Besluit van de raad van Oosterhout van 15 december 2020 tot vaststelling van de "Verordening op de heffing en invordering van retributies 2021"

De raad van de gemeente Oosterhout;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 9 november 2020,

 

gelet op artikel 229, aanhef, eerste lid, onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

BESLUIT:

 

vast te stellen de:

 

VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RETRIBUTIES 2021

Artikel 1 Aard van de belasting

Onder de benaming retributies worden rechten geheven voor:

  • a.

    het gebruik overeenkomstig de bestemming van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen of voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen, die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn;

  • b.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.

Artikel 2 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene, die de vereiste vergunning heeft aangevraagd en verkregen, van diens rechtverkrijgende, of van degene, door wie of op wiens last voor de openbare dienst bestemde grond is ingenomen of aan de openbare dienst is onttrokken in de zin van artikel 1, onder a, dan wel van degene die het genot heeft van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt verstaan onder::

    • a.

      jaar: een kalenderjaar;

    • b.

      maand: zowel een kalendermaand als een periode van dertig achtereenvolgende dagen;

    • c.

      week: zowel een kalenderweek als een periode van zeven achtereenvolgende dagen;

    • d.

      dag: een etmaal.

  • 3.

    Indien voor de berekening van het bedrag van de aanslag verschillende berekeningswijzen mogelijk zijn, wordt de voor belastingplichtige meest gunstige wijze van berekening gehanteerd.

  • 4.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 4 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende nota, waarop het verschuldigde bedrag wordt vermeld.

Artikel 5 Termijn van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten binnen een maand na de dagtekening van de nota worden betaald.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 6 Kwijtschelding

Bij de invordering van retributies wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 7 Overgangsrecht

De ‘Retributieverordening Oosterhout 2020’, vastgesteld bij raadsbesluit van 12 november 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 8 tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande, dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 8 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt inwerking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als ‘Retributieverordening Oosterhout 2021’.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 15 december 2020.

De griffier,

De voorzitter

Tarieventabel retributies 2021

behorende bij en deel uitmakende van de ‘Retributieverordening Oosterhout 2021’

 

 

Hoofdstuk 1 Inritten

 

 

1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het aanleggen van inritten met betrekking tot:

 

 

1.1

het verlagen van het trottoir en verbreden van bestaande bandverlaging

 

 

1.1.1

• het verlagen van een trottoirband in een bestaand trottoir per m1

160,50

1.1.2

• het verbreden van een bestaande bandverlaging per m1

160,50

1.1.3

bij aanvullende werkzaamheden terzake, waaronder het verwijderen en/of verplaatsen van bomen, het verwijderen van groenstroken, het verplaatsen van groenstroken e.d., worden de onder 1.1.1 en 1.1.2 vermelde kosten verhoogd met de kosten van de aanvullende werkzaamheden, zoals deze voorafgaand aan het starten van de werkzaamheden zijn medegedeeld en blijken uit een begroting die terzake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige zin geldt als dag van het starten van de werkzaamheden de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

 

 

 

1.2

het aanbrengen van inritbanden in een bestaand trottoir:

 

 

1.2.1

• het aanleggen van inritbanden per m1

182,50

1.2.2

• het verbreden van inritbanden per m1

182,50

1.2.3

bij aanvullende werkzaamheden terzake, waaronder het verwijderen en/of verplaatsen van bomen, het verwijderen van groenstroken, het verplaatsen van groenstroken e.d., worden de onder 1.2.1 en 1.2.2 vermelde kosten verhoogd met de kosten van de aanvullende werkzaamheden, zoals deze voorafgaand aan het starten van de werkzaamheden zijn medegedeeld en blijken uit een begroting die terzake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige zin geldt als dag van het starten van de werkzaamheden de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

 

 

 

1.3

het aanbrengen van inritbanden bij nieuw werk:

 

 

1.3.1

het aanleggen van inritbanden per m1

95,50

1.3.2

bij aanvullende werkzaamheden terzake, waaronder het verwijderen en/of verplaatsen van bomen, het verwijderen van groenstroken, het verplaatsen van groenstroken e.d., worden de onder 1.3.1 vermelde kosten verhoogd met de kosten van de aanvullende werkzaamheden, zoals deze voorafgaand aan het starten van de werkzaamheden zijn medegedeeld en blijken uit een begroting die terzake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Voor de toepassing van de vorige zin geldt als dag van het starten van de werkzaamheden de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Tijdelijke inritten

 

 

2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:

 

 

2.1

het aanleggen en weer verwijderen van een tijdelijke (standaard) inrit voor bouw- en/of sloopwerken of andere tijdelijke (standaard) werken of gelegenheden, met inbegrip van de materiaalkosten, per m2

48,60

2.2

Voor het gestelde onder 2.1 geldt een minimumbedrag van

194,40

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Rioolaansluitingen c.a.

 

 

3.1

Standaardrioolaansluiting

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in gemeentegrond of gemeentewater maken of afsluiten van een standaardrioolaansluiting voor afvalwater met een graaflengte van:

 

 

3.1.1

• 0 – 2,99 meter

723,00

3.1.2

• 3,00 – 6,99 meter

948,00

3.1.3

• 7,00 – 9,99 meter

1.023,00

3.1.4

• 10,00 – 15,00 meter

1.123,00

 

 

 

 

3.2

Noodoverstortvoorziening

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in gemeentegrond of gemeentewater maken of afsluiten van een rioolaansluiting op een noodoverstortvoorziening met een graaflengte van:

 

 

3.2.1

0 – 2,99 meter

723,00

3.2.2

3,00 – 6,99 meter

948,00

3.2.3

7,00 – 9,99 meter

1.023,00

3.2.4

10,00 – 15,00 meter

1.123,00

 

 

 

 

3.3

Onder een standaardrioolaansluiting en een noodoverstortvoorziening wordt verstaan, een rioolaansluiting die voldoet aan de volgende voorwaarden:

• betreft dat gedeelte van de afvoerleiding dat ligt in gemeentegrond of gemeentewater;

• betreft een pvc-buis met een maximale diameter van 160 mm;

• de maximale graaflengte in gemeentegrond of gemeentewater bedraagt 15 meter;

• de maximale graafdiepte is 1,80 meter onder de kruin van de weg;

• de aansluiting ligt geheel in een elementverharding of in een onverharde strook;

• er hoeven geen werkzaamheden te worden verricht door de nutsbedrijven;

• er hoeft geen bronnering te worden toegepast;

• er hoeven geen asbestcementwerkzaamheden te worden verricht;

• er hoeven voor het verkeer geen omleidingroutes geplaatst te worden;

• er worden geen pompen en/of persleidingen door de gemeente geplaatst of aangelegd;

• er hoeven door de gemeente geen vergunningen te worden aangevraagd;

• er worden geen persingen of boringen gemaakt.

 

 

 

 

 

 

3.4

Overige rioolaansluitingen

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het in gemeentegrond of gemeentewater maken of afsluiten van een rioolaansluiting voor afvalwater, anders dan een standaardrioolaansluiting of een noodoverstortvoorziening, is het bedrag dat blijkt uit een begroting die terzake door of namens het college van burgemeester en wethouders is opgesteld en dat voorafgaand aan het in behandeling nemen van een aanvraag aan aanvrager wordt voorgelegd.

Indien een begroting is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag vóór deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

 

 

 

 

 

 

3.5

Uitleggers

 

 

 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een rioolaansluiting waarbij, zonder dat door of namens de gemeente nog werkzaamheden verricht hoeven te worden, aangesloten kan worden op een uitlegger die direct aansluit aan de perceelsgrens

550,20

 

 

 

 

3.6

Aanvragen voor een rioolaansluiting waarbij aangesloten kan worden op een uitlegger die niet direct aansluit aan de perceelsgrens en waarbij door of namens de gemeente nog werkzaamheden verricht moeten worden, vallen onder de tarieven voor een standaardrioolaansluiting of een overige aansluiting.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Tijdelijk gebruik van het gemeenteriool of gemeentewater

 

 

4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het tijdelijk gebruik maken van het openbaar gemeenteriool of van het openbaar gemeentewater voor het afvoeren van water ingeval van bronnering, per lozingseenheid:

 

 

4.1

• voor een week

129,00

4.2

• voor een maand

258,00

4.3

• voor een jaar

692,95

4.4

Onder lozingseenheid wordt verstaan: een pomp met afvoerslangen.

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Achterlaten afvalstoffen op de Milieustraat

 

 

5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het achterlaten van afvalstoffen, niet zijnde huishoudelijke afvalstoffen, op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde plaats, per kilo

0,35

 

Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Oosterhout van 15 december 2020 tot vaststelling van de ‘Retributieverordening Oosterhout 2021’

De griffier

Naar boven