Gemeenteblad van Hoeksche Waard
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hoeksche Waard | Gemeenteblad 2020, 342892 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Hoeksche Waard | Gemeenteblad 2020, 342892 | Beleidsregels |
Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hoeksche Waard houdende regels omtrent werk en participatie (Beleidsregels Werk en Participatie Hoeksche Waard)
Het college van de gemeente Hoeksche Waard;
gelet op het bepaalde in de Verordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Hoeksche Waard;
Overwegende dat het wenselijk is regels ter uitvoering van de Verordening Participatiewet, IOAW en IOAZ Hoeksche Waard vast te stellen;
gelezen het advies van adviesraad Sociaal Domein Hoeksche Waard;
Beleidsregels Werk en Participatie Hoeksche Waard
In deze beleidsregels wordt ingegaan op de volgende re-integratievoorzieningen:
Hoofdstuk 1 Participatieplaats
Hoofdstuk 2 Werkervaringsplaats
Hoofdstuk 3 Jobcoaching (begeleiding op de werkplek)
Hoofdstuk 4 Incidentele loonkostensubsidie
Hoofdstuk 6 Bijdrage in kosten in verband met arbeid/arbeidsinschakeling
Hoofdstuk 7 Overige bepalingen
Het uitgangspunt van deze beleidsregels is om enerzijds richting te geven (binnen de wettelijke kaders) aan de uitvoering van de Participatiewet, IOAW en IOAZ, maar anderzijds om voldoende ruimte te laten voor het toepassen van maatwerk.
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader zijn omschreven,
hebben dezelfde betekenis als in de Verordening Participatiewet, IOAW en IOAZ gemeente Hoeksche Waard en/of de Participatiewet, IOAW en IOAZ.
Hoofdstuk 1. Participatieplaats
Een participatieplaats is een onbetaalde baan waarin een langdurig werkloze, met behoud van uitkering, werkervaring kan opdoen en sociale vaardigheden kan aanleren.
Artikel 1.1. Voorwaarden voor het toekennen van een participatieplaats
Er is sprake van een participatieplaats als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
Hoofdstuk 2. Werkervaringsplaats
De werkervaringsplaats is een tijdelijke arbeidsplaats die bedoeld is om de inwoner werkervaring op te laten doen, hiermee zijn arbeidsmarktpositie te verbeteren en zijn kans op betaald werk te vergroten.
Tot de doelgroep behoort de persoon zoals omschreven in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet.
Hoofdstuk 3. Jobcoach (begeleiding op de werkplek)
(in het kader van de Wet Banenafspraak)
Een jobcoach helpt mensen met een arbeidsbeperking met werken in een reguliere functie.
Jobcoaching heeft als doel dat een werknemer (uiteindelijk) zonder ondersteuning van een jobcoach bij een reguliere werkgever werkzaam kan zijn en blijven. Dit betekent dat de werknemer aan het einde van de jobcoachingsperiode zelfstandig zijn werk kan uitvoeren en/of de werkgever zelf in staat is hem (verder) te begeleiden op zijn werkplek.
Jobcoaching kan worden ingezet voor personen als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet voor zover zij:
Hoofdstuk 4. Incidentele loonkostensubsidie
Een tegemoetkoming voor werkgevers bij het in dienst nemen van een inwoner met een afstand tot de arbeidsmarkt.
De werkgever is verplicht onverwijld melding te doen van voortijdige dienstbeëindiging opdat de loonkostensubsidie per de eerste mogelijkheid kan worden stopgezet. Als de voortijdige dienstbeëindiging plaats vindt binnen de kalendermaand zelf, wordt de loonkostensubsidie, indien al uitbetaald, beëindigd per de volgende maand.
De incidentele loonkostensubsidie kan worden verstrekt aan een werkgever welke een arbeidsovereenkomst afsluit met een inwoner die een uitkering ingevolge de Participatiewet, de IOAW of de IOAZ ontvangt en
(gedeeltelijk) arbeidsbelemmerd 1 is of;
Inwoners van wie door het college is vastgesteld dat dit noodzakelijk is omdat arbeidsinschakeling (mede) vanwege ontbrekende kennis en/of vaardigheden niet direct mogelijk is.
Scholing wordt niet ingezet voor jongeren, die regulier onderwijs kunnen volgen en die daarvoor studiefinanciering kunnen ontvangen overeenkomstig de bepalingen van de Wet studiefinanciering 2000 of een tegemoetkoming volgens hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten.
Scholing wordt ook niet ingezet voor inwoners die gebruik kunnen maken van het zogenoemde levenlanglerenkrediet.
Hoofdstuk 6. Bijdrage in kosten in verband met arbeid/arbeidsinschakeling
Hoofdstuk 7. Overige bepalingen
Artikel 7.2 Intrekken oude beleidsregels
De volgende beleidsregels worden ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze beleidsregels
Een re-integratie voorziening die op grond van een bij 7.2 ingetrokken beleidsregel wordt verstrekt, blijft ook na de ingangsdatum van deze beleidsregel doorlopen. Deze re-integratie voorziening loopt door totdat het college een nieuw besluit over die voorziening heeft genomen waarbij het toekenningsbesluit wordt ingetrokken.
Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente de gemeente Hoeksche Waard, d.d. 15 december 2020.
De secretaris
de burgemeester
Hoofdstuk 2 - Werkervaringsplaats
De doelgroep wordt gevormd door personen zoals bedoeld in artikel 7, eerste lid, onder a, van de Participatiewet.
Artikel 2.2. Doel werkervaringsplaats
Een werkervaringsplaats is gericht op het uitbreiden van ervaring. Het opdoen van werkervaring met ‘echt’ werk vergroot de kans op succesvolle door- en uitstroom. Doel van de werkervaringsplaats is (gedeeltelijke) uitstroom naar een betaalde baan, eventueel in combinatie met loonkostensubsidie.
Een werkervaringsplaats kan zowel worden ingezet voor bijstandsgerechtigden met een korte als een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Wanneer een kandidaat al beschikt over basis werknemersvaardigheden kan hij op een werkervaringsplaats zijn beroepsvaardigheden verder ontwikkelen. De inwoner leert productieve werkzaamheden aan. De inwoner leert om deze uit te voeren bij een werkgever en heeft daarbij begeleiding nodig. Eventueel kan het werktraject samengaan met een scholingscomponent. Voor bijstandsgerechtigden die nog basis werknemersvaardigheden moeten ontwikkelen kunnen plekken binnen de gemeente of bij andere organisaties, bedrijven of instellingen worden gecreëerd waar veel begeleiding aanwezig is. Op deze werkervaringsplekken staat het aanleren van basale vaardigheden als ‘op tijd komen’, ‘collegiaal gedrag’, ‘afspraken nakomen’, etc. voorop.
De activiteiten die in het kader van een werkervaringsplaats worden verricht, mogen niet leiden tot verdringing van reguliere arbeid. Van verdringing is sprake op het moment dat de concurrentie om een baan op een oneerlijke manier plaatsvindt en leidt tot baanverlies van de een ten gunste van de ander. Het moet gaan om additionele werkzaamheden. Dit houdt in dat het een speciaal gecreëerde functie betreft of een al bestaande functie die een uitkeringsgerechtigde alleen met speciale begeleiding kan verrichten. Hij zal minder productief zijn dan zijn collega’s op een reguliere arbeidsplaats.
Naarmate een bijstandsgerechtigde langer een werkervaringsplaats bezet, is de kans groter dat er geen sprake meer is van additionele werkzaamheden, maar wel van verdringing. De werkervaringsplaats kent daarom een beperkte periode. In het tweede lid wordt geregeld dat een werkervaringsplaats een maximumtermijn van drie maanden kent. In bijzondere gevallen kan deze termijn met onderbouwing worden verlengd met 3 maanden. Bij een langere periode bestaat het risico dat de rechter vaststelt dat er sprake is van een dienstbetrekking.
Artikel 2.4. Verplichtingen werkgever
De werkgever is in eerste instantie verantwoordelijk voor het afsluiten van een aansprakelijkheids- en ongevallenverzekering ten behoeve van de uitkeringsgerechtigde. Als de werkgever geen verzekering kan afsluiten, dan draagt de gemeente zorg voor verzekering. Hiertoe heeft de gemeente de praktijkervaringsplekpolis afgesloten.
Hoofstuk 3 - Jobcoach (begeleiding op de werkplek)
Het college bepaalt of en op basis van welk begeleidingsregime een jobcoach wordt ingezet. Jobcoaching kan door HWwerkt! worden ingekocht, of op basis van een subsidie aan de werkgever door de werkgever worden gegeven en/of door de werkgever worden georganiseerd. Aanspraak op begeleiding op de werkplek vindt plaats op grond van artikel 10 da. Participatiewet voor personen die tot de doelgroep loonkostensubsidie behoren. Op grond van artikel 10, eerste lid Participatiewet kunnen ook andere personen die niet tot de doelgroep loonkostensubsidie behoren voor jobcoaching in aanmerking komen
De vergoeding van de jobcoaching wordt bepaald op basis van het van toepassing zijnde begeleidingsregime.
Hierbij wordt uitgegaan van het Besluit beleidsregels UWV-normbedragen voorzieningen per 1-7-2020
De vergoedingen gelden voor inzet van eigen/interne of externe jobcoach.
De bedragen zijn inclusief eventuele bijkomende kosten (bijvoorbeeld reiskosten) en exclusief (eventueel) verschuldigde BTW.
Als er sprake is van de inzet van forfaitaire loonkostensubsidie wordt voor het begeleidingsregime uitgegaan van het begeleidingsregime ‘licht’.
Mocht blijken dat er overgegaan moet worden naar het regime ‘midden’ zal een al ontvangen vergoeding in het kader van het regime ‘licht’ hiermee worden verrekend.
Vergoeding voor jobcoaching bij een proefplaatsing
Maximaal 10 uur. Uurtarief € 75,82.
Hoofdstuk 6 -Bijdrage in kosten in verband met arbeid/arbeidsinschakeling
Het belangrijkste doel van de Participatiewet is zoveel mogelijk mensen met of zonder arbeidsbeperking in te schakelen in het arbeidsproces. Als de inwoner bij de arbeidsinschakeling noodzakelijke kosten maakt en hij deze niet kan betalen uit het inkomen, kunnen die, onder bepaalde voorwaarden, vergoed worden.
Artikel 6.1. Bijdrage in reiskosten en /of verwervingskosten
Reiskosten of verwervingskosten kunnen voor personen met een inkomen op bijstandsniveau of net daarboven, een belemmering zijn om aan het werk te gaan. In het geval de werkgever aantoonbaar geen vergoeding voor deze kosten verstrekt, kan voor deze kosten een bijdrage toegekend worden. Aangezien het algemeen gebruikelijk geacht wordt dat een afstand tot 10 kilometer enkele reis op de fiets wordt overbrugd, komt men pas in aanmerking voor bijzondere bijstand als de reisafstand naar de werkgever meer dan 10 kilometer bedraagt. Is er sprake van bijzondere omstandigheden dan kan van deze regel afgeweken worden.
Artikel 6.2. Hoogte van de bijdrage in reiskosten en/of verwervingskosten
Als de afstand van huis naar werk meer bedraagt dan 10 kilometer, worden de reiskosten over de volledige afstand vergoed.
Veer- en tolkosten worden op declaratiebasis vergoed.
Soms moet een inwoner specifieke, onvermijdelijke kosten maken die het gevolg zijn van het verwerven van werk en het aanvaarden van werk zoals de aanschaf van (persoonlijk) gereedschap of kleding (bijvoorbeeld veiligheidsschoenen, overall etc.).
Uitgangspunt is wel dat de werkgever zorgdraagt voor de juiste beschermingsmiddelen (bijvoorbeeld veiligheidshelm en veiligheidsschoenen) voor de inwoner.
De bijdrage in de reiskosten wordt toegekend voor een bepaalde duur. Gedurende deze periode krijgt inwoner de gelegenheid te wennen aan de nieuwe situatie zodat deze kosten na deze periode zelf kunnen worden gedragen. Alle bijdrages worden uitbetaald op declaratiebasis na overleg van bewijsstukken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-342892.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.