Besluit van de raad van de gemeente Eijsden-Margraten tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Eijsden-Margraten 2015

 

A

 

In artikel 1:1 wordt ‘- bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;’ vervangen door ‘- bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;’.

 

A1

 

In artikel 1:1 wordt in de definitie van ‘voertuig’ de zinsnede ‘met uitzondering van kleine wagens zoals kruiwagens, kinderwagens en rolstoelen’ vervangen door ’met uitzondering van kleine wagens, zoals kruiwagens en kinderwagens, en rolstoelen’.

 

B

 

In het opschrift van hoofdstuk 2 wordt na ‘Openbare orde’ ingevoegd ‘en veiligheid, volksgezondheid en milieu’.

 

C

 

In het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 1, wordt ‘Bestrijding’ vervangen door ‘Voorkomen of bestrijden’.

 

D

 

In artikel 2:1, derde lid, wordt ‘te bevinden’ vervangen door ‘zich te bevinden’ en wordt ‘het bevoegd bestuursorgaan’ vervangen door ‘het bevoegde bestuursorgaan’.

 

E

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 2, vervalt.

 

F

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 3, vervalt.

 

G

 

In het opschrift van artikel 2:6 wordt ‘Beperking van verspreiden’ vervangen door ‘Verspreiden’.

 

H

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 4, vervalt.

 

I

 

Artikel 2:9 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Het opschrift van artikel 2:9 komt te luiden:

  • Artikel 2:9 Vertoningen op openbare plaatsen

 

  • 2.

    In eerste lid wordt ‘en het milieu’ vervangen door ‘of het milieu’.

J

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 5, komt te luiden:

Afdeling 2. Bruikbaarheid, uiterlijk aanzien en veilig gebruik van openbare plaatsen

 

K

 

Artikel 2:10 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 3.

    In het achtste lid wordt ‘Op de vergunning’ vervangen door ‘Op de aanvraag om een vergunning’.

L

 

In artikel 2:11, vierde lid, wordt na ‘het Wetboek van Strafrecht,’ ingevoegd ‘de Wegenwet,’.

 

M

 

In het opschrift van artikel 2:12 wordt de komma vervangen door ‘of’.

 

M1

 

In de artikelen 2:24, eerste lid, onder b, en 5:14, tweede lid, onder b, wordt ‘artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet’ vervangen door ‘artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet’

 

N

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 6, vervalt.

 

O

 

Hoofdstuk 2, afdeling 7, wordt vernummerd tot hoofdstuk 2, afdeling 3.

 

P

 

Hoofdstuk 2, afdeling 8, wordt vernummerd tot hoofdstuk 2, afdeling 4.

 

Q

 

In artikel 2:27, eerste lid, wordt na ‘café,’ ingevoegd ‘waterpijpcafé,’.

 

R

 

Artikel 2:28 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Het derde lid komt te luiden:

    • 3.

      In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning slechts geheel of gedeeltelijk weigeren als naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat:

      • a.

        de woon- of leefsituatie in de omgeving van de openbare inrichting of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed; of

      • b.

        de exploitant of de leidinggevende in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

  • 2.

    Het zevende lid komt te luiden:

    • 7.

      Op de aanvraag om een vergunning of een vrijstelling is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

R1

 

In artikel 2:57, eerste lid, onder a, komt te luiden: “binnen de bebouwde kom op een openbare plaats en buiten de bebouwde kom binnen door het college aangewezen natuurlijkgebieden als de hond niet is aangelijnd”.

 

S

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 8A, komt te luiden:

Afdeling 5. Regulering paracommerciele rechtspersonen en overige aangelegenheden uit Drank- en Horecawet

 

T

 

In artikel 2:34a wordt ‘horecalocaliteit’ vervangen door ‘horecalokaliteit’.

 

V

 

Hoofdstuk 2, afdeling 9, wordt vernummerd tot hoofdstuk 2, afdeling 6.

 

W

 

Hoofdstuk 2, afdeling 10, wordt vernummerd tot hoofdstuk 2, afdeling 7.

 

W1

 

Artikel 2:48a wordt toegevoegd en komt te luiden:

 

  • 1.

    Het is verboden op een openbare plaats distikstofmonoxide (lachgas) recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben, indien dit gepaard gaat met overlast of andere gedragingen die de openbare orde verstoren, het woon- of leefklimaat nadelig beïnvloeden of anderszins hinder veroorzaken.

  • 2.

    Het is verboden op een openbare plaats die deel uitmaakt van een door het college ter bescherming van de openbare orde of het woon- en leefklimaat aangewezen gebied distikstofmonoxide (lachgas) recreatief als roesmiddel te gebruiken, voorbereidingen daartoe te verrichten of ten behoeve van dat gebruik voorwerpen of stoffen bij zich te hebben.

  • 3.

    Het college kan in het aanwijzingsbesluit het in het tweede lid bedoelde verbod beperken tot bepaalde tijden.

X

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 11, komt te luiden:

Afdeling 8. Maatregelen ter voorkoming van overlast, gevaar of schade

 

Y

 

Artikel 2:59 wordt als volgt gewijzigd:

 

  • 1.

    Het tweede lid komt te luiden:

    • 2.

      De eigenaar of houder van de hond aan wie een aanlijngebod is opgelegd, is verplicht de hond kort aangelijnd te houden, met een lijn met een lengte, gemeten van hand tot halsband, van ten hoogste 1,50 meter.

 

  • 2.

    Het derde lid, aanhef, komt te luiden:

 

  • 3.

    De eigenaar of houder van de hond aan wie een aanlijn- en muilkorfgebod is opgelegd, is naast de verplichting bedoeld in het tweede lid verplicht de hond voorzien te houden van een muilkorf die:

 

  • 4.

    Het vierde lid komt te luiden:

  •  

  • Onverminderd artikel 2:57, eerste lid, aanhef en onder c, dient een hond als bedoeld in het eerste lid voorzien te zijn van een door de minister die het aangaat op aanvraag verstrekt uniek identificatienummer door middel van een microchip die met een chipreader afleesbaar is.

Y1

Artikel 2:64 wordt ingevoegd en komt te luiden:

 

Artikel 2.4.27 (slaap)verblijf op de weg, in voertuigen en in kampeermiddelen

  • 1.

    Het is verboden op een openbare plaats, al dan niet in een motorvoertuig, te slapen, dan wel op een openbare plaats een voertuig, woonwagen, tent, caravan of een soortgelijk of ander onderkomen te plaatsen met het kennelijk doel dit als slaapplaats te gebruiken of daarin te overnachten dan wel gelegenheid daartoe te bieden.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de afdeling 5 van hoofdstuk 4.

Y2

 

In artikel 2:65 wordt ‘op of aan de weg of in een voor het publiek toegankelijk gebouw’ vervangen door ‘op een openbare plaats’.

 

Z

 

In het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 12, vervalt ‘Bepalingen ter’.

 

AA

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 13, komt te luiden:

Afdeling 10. Consumentenvuurwerk

 

AB

 

Hoofdstuk 2, afdeling 14, wordt vernummerd tot hoofdstuk 2, afdeling 11.

 

AC

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 15, komt te luiden:

Afdeling 12. Bijzondere bevoegdheden van de burgemeester

 

AE

 

In artikel 2:79, eerste lid, vervalt de komma na ‘gebruikt’.

 

AG

Het opschrift van hoofdstuk 4, afdeling 1, komt te luiden:

Afdeling 1. Voorkomen of beperken geluidhinder en hinder door verlichting

 

AI

 

Aan artikel 4:6 komt te luiden:

 

  • "1.

    Het is verboden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer of van het Besluit op een zodanige wijze toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten dat voor een omwonende of voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt.

  • 2.

    Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid geldt geen verbod voor het gebruik van knalapparatuur in de fruitteelt mits dit niet wordt aangewend in de periode van 1 september tot 1 juni en verder niet wordt aangewend in de tijdsperiode van 21.00 uur tot 06.00 uur.

  • 4.

    Ten aanzien van het gebruik van knalapparatuur, zoals bedoeld in lid 2, kunnen door het college nadere regels worden vastgesteld betreffende de frequentie en de geluidssterkte.

  • 5.

    Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet geluidhinder, de Zondagswet, de Wet openbare manifestaties, het Vuurwerkbesluit, het Activiteitenbesluit, het Bouwbesluit 2012 of de Provinciale milieuverordening.

  • 6.

    Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.”

AJ

 

In het opschrift van artikel 4:13 wordt ‘enz.’ vervangen door ‘en dergelijke’.

 

AK

 

In het opschrift van hoofdstuk 5 wordt ‘der’ vervangen door ‘van de’.

 

AL

 

In het opschrift van hoofdstuk 5, afdeling 1, wordt na ‘Parkeerexcessen’ ingevoegd ‘en stopverbod’.

 

AM

 

Artikel 5:10 komt te luiden:

 

“Artikel 5:10 Parkeren of laten stilstaan van voertuigen anders dan op de rijbaan

  • 1.

    Het is verboden een voertuig te parkeren of te laten stilstaan op een door het college aangewezen, niet tot de rijbaan behorend weggedeelte.

  • 2.

    Het verbod is niet van toepassing op voertuigen die worden gebruikt voor werkzaamheden in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam.”

AO

 

In artikel 5:15, vierde lid, onder a, wordt ‘de Wegenverkeerswet’ vervangen door ‘de Wegenverkeerswet 1994’.

 

AO1

 

In de artikelen 5:17, tweede lid, en 5:22, tweede lid, onder a, wordt ‘artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet’ vervangen door ‘artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet’.

 

AO2

 

In de artikelen 2:9, vierde lid, 2:29, zesde lid, 5:2, vijfde lid, 5:3, derde lid, 5:6, vierde lid, 5:7, derde lid, 5:8, zesde lid, 5:15, derde lid en 5:36, vierde lid, wordt ‘Op de ontheffing’ vervangen door ‘Op de aanvraag om een ontheffing’.

 

AP

 

In het opschrift van hoofdstuk 5, afdeling 6, wordt na ‘Openbaar water’ ingevoegd ‘en waterstaatswerken’.

 

AQ

 

In artikel 5:25, tweede lid, onder a, en vierde lid, wordt ‘het aanzien van de gemeente’ vervangen door ‘het uiterlijk aanzien van de gemeente’.

 

AR

 

In artikel 5:32, eerste lid, wordt na ‘met een motorvoertuig of een bromfiets’ ingevoegd ‘te crossen buiten wedstrijdverband,’.

 

AR1

 

In artikel 5:32, derde lid, wordt ‘de Wet milieubeheer’ vervangen door ‘de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, het Besluit omgevingsrecht, de Zondagswet’.

 

AS

 

Het opschrift van hoofdstuk 5, afdeling 8, komt te luiden:

Afdeling 8. Vuurverbod

 

AT

 

Het opschrift van hoofdstuk 5, afdeling 9, komt te luiden:

Afdeling 9. Asverstrooiing

 

AV

 

Artikel 2:73a wordt ingevoegd en komt te luiden:

 

“Artikel 2:73a Verbod carbid te schieten

 

  • 1.

    Het is verboden acetyleengas afkomstig van een reactie tussen calciumacetylide (carbid) en water, of een gasmengsel met vergelijkbare eigenschappen op explosieve wijze te verbranden.

  • 2.

    Het college kan ontheffing verlenen van het in lid 1 genoemde verbod.

  • 3.

    Het verbod in het eerste lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de Wet wapens en munitie, de Wet milieugevaarlijke stoffen, de Wet vervoer gevaarlijke stoffen en het Wetboek van Strafrecht.”

AW

 

Artikel 4:7a wordt ingevoegd en komt te luiden:

 

“Artikel 4:7a Verbod oplaten ballonnen en plastic confettiverbod

  • 1.

    Het is verboden ballonnen die niet biologisch afbreekbaar zijn, van welk materiaal dan ook, door middel van hete lucht afkomstig van vuur, dan wel door middel van helium of andere gassen, op te laten stijgen of te doen laten opstijgen.

  • 2.

    Onder een ballon wordt mede verstaan: herdenkingsballon, vuurballon, gelukslampion, geluksballon, sfeerballon, Thaise wensballon, papierballon etc. dan wel een voorwerp dat door middel van open vuur of gas opstijgt en zonder sturing wegdrijft.

  • 3.

    Het verbod is niet van toepassing op vaartuigen als bedoeld in de Wet luchtvaart.

  • 4.

    Het is verboden om op een openbare plaats plastic confetti en plastic serpentines te strooien. Het gebruik van spuitbussen met confetti en serpentines van plastic is eveneens niet toegestaan.”

Naar boven