2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, naast genoemd percentage van de bouwkosten:
|
4,75%
|
|
met een minimum van
|
€ 475,00
|
2.3.1.2
|
Welstandstoets
|
|
2.3.1.2.1
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een bouwplan waarvoor een omgevingsvergunning is aangevraagd en toetsing aan welstandscriteria van de welstandsnota moet plaatsvinden wordt:
|
|
2.3.1.2.1.1
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten tot € 225.000 het advies van de Welstandscommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
(((bouwkosten/1.000)*
1,92) + € 67,50)
|
2.3.1.2.1.2
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten van € 225.001 tot € 450.000 het advies van de Welstandscommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
(((bouwkosten - 225.000)/1.000) * 1,5) + € 499,50)
|
2.3.1.2.1.3
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten van € 450.001 tot € 2.250.000 het advies van de Welstandscommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
((((bouwkosten - 450.000)/1.000) * 0,44) + € 837,00)
|
2.3.1.2.14
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten hoger € 2.500.001 het advies van de Welstandscommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
((((bouwkosten - 2.250.000)/1.000) * 0,11) + € 1.629,00)
|
|
met een minimumbedrag van:
|
€ 112,50
|
2.3.1.2.2
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een principeverzoek of handhavingsadvies, per beoordeling
|
€ 112,50
|
2.3.1.2.3
|
Extra welstandstoets
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:
|
€ 112,50
|
2.3.1.3
|
Verplicht advies Agrarische beoordelingscommissie
|
|
2.3.1.3.1
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de Stichting Agrarische Commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
|
2.3.1.3.2
|
indien het een bestaand bedrijf betreft
|
€ 825
|
2.3.1.3.3
|
Indien het een startend bedrijf betreft
|
€ 980,00
|
2.3.1.3.4
|
wanneer de agrarische beoordelingscommissie wordt verzocht ook uitspraken van een commissie voor bezwaar en/of gerechtelijke uitspraken te betrekken
|
€ 1.035
|
2.3.1.3.5
|
nadere adviezen op eerder uitgebrachte adviezen
|
€ 495
|
2.3.1.3.5.1
|
Indien blijkt dat de advies aanvraag dermate complex is kan elk van de bovenstaande tarieven als genoemd in 2.3.1.3.1 t/m 2.3.1.3.4 verhoogd worden met een bedrag per uur van
|
€ 81,20
|
|
De agrarische beoordelingscommissie geeft na ontvangst van de adviesaanvraag zo spoedig mogelijk aan de gemeente door het aantal uren dat zij naar verwachting extra nodig zal hebben voor het geven van een advies.
|
|
2.3.1.3.6
|
Indien het advies nieuwe vestigingen of bedrijfsverplaatsingen betreft, wordt het bedrag bij subonderdeel 2.3.1.3.2 verhoogd met:
|
€ 142,05
|
2.3.1.3.7
|
Indien het een second opinion betreft
|
€ 1.295,00
|
2.3.1.4
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.1.4.1
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges:
|
125%
|
2.3.1.5
|
Procedure hogere waarde geluidhinder
|
|
2.3.1.5.1
|
Het tarief, voor het in behandeling nemen van een aanvraag hogere waarden geluidhinder ingevolge artikel 83 Wet geluidhinder, bedraagt
|
€ 1.425,00
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
4,75%
|
van de aanlegkosten, met een minimum van:
|
€ 285,00
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast, (binnenplanse afwijking):
|
€ 475,00
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast, (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€ 593,75
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast, (buitenplanse afwijking):
|
|
2.3.3.3.1
|
In de vorm van een omgevingsvergunning:
|
€ 9.350,00
|
2.3.3.3.2
|
In de vorm van een bestemmingsplanherziening:
|
€ 11.400,00
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 2.850,00
|
2.3.3.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
1,5%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag
|
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
1,5%
|
|
van het op grond van subonderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag
|
|
2.3.3.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 617,75
|
2.3.3.8
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang (of provinciaal belang betreft, zie nr. 2.3.3.5 en 2.3.3.6), de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1 of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale of provinciale regelgeving) het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
Offerte basis
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast, (binnenplanse afwijking):
|
€ 522,50
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast, (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€ 617,50
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
|
2.3.4.3.1
|
In de vorm van een omgevingsvergunning:
|
€ 9.350,00
|
2.3.4.3.2
|
in de vorm van een bestemmingsplanherziening
|
€ 11.400,00
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast
|
€ 569,50
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan)
|
€ 2.850,00
|
2.3.4.6
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 617,50
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale of provinciale regelgeving), het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
Offerte
basis
|
2.3.4.8
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1 of 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale of provinciale regelgeving), het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
Offerte basis
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, wordt het hiernaast genoemde bedrag vermeerderd met een bedrag voor een inrichting met een vloeroppervlak binnen de constructie van de gebouwfunctie van
|
€ 197,30
|
2.3.5.1.1
|
0 tot en met 100 m2
|
€ 380,60
|
2.3.5.1.2
|
101 tot en met 250 m2
|
€ 570,30
|
2.3.5.1.3
|
251 tot en met 750 m2
|
€ 760,85
|
2.3.5.1.4
|
751 tot en met 1.500 m2
|
€ 1.141,40
|
2.3.5.1.5
|
1.501 tot en met 2.500 m2
|
€ 1.711,35
|
2.3.5.1.6
|
2.501 tot en met 5.000 m2
|
€ 2.473,00
|
2.3.5.1.7
|
5.001 tot en met 10.000 m2
|
€ 3.423,00
|
2.3.5.1.8
|
10.001 m2 en meer
|
€ 4.565,60
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de gemeentelijke verordening aangewezen monument een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief naast het in 2.3.1.1 genoemd bedrag
|
€ 95,00
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een rijks- of gemeentelijk beschermd monument als bedoeld in de Monumentenwet of de Monumentenverordening wordt het bedrag uit 2.3.6.1 verhoogd met het hier naast genoemde percentage van de bouwkosten:
|
|
2.3.6.1.1.1
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten tot € 225.000 het advies van de Monumentencommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
(((bouwkosten/1.000)*1,92) + € 67,50)
|
2.3.6.1.1.2
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten van € 225.001 tot € 450.000 het advies van de Monumentencommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
(((bouwkosten – 225.000)/1.000) * 1,5) + 499,50)
|
2.3.6.1.1.3
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten van € 450.001 tot € 2.250.000 het advies van de Monumentencommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
((((bouwkosten - 450.000)/1.000) * 0,44) + 837,00)
|
2.3.6.1.1.4
|
Indien voor bouwplannen met bouwkosten hoger € 2.500.001 het advies van de Monumentencommissie moet worden ingewonnen, wordt het overeenkomstig onderdeel 2.3.1.1 berekende bedrag verhoogd met de uitkomst van de naast genoemde berekening
|
((((bouwkosten - 2.250.000)/1.000) * 0,11) + 1.629,00)
|
|
met een minimumbedrag van:
|
€ 112,50
|
2.3.1.2.2
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een principeverzoek of handhavingsadvies, per beoordeling
|
€ 112,50
|
2.3.6.1.2
|
Archeologievergunning
|
|
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een archeologievergunning in het kader van de gemeentelijke monumentenvergunning bedraagt
|
€ 285,00
|
2.3.7
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
2.3.7
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, naast het in 2.3.1.1 genoemde bedrag
|
€ 475,00
|
2.3.8
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 475,00
|
2.3.9
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.9.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 190,00
|
2.3.9.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of Waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 190,00
|
2.3.9.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
€ 190,00
|
2.3.9.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
Offerte basis
|
2.3.10
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.10.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.3.10.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
2.3.10.3
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een gewijzigde omgevingsvergunning eerste fase:
|
€ 190,00
|
2.3.11
|
Milieu-planologische rapportages
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
2.3.11.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€ 475,00
|
2.3.11.2
|
Voor de beoordeling van een archeologisch rapport:
|
|
2.3.11.2.1
|
voor de beoordeling van het onderdeel archeologie bij een aanvraag omgevingsvergunning zonder bodemrapport
|
€ 190,00
|
2.3.11.2.2
|
Voor de beoordeling van rapportages die voortvloeien uit archeologisch (voor)onderzoek (Erfgoedwet art. 9.1.1a; ex Monumentenwet art. 39 tweede lid, art. 40 eerste lid en art. 41)
|
€ 475,00
|
2.3.11.2.3
|
Voor de beoordeling van een plan van aanpak inzake archeologisch (voor)onderzoek volgens de protocollen van de meeste actuele Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie
|
€ 190,00
|
2.3.11.2.4
|
Voor de beoordeling van een programma van eisen inzake archeologisch (voor)onderzoek volgens de protocollen van de meeste actuele Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie
|
€ 475,00
|
2.3.11.3
|
voor de beoordeling van een akoestisch onderzoek
|
€ 475,00
|
2.3.11.5
|
voor de beoordeling van de luchtkwaliteit onderzoek
|
€ 475,00
|
2.3.11.6
|
voor de beoordeling van geurhinder en veehouderij onderzoek
|
€ 475,00
|
2.3.11.7
|
voor de beoordeling van een explosievenonderzoek
|
€ 475,00
|
2.3.11.8
|
voor de beoordeling van een aangeleverd programma van eisen inzake (voor)onderzoek naar conventionele explosieven
|
€ 475,00
|
2.3.11.9
|
voor de beoordeling van een aangeleverd plan van aanpak inzake (voor)onderzoek naar conventionele explosieven
|
€ 475,00
|
2.3.11.10
|
voor het beoordelen of opstellen van een landschapsadvies
|
€ 475,00
|
2.3.11.11
|
voor het opstellen van ruimtelijke en/of stedenbouwkundige randvoorwaarden
|
€ 475,00
|
2.3.11.12
|
voor de beoordeling van een extern veiligheidsonderzoek
|
€ 475,00
|
2.3.11.13
|
voor de beoordeling van een ander rapport of onderzoek niet met name genoemd maar wel noodzakelijk voor de beoordeling van de aanvraag
|
€ 475,00
|
|
Advies
|
|
2.3.12.1
|
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
Offerte basis
|
2.3.12.2
|
Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.12.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.13
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.13.1
|
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
2.3.13.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€ 1.520,00
|
2.3.13.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
Offerte basis
|
2.3.13.2
|
Indien een begroting als bedoeld in subsubonderdeel 2.3.13.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.15
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 285,00
|
2.3.16
|
Uitweg/inrit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 285,00
|
2.3.17
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 3 van de Bomenverordening gemeente Montfoort een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 285,00
|