Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent de heffing en invordering van precariobelasting (Verordening precariobelasting 2021)

De raad van de gemeente Amersfoort;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 1 december 2020, DIR/BEL

(nr. 1381010);

 

gelet op de artikelen 216 en 228 van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de:

 

Verordening precariobelasting 2021

Artikel 1 Voorwerp van belasting, belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt ter zake van het hebben van voorwerpen, onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond een belasting geheven overeenkomstig de navolgende bepalingen.

Artikel 2 Belastingplicht

De belasting wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen onder, op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel ten behoeve van wie de voorwerpen worden aangetroffen.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief.

De belasting wordt geheven naar het aantal eenheden, bepaald en berekend aan de hand van de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het bepaalde in de artikelen 4 en 5 en van de in de tabel gegeven aanwijzingen

Artikel 4 Berekening heffingsmaatstaf; tarieven

  • 1.

    Bij het hebben van voorwerpen op of boven de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt de oppervlakte bepaald op die, welke door de voorwerpen wordt overdekt.

  • 2.

    Bij het hebben van voorwerpen onder de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt de oppervlakte bepaald op die uitgaande van een horizontale projectie van de voorwerpen.

  • 3.

    Gedeelten van de in de tarieventabel genoemde tijds- en andere eenheden worden voor een geheel gerekend.

Artikel 5 Begripsomschrijving en ontstaan belastingplicht

  • 1.

    Voor de toepassing van de tarieventabel wordt verstaan onder:

    • a.

      jaar: een kalenderjaar

    • b.

      maand: een kalendermaand

    • c.

      week: een kalenderweek

    • d.

      dag: een etmaal

    • e.

      reclamevoorwerp: voorwerpen met daarop openbare aankondigingen, zoals (uithang)borden, lichtbakken, sandwichborden, vlaggen en dergelijke, met uitzondering van halteborden, wegwijzers en soortgelijke voorwerpen.

  • 2.

    Voor de toepassing van de tarieventabel wordt verstaan onder:

    • a.

      Zone A

      Het gebied dat wordt omringd door de navolgende wegen: Stadsring, Flierbeeksingel, Scheltussingel, Schimmelpenninckkade, Grote Spui en de spoorlijn tot aan de Stadsring;

    • b.

      Zone B

      Het gebied dat wordt begrensd door de gemeentegrens en de begrenzing van zone A, met inbegrip van de wegen waarmee Zone A wordt omringd.

Artikel 6 Belastingtijdvak

Indien de belasting wordt geheven naar jaartarieven is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar waarin de voorwerpen aanwezig zijn. In de overige gevallen is het belastingtijdvak de maand, de week of de dag waarin de voorwerpen aanwezig zijn, met dien verstande dat ook heffing voor elk belastbaar feit afzonderlijk kan plaatsvinden.

Artikel 7 Vrijstellingen

De belasting wordt niet geheven ter zake van:

  • a.

    het hebben van voorwerpen, waarvan de gemeente genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is, met uitzondering van voorwerpen die in gebruik zijn bij een derde.;

  • b.

    voorwerpen welke ingevolge een wettelijk voorschrift moeten worden gedoogd;

  • c.

    het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare grond waarvoor krachtens een andere belastingverordening gelden aan de gemeente verschuldigd zijn;

  • d.

    het hebben van voorwerpen ten dienste van het wegverkeer, zoals wegwijzers en soortgelijke voorwerpen van de Koninklijke Nederlandse Toeristenbond, A.N.W.B. en van daarmee op een lijn te stellen lichamen;

  • e.

    verlichting ten behoeve van het aanlichten van gevels, voor zover daarop geen openbare aankondigingen zijn aangebracht en deze verlichting niet in hoofdzaak wordt gebruikt ter verlichting van openbare aankondigingen;

  • f.

    het hebben van voorwerpen onder, op of boven de grond ter realisering van bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gegeven categorieën van woningen, standplaatsen, of woonwagens, die vrij zijn van legesheffing op grond van artikel 88 van de Woningwet;

Artikel 8 Ontstaan belastingschuld; ontheffing

  • 1.

    De belasting is verschuldigd bij aanvang van het belastingtijdvak of, zo dit later is, op het tijdstip waarop het hebben van een voorwerp een aanvang neemt.

  • 2.

    Indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en het hebben van voorwerpen aanvangt in de loop van het tijdvak, beloopt de belasting zoveel twaalfden van het over een jaar te betalen bedrag als er na het aanvangstijdstip nog volle maanden van het tijdvak resteren.

  • 3.

    Indien het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar en de voorwerpen zijn verwijderd voor het verstrijken van het belastingtijdvak, wordt op aanvraag van de belastingplichtige naar evenredigheid ontheffing verleend voor zoveel twaalfden van het over een jaar te betalen bedrag na de verwijdering resterende volle maanden van het belastingtijdvak.

Artikel 9 Wijze van heffing

  • 1.

    De belasting wordt geheven bij wege van aanslag, gedagtekende nota of ander schriftuur.

  • 2.

    Belastingbedragen van minder dan € 10,00 worden niet opgelegd, met dien verstande dat voor de toepassing van het eerste zinsdeel het totaal van de op één aanslagbiljet, gedagtekende nota of ander schriftuur verenigde aanslagen aangemerkt worden als één belastingaanslag, nota of ander schriftuur.

Artikel 10 Termijn van betaling

De belasting moet worden voldaan binnen veertien dagen na dagtekening van de aanslag, nota of andere schriftuur.

Artikel 11 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het redactioneel wijzigen van de verordening en de bijbehorende tarieventabel, alsmede tot het wijzigen van tarieven in verband met Covid-19 en de daaraan gekoppelde overheidsmaatregelen.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en

invordering van de precariobelasting.

Artikel 13 Kwijtschelding

Voor deze belasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 14 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De 'Verordening precariobelasting 2020’ van 5 november 2019, wordt ingetrokken, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich hebben voorgedaan voor de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als 'Verordening precariobelasting 2021'.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 15 december 2020.

de griffier,

de voorzitter,

Bijlage 1: TARIEVENTABEL VERORDENING PRECARIOBELASTING 2021

 

 

Behoort bij verordening 2021

 

 

 

docs reg.nr. 922277

 

2021

 

A.

ALGEMEEN TARIEF

 

 

Voor het gebruik of genot van of voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven

openbare gemeentegrond, niet genoemd in deze tabel onder B tot en met N, per m²

gemeten naar de grootste horizontale of verticale oppervlakte, bedraagt het tarief:

 

per week

1,05

B.

WEDSTRIJDEN, TENTOONSTELLINGEN, CIRCUSSEN enz.

 

 

 

Voor het houden van een tentoonstelling, een wedstrijd -met uitzondering van een

 

 

 

motor- of rijwielwedstrijd-, het geven van een sportfeest, het hebben van een circus,

 

 

 

kermis en (overige) commerciele evenementen, bedraagt het tarief per dag voor:

 

 

1.

de eerste 250 m² of minder, per m²

0,37

2.

voor elke volgende m²

0,06

 

 

 

 

C.

SCHUTTINGEN, STEIGERS MATERIALEN enz.

 

 

 

Voor het hebben van schuttingen, steigers, loodsen, keten, bouwmaterialen, puin,

 

 

afval, werktuigen ten dienste van bouw- of sloopwerkzaamheden en andere soort-

 

gelijke objecten, bedraagt het tarief per m² ingenomen grond:

 

 

 

per week

1,05

D.

VOOR HET OPSLAAN OF UITSTALLEN VAN GOEDEREN

 

 

 

Voor het opslaan of uitstallen van goederen op de openbare weg, anders dan zoals

 

 

 

bedoeld in afdeling 4 van de Algemene Plaatselijke Verordening Amersfoort,

 

 

 

gedurende langer dan een dag, bedraagt het tarief per m²,

 

 

 

per week

1,05

 

 

 

 

E.

TERRASSEN

 

 

1.

Voor het hebben van banken, tafeltjes en stoelen, tochtschermen, bloemen- of

 

 

 

plantenbakken en dergelijke, per vergunde m², in de maanden maart tot en met oktober,

 

 

 

per maand

 

 

a.

in Zone A

3,68

b.

in Zone B

2,88

2.

Voor het hebben van banken, tafeltjes en stoelen, tochtschermen, bloemen- of

 

 

 

plantenbakken en dergelijke, per m², in andere maanden dan genoemd in lid 1,

 

 

 

voor zowel zone A als zone B,

 

 

 

per maand

1,02

3.

Voor het hebben van banken, tafeltjes en stoelen, tochtschermen, bloemen- of

 

 

 

plantenbakken en dergelijke, waarvan het vergunde oppervlakte in verband met

 

 

 

Covid-19 en de daaraan gekoppelde overheidsmaatregelen is verruimd,

 

 

 

bedraagt het tarief per extra m², voor zowel zone A als zone B, per maand

0,00

 

 

 

 

F.

RAILS

 

 

 

Voor het hebben van rails, anders dan normaal spoor, bedraagt het tarief per meter,

 

 

 

per jaar

36,96

 

 

G.

DRADEN, KABELS, BUIZEN, KOKERS enz.

 

 

1.

Het tarief voor het hebben van:

 

 

 

een draad, kabel, buis, koker of geleiding, bedraagt per meter, per jaar

0,80

2.

buizen van de N.V. Nederlandse Gasunie voor rechtstreekse levering aan groot-

 

 

 

verbruikers, berekend naar de lengte van het buizennet op 1 januari van elk jaar,

 

 

 

bedraagt per meter, per jaar

0,78

3.

Voor winkelwagensbeveiligingssystemen geldt dat bij noodzakelijke dubbele

 

 

 

bekabeling deze als één wordt aangemerkt

 

 

 

 

 

 

H.

AFLEVERINGSINRICHTINGEN MOTORBRANDSTOFFEN

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het hebben van

 

 

1.

een pomp voor de verstrekking van vloeibare of gasvormige motorbrandstoffen met

 

 

 

inbegrip van de daarbij behorende zuigleiding:

 

 

a.

voor een mantel met één pomp, per jaar

367,20

b.

voor elke in dezelfde mantel aangebrachte extra pomp, per jaar

187,39

2.

een tank voor vloeibare of gasvormige motorbrandstoffen met inbegrip van de daarbij

 

 

 

behorende vul- en peilpunten met leidingen, per m², per jaar

30,48

 

 

 

 

I.

HALTEBORDEN, WEGWIJZERS

 

 

 

Voor het hebben van een haltebord, wegwijzer of soortgelijk voorwerp bedraagt het

 

 

 

tarief:

 

 

 

per maand

1,75

 

 

 

 

J.

TRANSPORTBANEN, WEEGBRUGGEN enz.

 

 

1.

Voor het hebben van een weegbrug, transportbaan of -buis, kraan of dergelijke

 

 

 

inrichting, dienende als weeg-, los- of laadinrichting, bedraagt het tarief:

 

 

 

per maand

32,64

2.

De in het vorige lid genoemde rechten worden niet geheven indien de inrichting niet

 

 

 

langer dan twee dagen aanwezig zal zijn.

 

 

K.

RECLAMEVOORWERPEN, WEEG- EN VERKOOPTOESTELLEN

 

 

1.

Het tarief bedraagt voor het hebben van:

 

 

a.

een onverlicht reclamevoorwerp, weeg- of verkooptoestel

 

 

 

per maand

3,58

b.

een verlicht reclamevoorwerp, weeg- of verkooptoestel

 

 

 

per maand

5,10

2.

De in het eerste lid genoemde belasting wordt niet geheven indien het tot reclame

 

 

 

dienende voorwerp, weeg- of verkooptoestel niet meer dan 12 cm boven openbare

 

 

 

grond of openbaar water uitsteekt.

 

 

 

 

 

 

3.

De in het eerste lid genoemde belasting wordt verdubbeld indien het tot reclame

dienende voorwerp, weeg- of verkooptoestel niet tegen een gevel maar vrijstaand

 

wordt geplaatst.

 

 

 

 

 

 

L.

LOS- EN LAADPLAATSEN

 

 

 

Voor het hebben van een los- en laadplaats, waaronder begrepen een aanlegsteiger,

 

 

 

vlonder of brug voor zover deze niet de hoofdtoegang tot het betrokken perceel vormt,

 

 

 

bedraagt het tarief per m²,

 

 

 

per maand

1,05

M.

LIGPLAATSEN VOOR VAARTUIGEN EN SCHUITENHUIZEN

 

 

 

Voor het hebben van een ligplaats voor kano's en roeiboten, andere vaartuigen of een

 

 

 

schuitenhuis, bedraagt het tarief per m²

 

 

 

per maand

0,55

 

 

 

 

N.

LUIFELS

 

 

1.

Voor het hebben van een luifel bedraagt het tarief:

 

 

 

per m², per maand

 

 

a.

voor de eerste 5 m² of minder

2,43

b.

voor de volgende 5 m² of minder

1,54

c.

voor elke volgende m²

1,02

2.

Het onder 1 genoemde tarief wordt niet geheven over luifels gelegen boven terrassen

 

 

 

als bedoeld in artikel E van deze tarieventabel.

 

 

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 15 december 2020

 

de griffier,

 

de voorzitter,

 

Naar boven