Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amersfoort houdende regels omtrent het aanjagen van culturele en kunstprojecten van amateurs

Burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort,

 

overwegende dat het gewenst is deze projectsubsidieregeling in te stellen in de plaats van de Subsidieregeling

 

projectsubsidies amateurkunst, zoals vastgesteld op 17 december 2020

 

gelet op de Algemene wet bestuursrecht en de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort;

 

besluit vast te stellen de volgende regeling:

 

REGELING PROJECTSUBSIDIES AMATEURKUNST

1. Begripsbepalingen

In deze regeling en de daarop rustende bepalingen wordt (mede) verstaan onder:

  • 1.

    Adviescommissie: adviescommissie met experts op het gebied van amateurkunst

  • 2.

    ASV: de vigerende Algemene Subsidieverordening van gemeente Amersfoort.

  • 3.

    College: het college van burgemeester en wethouders van gemeente Amersfoort.

  • 4.

    Cultureel klimaat Amersfoort: het samenstel van uitingen, activiteiten en producten op het gebied van de kunst en cultuur, van amateurs tot professionals, plaatsvindend in de gemeente Amersfoort.

  • 5.

    Amateurkunst: kunstbeoefening in de vrije tijd, buiten school en werk waarbij de activiteiten of producten niet beroepsmatig gericht zijn op de presentatie aan het publiek.

  • 6.

    Project: een activiteit op het gebied van kunst en cultuur met een duidelijk doel en een begin- en einddatum.

  • 7.

    Wet: de Algemene wet bestuursrecht.

2. Uitvoerder van de subsidieregeling

Scholen in de Kunst is door het college aangewezen als uitvoerder van deze subsidieregeling.

3. Doel

Het doel van deze subsidieregeling is het aanjagen van culturele en kunstprojecten van amateurs, in Amersfoort en voor Amersfoorters. De projecten dragen bij aan het versterken van de intrinsieke waarde van cultuur voor mens en samenleving, cultuur voor een aantrekkelijke stad en cultuur voor een verbonden stad, en aan het versterken, verbreden of vernieuwen van het culturele klimaat in Amersfoort. De projecten vergroten de samenwerking met instellingen/partners binnen en buiten het amateurkunst veld in de stad. De focus van deze regeling ligt op het verwezenlijken van de opgaven uit de Cultuurvisie (zie toelichting).

4. Toetsingscriteria

  • 1.

    De tijdig ingediende en volledige aanvragen worden gerangschikt op grond van de beoordelingscriteria in het tweede lid van dit artikel.

  • 2.

    De aanvragen worden beoordeeld op de onderstaande criteria (zie bijlage 1), waarbij geldt dat een aanvraag op elk van de criteria onder a en b minstens drie punten dient te behalen,

    • a.

      Artistiek-inhoudelijke kwaliteit

    • b.

      Zakelijke kwaliteit

    • c.

      Belang voor de stad en/of de inwoner

    • d.

      Opgaven uit de Cultuurvisie: diversiteit, jongeren, talentontwikkeling, Wijken & sociaal domein en innovatie van het cultuuraanbod

  • 3.

    De verdeling van de punten is als volgt:

    • a.

      Voor elk van de criteria genoemd in het tweede lid, onder a tot en met c, zijn maximaal 5 punten te behalen;

    • b.

      Voor het criterium genoemd in het tweede lid, onder d, zijn maximaal 10 punten te behalen.

5. Financiële voorwaarden

  • a.

    Voor alle aanvragen geldt dat de begroting, behorende bij de aanvraag, voor maximaal 75% uit subsidie afkomstig van de gemeente Amersfoort mag bestaan.

  • b.

    Uitsluitend kosten die direct aan het project zijn toe te rekenen kunnen voor subsidie in aanmerking komen.

6.Vereisten aanvraag en aanvrager

  • a.

    Natuurlijke personen en rechtspersonen kunnen subsidie aanvragen.

  • b.

    Aanvragen tussen € 2.500 en € 7.500 kunnen alleen ingediend worden door rechtspersonen.

  • c.

    Het project start binnen 3 maanden na de subsidieverlening. Het project heeft een doorlooptijd van maximaal één jaar.

7. Weigeringsgronden

Naast de gronden genoemd in artikel 4:25 en 4:35 van de Wet en de artikelen 12van de ASV kan de subsidie worden geweigerd:

  • a.

    indien bij de activiteit of het product sprake is van een winstoogmerk, de activiteit primair een commercieel belang dient of een wervend karakter heeft;

  • b.

    indien sprake is van een benefiet- of ledenwervingsactiviteit;

  • c.

    indien sprake is van een activiteit van politieke, religieuze of levensbeschouwelijke aard;

  • d.

    indien het project bepaalde doelgroepen uitsluit;

  • e.

    indien gegronde redenen bestaan om aan te nemen dat de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld en/of de gelden niet doelmatig en doeltreffend besteed zullen worden;

  • f.

    indien het project cultuureducatie betreft;

  • g.

    indien het beschikbare subsidieplafond is bereikt.

  • h.

    indien de aanvraag niet het minimaal aantal punten op artistiek-inhoudelijk en/of zakelijke kwaliteit behaald;

  • i.

    indien het project al heeft plaats gevonden of voor een belangrijk deel al is opgestart, voordat er subsidie is verleend;

8. Aanvraagprocedure

  • a.

    Voor aanvragen tot € 2.500 dient het digitale aanmeldformulier op https://www.amersfoort.nl/subsidies/to/projectsubsidies-amateurkunst-.htm ingevuld te worden. Bij de aanvraag dient een projectplan van maximaal 4 A4 en een begroting op maximaal één A4 aangeleverd te worden.

  • b.

    Voor aanvragen vanaf € 2.500 tot € 7.500 dient het digitale aanmeldformulier op https://www.amersfoort.nl/subsidies/to/projectsubsidies-amateurkunst-.htm ingevuld te worden. Bij de aanvraag dient een projectplan van maximaal 8 A4 en een begroting aangeleverd te worden.

  • c.

    Voor aanvragen tot € 2.500 zijn drie rondes per jaar.

    Voor projecten die plaatsvinden in januari, februari, maart en april is de deadline 1 november van het voorafgaande jaar.

    Voor projecten dit plaatsvinden in mei, juni, juli en augustus is de deadline 1 februari van dat jaar.

    Voor projecten die plaatsvinden in september, oktober, november en december is de deadline 1 juni dat jaar.

  • d.

    Voor aanvragen van € 2.500 tot € 7.500 is één ronde per jaar. Aanvragen dienen voor 1 november ingediend te worden in het jaar voorafgaand aan het jaar dat het project plaatsvindt.

9. Beoordeling

  • a.

    Aanvragen worden voorgelegd aan de adviescommissie. De adviescommissie toetst de aanvraag aan de regeling en de criteria genoemd in artikel 4. De toetsing levert een gemotiveerd advies op over de toe te kennen en af te wijzen subsidies.

  • b.

    De adviescommissie brengt advies uit aan directeur/bestuurder van Scholen in de Kunst.

  • c.

    Als twee of meer aanvragen een gelijk aantal punten verkrijgt en hun plaats in de rangschikking zodanig is dat de som van de toe te kennen maximale subsidiebedragen het subsidieplafond overstijgt, dan vindt rangschikking van deze aanvragen plaats aan de hand van het behaalde aantal punten op het criterium als bedoeld in artikel 4, tweede lid, onder d.

10. Besluit en vaststelling

  • a.

    De subsidie tot € 2.500 wordt direct vastgesteld en voor 100% uitgekeerd.

  • b.

    Subsidies van € 2.500 tot € 7.500 worden voor 80% als voorschot uitbetaald. De overige 20% kan na de uitvoering van het project worden uitgekeerd, na indiening van de financiële en inhoudelijke verantwoording.

11. Subsidieplafonds

  • a.

    Het college stelt voor 2020 de hoogte van het subsidieplafond vast op € 51.900.

  • b.

    Voor aanvragen tot € 2.500 is in 2020 een deelsubsidieplafond vastgesteld op € 30.000. Dit bedrag wordt gelijkelijk verdeeld over de 3 subsidierondes. Het budget dat in een ronde niet wordt besteed, komt beschikbaar voor de volgende ronde.

  • c.

    Het deelsubsidieplafond voor aanvragen van € 2.500 tot € 7.500 is in 2020 vastgesteld op € 21.900.

13. Inwerkingtreding

  • a.

    Deze subsidieregeling treedt in werking de dag na bekendmaking.

  • b.

    De regeling projectsubsidies amateurkunst zoals vastgesteld op 17 december 2019 wordt ingetrokken.

14. Overgangsbepaling

De bepalingen van de subsidieregeling als bedoeld in artikel 13 lid b blijven van toepassing op de subsidies die op basis van die subsidieregeling zijn verleend.

Vastgesteld in de vergadering van 1 december 2020.

De secretaris,

De burgemeester,

Bijlage 1  

TOELICHTING – TOETSINGSCRITERIA

 

Uw projectplan wordt beoordeeld op de toetsingscriteria genoemd in artikel 4 . Hieronder wordt uitgelegd wat wij verstaan onder deze toetsingscriteria:

 

a. Artistiek-inhoudelijke kwaliteit:

  • -

    Vakmanschap: uit de aanvraag blijkt dat de aanvrager of uitvoerder(s) van het project beschikt over de vaardigheid en het inzicht om kwalitatief hoogstaand werk te maken.

  • -

    Oorspronkelijkheid: uit het project blijkt een heldere visie van de maker(s) en dat het project van meerwaarde is binnen de betreffende discipline.

  • -

    Zeggingskracht: er wordt helder gemaakt wat de aanvrager wil bereiken, hoe dat wordt aangepakt. Uit de aanvraag blijkt dat de inhoud van het project relevant is voor de beoogde doelgroep.

b. Zakelijke kwaliteit:

  • -

    Begroting: kwaliteit van de financiële onderbouwing, realistische kosten en inkomsten, het gevraagde bedrag staat in verhouding tot het te verwachte resultaat en bereik.

  • -

    Mate waarin andere financieringsbronnen worden aangewend (o.a. bijdrage fondsen en bedrijven en commerciële inkomsten).

  • -

    Realistisch budget en aandacht voor publiciteit & promotie.

  • -

    Mate waarin de betrokken professionele makers worden bekostigd voor hun diensten/werk.

  • -

c. Belang voor de stad en/of inwoner

  • -

    Geef aan wat het beoogde publieksbereik is en welke presentatie momenten er in de stad zijn

  • -

    Mate waarin samenwerking is met (Amersfoortse, culturele) instellingen en organisaties en/of de hoeveelheid betrokken (amateur)kunstenaars

  • -

    Spreiding van projecten over de stad

  • -

    Mate waarin het project aanvullend is op het bestaande culturele aanbod (het project is van toegevoegde waarde en onderscheidt zich van het huidige culturele aanbod)

d. Opgaven uit de Cultuurvisie

 

Diversiteit:

We willen veel variatie en afwisseling binnen het culturele klimaat in Amersfoort en een cultureel klimaat dat aansprekend is voor vele verschillende doelgroepen (naar leeftijd, naar leefstijl etc.). Initiatieven op dit vlak moeten bijdragen aan een of meerdere van onderstaande doelstellingen:

  • -

    Zorgen voor meer variatie en afwisseling in het Amersfoortse cultureel klimaat: het bevorderen van nieuw / andersoortig aanbod voor (deels) nieuwe doelgroepen.

  • -

    Bijdragen aan een inclusieve samenleving: het bevorderen van de cultuurparticipatie van mensen die nu nog te maken hebben met barrières. We willen daarom de zichtbaarheid van uitingen van kunst en cultuur door minderheidsgroepen steunen en verbinden met reguliere cultuurdragers en een breder publiek.

Jongeren:

We willen dat het culturele klimaat in Amersfoort jongeren voldoende mogelijkheden biedt om de door hen gewenste cultuurbeleving te hebben. We richten ons op jongeren van pakweg 16 jaar tot midden twintig. Behoeften zijn uiteenlopend en divers. Als rode draad staan beleving,ontmoeting en aansluiten op de leefwereld van jongeren centraal. We willen impulsen geven aan het verbeteren van het cultuuraanbod voor jongeren en hun cultuurbeleving. Initiatieven op dit vlak moeten bijdragen aan een of meerdere van onderstaande doelstellingen:

  • -

    Het stimuleren van eigen initiatieven van jongeren rondom kunst en cultuur (voor en door jongeren).

  • -

    Het bestaand aanbod aantrekkelijker en/of toegankelijker maken voor jongeren: innovatie, inspelen op jongerentrends, extra of aanvullende programmering voor jongeren en/of het verbeteren van informatievoorziening.

  • -

    Bevorderen van ontmoetingen rondom kunst en cultuur: jongeren onderling en/of met partijen die met jongeren werken rondom kunst en cultuur.

Innovatie cultuuraanbod:

We willen innovatie in het cultuuraanbod stimuleren. Door middel van innovatie kan worden ingespeeld op verschillende trends binnen de culturele sector. Ook kan innovatie worden gebruikt om het aanbod voor een breder publiek aantrekkelijk te maken (onder andere met het oog op de opgaven diversiteit en jongeren). Initiatieven op dit vlak moeten bijdragen aan een of meerdere van onderstaande doelstellingen:

  • -

    Stimuleren van de beleveniseconomie: het publiek wil steeds meer worden vermaakt en is telkens weer op zoek naar nieuwe en / of intense ervaringen.

  • -

    Gebruik van technologie en digitalisering: deze hebben een grote invloed op de productie en consumptie van kunst en cultuur. Interactie, zelf doen en ontdekken worden steeds belangrijker, met behulp van bijvoorbeeld de smartphone, tablet, VR en social media.

Wijken & sociaal domein:

We willen een aantrekkelijk cultuuraanbod voor onze inwoners, waarbij Amersfoort ook een centrumfunctie voor de regio vervult. Initiatieven op dit vlak moeten bijdragen aan een of meerdere van onderstaande doelstellingen:

  • -

    Stimuleren of realiseren van wijk gebonden activiteiten.

  • -

    Project bereikt een (of meer) specifieke doelgroep(en) in de wijk.

  • -

    Realiseren van zichtbare productie (uitvoering, voorstelling) of product (kunstwerk) in de wijk.

  • -

    Gebruik maken van een bekende/sterke partner in de wijk en zorgen voor voldoende draagvlak/netwerk van de aanvrager in de wijk.

Talentontwikkeling

Wij willen dat Amersfoort een thuis is voor vele cultuurmakers, zoals kunstenaars, artiesten, theatermakers, acteurs, schrijvers, beeld- en filmmakers, festivalorganisatoren, productiehuizen etc. Initiatieven op dit vlak moeten bijdragen aan een of meerdere van onderstaande doelstellingen:

  • -

    Gericht op het opdoen van (podium)ervaring

  • -

    Gericht op het ontdekken en ontplooien van talenten

  • -

    Gericht op het ontdekken van talenten (scouting)

 

 

Bijlage 2  

Samenstelling en werkwijze adviescommissie amateurkunst

 

Taak

De commissie adviseert het college over de toekenning van projectsubsidies amateurkunst. De commissie toetst de aanvragen op de regeling projectsubsidie amateurkunst en brengt advies uit over de toe te kennen subsidies en de hoogte van de toe te kennen bedragen.

 

Samenstelling & zittingsperiode

  • 1.

    De adviescommissie bestaat uit minimaal drie leden

  • 2.

    Een lid kan worden benoemd als deze een goede inhoudelijke kennis en inzicht heeft van het (lokale, regionale, landelijke) amateurveld en de ontwikkelingen die daar gaande zijn.

  • 3.

    De leden kiezen uit hun midden een voorzitter.

  • 4.

    De commissie wordt aangesteld voor de periode van 4 jaar, of in ieder geval zolang deze regeling van kracht is. De leden zijn éénmaal herkiesbaar.

  • 5.

    In een vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien, zo mogelijk op voordracht van de adviescommissie.

  • 6.

    De leden blijven hun functie vervullen totdat hun opvolgers zijn benoemd.

  • 7.

    Een lid van de adviescommissie kan tussentijds het lidmaatschap opzeggen door dit minimaal een maand voor vertrek aan het college schriftelijk kenbaar te maken.

  • 8.

    Het college kan van een lid het lidmaatschap opzeggen indien deze door handelen of nalaten afbreuk doet aan het functioneren van de adviescommissie.

Waarborg onpartijdigheid

  • 1.

    De leden opereren onafhankelijk en adviseren directeur/bestuurder van Scholen in de Kunst los van eigen belang of instellingen in het culturele veld.

  • 2.

    De leden gaan vertrouwelijk om met de inhoud van de stukken en de informatie hen ter beschikking gesteld worden.

  • 3.

    De leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een agendapunt indien daarbij schijn van belangenverstrengeling wordt gewekt. Als er sprake is van een schijn van belangenverstrengeling dan heeft het betreffende lid geen stem.

  • 4.

    Gedurende de zittingsperiode doen leden zelf geen aanvraag in het kader van deze regeling, noch laten zij aanvragen doen die op hun belang zijn terug te voeren.

Vergaderingen en quorum

  • 1.

    De commissie vergadert in beginsel vier keer per jaar

  • 2.

    Het minimum aantal leden dat nodig is voor de totstandkoming van geldige adviezen is bepaald op 3.

  • 3.

    Bij het staken van de stemmen is de stem van de voorzitter doorslaggevend.

Vergoeding

Het externe lid van de adviescommissie krijgt €140 per voorbereiding en per deelname aan de vergadering.

 

 

Naar boven