Gemeenteblad van Kaag en Braassem
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Kaag en Braassem | Gemeenteblad 2020, 338009 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Kaag en Braassem | Gemeenteblad 2020, 338009 | Verordeningen |
Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2021
Artikel 2. Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief
Als het gebruik van het perceel eerst in de loop van het belastingjaar aanvangt, wordt voor het bepalen van het aantal personen als bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel uitgegaan van het gebruik zoals dit zich voordoet op de eerste dag van de maand volgend op de aanvang van het gebruik zoals dit bij de gemeente bekend staat.
Artikel 7. Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Als de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing van de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 8. Termijnen van betaling
ln afwijking van het eerste lid moeten de aanslagen in gevallen, waarbij de belastingschuldige aan de gemeente een automatische incasso heeft verstrekt, in maximaal tien gelijke maandelijkse termijnen worden voldaan. De eerste termijn vervalt daarbij op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
ln afwijking in zoverre van hetgeen in het tweede lid is bepaald, worden, indien de belastingplicht eerst in de loop van het belastingjaar aanvangt, dan wel de belasting later dan in de tweede maand van het belastingjaar wordt opgelegd, de termijnen van betaling bij automatische incasso beperkt tot het aantal volle termijnen dat nog van de genoemde tien gelijke termijnen resteert, met dien verstande dat een minimum aantal van zes termijnen overblijft.
Voor de belasting bedoeld in hoofdstuk 1 en 2 van de tarieventabel wordt kwijtschelding verleend voor:
de belasting voor het ter lediging aanbieden één minicontainer van 140 liter of 240 liter voor restafval voor zover deze is berekend over het aantal aanbiedingen van deze minicontainer tot en met het aantal van 12 op basis van een heel kalenderjaar. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt dan wordt het aantal naar rato berekend. Waarbij wordt uitgegaan van 1 lediging per maand;
de belasting voor zover deze is berekend over het aantal malen dat toegang is gegeven tot een verzamelcontainer voor restafval tot en met het aantal van 52 op basis van een heel kalenderjaar. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt dan wordt het aantal naar rato berekend. Waarbij wordt uitgegaan van 1 ontgrendeling per week.
De ´Verordening afvalstoffenheffing 2020´, vastgesteld bij raadsbesluit van 16 december 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Kaag en Braassem, gehouden op 14 december 2020.
de griffier,
T.P. Scherpenzeel
de voorzitter,
mr. K.M. van der Velde-Menting
Tarieventabel behorende bij de “Verordening afvalstoffenheffing 2021”
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-338009.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.