Veiligheidsschoenen kunnen wel onder noodzakelijke kosten vallen.
Deze regeling kan worden ingezet bij belanghebbenden, waarbij inkomsten uit parttime ondernemen het hoogst haalbare is. Het resultaat dat we hierbij willen behalen is dat we de kosten van de uitkering willen verminderen door de belanghebbende in beperkte mate zelfstandig te laten ondernemen. Voor PTO is maatwerk belangrijk. Er dient rekening te worden gehouden met de omstandigheden van de persoon en de onderneming die belanghebbende wil oprichten.
Voor PTO wordt geen toestemming verleend als de belanghebbende kan werken, maar een onderneming wil starten met behulp van de uitkering, tenzij belanghebbende aan zijn arbeidsverplichting blijft voldoen.
Lid 3: Bij de IOAZ is vanuit de historie opgenomen, dat men niet opnieuw een bedrijf mag starten of zelfstandige activiteiten mag opstarten. Zolang men echter niet volledig werkzaam is in het bedrijf, dus minder dan 1225 uur per jaar werkt, voldoet men niet aan het begrip zelfstandige en is er met betrekking tot de IOAZ geen belemmering.
Artikel 6. Voorwaarden omvang activiteiten
Lid 1: Met de uren zoals gesteld in dit lid kan er geen beroep worden gedaan op de zelfstandigenaftrek.
Artikel 7. Wettelijke vereisten
Bij betaling van een bedrag van € 1.345,- (norm 2019) of minder jaarlijks aan btw kan de cliënt ontheffing van de administratieve verplichtingen aanvragen bij de Belastingdienst.
De Richtlijn PTO geeft duidelijk aan welke kosten in mindering kunnen worden gebracht en welke niet. De richtlijn is hierin lijdend.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-354284.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.