Besluit aanwijzing heffingsambtenaar en invorderingsambtenaar gemeentelijke belastingen 2021

 

Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen,

 

gelet op artikel 231, tweede lid onder b en c van de Gemeentewet en artikel 1, tweede lid van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ);

 

besluit:

vast te stellen het Besluit aanwijzing heffingsambtenaar en invorderingsambtenaar gemeentelijke belastingen 2021.

 

Artikel 1  

Met de heffing van gemeentelijke belastingen bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b van de Gemeentewet wordt belast: het afdelingshoofd van de afdeling Financiën of diens benoemde plaatsvervanger.

 

Artikel 2  

Met de invordering van gemeentelijke belastingen bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel c van de Gemeentewet wordt belast: het afdelingshoofd van de afdeling Financiën of diens benoemde plaatsvervanger.

 

Artikel 3  

Met de uitvoering van de Wet WOZ bedoeld in artikel 1, tweede lid, van de Wet WOZ wordt belast het afdelingshoofd van de afdeling Financiën of diens benoemde plaatsvervanger.

 

Artikel 4  

1. Het Besluit aanwijzing heffingsambtenaar en invorderingsambtenaar 2019 (gmb-2019-168178) wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2021.

2. Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2021.

3. Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit aanwijzing heffingsambtenaar en invorderingsambtenaar.

 

Aldus vastgesteld d.d. 15 december 2020

Het college van burgemeester en wethouders van Nijmegen,

De gemeentesecretaris

mr. drs. A.H. van Hout

De burgemeester

drs. H.M.F. Bruls

Naar boven