Gemeenteblad van Molenlanden
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Molenlanden | Gemeenteblad 2020, 327429 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Molenlanden | Gemeenteblad 2020, 327429 | Verordeningen |
Beheersverordening begraafplaatsen Molenlanden 2021
De raad van de gemeente Molenlanden,
gelezen het voorstel van het college van de gemeente Molenlanden over bovenstaand onderwerp;
gelet op artikel 35 van de Wet op de lijkbezorging en artikel 149 van de Gemeentewet;
besluit vast te stellen : de Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen Molenlanden 2021
Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Hoofdstuk 2. Openstelling, orde en rust op de begraafplaats
Herdenkingsbijeenkomsten, onthullingen van gedenktekens en dergelijke plechtigheden op de begraafplaats kunnen slechts plaatsvinden nadat deze ten minste zes werkdagen tevoren zijn gemeld aan de beheerder. Datum en uur van de plechtigheid en de wijze waarop deze zal plaatsvinden worden in overleg met de aanvrager door de beheerder vastgesteld.
Hoofdstuk 3. Voorschriften voor lijkbezorging
Artikel 7. Kennisgeving begraven en asbezorging, openen en sluiten van het graf
Degene die wil doen begraven, as wil doen bijzetten of as wil doen verstrooien, geeft daarvan uiterlijk om 12.00 uur van de twee werkdagen voorafgaande aan die waarop de begraving, bijzetting of verstrooiing zal plaatsvinden, schriftelijk of digitaal (via begraafplaatsagenda) kennis aan de beheerder. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Indien de burgemeester toestemming heeft gegeven om het lijk binnen 36 uur na het overlijden te begraven moet de kennisgeving aan de beheerder zo tijdig mogelijk worden gedaan.
Het openen van een graf ter begraving of voor het bezorgen van as, en het daarna sluiten van een graf, en ook het bedienen van de hulpmiddelen mag uitsluitend geschieden door het personeel van de begraafplaats op aanwijzingen en onder toezicht van de beheerder. De nabestaanden kunnen deze werkzaamheden onder toezicht van de beheerder geheel of gedeeltelijk zelf verrichten indien zij hun wens daartoe uiterlijk om 12.00 uur van de voorafgaande werkdag mondeling of schriftelijk aan de beheerder hebben kenbaar gemaakt. De zaterdag geldt voor de toepassing van deze bepaling niet als werkdag. Zij dienen bij deze werkzaamheden de aanwijzingen van de beheerder op te volgen.
Hoofdstuk 4. Indeling en uitgifte van de graven
Artikel 11. Indeling graven en asbezorging
Het college bepaalt bij nader vast te stellen regels hoeveel lijken en hoeveel asbussen met of zonder urnen er kunnen worden bijgezet in de particuliere graven en hoeveel verstrooiingen van as er op de particuliere graven kunnen plaatshebben. Het college bepaalt ook de afmetingen en de uitgifteduur van de particuliere graven. De uitgifteduur kan niet korter zijn dan de minimumtermijn vastgesteld in de Wet op de lijkbezorging.
Artikel 12. Aantal overledenen in algemene graven
In de algemene graven kan een door het college te bepalen aantal lijken worden begraven.
Artikel 13. Volgorde van uitgifte
Het is mogelijk een particulier graf toe te wijzen anders dan voor directe begraving en buiten de volgorde van uitgifte, middels reservering, indien dit wegens de situatie en capaciteit op de begraafplaats(en) niet bezwaarlijk is. Het college wijst bij nader vast te stellen regels graven aan die wel gereserveerd kunnen worden en benoemd ook begraafplaatsen waar het niet mogelijk is om graven te reserveren.
Het college kan bij nader vast te stellen regels de algemene en particuliere graven onderverdelen in categorieën. Het college bepaalt voor de verschillende categorieën de situering en oppervlakte.
Artikel 15. Termijnen particuliere graven
Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) dat toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van twintig, dertig of vijftig jaar het recht op een particulier graf. Een particulier kindergraf wordt uitgegeven voor onbepaalde tijd. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particuliere graf is uitgegeven.
Het college verleent, voor zover de daartoe bestemde ruimte van de begraafplaats(en) dat toelaat, op een daartoe bij hen schriftelijk in te dienen aanvraag, voor de tijd van vijf, tien of twintig jaar het recht op een particulier urnengraf en urnennis. De termijn begint te lopen op de datum waarop het particuliere graf is uitgegeven.
Begraving of bijzetting in een particulier graf waarvan de uitgiftetermijn binnen de wettelijke minimum grafrusttermijn afloopt, kan alleen plaatsvinden onder gelijktijdige verlenging van de uitgiftetermijn met vijf, tien, vijftien of twintig jaar een zodanige verlengingsperiode dat de alsdan resterende uitgiftetermijn ten minste gelijk is aan de wettelijke minimum grafrusttermijn.
Artikel 16. Termijnen algemene graven
Algemene graven worden uitgegeven voor een termijn van 15 jaar. Deze termijn kan niet worden verlengd. Een stoffelijk overschot kan echter na afloop van de termijn, op schriftelijk verzoek en op kosten van de belanghebbende, in een nieuw particulier graf volgens de bepalingen van deze verordening worden herbegraven.
Het college kan aan de rechthebbende op een particulier graf vergunning verlenen tot het daarin voor eigen rekening doen aanbrengen van een grafkelder overeenkomstig de door het college te stellen voorwaarden.
Artikel 18. Overschrijving van verleende rechten
Na het overlijden van de rechthebbende kan het recht op het particuliere graf worden overgeschreven op naam van een natuurlijk persoon of rechtspersoon dan wel een bloedverwant of aanverwant tot en met de derde graad, in de eerste, tweede of derde graad van bloed- en aanverwantschap, als de aanvraag daartoe wordt gedaan binnen 1 jaar na het overlijden van de rechthebbende. Als de overleden rechthebbende in het graf dient te worden begraven, of indien de asbus met zijn resten in het graf dient te worden bijgezet, dient het verzoek tot overschrijving daaraan voorafgaand te worden gedaan. Overschrijving op verzoek van de rechthebbende ten name van een ander dan vorengenoemde personen is slechts mogelijk als daarvoor gewichtige redenen bestaan.
Artikel 19. Afstand doen van graven
Zonder aanspraak te kunnen maken op enige vergoeding kan de rechthebbende schriftelijk afstand doen ten behoeve van de gemeente van het recht op het particuliere graf. Van de ontvangst van zodanige verklaring doen burgemeester en wethouders schriftelijk mededeling aan de rechthebbende.
Artikel 20. Vervallen grafrechten
Het college kan de grafrechten vervallen verklaren:
Wanneer het adres van de rechthebbende of belanghebbende niet bekend is, maakt het college het vervallen van het grafrecht gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop de grafbedekking zal worden verwijderd door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en/of bij de ingang van de begraafplaats bekend.
De eventueel op het graf aanwezige grafbedekking kan gedurende een maand voor het vervallen van een grafrecht door de rechthebbende of belanghebbende van het graf worden verwijderd. Na het vervallen van het grafrecht kan geen aanspraak op deze voorwerpen worden gemaakt. Het op het graf aanwezige gedenkteken en de beplanting zal na het vervallen van het grafrecht door of namens het college worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding.
Artikel 21. Vergunning grafbedekking
Het plaatsen, wijzigen of verwijderen van een gedenkteken of andere voorwerpen op graven of een plaat ter afsluiting van een urnennis is toegestaan mits wordt voldaan aan de nadere regels zoals deze zijn opgesteld door het college over de aard en de afmetingen van de grafbedekkingen, alsmede het aanbrengen of onderhoud van beplantingen.
Artikel 22. Niet toestaan van grafbedekking
Het college kan bij nader vast te stellen regels bepalen op welke velden van graven, op de onder artikel 1.a genoemde begraafplaatsen, geen grafbedekking mag worden aangebracht.
Artikel 23. Onderhoud door de gemeente
Het college voorziet in het algemeen onderhoud van de begraafplaats.
Artikel 24. Onderhoud door rechthebbende of belanghebbende
De verwijdering vindt niet plaats dan nadat het college de rechthebbende of de belanghebbende door middel van een verklaring schriftelijk op de hoogte heeft gesteld van de toestand van de grafbedekking. Wanneer het adres van de rechthebbende of de belanghebbende niet bekend is maakt het college de verklaring bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord, indien aanwezig, bekend. Bij het graf wordt een verwijzing naar de mededeling aangebracht.
Het college kan de rechthebbende of de belanghebbende per aanschrijving verplichten een beschadiging aan de grafbedekking te herstellen binnen de door het college gestelde termijn als de beschadiging zodanig is dat deze naar het oordeel van het college het uiterlijk aanzien van de begraafplaats schaadt of indien de beschadiging van de grafbedekking gevaar op levert voor derden. Het college behoudt zich het recht voor om op kosten van de rechthebbende of belanghebbende een herstelactie uit te voeren als de gevaarzetting daartoe noopt.
Artikel 25. Niet-blijvende grafbeplanting
Niet-blijvende beplanting op een graf die in een verwaarloosde staat verkeert en kapotte voorwerpen kunnen door de beheerder zonder voorafgaande kennisgeving worden verwijderd zonder dat aanspraak kan worden gemaakt op schadevergoeding. Losse bloemen, planten, kransen en dergelijke kunnen, wanneer zij verwelkt zijn, door de beheerder worden verwijderd. Linten, siervazen en dergelijke voorwerpen worden 6 weken na begraving verwijderd.
HOOFDSTUK 6. RUIMING VAN GRAVEN, URNENGRAVEN EN URNENNISSEN
Artikel 27. Ruiming, bezorging van overblijfselen en as
Het voornemen van het college om een graf te ruimen wordt ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip waarop het graf geruimd zal worden per brief aan de rechthebbende of, wanneer het een algemeen graf betreft, aan de belanghebbende bekend gemaakt. Wanneer het adres van de rechthebbende of belanghebbende niet bekend is maakt het college het voornemen tot ruiming van het graf gedurende ten minste een jaar voorafgaande aan het tijdstip van ruiming door middel van een bij het graf te plaatsen bordje en bij de ingang van de begraafplaats op het mededelingenbord bekend.
Artikel 28. Schudden van particuliere graven
Het is mogelijk een particulier graf te schudden op verzoek van de rechthebbende. Het college bepaalt of het schudden technisch mogelijk is door de grondwaterstand en grondkwaliteit en uit onderzoek blijkt dat de stoffelijke resten voldoende zijn verteerd. Ook wordt hierbij artikel 5 van het Besluit op de Lijkbezorging in acht genomen. De gemeente compenseert rechthebbenden niet als er geen mogelijkheid is tot nieuwe begraving.
HOOFDSTUK 9. INRICHTING REGISTER
De administratie bevat een register van alle rechthebbenden en belanghebbenden van de graven met hun namen en adressen. In dit register worden ook de naam, geboortedatum en de datum van overlijden opgenomen van degene die is begraven of waarvan de as is bezorgd. Daarbij is vermeld de grafaanduiding en de dag van de begraving of bijzetting. Het register wordt bijgehouden door de beheerder.
Artikel 31. Intrekking oude regeling
De Beheersverordening begraafplaatsen Molenwaard 2017, vastgesteld op 13 december 2016 en de Beheersverordening begraafplaatsen Giessenlanden 2014, vastgesteld op 12 december 2013, worden ingetrokken.
Artikel 33. Beslissingsbevoegdheid
In geval waarin deze verordening niet voorziet of in geval van verschil van mening over de uitleg van haar bepalingen, beslist het college.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-327429.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.