Gemeenteblad van Noordwijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2020, 344909 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2020, 344909 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent de algemene plaatselijke verordening (Algemeen aanwijzingsbesluit APV Noordwijk 2021)
De burgemeester en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk, ieder voor zover zij bevoegd zijn,
overwegende dat zij met het oog op de uitvoering van de Algemene plaatselijke verordening Noordwijk 2021 nadere besluiten kunnen nemen;
gelet op de Algemene plaatselijke verordening Noordwijk 2021 (APV);
vast te stellen het volgende Algemeen aanwijzingsbesluit APV Noordwijk 2021:
Artikel 1 Verspreiden geschreven of gedrukte stukken of afbeeldingen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:6 APV zijn de volgende openbare plaatsen aangewezen als openbare plaatsen waar het verboden is om zonder ontheffing gedrukte of geschreven stukken, afbeeldingen of goederen onder het publiek te verspreiden dan wel openlijk aan te bieden:
Artikel 2 Straatartiest en dergelijken
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:9 APV zijn de volgende openbare plaatsen aangewezen als openbare plaatsen waar het verboden is om zonder ontheffing ten behoeve van het publiek op te treden als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar of gids:
Artikel 3 (Omgevings-) vergunning voor voorwerpen op, aan of boven een openbare plaats
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:10 lid 5 APV zijn de volgende algemene regels vastgesteld betreffende de wijze van plaatsing van de genoemde voorwerpcategorieën en geldt het verbod zoals opgenomen in artikel 2:10 lid 1 APV niet voor:
bouwsteigers waarvoor geen omgevingsvergunning is verleend, bijvoorbeeld steigers ten behoeve van de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden, voor zover niet langer aanwezig dan 14 dagen en mits wordt voldaan aan de volgende regels:
Elke steiger moet te allen tijde, dus ook ’s nachts, zodanig goed zichtbaar zijn voor gebruikers van het publiek terrein dat de steiger geen gevaar vormt voor voorbijgangers. Indien die zichtbaarheid slechts gewaarborgd kan worden door het treffen van extra voorzieningen, zoals verlichting, afzetlint of dergelijke, moet degene die de steiger heeft geplaatst en/of gebruikt daarvoor blijvend zorgdragen.
een puinbak of container met inbegrip van de daarin opgeslagen roerende goederen mits niet langer aanwezig dan 14 dagen en indien wordt voldaan aan de volgende regels.
Een puinbak of container wordt bij voorkeur niet op een betaald-parkeerplaats gezet. Als een andere locatie niet mogelijk is, moet dit worden gemeld aan de parkeerbeheer-organisatie en aan het Team Belastingen van de gemeente Noordwijk. De gederfde parkeerinkomsten kunnen in rekening worden gebracht.
Elke puinbak of container moet te allen tijde, dus ook ’s nachts, zodanig goed zichtbaar zijn voor gebruikers van het publiek terrein dat het object geen gevaar vormt voor voorbijgangers. Daartoe moet worden voldaan aan de “Richtlijnen voor het markeren van onverlichte obstakels” (CROW-richtlijn 130).
Afdoende maatregelen moeten zijn getroffen om te voorkomen dat voorwerpen of stoffen uit de container of puinbak kunnen vallen of waaien. Als bij het storten van vuil vanaf een hoger gelegen verdieping geen gebruik wordt gemaakt van een gesloten stortkoker, moet de container door middel van dekzeilen en schotten zodanig zijn afgeschermd dat geen gevaar ontstaat voor derden en dat derden geen hinder ondervinden van opwaaiend stof.
Indien en voor zolang ter plaatse van een geplaatste puinbak of container door of vanwege de gemeente werkzaamheden moeten worden uitgevoerd aan de weg of aan kabels en/of leidingen in de weg, moet de bedoelde puinbak of container op eerste aanzegging van toezichthoudend ambtenaren worden verwijderd.
vlaggen, wimpels, vlaggenmasten en spandoeken indien wordt voldaan aan de volgende regels:
Een aan een vlaggenmast bevestigde hijslijn moet zodanig zijn bevestigd en/of afgebonden, dat er geen geluidhinder voor derden worden veroorzaakt door het klapperen van de bedoelde hijslijn. Ook het “fluiten” of “gieren” als gevolg van langs de mast of een lijn blazende wind moet doelmatig worden voorkomen.
kerstbomen, geplaatst en aanwezig in de periode 1 december tot en met 30 december indien wordt voldaan aan de volgende regels:
Elke kerstboom moet in een zodanige staat verkeren, dat de boom geen brandgevaar vormt. Om dat vast te stellen kan desgewenst gebruik worden gemaakt van de door de brandweer geadviseerde eenvoudige brandproef. Als een dergelijke proef wordt gedaan door de brandweer of een andere met controle belaste instantie moet door de eigenaar van de boom worden toegestaan dat de bedoelde proef wordt uitgevoerd. Indien nodig moet de boom zijn of worden geïmpregneerd met een brandvertragend middel.
Met nadruk wordt er op gewezen dat, als de voorgaande algemene regels als te knellend worden ervaren, er altijd nog een mogelijkheid is om een vergunning zoals bedoeld in artikel 2:10, lid 1 APV aan te vragen. Aan een dergelijke vergunning kunnen maatwerkvoorschriften worden verbonden.
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:25a APV zijn als voorwaarden en voorschriften zoals bedoeld in het eerste lid onder c van dat artikel vastgesteld: de als bijlage 2 bij dit Algemeen aanwijzingsbesluit gevoegde voorwaarden en voorschriften.
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:42 lid 5 APV zijn de aanplakborden die van gemeentewege tijdelijk worden geplaatst in het kader van de verkiezingen van publiekrechtelijke organen aangewezen als aanplakbord voor het aanbrengen van meningsuitingen.
Artikel 6 Verboden drankgebruik
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:48 APV zijn de volgende gebieden aangewezen als gebieden waar het voor personen die de leeftijd van achttien jaar hebben bereikt, verboden is om alcoholhoudende drank te gebruiken of aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te hebben:
Artikel 8 Verontreiniging door honden
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:58 APV zijn de volgende plaatsen aangewezen als plaatsen waar de verplichting om er voor te zorgen dat de uitwerpselen van een hond onmiddellijk worden verwijderd niet geldt:
Artikel 9 Houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:60 APV is het verboden:
Artikel 10 Gebruik van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:73 APV zijn de volgende plaatsen aangewezen als plaatsen waar het verboden is om tijdens de jaarwisseling vuurwerk af te steken:
Artikel 11 Tegengaan onveilig, niet leefbaar en malafide ondernemersklimaat
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:81 APV zijn als gebouwen, gebieden, bedrijfsmatige activiteiten of een combinatie daarvan waarvan in of rondom dat gebouw, dat gebied of ten gevolge van die bedrijfsmatige activiteit naar het oordeel van de burgemeester de leefbaarheid of de openbare orde en veiligheid onder druk staat dan wel aannemelijk is dat deze onder druk kan komen te staan, aangewezen: (Blanco).
Artikel 12 Activiteiten en voorwerpen op het strand
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:84 lid 2 en 2:84 lid 3 APV zijn de volgende gedeelten van het strand, de zee en de duinen aangewezen als gedeelten waar het verbod zoals opgenomen in artikel 2:84 lid 1 APV niet van toepassing is en zijn de volgende activiteiten en voorwerpen aangewezen als activiteiten en voorwerpen waarop het gebod zoals opgenomen in artikel 2:84 lid 1 APV niet van toepassing is.
Het in artikel 2:84 lid 1 onder b genoemde verbod (rijden met motorvoertuig of bromfiets) is niet van toepassing op:
het rijden op de op- en afritten van het strand ten behoeve van bevoorrading van de strandpaviljoens en de verenigingsgebouwen door reguliere bevoorraders (leveranciers) met als zodanig duidelijk herkenbare bedrijfsvoertuigen indien aan de volgende voorschriften en beperkingen wordt voldaan:
het rijden op de op- en afritten van het strand door de eigenaar van een strandpaviljoen ten behoeve van het laden en lossen, door derden voor het in- en uit laten stappen van minder valide gasten / rolstoelgebruikers bij een strandpaviljoen en door reguliere onderhouds- en reparatiebedrijven ten behoeve van het uitvoeren van noodzakelijke werkzaamheden aan een paviljoen of verenigingsgebouw indien aan de volgende voorschriften en beperkingen wordt voldaan:
met het motorvoertuig mag uitsluitend op het strand worden gereden gedurende de tijd die strikt noodzakelijk is voor het via de kortst mogelijke route heen en weer rijden naar de plaats van bestemming. Het is niet toegestaan het motorvoertuig langer op het strand te laten staan dan strikt noodzakelijk is voor het onmiddellijk laden of lossen en het plegen van onderhouds- en reparatiewerkzaamheden. Op de strandafritten mag niet worden stil gestaan;
indien aan de volgende voorschriften en beperkingen wordt voldaan:
bij de onder b genoemde locatie is kiten alleen toegestaan voor de leden van de ZVN (niet zijnde dagleden) die het Kitesurfreglement ZVN hebben ondertekend. Leden van de ZVN moeten tijdens het kiten het Kitesurfreglement ZVN en Kite regels voor ZVN in acht nemen en zich daar strikt aan houden. De leden van respectievelijk de ZVN moeten als zodanig herkenbaar zijn door hun kleding (clubkleding of hesje);
Artikel 13 Fietsen op het strand
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:84 lid 7 APV zijn als algemene regels betreffende het fietsen op het strand vastgesteld:
Artikel 14 Paarden op het strand
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 2:88 APV zijn de volgende delen van het strand aangewezen als delen van het strand waar het verboden is om zich met een rij- of trekdier op te houden:
Artikel 15 Vellen houtopstanden
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 4:11, lid 3 onder b APV zijn als snelgroeiende soorten aangewezen:
Artikel 17 Aanwijzing kampeerplaatsen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 4:19 APV worden de volgende plaatsen aangewezen als plaatsen waar het niet verboden is om ten behoeve van recreatief nachtverblijf zoals bedoeld in artikel 4:18 APV, een kampeermiddel voor ten hoogste 48 uur buiten een kampeerterrein te plaatsen: (Blanco)
Artikel 18 Kampeermiddelen en andere voertuigen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:6 lid 1 onder b APV zijn de volgende plaatsen aangewezen als plaatsen waar het parkeren van een voertuig dat voor recreatie of anderszins voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebruikt, schadelijk wordt geacht voor het uiterlijk aanzien van de gemeente: (Blanco)
Artikel 19 Parkeren van grote voertuigen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:8 lid 2 onder c APV zijn de volgende parkeergelegenheden aangewezen als parkeergelegenheden waar het niet verboden is om een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te parkeren:
Artikel 20 Parkeren of laten stilstaan van voertuigen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:10 APV zijn de volgende openbare plaatsen aangewezen als plaatsen waarop het verboden is een voertuig te parkeren of te laten stilstaan: (Blanco)
Artikel 21 Overlast van fiets of bromfiets
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:12 APV zijn de volgende plaatsen en perioden aangewezen waar het verboden is fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan:
waarbij het verbod geldt gedurende het gehele jaar van vrijdagavond 22.00 uur tot zaterdagochtend 03.00 uur en van zaterdagavond 22.00 uur tot zondagochtend 03.00 uur:
Artikel 22 Inzameling van geld of goederen
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:13 lid 3 onder c APV zijn als andere instellingen waarvoor het verbod tot inzameling of werving niet geldt, aangewezen: (Blanco)
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:32 APV zijn de volgende terreinen aanwezen als terreinen waar het verbod om met een motorvoertuig of een bromfiets een wedstrijd dan wel, ter voorbereiding van een wedstrijd, een trainings- of proefrit te houden of te doen houden dan wel daaraan deel te nemen, dan wel een motorvoertuig of een bromfiets met het kennelijke doel daartoe aanwezig te hebben niet geldt: (Blanco)
Artikel 24 Beperking verkeer in natuurgebieden
Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 5:33 lid 2 APV zijn de volgende terreinen aangewezen als terreinen waar het verbod om met een motorvoertuig, fiets, bromfiets of paard binnen voor publiek toegankelijke natuurgebieden, parken, plantsoenen of voor recreatief gebruik beschikbare terreinen anders dan het strand te rijden of zich te bevinden niet geldt: (Blanco)
Artikel 25 Inwerkingtreding en intrekking aanwijzingsbesluiten
Gelijktijdig met de inwerkingtreding van dit besluit worden het Algemeen Aanwijzingsbesluit op grond van de Algemene Plaatselijke Verordening Noordwijk 2017 en de aanwijzingsbesluiten op grond van de Algemene plaatselijke verordening Noordwijkerhout 2010 alsmede alle aanwijzingen op basis van voorgaande Algemene plaatselijke verordeningen van de gemeente Noordwijkerhout ingetrokken.
Noordwijk,
Ieder voor zover zij bevoegd zijn:
Burgemeester en wethouders van Noordwijk,
De secretaris,
De burgemeester,
De burgemeester van Noordwijk,
TOELICHTING OP HET ALGEMEEN AANWIJZINGSBESLUITAPV NOORDWIJK 2021
Artikel 1 (beperking aanbieden e.d. van geschreven of gedrukte stukken, afbeeldingen of goederen)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:6 APV openbare plaatsen aangewezen waar het verboden is geschreven of gedrukte stukken, afbeeldingen of goederen te verspreiden dan wel openlijk aan te bieden. De bevoegdheid van het college berust op artikel 160, onder a van de Gemeentewet.
Artikel 2:6 APV heeft betrekking op de vrijheid van meningsuiting; een in artikel 7, lid 1 van de Grondwet neergelegd grondrecht dat niet zonder meer en in zijn algemeenheid door het college verboden mag worden. Beperking van dit grondrecht kan dan ook alleen maar als dwingende redenen van algemeen belang (openbare orde en veiligheid, volksgezondheid en bescherming van milieu) dit rechtvaardigen.
Het uitdelen van folders, flyers en het gratis uitdelen van proefmonsters en dergelijke kan leiden tot onevenredige overlast bij de gebruikers van de openbare ruimte en tot verstoring van de openbare orde, zeker wanneer dat op opdringende wijze gebeurt. Om dit zo veel mogelijk te voorkomen, zijn een deel van het uitgaansgebied en de belangrijkste toeristische gebieden in Noordwijk aan Zee en Noordwijk Binnen aangewezen als gebied waar het flyeren e.d. in beginsel is verboden. (“In beginsel” want er is wel een mogelijkheid tot het verlenen van ontheffing van het verbod.)
Artikel 2 (straatartiest e.d.)
De burgmeester heeft ter uitvoering van artikel 2:9 APV openbare plaatsen aangewezen waar het verboden is om als straatartiest e.d. op te treden. De bevoegdheid van de burgemeester berust op artikel 174 van de Gemeentewet.
Net als het verspreiden van gedrukte stukken e.d. kunnen de activiteiten van straatartiesten e.d. onder de werking van de vrijheid van meningsuiting (artikel 7, lid 3 van de Grondwet) vallen en mag dit grondrecht alleen beperkt worden als dwingende redenen van algemeen belang dat rechtvaardigen.
Het druk bezochte toeristisch gebied in Noordwijk aan Zee wordt gebruikt voor een veelheid aan activiteiten en evenementen. Om die activiteiten op een geordende manier te laten verlopen en overlast en verstoring van de openbare orde te voorkomen, is een deel van het toeristisch gebied aangewezen als gebied waar het in beginsel verboden is om als straatartiest e.d. op te treden.
Artikel 3 (plaatsen voorwerpen op, aan, of boven een openbare plaats)
In artikel 2:10 APV is bepaald, dat voor het plaatsen van voorwerpen op, aan of boven een openbare plaats een vergunning nodig is. De vergunningplicht is erg breed en betreft een groot aantal voorwerpen. Voor een aantal vaak voorkomende voorwerpen zouden de aan een vergunning te verbinden voorschriften in voorkomende gevallen bijna altijd dezelfde zijn. Maatwerk is dan nauwelijks nodig. Daarom kan voor die gevallen wordt volstaan met een standaard set voorschriften. Zolang men zich houdt aan die voorschriften hoeft er geen vergunning aangevraagd te worden en zal de plaatsing van die voorwerpen in de dagelijkse praktijk niet of nauwelijks tot onevenredige overlast of hinder leiden.
Met nadruk wordt opgemerkt, dat degene die een voorwerp op, aan of boven een openbare plaats wil plaatsen, er ook voor kan kiezen om toch een vergunning aan te vragen in het geval de standaardvoorschriften als te knellend worden ervaren. In dat geval kan er door middel van vergunningverlening maatwerk worden geleverd. Uiteraard kan zich ook een situatie voordoen dat een initiatiefnemer niet kan of wil voldoen aan de standaardvoorschriften en dat een vergunning voor het plaatsen van het betreffende voorwerp wordt geweigerd.
Onder lid i wordt verwezen naar de eenvoudig brandproef. Die proef komt globaal neer op de volgende werkwijze:
Het materiaal voldoet als aan alle van de volgende voorwaarden is voldaan:
De burgemeester heeft ter uitvoering van artikel 2:25a APV een aantal voorwaarden en voorschriften vastgesteld.
Indien aan deze voorwaarden en voorschriften wordt voldaan is voor het houden van een klein evenement geen vergunning vereist mits de organisator het evenement tenminste 5 werkdagen voorafgaand aan het evenement meldt bij de burgemeester middels het daartoe vastgestelde formulier.
De voorwaarden en voorschriften zijn bedoeld om te waarborgen dat het evenement kleinschalig is waarbij de impact die het evenement heeft op de directe leefomgeving omgeving beperkt en aanvaardbaar is. Met het voldoen aan de voorschriften en voorwaarden worden overlast, verstoring van de openbare orde, gevaar voor de verkeersveiligheid, brand en schade aan gemeentelijke eigendommen zo veel mogelijk te voorkomen.
Artikel 5 (plakken en kladden)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:42 lid 5 APV de tijdelijke borden die van gemeentewege worden geplaatst in verkiezingstijd aangewezen als aanplakbord voor het aanbrengen van meningsuitingen.
Hiervoor is gekozen omdat met name in verkiezingstijd behoefte is aan aanplakborden, naast alle overige ter beschikking staande (digitale) middelen van bekendmaking van meningen, gedachten of gevoelens.
Artikel 6 (verboden drankgebruik)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:48 APV diverse openbare plaatsen aangewezen waar het verboden is om alcoholhoudende drank te gebruiken, of aangebroken verpakkingen met alcoholhoudende drank bij zich te hebben teneinde overlast veroorzaakt door drinkende jongeren te voorkomen dan wel indien deze zich voordoen, hiertegen op te treden.
Om overlast en verstoring van de openbare orde te voorkomen zijn het uitgaansgebied van Noordwijk aan zee, de directe omgeving hiervan, het strand, alle schoolpleinen, de wijk “Het Vinkenveld”, de omgeving van De Schelft, de omgeving van De Flamingo en het centrum van Noordwijkerhout aangewezen als plaatsen waar het verbod geldt.
Dit zijn de gebieden waarvan in het verleden is gebleken dat regelmatig overlast werd veroorzaakt door drinkende jongeren. Door het aanwijzen van deze gebieden kan de politie adequaat optreden tegen drinkende jongeren.
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:57, lid 1 APV verschillende gedeelten van het strand (= buiten de bebouwde kom) aangewezen als plaatsen waar gedurende een bepaalde periode een aanlijngebod geldt. Het aanlijngebod is bedoeld om in het drukke hoogseizoen overlast voor de recreanten door loslopende honden te voorkomen.
Voor het overige geldt er in Noordwijk buiten de bebouwde kom geen aanlijngebod. Wel zijn er gebieden waar in zijn algemeenheid geen honden mogen komen, verblijven of lopen. Die gebieden volgen expliciet uit de APV zelf (artikel 2:57 lid 1 onder a t/m c).
Op het drukstbezochte strand van Noordwijk, gelegen voor de boulevards (tussen afrit 1 en afrit 21) geldt op grond van artikel 2:57, lid 1 onder b APV een algeheel verbod op het laten verblijven of laten lopen van een hond in het hoogseizoen, de periode 1 juni tot en met 31 augustus, ongeacht of de hond is aangelijnd of niet. Er mogen in die periode op die gedeelten van het strand geen honden komen. Omdat in de APV is bepaald dat ook de strandpaviljoens vallen onder het begrip “strand”, betekent dit dat in de genoemde periode ook op de strandpaviljoens geen honden mogen komen.
Artikel 8 (Verontreiniging door honden)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:58 APV alle plaatsen buiten de bebouwde kom aangewezen als plaatsen waar geen opruimplicht geldt met uitzondering van het strand. Voor het strand geldt alleen geen opruimplicht op de minder drukke gedeelten van het strand, zijnde het strand dat niet is gelegen voor de boulevards (tussen afrit 1 en afrit 21).
Op het strand dat is gelegen voor de boulevards geldt dus wél een opruimplicht. In praktische zin gaat het dan om de periode dat honden op dat gedeelte van het strand mogen komen (1 september tot en met 31 mei). In het hoogseizoen mogen er immers helemaal geen honden op het strand voor de boulevards komen.
Binnen de bebouwde kom geldt overal de opruimplicht.
Artikel 9 (houden of voeren van hinderlijke of schadelijke dieren)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:60 APV woningen en de daarbij behorende tuinen en erven, gelegen binnen de bebouwde kom aangewezen als plaatsen waar het verboden is om meer dan 4 volwassen honden aanwezig te hebben. Dit artikel is bedoeld om onevenredige overlast door blaffende honden te voorkomen.
Indien dieren worden gehouden in het kader van een bedrijfsmatige of daarmee vergelijkbare activiteit, is de Wet milieubeheer van toepassing en is voor die activiteit een milieuvergunning noodzakelijk of moet worden voldaan aan de algemene regels zoals opgenomen in het Activiteitenbesluit Milieubeheer. In een dergelijk geval is dit aanwijzingsbesluit niet van toepassing.
Als kustdorp heeft Noordwijk te maken met de aanwezigheid van meeuwen. Op zoek naar “makkelijk” voedsel trekken meeuwen vaak de woonwijken in. Meeuwen zijn berucht vanwege het open scheuren van vuilniszakken. In de broedtijd en rond de tijd dat jonge meeuwen het nest verlaten kunnen meeuwen ook voor overlast zorgen door agressief gedrag en geschreeuw. Gelet op het voorgaande is het niet wenselijk dat meeuwen worden gestimuleerd om hun voedsel in de bebouwde komt te zoeken. Om die reden is het verboden meeuwen te voeren.
Artikel 10 (gebruik van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:73 enkele plaatsen aangewezen waar het verboden is om tijdens de jaarwisseling vuurwerk af te steken teneinde overlast en gevaar veroorzaakt door het afsteken van vuurwerk zelf of door achterblijvend vuurwerk (blindgangers) te verminderen op plaatsen waar dat nodig wordt geacht.
Artikel 11 (Tegengaan onveilig, niet leefbaar en malafide ondernemersklimaat)
De systematiek van artikel 2:81 APV gaat uit van een pand-, gebieds- of branchegerichte aanpak. De noodzaak van een aanwijzing, alsmede de duur van de aanwijzing, moet zorgvuldig worden gemotiveerd, rekening houdend met de uitgangspunten van proportionaliteit en subsidiariteit.
Tot op heden is er in Noordwijk (gelukkig) geen aanleiding geweest om van deze aanwijzingsbevoegdheid gebruik te maken.
Voor een nadere toelichting op de (on-) mogelijkheden van dit artikel wordt verwezen naar de publicatie “Handreiking APV en ondermijning” (Aanjaagteam Ondermijning, febr. 2020).
Artikel 12 (activiteiten en voorwerpen op het strand)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:80, lid 3 verschillende gedeelten van het strand aangewezen waar bepaalde activiteiten mogen plaatsvinden dan wel waar bepaalde voorwerpen mogen worden geplaatst en onder welke voorschriften en beperkingen dit is toegestaan.
Algemeen uitgangspunt is dat een groot aantal activiteiten op het strand in beginsel verboden is tenzij deze expliciet zijn toegestaan door middel van dit aanwijzingsbesluit.
Het strand wordt door velen gezien als ideaal gebied voor allerlei soorten van vrijetijdbesteding. In principe biedt het ca. 14 kilometer lange Noordwijkse strand daar alle mogelijkheden toe. Gedurende mooi weer in het badseizoen kan het echter erg druk zijn op het strand. Vooral gedurende die perioden kunnen conflicten optreden tussen de verschillende gebruiksopties. Ter bevordering van openbare orde en veiligheid is het daarom van belang om op het strand een scheiding van activiteiten aan te brengen. Met name tijdens mooie zomerse dagen wordt het strand en de zee immers zeer intensief gebruikt door strandbezoekers en spelende kinderen. Zwemmende en spelende kinderen gaan bijvoorbeeld niet goed samen met kitesurfen of vliegeren met een door middel van 2 of meer lijnen bestuurbare vlieger of een voor kitesurfing te gebruiken kite.
Het rijden met een motorvoertuig over het strand kan in een dergelijke omgeving bijvoorbeeld al snel tot gevaarlijke situaties leiden. Het rijden met motorvoertuigen over het strand moet dan ook worden beperkt tot de strikt noodzakelijke verkeersbewegingen. Als noodzakelijke activiteiten worden in ieder geval beschouwd het bevoorraden van strandpaviljoens en verenigingsgebouwen, het vervoer van bouwmaterialen voor het opbouwen en afbreken van bouwwerken op het strand c.a. en het rijden over strand in het kader van toezicht en veiligheid. Voor deze activiteiten is dan ook voorzien in een niet-van-toepassing-verklaring van het verbod tot het rijden op het strand. Daaraan worden wel enkele voorschriften en beperkingen verbonden. Deze voorschriften en beperkingen worden noodzakelijk geacht in het kader van de veiligheid op het strand.
Voor een nadere onderbouwing van deze aanwijzingen wordt verwezen naar de Nota Strandbeleid Noordwijk “Kwaliteit aan de Kust” 2015-2020.
Artikel 13 (fietsen op het strand)
Fietsen op het strand wint de laatste jaren steeds meer aan populariteit, vooral onder mountainbikers. In de vorige APV was een vergunningenstelsel opgenomen: het was verboden op het strand te fietsen zonder vergunning. Mede vanuit het oogpunt van administratieve lastenverlichting is er nu voor gekozen om te werken met algemeen geldende regels in plaats van een vergunningenstelsel. Bij het opstellen van de regels is rekening gehouden met het bijzondere karakter van het strand. Daarbij wordt o.a. gedoeld op het ontbreken van fysieke functiescheidingen (er is bijv. geen fietspad), op de vele uiteenlopende soorten van gebruik (bijv. loslopende honden en fietsers op hetzelfde strand) en het ontbreken van een vlakke baan (kuilen in het zand kunnen voor fietsers gevaarlijk zijn). Van de fietsers wordt verlangd, dat zij zich van die bijzondere status bewust zijn. Het kan bijvoorbeeld niet zo zijn, dat een fietser die in een kuil rijdt en daarbij zijn fiets beschadigd, die schade gaat claimen bij de gemeente op grond van slecht onderhoud van het strand.
Artikel 14 (paarden op het strand)
Het college heeft ter uitvoering van artikel 2:85 APV bepaalde gedeelten van het strand aangewezen waar het niet is toegestaan om rij- of trekdieren aanwezig te hebben.
De boulevardzone (tussen afrit 1 en 21) is van 1 maart tot 1 november verboden voor paarden behalve voor Manege Barnhoeve. Manege Barnhoeve heeft van oudsher een vergunning om ook in deze periode op dat gedeelte van het strand te mogen rijden. Tevens is het voor naaktrecreatie aangewezen gedeelte van het strand verboden voor paarden in de periode van 1 juni tot en met 31 augustus.
Van 1 november tot 1 maart is paardrijden (met uitzondering van sulky’s, aanspanningen e.d.) over de gehele strandlengte van 13,8 km toegestaan.
De verboden om met een rij- of trekdier op specifieke delen op het strand van Noordwijk op te houden is onder meer opgenomen om overlast voor de overige strandbezoekers tegen te gaan en hun veiligheid te waarborgen. De kans dat overlast ontstaat of de veiligheid van strandbezoekers wordt aangetast is het grootst tijdens het badseizoen wanneer er sprake is van een verhoogd aantal strandbezoekers. Daarom is er voor gekozen om slechts die delen van het strand aan te wijzen waar zich tijdens het badseizoen veel badgasten bevinden en het onderhavige verbod eveneens tot die periode te beperken. Daarmee is het rijden met paarden op deze stranddelen tijdens het badseizoen overigens niet geheel onmogelijk gemaakt want er is voorzien in een ontheffingsmogelijkheid.
Daarnaast is er voor gekozen om aan te geven dat –ongeacht de periode- alleen van die op- en afritten naar en van het strand door eigenaren en houders van rij- en trekdieren gebruik mag worden gemaakt die hiervoor als zodanig zijn ingericht.
Dit komt er op neer dat uitsluitend de op- en afritten nummers 22, 23, 25, 26, 28 en 29 mogen worden gebruikt om met een rij- en trekdier op het strand te komen. De overige afritten (nummers 1 t/m 21, 24 en 27) mogen niet worden gebruikt om met rij- en trekdieren naar het strand te komen.
Artikel 15 (vellen houtopstanden)
Ter uitvoering van artikel 4:11, lid 3 onder b APV is in het Aanwijzingsbesluit een lijst met snelgroeiende boomsoorten opgenomen waarvoor tot een stamomtrek van 110 cm (diameter tot 35,03) gemeten op 1,30 meter hoogte boven het maaiveld geen omgevingsvergunning voor het kappen is vereist.
In de praktijk is gebleken dat voor deze bomen in de meeste gevallen zonder problemen een vergunning kon worden verleend en dat het vellen van de boom gezien de omvang van de kroon bij een zodanige maximale stamomtrek visueel niet zo veel impact had op de omgeving. Om die reden mogen deze snelgroeiende soorten tot een bepaalde omvang vergunningsvrij worden geveld.
Artikel 16 (opslag voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen e.d.)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Het college heeft vooralsnog geen aanleiding om plaatsen aan te wijzen waar de opslag van bedoelde goederen niet is toegestaan en hierbij nadere regels te stellen.
Artikel 17 (aanwijzing kampeerplaatsen)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Artikel 18 (kampeermiddelen en andere voertuigen)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Artikel 19 (parkeren van grote voertuigen)
Ter uitvoering van artikel 5:8 APV heeft het college parkeergelegenheden aangewezen waar het is toegestaan om een voertuig te parkeren dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter.
Het parkeren van grote vrachtwagens vormt een grote druk op het toch al beperkte aantal parkeergelegenheden binnen het dorp. Bovendien veroorzaken de grote vrachtwagens visuele hinder, geluidhinder en stankhinder. Om die reden is besloten tot het invoeren van een verbod tot het parkeren van dergelijke grote motorvoertuigen in het hele dorp, met uitzondering van speciaal daarvoor in dit artikel van het Aanwijzingsbesluit aangewezen parkeergelegenheden.
Artikel 20 (parkeren of laten staan van voertuigen)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Artikel 21 (overlast van fiets of bromfiets)
Ter uitvoering van artikel 5:12 APV heeft het college het uitgaansgebied De Grent en omgeving aangewezen als plaatsen waar het op de genoemde tijdstippen verboden is buiten de voor het parkeren van (brom)fietsen bestemde ruimten of plaatsen, (brom)fietsen te laten staan.
Het parkeren van fietsen en bromfietsen buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen kan tot de nodige overlast leiden. Met name in het uitgaansgebied De Grent en omgeving is hiervan sprake wanneer de bezoekers van de horecabedrijven die aldaar zijn gevestigd tijdens de stapavonden (vrijdag en zaterdag) massaal hier naartoe komen en hun fiets of bromfiets parkeren op plaatsen die daarvoor niet zijn ingericht. Door het benoemen van de straten waar het niet is toegestaan om fietsen en bromfietsen te parkeren buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen wordt getracht te bevorderen dat gebruik wordt gemaakt van de daarvoor aanwezige voorzieningen. Deze maatregel heeft als doel om de overlast waarvan sprake is zoveel mogelijk te voorkomen en op te heffen.
Artikel 22 (inzameling van geld of goederen)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Artikel 24 (beperking verkeer in natuurgebieden)
Van deze aanwijzingsbevoegdheid is (nog) geen gebruik gemaakt.
Het verbod zoals opgenomen in artikel 2:25 lid 1 geldt niet voor een klein evenement, als wordt voldaan aan de volgende, door de burgemeester vastgestelde, voorwaarden en voorschriften.
Het van een ontvangststempel of ontvangstbericht voorziene meldingsformulier of een kopie daarvan moet tijdens het evenement voor directe inzage op de betreffende locatie beschikbaar zijn en na een daartoe strekkend verzoek onmiddellijk ter inzage worden gegeven aan toezichthoudend ambtenaren of opsporingsambtenaren.
Bij het (buiten de grenzen van een inrichting als bedoeld in de Wet milieubeheer) ten gehore brengen van (muziek-)geluid, met inbegrip van het gebruik van een omroepinstallatie, moet het geluidniveau zoveel mogelijk in redelijke verhouding staan tot het beoogde doel. Voor zover er sprake is van het voor publiek ten gehore brengen van muziek, moet het geluidniveau zoveel mogelijk zijn afgestemd op het bereiken van het aanwezige publiek. Niet als publiek aan te merken personen (bijvoorbeeld omwonenden) mogen niet onnodig zwaar gehinderd worden.
Aan een gasfles verbonden gasslangen mogen niet langer zijn dan 1,5 meter en moeten in goede staat van onderhoud verkeren en mogen niet uitgedroogd zijn of andere beschadigingen vertonen. Gasslangen waarop de productiedatum is aangegeven mogen niet ouder zijn dan 2 jaar. Gasslangen waarop het vervangingsjaar is aangegeven moeten voor het einde van dat jaar zijn vervangen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-344909.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.