Titel 1
|
Algemene dienstverlening
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Burgerlijke stand
|
|
|
|
Het voltrekken van een huwelijk op andere tijd en wijze dan op grond van artikel 4 van de wet van 23 april 1879 (Stb. Nr. 72) voor kosteloze huwelijksvoltrekking is bepaald.
|
|
|
1.1.1
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in het gemeentehuis aan de Rivierweg 111 op:
|
|
|
1.1.1.1
|
maandag en donderdag tussen 10.00 en 17.00 uur
|
€
|
506,60
|
1.1.1.2
|
dinsdag, woensdag en vrijdag tussen 9.00 en 17.00 uur
|
€
|
506,60
|
1.1.1.3
|
zaterdag tussen 9.00 en 12.00 uur
|
€
|
788,45
|
1.1.2
|
Gereserveerd
|
|
|
1.1.3
|
Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het BW:
|
|
|
1.1.3.1
|
maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 en 20.00 uur
|
€
|
392,10
|
1.1.3.2
|
zaterdag tussen 9.00 en 20.00 uur en zondag tussen 12.00 en 20.00 uur
|
€
|
421,00
|
1.1.3.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het eenmalig aanwijzen van een trouwlocatie
|
€
|
198,65
|
1.1.4
|
Het tarief bedraagt voor het omzetten van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1, van het BW
|
€
|
69,00
|
1.1.5
|
Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:
|
|
|
1.1.5.1
|
uittreksel burgerlijke stand
|
€
|
14,00
|
1.1.5.2
|
een trouwboekje of partnerschapboekje in kunstleer
|
€
|
27,25
|
1.1.5.3
|
een trouwboekje of partnerschapboekje in leer
|
€
|
40,10
|
1.1.6
|
Het tarief bedraagt voor het wijzigen of annuleren van een huwelijk, of een registratie van een partnerschap zoals genoemd onder 1.1.1 en 1.1.3 na in behandelname:
|
|
|
1.1.6.1
|
bij wijziging of annulering van de datum langer dan 1 maand voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap
|
€
|
57,85
|
1.1.6.2
|
bij wijziging of annulering van een huwelijk binnen 1 maand voor de geplande huwelijksdatum of een registratie van een partnerschap
|
€
|
115,80
|
1.1.7
|
Het tarief bedraagt voor het wijziging of annulering van de datum van een kosteloos huwelijk, of de registratie van een partnerschap
|
€
|
57,85
|
1.1.8
|
Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand
|
€
|
24,30
|
1.1.9
|
Wanneer de gemeente – in uitzonderlijke gevallen- zorg draagt voor de aanwezigheid van één of twee getuigen is per getuige een bedrag verschuldigd van
|
€
|
57,40
|
1.1.10
|
Het tarief bedraagt voor het benoemen van een persoon in de functie van buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor het voltrekken van een huwelijk
|
€
|
178,60
|
1.1.10.1
|
Extra kosten bij benoeming eendagsbabs, behorend bij artikel 1.1.3.1, betreffende toga en akte
|
€
|
129,90
|
1.1.10.2
|
Extra kosten bij benoeming eendagsbabs, behorend bij artikel 1.1.3.2, betreffende toga en akte
|
€
|
227,40
|
1.1.11
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een Laissez-passer voor een overleden persoon
|
€
|
12,45
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart
|
|
|
1.2
|
Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:
|
|
|
1.2.1
|
van een nationaal paspoort:
|
|
|
1.2.1.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
* €
|
74,75
|
1.2.1.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
* €
|
56,55
|
1.2.2
|
van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in subonderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort):
|
|
|
1.2.2.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
* €
|
74,75
|
1.2.2.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
* €
|
56,55
|
1.2.3
|
van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):
|
|
|
1.2.3.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
* €
|
74,75
|
1.2.3.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
* €
|
56,55
|
1.2.4
|
van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen
|
* €
|
56,55
|
1.2.5
|
van een Nederlandse identiteitskaart:
|
|
|
1.2.5.1
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is
|
* €
|
64,00
|
1.2.5.2
|
voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt
|
* €
|
32,90
|
1.2.6
|
voor de versnelde uitreiking van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in die onderdelen genoemde bedragen:
|
* €
|
50,90
|
1.2.7
|
voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.6 genoemde bedragen:
|
* €
|
16,05
|
|
* Dit is het maximumtarief.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Rijbewijzen
|
|
|
1.3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs
|
* €
|
41,00
|
1.3.2
|
Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt:
|
|
|
1.3.2.1
|
bij een spoedlevering vermeerderd met
|
** €
|
34,10
|
|
* Dit is het maximumtarief
|
|
|
|
** Het rijkskostendeel van de verhoging
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Verstrekkingen uit de basisregistratie personen
|
|
|
1.4.1
|
Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens over één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.
|
|
|
1.4.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.4.2.1
|
tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking
|
€
|
9,50
|
1.4.2.2
|
tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:
|
|
|
1.4.2.2.1
|
voor 100 verstrekkingen
|
€
|
600,70
|
1.4.2.2.2
|
voor 500 verstrekkingen
|
€
|
2.390,45
|
1.4.2.2.3
|
voor 1.000 verstrekkingen
|
€
|
4.171,90
|
1.4.2.2.4
|
voor 5.000 verstrekkingen
|
€
|
17.258,20
|
1.4.2.2.5
|
voor 10.000 verstrekkingen
|
€
|
27.915,80
|
1.4.2.3
|
tot het afsluiten van een abonnement op het [wekelijks] verstrekken van een opgave van verhuizingen binnen de gemeente, vertrekken uit de gemeente en vestigingen in de gemeente
|
€
|
6,30
|
1.4.2.4
|
tot het verstrekken van een meertalig modelformulier woon- en/of verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200)
|
€
|
14,00
|
1.4.2.4.1
|
indien de in dit hoofdstuk genoemde stukken op basis van een schriftelijk, telefonisch of e-mail verzoek worden verstrekt, wordt naast de leges een vergoeding in rekening gebracht voor verzend- en administratiekosten van
|
€
|
6,30
|
1.4.3
|
Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisadministratie personen.
|
|
|
1.4.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.4.4.1
|
tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking
|
€
|
14,25
|
1.4.4.2
|
tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende van één jaar:
|
|
|
1.4.4.2.1
|
voor 100 verstrekkingen
|
€
|
599,70
|
1.4.4.2.2
|
voor 500 verstrekkingen
|
€
|
2.390,45
|
1.4.4.2.3
|
voor 1.000 verstrekkingen
|
€
|
4.208,90
|
1.4.4.2.4
|
voor 5.000 verstrekkingen
|
€
|
17.258,20
|
1.4.4.2.5
|
voor 10.000 verstrekkingen
|
€
|
27.915,80
|
1.4.5
|
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit registratie personen
|
* €
|
24,05
|
1.4.6
|
In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het schriftelijk verstrekken van gegevens bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen
|
* €
|
7,85
|
1.4.7
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan
|
€
|
14,40
|
|
* Dit is het maximumtarief.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Bestuursstukken
|
|
|
1.7.1
|
Gereserveerd
|
|
|
1.7.2
|
Gereserveerd
|
|
|
1.7.3
|
Gereserveerd
|
|
|
1.7.4
|
Gereserveerd
|
|
|
1.7.5
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van een verordening, nota of rapport, alsmede aanvullingen daarop, waarvan het aantal bedrukte bladzijden bedraagt:
|
|
|
1.7.5.1
|
1 tot en met 20
|
€
|
8,40
|
1.7.5.2
|
voor elke volgende geheel of gedeeltelijk bedrukte bladzijde
|
€
|
0,10
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Overige publiekszaken
|
|
|
1.9
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.9.1
|
tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag
|
* €
|
41,35
|
1.9.2.1
|
tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (voorheen attestatie de vita)
|
* €
|
14,00
|
1.9.2.2
|
tot het kosteloos verkrijgen van een bewijs van in leven zijn (voorheen attestatie de vita)
|
* €
|
0,00
|
1.9.2.3
|
tot het legaliseren van een handtekening
|
€
|
9,50
|
1.9.3
|
tot het verkrijgen van een internationaal uittreksel uit het persoonsregister
|
€
|
14,40
|
1.9.4
|
tot het verkrijgen van een bewijs van opneming in het persoons- of verblijfsregister
|
€
|
9,50
|
1.9.5
|
tot het ter legalisering zenden van stukken naar een andere gemeente in Nederland, in het persoonlijk belang van de aanvrager
|
€
|
14,40
|
1.9.6
|
tot het verstrekken van een bewijs van Nederlanderschap
|
€
|
9,50
|
1.9.7
|
tot het afgeven van verlof tot uitstel van begraven of cremeren
|
€
|
14,40
|
|
* Dit is het maximumtarief.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
Gemeentearchief
|
|
|
1.10.1
|
Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier of gedeelte daarvan
|
€
|
14,51
|
1.10.2
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 11
|
Naturalisatie
|
|
|
1.11.1
|
Verkrijging van het Nederlanderschap, alsmede voor de behandeling van een naturalisatieverzoek worden de tarieven geheven conform het op het moment van aanvraag geldend Besluit optie en naturalisatiegelden conform de Rijkswet op het Nederlanderschap:
|
|
|
1.11.1.1
|
Optie; enkelvoudig (tariefcode A)
|
€
|
196,00
|
1.11.1.2
|
Optie; gemeenschappelijk (tariefcode B)
|
€
|
335,00
|
1.11.1.3
|
Optie; medeopterende minderjarige (tariefcode C)
|
€
|
22,00
|
1.11.1.4
|
Naturalisatie; enkelvoudig; standaard (tariefcode D)
|
€
|
925,00
|
1.11.1.5
|
Naturalisatie; gemeenschappelijk; standaard (tariefcode E)
|
€
|
1.181,00
|
1.11.1.6
|
Naturalisatie; enkelvoudig verlaagd (tariefcode F)
|
€
|
688,00
|
1.11.1.7
|
Naturalisatie; gemeenschappelijk; verlaagd (tariefcode G)
|
€
|
945,00
|
1.11.1.8
|
Naturalisatie; meenaturaliserende minderjarige (tariefcode H)
|
€
|
137,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 12
|
Leegstandwet
|
|
|
1.12
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.12.1.1
|
tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet
|
€
|
58,06
|
1.12.1.2
|
tot verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet
|
€
|
58,06
|
1.12.2
|
Indien aanvragen als bedoeld in de subonderdelen 1.12.1.1 en 1.12.1.2 gelijktijdig worden ingediend en woonruimten in hetzelfde gebouw, zoals een flat, een school of een kantoor betreffen, worden de in die subonderdelen bedoelde leges slechts eenmaal geheven.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 13
|
Gemeentegarantie
|
|
|
1.13
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 14
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 15
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 16
|
Kansspelen
|
|
|
1.16.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:
|
|
|
1.16.1.1
|
voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat
|
* €
|
56,50
|
1.16.1.2
|
voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste speelautomaat
|
* €
|
56,50
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat
|
* €
|
34,00
|
1.16.1.3
|
voor één kansspelautomaat, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd
|
* €
|
226,50
|
1.16.1.4
|
voor twee of meer kansspelautomaten, welke vergunning geldt voor een periode van meer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd, voor de eerste kansspelautomaat
|
* €
|
226,50
|
|
en voor iedere volgende kansspelautomaat
|
* €
|
136,00
|
1.16.2
|
De subonderdelen 1.16.1.1 en 1.16.1.2 zijn van overeenkomstige toepassing, indien de vergunning geldt voor een tijdvak, korter dan twaalf maanden of langer dan twaalf maanden maar ten hoogste vier jaar, met dien verstande dat de daar genoemde bedragen naar evenredigheid van het verschil in looptijd van de vergunning verlaagd onderscheidenlijk verhoogd worden.
|
|
|
1.16.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)
|
|
|
|
* Dit is het maximumtarief.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 17
|
Kinderopvang
|
|
|
1.17.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot:
|
|
|
1.17.1.1
|
het in exploitatie nemen van een kindercentrum (dagopvang en/of buitenschoolse opvang) of gastouderbureau als bedoeld in artikel 1.45, eerste lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
|
€
|
2.671,20
|
1.17.1.2
|
het bieden van gastouderopvang als bedoeld in artikel 1.45, tweede lid, van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
|
€
|
627,82
|
1.17.1.3
|
het in exploitatie nemen van een peuterspeelzaal als bedoeld in artikel 2.2. van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
|
€
|
2.671,20
|
1.17.2.1
|
Indien de in 1.17.1.1 en 1.17.1.3 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van twee weken na het in behandeling nemen ervan, bedraagt de teruggaaf 75% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
1.17.2.2
|
Indien de in 1.17.1.1 bedoelde aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van tien weken na het in behandeling nemen ervan, of wordt afgewezen op grond van de inspectie voor aanvang exploitatie, bedraagt de teruggaaf 50% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 18
|
Kabels en leidingen
|
|
|
1.18.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag in verband met het verkrijgen van een instemmingsbesluit, als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden:
|
|
|
1.18.1.1
|
indien het betreft tracés tot 250 m¹
|
€
|
316,07
|
1.18.1.2
|
indien het betreft tracés vanaf 250 m1 tot 1500 m¹
|
€
|
375,09
|
1.18.1.3
|
indien het betreft tracés vanaf 1500 m1 tot 5000 m¹
|
€
|
434,11
|
1.18.1.4
|
indien het betreft tracés vanaf 5000 m1 en meer, per m1 tracé
|
€
|
0,08
|
1.18.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in de Algemene verordening ondergrondse infrastructuren (AVOI), omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden voor tracés tot 15 m¹
|
€
|
71,91
|
1.18.3
|
Indien met betrekking tot een aanvraag overleg moet plaatsvinden tussen de gemeente, andere beheerders van openbare grond en de netbeheerder van het netwerk en/of andere netbeheerders of belanghebbenden, wordt het in 1.18.1 genoemde bedrag per overleg verhoogd met
|
€
|
236,08
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 19
|
Verkeer en Vervoer
|
|
|
1.19
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.19.1
|
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990
|
€
|
31,00
|
1.19.2
|
tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen
|
€
|
31,00
|
1.19.3
|
tot het verstrekken van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW)
|
€
|
60,55
|
1.19.4
|
tot het verstrekken van een ontheffing van het verbod tot het parkeren van een voertuig als bedoeld in artikel 5:6, tweede lid, van de Algemene plaatselijke verordening 2013 voor een periode van vier dagen
|
€
|
14,49
|
1.19.5
|
tot het verstrekken van een ontheffing van het verbod tot het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar een verbod tot lang parkeren geldt
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 20
|
Diversen
|
|
|
1.20.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
1.20.1.1
|
tot het verlenen van een vergunning voor het plaatsen van een bord, doek, scherm of dergelijk voorwerp tot reclame of aankondiging dienend, per vergunning (voor maximaal een periode van vier weken)
|
€
|
57,96
|
1.20.1.2
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het plaatsen van een bouw- of makelaarsbord voor de periode van maximaal drie maanden met een oppervlakte tot:
|
|
|
1.20.1.2.1
|
vijf vierkante meter
|
€
|
289,25
|
1.20.1.2.2
|
voor elke tien volle vierkante meter of gedeelte daarvan wordt het onder 1.20.1.2.1 genoemde tarief verhoogd met een bedrag van
|
€
|
303,61
|
1.20.1.2.3
|
het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven van een vergunning, voor onbepaalde tijd, tot het plaatsen van aankondigingen dienend tot reclame anders dan bedoeld onder 1.20.1.2.1 en 1.20.1.2.2
|
€
|
145,16
|
1.20.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:
|
|
|
1.20.2.1
|
gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina
|
€
|
14,51
|
1.20.2.2
|
afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken (analoog of digitaal), voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:
|
|
|
1.20.2.2.1
|
per pagina op papier van A4-formaat
|
€
|
0,12
|
1.20.2.2.2
|
per pagina op papier in kleur van A4-formaat
|
€
|
1,17
|
1.20.2.2.3
|
per pagina op papier van A3-formaat
|
€
|
0,23
|
1.20.2.2.4
|
per pagina op papier in kleur van A3-formaat
|
€
|
3,19
|
1.20.2.2.5
|
per pagina op papier van A2-formaat
|
€
|
5,32
|
1.20.2.2.6
|
per pagina op papier van A1-formaat
|
€
|
7,44
|
1.20.2.2.7
|
per pagina op papier van A0-formaat
|
€
|
9,57
|
1.20.2.2.8
|
voor het verzenden van een faxbericht per pagina:
|
|
|
1.20.2.2.8.1
|
formaat A4 binnen Nederland
|
€
|
1,59
|
1.20.2.2.8.2
|
formaat A4 binnen Europa
|
€
|
1,87
|
1.20.2.2.8.3
|
formaat A4 buiten Europa
|
€
|
3,72
|
1.20.2.3
|
een (gunstige) beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen
|
€
|
57,96
|
1.20.2.4
|
stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina
|
€
|
14,51
|
1.20.2.5
|
de in het Legesbesluit akten burgerlijke stand of de in Titel 1 van deze tarieventabel genoemde leges worden, indien het verzoek op basis van een schriftelijk of e-mail verzoek in behandeling wordt genomen, verhoogd met een bedrag voor verzend en administratiekosten van
|
€
|
6,38
|
|
|
|
|
Titel 2
|
Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Begripsomschrijving
|
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
|
2.1.1.1
|
Aanlegkosten:
|
|
|
|
de aannemingssom, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk OF het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting niet inbegrepen en indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
|
|
|
2.1.1.2
|
Bouwkosten:
|
|
|
|
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk OF het bedrag waarvoor de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand te brengen (de aannemingssom), de omzetbelasting daarin niet begrepen], of voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting niet inbegrepen en indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen;
|
|
|
2.1.1.3
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Vooroverleg
|
|
|
2.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
2.2.1
|
om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Omgevingsvergunning
|
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.1.1.1
|
indien de bouwkosten minder dan € 7.500,-- bedragen
|
€
|
116,98
|
2.3.1.1.2
|
indien de bouwkosten € 7.500,-- tot € 10.000.000,-- bedragen 1,68% van de bouwkosten;
|
|
|
2.3.1.1.3
|
indien de bouwkosten € 10.000.000,-- tot € 20.000.000,-- bedragen 1,47% van de bouwkosten, met een minimum van € 177.758,58;
|
|
|
2.3.1.1.4
|
indien de bouwkosten € 20.000.000,-- tot € 35.000.000,-- bedragen 1,25% van de bouwkosten, met een minimum van € 311.077,52 en met een maximum van € 444.937,50;
|
|
|
2.3.1.1.5
|
indien de bouwkosten € 35.000.000,-- of meer bedragen 1,0% van de bouwkosten, met een minimum van € 444.937,50 en met een maximum van € 650.880,00.
|
|
|
|
|
|
|
|
Extra welstandstoets
|
|
|
2.3.1.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien zich tijdens de beoordeling van de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wijzigingen voordoen in het bouwplan en daarvoor een nieuwe welstandstoets noodzakelijk is:
|
€
|
116,98
|
|
|
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
|
2.3.1.3
|
Onverminderd het bepaalde in subonderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat subonderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie nodig is en wordt beoordeeld:
|
|
|
|
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
|
2.3.1.4
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteiten:
120% van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
|
Beoordeling aanvullende gegevens
|
|
|
2.3.1.5
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van aanvullende gegevens die worden ingediend nadat de in dat onderdeel bedoelde aanvraag al in behandeling is genomen:
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
|
Zonnepanelen
|
|
|
2.3.1.6
|
In afwijking van het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 worden voor een aanvraag voor het plaatsen van zonnepanelen geen leges geheven. Indien zonnepanelen onderdeel uitmaken van een aanvraag om Omgevingsvergunning bestaande uit meer onderdelen dan uitsluitend die zonnepanelen, dan zullen voor de vaststelling van het legesbedrag de bouwkosten van de zonnepanelen buiten beschouwing worden gelaten
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
2.3.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.2.1
|
0,15% van de aanlegkosten met een minimumtarief van € 58,19 indien de aanlegkosten niet meer dan € 100.000,-- bedragen;
|
|
|
2.3.2.2
|
0,20% van de aanlegkosten indien de aanlegkosten meer dan
€ 100.000,-- en minder dan € 500.000,-- bedragen;
|
|
|
2.3.2.3
|
0,25% van de aanlegkosten indien de aanlegkosten meer dan € 500.000,-- en met een maximum van € 1.984,97.
|
|
|
|
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
2.3.3
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1, en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking): 0,59% van de bouwkosten met een minimum van € 293,09;
|
|
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
0,59% van de bouwkosten met een minimum van € 293,09;
|
|
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) wordt het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag verhoogd met:
|
|
|
2.3.3.3.1
|
0,59% van de bouwkosten met een minimum van € 293,09, indien de bouwkosten niet meer dan € 100.000,-- bedragen;
|
|
|
2.3.3.3.2
|
0,70% van de bouwkosten indien de bouwkosten meer dan € 100.000,-- en minder dan € 500.000,-- bedragen;
|
|
|
2.3.3.3.3
|
0,80% van de bouwkosten indien de bouwkosten meer dan € 500.000,-- bedragen, met een maximum van € 11.811,43;
|
|
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan): 117% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;
|
|
|
2.3.3.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving): 117% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;
|
|
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving): 117% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag;
|
|
|
2.3.3.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit): 117% van het op grond van onderdeel 2.3.1.1 verschuldigde bedrag.
|
|
|
|
|
|
|
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
2.3.4
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€
|
294,57
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking of tijdelijke afwijking):
|
€
|
589,14
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€
|
1.178,27
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€
|
589,14
|
2.3.4.5
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€
|
986,86
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€
|
1.178,27
|
2.3.4.7
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€
|
1.178,27
|
|
|
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€
|
269,05
|
|
vermeerderd met een toeslag als hieronder aangegeven voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte:
|
|
|
|
500 m² of minder met
|
€
|
410,48
|
|
501 – 2.000 m² met
|
€
|
1.444,13
|
|
2.001 – 5000 m² met
|
€
|
3.569,91
|
|
5.001 – 50.000 m² met
|
€
|
4.994,90
|
|
50.001 m² en meer met
|
€
|
7.841,68
|
2.3.5.2
|
het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wabo waarvoor al eerder een vergunning is afgegeven en deze vergunning is door het college van burgemeester en wethouders ingetrokken, wordt berekend volgens de onder 2.3.5.1 vermelde tarieven;
|
|
|
2.3.5.3
|
het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, afwijkend van dan wel aanvullend op een eerder afgegeven vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wabo wordt voor wat betreft het gewijzigde dan wel aanvullende gedeelte berekend volgens de onder 2.3.5.1 vermelde tarieven;
|
|
|
2.3.5.4
|
het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Wabo met een geldigheidsduur van één maand
|
€
|
213,75
|
2.3.5.5
|
het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een toestemming, dan wel ontheffing als omschreven in een vergunning dan wel veiligheidsverklaring, ingediend na de in de vergunning, toestemming dan wel verklaring genoemde termijn
|
€
|
213,75
|
|
|
|
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd rijks-, provinciaal of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 18 van de Erfgoedverordening 2018 bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:
|
€
|
0,00
|
2.3.6.1.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€
|
58,49
|
2.3.6.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo, in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 18 van de Erfgoedverordening 2018 bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
|
|
1% van de sloopkosten met een minimum van:
|
€
|
116,98
|
|
en een maximum van:
|
€
|
1.178,27
|
|
|
|
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in het bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten: 1% van de sloopkosten, met een minimum van:
|
€
|
115,91
|
|
en een maximum van:
|
€
|
1.178,27
|
|
|
|
|
|
Aanleg of veranderen weg
|
|
|
2.3.8
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€
|
65,40
|
|
|
|
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€
|
65,40
|
|
|
|
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale verordening of artikel 2 van de bomenverordening 2013, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€
|
42,01
|
|
|
|
|
2.3.11
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie [of de gemeente], bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel [2:10, vijfde lid,] van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
0,00
|
2.3.11.1
|
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken:
|
€
|
0,00
|
2.3.11.2
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen:
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
2.3.12
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
58,49
|
|
|
|
|
2.3.13
|
Handelingen in het kader van de Wet Natuurbescherming
|
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (Wet Natuurbescherming) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
58,49
|
|
|
|
|
|
Andere activiteiten
|
|
|
2.3.14
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
58,49
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€
|
58,49
|
2.3.14.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
€
|
58,49
|
2.3.14.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
|
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
2.3.15
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
|
2.3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
€
|
0,00
|
2.3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
2.3.16
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
|
2.3.16.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€
|
58,49
|
2.3.16.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€
|
58,49
|
|
|
|
|
2.3.17
|
Advies
|
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
|
2.3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
2.3.18.1
|
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
|
2.3.18.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€
|
294,57
|
2.3.18.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
|
2.3.18.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Vermindering
|
|
|
2.4.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.
|
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten, bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:
|
|
|
2.4.2.1
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
|
|
|
|
2% van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
2.4.2.2
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
|
|
|
|
3% van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
|
|
2.4.2.3
|
bij 15 of meer activiteiten:
|
|
|
|
5% van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Teruggaaf
|
|
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
|
2.5.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van 4 weken na het in behandeling nemen ervan 75% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
|
|
2.5.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na 4 weken na het in behandeling nemen ervan, maar voor het verlenen van de vergunning 50% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
|
Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 1 jaar na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:
50% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
2.5.3
|
Teruggaaf als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voorbouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
2.5.3.1
|
Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
50% van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
|
|
2.5.3.2
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.3.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.
|
|
|
2.5.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
|
Een bedrag minder dan € 70,61 wordt niet teruggegeven.
|
|
|
2.5.5
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Intrekking omgevingsvergunning
|
|
|
2.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is
|
€
|
0,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
|
2.7
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project
|
€
|
75,50
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8
|
Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
|
2.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening
|
€
|
294,57
|
2.8.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a, van de Wet ruimtelijke ordening
|
€
|
294,57
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9
|
Vervallen
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10
|
In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
|
2.10
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde beschikking
|
€
|
70,19
|
|
|
|
|
Titel 3
|
Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 1
|
Horeca
|
|
|
3.1.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet
|
€
|
235,55
|
3.1.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet
|
€
|
67,53
|
3.1.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet
|
€
|
67,53
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2
|
Organiseren evenementen of markten
|
|
|
3.2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 3:25 van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:
|
|
|
3.2.1.1
|
een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel voor de periode van:
|
|
|
|
- één dag
|
€
|
270,11
|
|
- voor elke volgende dag € 66,66 per dag met een maximum van € 423,23
|
|
|
3.2.1.2
|
een herdenkingsplechtigheid
|
€
|
0,00
|
3.2.1.3
|
een braderie
|
€
|
122,30
|
3.2.1.4
|
een optocht, niet zijnde een betoging, op de weg
|
€
|
122,30
|
3.2.1.5
|
een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg
|
€
|
122,30
|
3.2.1.6
|
een klein evenement dat niet voldoet aan de eisen bedoeld in artikel 2:25, derde lid, van de Algemene plaatselijke verordening
|
€
|
0,00
|
3.2.2
|
Gereserveerd
|
|
|
3.2.3
|
Gereserveerd
|
|
|
3.2.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het op of aan de openbare weg venten en opkopen, per vergunning, voor een periode van:
|
|
|
3.2.4.1
|
- één dag
|
€
|
28,92
|
3.2.4.2
|
- voor elke volgende dag € 1,11 per dag met een maximum van € 68,46
|
|
|
3.2.5
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning tot het innemen van een standplaats per vergunning voor de periode van:
|
|
|
3.2.5.1
|
- één dag
|
€
|
28,93
|
3.2.5.2
|
- maximaal één week
|
€
|
57,85
|
3.2.5.3
|
- maximaal één jaar
|
€
|
231,83
|
3.2.5.4
|
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlengen van een vergunning tot het innemen van een standplaats als bedoeld onder 3.2.5.3 voor de periode van maximaal één jaar
|
€
|
115,91
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3
|
Prostitutiebedrijven
|
|
|
3.3
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4
|
Huisvestingswet 2014
|
|
|
3.4
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
3.4.0.1
|
tot het verkrijgen van een urgentieverklaring (regionaal vastgesteld)
|
€
|
35,70
|
3.4.0.2
|
indien de verklaring als bedoeld in 3.4.0.1 op medische gronden wordt aangevraagd, wordt genoemd bedrag voor medische keuring verhoogd met
|
€
|
51,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5
|
Marktstandplaatsen
|
|
|
3.5
|
Gereserveerd
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6
|
Winkeltijdenwet
|
|
|
3.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:
|
|
|
3.6.1
|
tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet
|
€
|
87,20
|
3.6.2
|
het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het hebben van een terras ten behoeve van het uitoefenen van een horecabedrijf
|
€
|
115,91
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7
|
In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
|
|
3.7
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
€
|
70,19
|