Besluit van de raad van de gemeente Barneveld tot wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld

De raad van de gemeente Barneveld;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders, nummer 959;

 

gelet op artikel 149 van de Gemeentewet;

besluit:

 

vast te stellen de volgende wijziging van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld:

Artikel I Wijziging verordening

De Algemene plaatselijke verordening gemeente Barneveld wordt als volgt gewijzigd:

 

A

In artikel 1:1 wordt in de definitie van ‘voertuig’ de zinsnede ‘met uitzondering van kleine wagens zoals kruiwagens, kinderwagens en rolstoelen’ vervangen door ‘met uitzondering van kleine wagens, zoals kruiwagens en kinderwagens, en rolstoelen.

 

B

Artikel 1:6 komt als volgt te luiden:

Artikel 1:6 Intrekking, schorsing of wijziging van vergunning of ontheffing

  • 1.

    De vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken, geschorst of gewijzigd als:

    • a.

      ter verkrijging daarvan onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      op grond van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning of ontheffing, intrekking of wijziging noodzakelijk is vanwege het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning of ontheffing is vereist;

    • c.

      de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;

    • d.

      van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt binnen of gedurende een daarin gestelde termijn dan wel, bij het ontbreken van een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn; of

    • e.

      de houder dit verzoekt.

  • 2.

    In aanvulling op het eerste lid kan de vergunning of ontheffing ook ingetrokken, geschorst of gewijzigd worden als:

    • a.

      de exploitant of de leidinggevende van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28, eerste lid, in enig opzicht van slecht levensgedrag is; en

    • b.

      de exploitant of de beheerder van een seksinrichting of van een escortbedrijf als bedoeld in artikel 3:3 in enig opzicht van slecht levensgedrag is.

C

In de artikelen 2:6, vijfde lid, 2:9, vierde lid, 2:29, zesde lid, 5:2, vijfde lid, 5:3, derde lid, 5:6, vierde lid, 5:7, derde lid, 5:8, vierde lid, 5:15, derde lid en 5:36, vierde lid, wordt ‘Op de ontheffing’ vervangen door ‘Op de aanvraag om een ontheffing’.

 

D

In artikel 2:10 wordt, onder vernummering van de leden 3 tot en met 7 tot 4 tot en met 8, een nieuw derde lid ingevoegd, luidende:

  • 3.

    Het verbod is niet van toepassing op steigers, containers, verrijdbare hoogwerkers en mobiele toiletten waarvan de aanwezigheid samenhangt met werkzaamheden aan of bij een nabijgelegen gebouw, mits:

    • a.

      het voornemen tot plaatsing hiervan ten minste twee werkdagen van te voren schriftelijk gemeld is aan het college;

    • b.

      deze korter dan vier weken zijn geplaatst;

    • c.

      deze in totaal minder oppervlakte en volume in beslag nemen dan respectievelijk 15 m² en 10 m3;

    • d.

      deze niet in strijd zijn met andere wet- en regelgeving;

    • e.

      deze geen schade toebrengen aan de weg;

    • f.

      deze geen gevaar opleveren voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik ervan;

    • g.

      deze geen belemmering kunnen vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

    • h.

      een goede en veilige doorgang voor mindervaliden gegarandeerd blijft;

    • i.

      geen overlast door het plaatsen en hebben van deze objecten wordt veroorzaakt;

    • j.

      deze niet op een parkeerplaats staat voor het gebruik waarvan aan de gemeente geld verschuldigd is in de vorm van parkeerbelasting of leges; en

    • k.

      deze niet tevens als (onlosmakelijk onderdeel van) een voertuig met kenteken zijn aan te merken.

E

In de artikelen 2:11, vijfde lid, 5:13, vierde lid en 5:18, vierde lid, wordt ‘Op een vergunning’, vervangen door ‘Op de aanvraag om een vergunning’.

 

F

In artikel 2:12, tweede lid, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

  • 1.

    De zinsnede ‘wordt de vergunning slechts geweigerd:’ wordt vervangen door ‘kan de vergunning slechts geweigerd worden:’.

     

  • 2.

    het woord ‘parkeerplaats’ wordt steeds vervangen door ‘parkeergelegenheid’.

     

  • 3.

    in onderdeel d wordt het woord ‘tweede’ vervangen door ‘extra’ en wordt na het woord ‘groen’ de zinsnede ‘, of er voor die aanleg onvoldoende noodzaak is’ toegevoegd.

G

In de artikelen 2:24, eerste lid, onder b en 5:14, tweede lid, onder b, wordt ‘artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet’ vervangen door ‘artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet’.

 

H

Artikel 2:25 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het derde lid komt als volgt te luiden:

    • 3.

      De burgemeester is bevoegd categorieën evenementen aan te wijzen ten aanzien waarvan:

      • a.

        het verbod in het eerste lid en door hem te stellen algemene regels betreffende evenementen niet gelden; en

      • b.

        het verbod in het eerste lid niet geldt in het geval door hem te stellen algemene regels betreffende evenementen nageleefd worden.

  • 2.

    In het vijfde lid wordt ‘Op de vergunning’ vervangen door ‘Op de aanvraag om een vergunning’.

I

In artikel 2:27, tweede lid vervalt de zinsnede ‘bereid of’.

 

J

Artikel 2:28 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het tweede lid vervalt de laatste volzin.

     

  • 2.

    In het zesde lid wordt ‘op de vergunning’ vervangen door ‘op de aanvraag om een vergunning’.

K

Artikel 2:39 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    Het vijfde lid wordt vernummerd tot vierde lid.

     

  • 2.

    In het nieuwe vierde lid wordt ‘Op een vergunning’, vervangen door ‘Op de aanvraag om een vergunning’.

L

In artikel 2:57, eerste lid, onder b, wordt ‘de weg’ vervangen door ‘een openbare plaats’.

 

M

In artikel 2:65 wordt ‘op of aan de weg of in een voor het publiek toegankelijk gebouw’ vervangen door ‘op een openbare plaats’.

 

N

In artikel 2:67, derde lid, wordt ‘Op de vrijstelling’ vervangen door ‘Op de aanvraag om een vrijstelling’.

 

O

In artikel 2:73a, derde lid, wordt ‘Het bevoegd bestuursorgaan’ vervangen door ‘Het college’.

 

P

Artikel 3:7 wordt als volgt gewijzigd:

  • 1.

    In het eerste lid worden de volgende wijzigingen aangebracht:

    • a.

      In de aanhef wordt ’Een vergunning wordt geweigerd als’ vervangen door ‘Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 wordt een vergunning geweigerd als’.

    • b.

      Onderdeel b vervalt.

    • c.

      De onderdelen c tot en met h worden geletterd b tot en met g.

  • 2.

    Het tweede lid komt als volgt te luiden:

    • 2.

      Met een veroordeling als bedoeld in het eerste lid, onder f en g, wordt gelijk gesteld:

      • a.

        vrijwillige betaling van een geldsom als bedoeld in artikel 74, tweede lid, onder a van het Wetboek van Strafrecht, of artikel 76, derde lid onder a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, tenzij de geldsom minder dan 375 euro bedraagt;

      • b.

        een bevel tot tenuitvoerlegging van een voorwaardelijke straf.

Q

In artikel 3:9, eerste lid, onder b, wordt ‘artikel 3:7, eerste lid, onder f, g en h,’ vervangen door ‘artikel 3:7, eerste lid, onder e, f, en g,’.

 

R

In artikel 4:11, tweede lid, onder b, wordt ‘artikel 4.1, onder b tot en met h van de Wet natuurbescherming’ vervangen door ‘artikel 4.1, onder c tot en met h van de Wet natuurbescherming’.

 

S

In de artikelen 5:17, tweede lid, en 5:22, tweede lid, onder a, wordt ‘artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet’ vervangen door artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet’.

 

T

Artikel 5:32, eerste lid, komt als volgt te luiden:

  • 1.

    Het is verboden op terreinen binnen natuurgebieden geen weg zijnde, met een motorvoertuig of een bromfiets te crossen, zowel in recreatief als in wedstrijdverband, dan wel, ter voorbereiding van een wedstrijd, een trainings- of proefrit te houden of te doen houden dan wel daaraan deel te nemen, dan wel een motorvoertuig of een bromfiets met het kennelijke doel daartoe aanwezig te hebben.

U

In artikel 6:1, tweede lid, wordt ‘de artikelen 2:10, vijfde juncto eerste lid, 2:11, tweede lid, 2:12, eerste lid, en 4:11, tweede lid’ vervangen door ‘de artikelen 2:10 en 2:11 als er sprake is van een omgevingsvergunningplichtige activiteit, artikel 2:12, eerste lid en artikel 4:11, tweede lid’.

 

V

De toelichting vervalt.

Artikel II Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de dag van de bekendmaking.

 

Vastgesteld in de openbare vergadering van 9 december 2020

De raad voornoemd,

de griffier,

de voorzitter,

Naar boven