Artikel
|
Omschrijving
|
Tarief
|
Variabel tarief
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
2.1.1
|
Aanlegkosten, de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft Voor de berekening van de leges wordt uitgegaan van de aanlegkosten exclusief omzetbelasting..
|
|
|
2.1.2
|
Bouwkosten: de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen
|
|
|
2.1.3
|
Sloopkosten: de aannemingssom (exclusief omzetbelasting) als bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, , of voor zover deze ontbreekt een raming van de sloopkosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke sloop van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen, en indien het slopen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het slopen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
|
|
|
2.1.4
|
Vooroverlegplan: Onder een vooroverlegplan wordt in deze titel verstaan: een tekening waarop de ruimtelijke contouren, situering en afmetingen van het op te richten bouwwerk zijn aangegeven en op basis waarvan een advies kan worden verkregen met betrekking tot de vraag of het op te richten bouwwerk niet in strijd is met de redelijke eisen van welstand. Bij strijdigheid van het bouwplan met het bestemmingsplan wordt tevens onderzocht of medewerking aan het bouwplan in rede ligt. Het vooroverlegplan blijft bestaan voor eenvoudigere initiatieven. De complexe initiatieven worden bij indiening gesignaleerd en komen op de intaketafel.
|
|
|
2.1.4.1
|
Intaketafel: Het doel van de Omgevingswet is de dienstverlening transparanter, eenvoudiger en sneller te maken. Onderdeel daarvan is het instrument van de intaketafel. Deze zorgt ervoor dat een initiatiefnemer vroegtijdig een eerste idee krijgt van de wenselijkheid, de haalbaarheid en de aandachtspunten van zijn plan. Een uitwerking op hoofdlijnen is daarvoor voldoende (massa, situering, aantal woningen, aanduiding andere functies). Tijdens de intaketafel ontvangt de initiatiefnemer een eerste reactie van diverse vakspecialisten. Achteraf ontvangt hij een korte puntsgewijze terugkoppeling. De intaketafel is bedoeld voor grotere plannen (bijvoorbeeld voor meerdere woningen).
|
|
|
2.1.5
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
2.1.6
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
2.1.7
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
Hoofdstuk 2 Vooroverleg en intaketafel
|
2.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in indienen van een aanvraag
|
|
|
2.2.1.1
|
Om beoordeling van een vooroverlegplan als bedoeld in artikel 2.1.4 voor wat betreft de toets aan het bestemmingsplan.
|
€ 219,25
|
|
2.2.1.1.1
|
Om beoordeling van een casus aan de intaketafel als bedoeld in artikel 1.4.1 voor wat betreft de haalbaarheidstoets op basis van het bestemmingsplan (Wet ruimtelijke ordening)
|
€ 667,10
|
|
2.2.1.2
|
om beoordeling van een vooroverlegplan als bedoeld in artikel 1.4. voor wat betreft de toets aan de redelijke eisen van welstand.
|
€ 219,25
|
|
2.2.1.2.1
|
Om beoordeling van een intakecasus als bedoeld in 1.4.1 voor wat betreft de toets aan redelijke eisen van welstand.
|
€ 219,25
|
|
2.2.1.3
|
indien de intakecasus aan de gemeenteraad moet worden voorgelegd, worden de leges vermeerderd met
|
€ 564,20
|
|
2.2.1.2
|
om beoordeling van een vooroverlegplan als bedoeld in artikel 1.4. voor wat betreft de toets aan de redelijke eisen van welstand.
|
€ 219,25
|
|
2.2.1.3
|
indien het vooroverlegplan aan de gemeenteraad moet worden voorgelegd, worden de leges vermeerderd met
|
€ 564,20
|
|
2.2.2
|
Indien binnen 26 weken na het verzenden van de schriftelijke reactie op het vooroverlegplan een definitieve bouwaanvraag wordt ingediend, die in overeenstemming is met het eindresultaat van het vooroverleg, worden de reeds in rekening gebrachte leges voor het vooroverlegplan verrekend met de leges van de definitieve omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen. Restitutie van leges vindt niet plaats.
|
|
|
2.2.2.1
|
Artikel 2.2 geldt niet voor een casus die naar de intaketafel gaat. Deze casus vraagt door zijn complexiteit meer inzet van de vakspecialisten. In veel gevallen zal bij het voortzetten van het initiatief de gemeentelijke kosten worden verhaalt in een anterieure overeenkomst.
|
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten: De omgevingsvergunning: Het tarief bedraagt voor het indienen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel in afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief 3,13% van de vastgestelde bouwkosten, voor het bouwen of verbouwen waartoe de vergunning wordt verleend, gehele afwerking inbegrepen met een minimum van 219,25
|
€ 219,25
|
3,13%
|
2.3.1.2
|
Toetsing aan de welstand: Indien voor de aanvraag van een omgevingsvergunning overeenkomstig artikel 3.1.1 advies van de Welstandscommissie behoeft te worden ingewonnen dan wel het vooroverlegplan bij beoordeling duidelijk voldoet aan de vastgestelde sneltoetscriteria, of het een herhalingsplan betreft waarvoor eerder welstandelijk positief is geadviseerd, het overeenkomstig 2.1.2 en 3.1.1 berekende bedrag verhoogd met plus 0,25% van de vastgestelde bouwkosten met een maximum legesbedrag van € 2.250,--
|
€ 41,20
|
|
2.3.1.3
|
Extra toetsing aan de welstand: Voor elke extra beoordeling wordt een toeslag berekend van 40% van de in artikel 3.1.2 berekende kosten
|
|
|
2.3.1.4
|
Verplicht advies agrarische commissie: Onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1.1 is het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is
|
€ 79,80
|
|
2.3.1.5
|
Vergunningvrij bouwwerk: Als blijkt dat een ingediende aanvraag om een omgevingsvergunning/ vooroverleg vergunningvrij is of als de indiener verzoekt tot toetsing aan de regelgeving voor vergunningsvrij bouwen, dan bedraagt het tarief:
|
€ 83,05
|
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
2.3.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief 3,13% van de vastgestelde aanlegkosten voor het aanleggen waartoe vergunning wordt verleend, gehele afwerking inbegrepen met een minimum van 215,80
|
€ 219,25
|
3,13%
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 3.1:
|
|
|
2.3.3.1
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking)
|
€ 104,75
|
|
2.3.3.2
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking)
|
€ 104,75
|
|
2.3.3.3
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking)
|
€ 1.855,05
|
|
2.3.3.4
|
Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
€ 104,75
|
|
2.3.3.5
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking exploitatieplan)
|
€ 104,75
|
|
2.3.3.6
|
Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving)
|
€ 1.639,80
|
|
2.3.3.7
|
Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving)
|
€ 703,20
|
|
2.3.3.8
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit)
|
€ 492,30
|
|
2.3.3.9
|
Indien voor een Wro procedure een publicatie nodig is worden de bedragen zoals genoemd in onderdeel 3.3 verhoogd met
|
€ 29,40
|
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.4.1
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1°, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 365,15
|
|
2.3.4.2
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):
|
€ 365,15
|
|
2.3.4.3
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3°, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 1.843,65
|
|
2.3.4.4
|
Indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
€ 365,15
|
|
2.3.4.5
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 365,15
|
|
2.3.4.6
|
Indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 1.644,60
|
|
2.3.4.7
|
Indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 1.096,40
|
|
2.3.4.8
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 731,25
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken van bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d , van de Wabo, bedraagt het tarief voor een bouwwerk met een oppervlakte:
|
|
|
2.3.5.1.1
|
a. tot 100 m2 een vast bedrag van
|
€ 559,90
|
|
2.3.5.1.2
|
b. van 100 tot 500 m2 een vast bedrag van
|
€ 209,70
|
|
2.3.5.1.3
|
en per m2 vermeerderd met
|
€ 4,15
|
|
2.3.5.1.4
|
c. van 500 tot 2.000 m2 een vast bedrag van
|
€ 1.377,45
|
|
2.3.5.1.5
|
en per m2 vermeerderd met
|
€ 1,10
|
|
2.3.5.1.6
|
d. van 2.000 tot 5.000 m2 een vast bedrag van
|
€ 3.110,35
|
|
2.3.5.1.7
|
en per m2 vermeerderd met
|
€ 0,25
|
|
2.3.5.1.8
|
e. van 5.000 tot 50.000 m2 een vast bedrag van
|
€ 4.138,65
|
|
2.3.5.1.9
|
en per m2 vermeerderd met
|
€ 0,10
|
|
2.3.5.1.10
|
f. groter dan 50.000 m2
|
€ 8.963,80
|
|
2.3.5.2
|
vervallen
|
|
|
2.3.5.3
|
Indien de aanvrager van vergunning, als bedoeld in artikel 3.5.1 voordat daarover definitief is beschikt de aanvraag schriftelijk intrekt, wordt op het in artikel 3.5.1 genoemde tarief een restitutie van 50% verleend.
|
|
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Erfgoedverordening aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 11 van de Erfgoedverordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
€ 214,35
|
|
2.3.6.1.1
|
Voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument
|
€ 214,35
|
|
2.3.6.1.2
|
Voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar wordt gebracht.
|
€ 214,35
|
|
2.3.7
|
vervallen
|
|
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen van een weg: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 223,70
|
|
2.3.9
|
Maken of veranderen van een uitweg:
|
|
|
2.3.9.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 58,05
|
|
2.3.9.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het veranderen of veranderen van het gebruik van een bestaande uitweg naar de openbare weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de APV een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 28,50
|
|
2.3.10
|
Kappen van houtopstand: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 83,05
|
|
2.3.10.1
|
Handelsreclame: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelsreclame met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of de APV een vergunning of ontheffing is vereist, en indien niet tevens sprake is van een activiteit als bedoeld in onderdeel 3.1.1 (bouwactiviteit), bedraagt het tarief:
|
€ 83,05
|
|
2.3.10.2
|
indien de activiteit bestaat uit het maken of voeren van die handelsreclame bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder h, van de Wabo:
|
€ 223,70
|
|
2.3.10.3
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat die handelsreclame aan de onroerende zaak wordt gemaakt of gevoerd, bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder i, van de Wabo:
|
€ 223,70
|
|
2.3.11
|
Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998
|
|
|
2.3.11.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op handelingen in een beschermd natuurgebied die schadelijk kunnen zijn voor het natuurschoon, de natuurwetenschappelijke betekenis of voor de dieren of planten, als bedoeld in artikel 16, eerste lid, van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 223,70
|
|
2.3.11.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het realiseren van projecten of andere handelingen met gevolgen voor habitats en soorten in een door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit aangewezen gebied als bedoeld in artikel 19d, eerste lid van de Natuurbeschermingswet 1998 bedraagt het tarief:
|
€ 223,70
|
|
2.3.12
|
Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een handeling waarvoor op grond van artikel 75, derde lid, van de Flora- en faunawet ontheffing nodig is, bedraagt het tarief, het tarief dat bij de gemeente in rekening wordt gebracht door een externe partij.
|
|
|
2.3.13
|
Andere activiteiten: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
€ 223,70
|
|
2.3.13.1
|
Behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 223,70
|
|
2.3.13.2
|
Behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 223,70
|
|
2.3.13.2.1
|
a. als het een gemeentelijke verordening betreft:
|
€ 223,70
|
|
2.3.13.2.2
|
b. als het provinciale of waterschapsverordening betreft:
|
€ 223,70
|
|
2.3.14
|
Omgevingsvergunning in twee fasen: Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.14.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft.
|
|
|
2.3.14.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
2.3.15
|
Bodemonderzoeken: Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
|
2.3.15.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
|
|
2.3.15.1.1
|
a. bij een perceeloppervlakte kleiner dan 500 m2
|
€ 285,55
|
|
2.3.15.1.2
|
b. bij een perceeloppervlakte gelijk of groter dan 500 m2
|
€ 434,75
|
|
2.3.15.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
|
|
2.3.15.2.1
|
a. bij een perceeloppervlakte kleiner dan 500 m2
|
€ 285,55
|
|
2.3.15.2.2
|
b. bij een perceeloppervlakte gelijk of groter dan 500 m2
|
€ 434,75
|
|
2.3.16
|
Advies
|
|
|
2.3.16.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.3.16.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
2.3.17
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
|
2.3.17.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€ 223,70
|
|
2.3.17.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 3.16.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
2.4.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 3.17 en 3.18. de vermindering bedraagt
|
|
|
2.4.1.1
|
Bij 5 tot 10 activiteiten van de voor die activiteit verschuldigde leges
|
|
2,00%
|
2.4.1.2
|
Bij 10 tot 14 activiteiten van de voor die activiteit verschuldigde leges
|
|
3,00%
|
2.4.1.3
|
Bij 14 of meer activiteiten van de voor die activiteit verschuldigde leges
|
|
5,00%
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteit: Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 3.1, 3.2, 3.6 en 3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
2.5.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
50,00%
|
2.5.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken en binnen 8 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
30,00%
|
2.5.1.3
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 8 weken en binnen 26 weken na het in behandeling nemen ervan van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
20,00%
|
2.5.2
|
Minimumbedrag voor teruggaaf: Een bedrag minder dan wordt niet teruggegeven.
|
€ 221,35
|
|
Hoofdstuk 6 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
2.6.1
|
vervallen
|
|
|
Hoofdstuk 7 Bestemmingswijzigingenzonder activiteiten
|
2.7.1
|
de kosten van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening, worden in rekening gebracht bij de aanvrager door het afsluiten van een anterieure overeenkomst
|
|
|
2.7.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in respectievelijk artikel 3.6, eerste lid, onder a. en b. van de Wet ruimtelijke ordening.
|
€ 1.843,65
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Overschrijvingvergunning op naam
|
2.8.1
|
Het tarief voor de overdacht van de tenaamstelling van een omgevingsvergunning met uitzondering van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.3.5.1 of een vergunning als bedoeld in artikel 17.13 bedraagt
|
€ 85,80
|
|
Hoofdstuk 9 In deze titel niet benoemde beschikking
|
2.9.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking
|
€ 223,70
|
|
Hoofdstuk 10 Buiten behandeling omgevingsvergunning/ vooroverleg
|
2.10.1
|
Het tarief voor de aanvraag van een omgevingsvergunning/vooroverleg die buiten behandeling wordt gelaten bedraagt
|
€ 221,35
|
|