1.20.2.2
|
tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening Beemster voor het innemen van een standplaats op de openbare weg:
a. met een geldigheidsduur van maximaal twee weken
b. met een geldigheidsduur langer dan twee weken
|
79,10
198,50
|
,
|
Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning
|
|
|
Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen
|
|
2.1.1
|
Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:
|
|
2.1.1.1
|
bouwkosten:
- -
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of
- -
voor zover deze ontbreekt een raming van de kosten die voortvloeien uit aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het bouwen) van de bouwwerken, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt, wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
|
|
2.1.1.2
|
Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
|
|
2.1.1.3.
|
Aanlegkosten:
de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012; Stcrt. 2012, 1567), voor het uit te voeren werk of voor zover deze ontbreekt, een raming van de kosten die voortvloeien uit de aangegane verplichtingen voor de fysieke realisatie (het aanleggen) van de werken of de werkzaamheden, de omzetbelasting daarin niet begrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden, wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van de werken of de werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft, de omzetbelasting daarin niet begrepen.
|
|
2.1.2
|
In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.
|
|
2.1.3
|
In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Beoordeling principe-verzoek/pre-advies
|
|
2.2
|
Vervallen
|
|
2.2.1
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het doen van een principe-verzoek bestemmingsplan in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project in het kader van de Wabo vergunbaar is bedraagt
|
221,70
|
2.2.2.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek pre-advies door de welstandscommissie bedraagt:
1. Bij bouwkosten tot € 20.000 wordt het tarief verhoogd met
2. Bij bouwkosten boven de € 20.000 wordt het tarief verhoogd met 0,25% van de bouwkosten tot een maximumtarief van € 2.250,00
|
41,00
41,00
|
2.2.3.
|
Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek pre-advies door de erfgoedcommissie bedraagt
|
155,60
|
|
Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning
|
|
2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief:
|
|
2.3.1.1.1
|
een percentage van de bouwkosten van
met een minimum van
|
2,7%,
221,70
|
2.3.1.2
|
Vervallen
|
|
|
Verplicht advies agrarische commissie
|
|
2.3.1.3
|
Indien voor de beoordeling van de aanvraag bedoeld in onderdeel 2.3.1.1 een advies van een agrarische beoordelingscommissie nodig is worden de in dit hoofdstuk vermelde tarieven verhoogd met de productiekosten. Een begroting van deze kosten wordt voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager medegedeeld. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt de aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de kosten aan de aanvrager is medegedeeld. Indien de werkelijke kosten minder bedragen dan de geraamde kosten, wordt teruggaaf verleend.
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.1.4
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit:
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimumbedrag van 221,70.
|
10%
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteit
|
|
2.3.2.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wabo bedraagt het tarief
|
221,70
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º van de Wabo van toepassing is (binnenplanse afwijking)
|
405,00
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º van de Wabo van toepassing is (buitenplanse kleine afwijking)
|
405,00
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º van de Wabo van toepassing is (buitenplanse afwijking),
van het op grond van 2.3.1.1. verschuldigde bedrag
|
25%
|
2.3.3.4
|
Vervallen
|
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b van de Wabo van toepassing is (afwijking van exploitatieplan),
van het op grond van 2.3.1.1. verschuldigde bedrag
|
25%
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c van de Wabo van toepassing is (afwijking van provinciale regelgeving);
|
405,00
|
2.3.3.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c van de Wabo van toepassing is (afwijking van nationale regelgeving)
|
405,00
|
2.3.3.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d van de Wabo van toepassing is (afwijking van voorbereidingsbesluit)
|
405,00
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wabo bedraagt het tarief:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º van de Wabo van toepassing is (binnenplanse afwijking):
|
405,00
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º van de Wabo van toepassing is (buitenplanse kleine afwijking):
|
405,00
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º van de Wabo van toepassing is (buitenplanse afwijking):
|
9.175,75
|
2.3.4.4
|
Vervallen
|
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b van de Wabo van toepassing is (afwijking van exploitatieplan):
|
1.581,90
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c van de Wabo van toepassing is (afwijking van provinciale regelgeving)
|
405,00
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c van de Wabo van toepassing is (afwijking van nationale regelgeving):
|
405,00
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d van de Wabo van toepassing is (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
405,00
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d van de Wabo bedraagt het tarief:
|
1.155,30
|
2.3.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening aangewezen monument waarvoor op grond van die provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument, dan wel het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
221,70
|
2.3.6.2.
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, van de Wabo, op het slopen van een bouwwerk in een krachtens provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die provinciale of gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
2.3.7.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g van de Wabo bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
221,70
|
2.3.8
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
2.3.8.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.9
|
Uitweg/inrit
|
|
2.3.9.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo in samenhang met een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.10
|
Kappen
|
|
2.3.10.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met een provinciale verordening of artikel 4.11 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.11
|
Opslag van roerende zaken <geen onderdelen>
|
|
2.3.12
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
2.3.12.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.13
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
2.3.13.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
221,70
|
2.3.14
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.14.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i van de Wabo bedraagt het tarief
|
221,70
|
2.3.14.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid van de Wabo bedraagt het tarief
|
221,70
|
2.3.15
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid van de Wabo bedraagt het tarief:
|
|
2.3.15.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft,
verhoogd met
met een minimum van
|
5%
221,70
|
2.3.15.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft, verhoogd met
met een minimum van
|
5%
221,70
|
2.3.16
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
Vervallen
|
|
2.3.17
|
Advies
|
|
2.3.17.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies (waaronder een geluidmeting) moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.26, derde lid van de Wabo:
het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.17.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.18
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.18.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid van de Wabo:
|
|
2.3.18.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven
|
633,30
|
2.3.18.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.18.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.18.1.2 is uitgebracht wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Vermindering
|
|
2.4.1
|
Vervallen
|
|
2.4.2
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op meer dan vijf activiteiten bestaat aanspraak op vermindering van leges, met uitzondering van het legesdeel in verband met adviezen of verklaringen van geen bedenkingen als bedoeld in de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18. De vermindering bedraagt:
|
|
2.4.2.1
|
bij 5 tot 10 activiteiten:
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
10%
|
2.4.2.2
|
bij 10 tot 15 activiteiten:
van de voor die activiteiten verschuldigde leges;
|
20%
|
2.4.2.3
|
bij 15 of meer activiteiten:
van de voor die activiteiten verschuldigde leges.
|
30%
|
|
Hoofdstuk 5 Teruggaaf
|
|
2.5.1
|
Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
|
Als een aanvrager zijn aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.6 en 2.3.7 intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De teruggaaf bedraagt:
|
|
2.5.1.1
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken binnen een termijn van vier weken na het in behandeling nemen ervan
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
50%
|
2.5.1.2
|
indien de aanvraag wordt ingetrokken na vier weken en langer na het in behandeling nemen ervan
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges;
|
25%
|
2.5.1.3
|
Vervallen
|
|
2.5.2
|
Teruggaaf als gevolg van weigering omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg- of sloopactiviteiten
|
|
2.5.2.1
|
indien de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, planologisch strijdig gebruik of sloopactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.2, 2.3.3, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges.
De teruggaaf bedraagt
van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges.
|
20%
|
2.5.2.2.
|
Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.5.2.1 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak
|
|
2.5.4
|
Minimumbedrag voor teruggaaf
|
|
|
Een bedrag van minder dan
wordt niet teruggegeven
|
221,70
|
2.5.5
|
Geen teruggaaf legesdeel advies of verklaring van geen bedenkingen
|
|
|
Van de leges verschuldigd op grond van de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.
|
|
2.5.6.
|
Niet behandelen aanvraag
Indien de aanvraag op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht bij besluit van het college van burgemeester en wethouders buiten behandeling wordt gelaten, wordt het volgende tarief in rekening gebracht
|
221,70
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning
|
|
2.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:
|
221,70
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project
|
|
2.7
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot wijziging van een omgevingsvergunning als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project:
Een percentage van
van de leges die oorspronkelijk verschuldigd was als gevolg van een bouwactiviteit met een minimumtarief van 221,70 en een maximumbedrag van 2738,40.
|
10%
|
|
Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten
|
|
2.8.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid van de Wet ruimtelijke ordening
|
9.175,75
|
2.8.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a van de Wet ruimtelijke ordening
|
7.372,05
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 9 Sloopmelding (vervallen)
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking
|
|
2.10
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:
|
221,70
|
|
|
|
|
Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn
|
|
|
Hoofdstuk 1 Horeca
|
|
3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van:
|
|
3.1.1
|
een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet
|
660,70
|
3.1.2
|
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 4, vierde lid van de Drank- en Horecawet
|
49,00
|
3.1.3
|
een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet (wijzigen inrichten horecabedrijf)
|
149,80
|
3.1.4
|
een aanvraag tot het wijzigen van het aanhangsel als bedoeld in artikel 30a, tweede lid van de Drank- en horecawet (wijziging leidinggevende)
a. voor één leidinggevende
b. voor elk volgende leidinggevende
|
97,95
84,40
|
3.1.5
|
een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet
|
105,50
|
3.1.6
|
van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 2:29 van de Algemene plaatselijke verordening Beemster 2012 (sluitingstijd):
|
|
3.1.6.1
|
voor een periode van maximaal twee weken
|
47,25
|
3.1.6.2
|
voor een periode langer dan twee weken met een maximale geldigheidsduur van één jaar
|
158,40
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten
|
|
3.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening Beemster 2012:
|
|
3.2.1
|
voor een evenement tot 500 bezoekers of deelnemers
|
76,75
|
3.2.2
|
voor een evenement vanaf 500 tot 1000 bezoekers of deelnemers
|
206,35
|
3.2.3
|
voor een evenement vanaf 1000 tot 5000 bezoekers of deelnemers
|
481,60
|
3.2.4
|
voor een evenement met meer dan 5000 bezoekers of deelnemers
|
1.289,65
|
3.2.5
|
Vervallen
|
|
|
Hoofdstuk 3 Seksinrichtingen
|
|
3.3.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening Beemster 2012 (seksinrichtingen) met betrekking tot:
|
|
3.3.1.1
|
het exploiteren van een escortbedrijf of van een prostitutiebedrijf
|
1.035,00
|
3.3.1.2
|
het exploiteren van een seksinrichting niet zijnde prostitutiebedrijf
|
840,80
|
3.3.2
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van de vergunning, bedoeld in artikel 3:4 van de Algemene plaatselijke verordening Beemster 2012:
van de leges bedoeld in 3.3.1.1 t/m 3.3.1.3
|
25%
|
|
Hoofdstuk 4 Splitsingsvergunning woonruimte
|
|
3.4.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 33 van de Huisvestingswet
|
30,90
|
|
Hoofdstuk 5 Marktstandplaatsen <geen onderdelen>
|
|
|
Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet
|
|
3.6
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing of een wijziging in het kader van de Winkeltijdenwet (Stb. 1996, 182) of het Vrijstellingsbesluit Winkeltijdenwet (Stb. 1996,183)
|
74,90
|
|
Hoofdstuk 6a Kinderopvang
|
|
3.6a
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag als bedoeld in de artikelen 1.45 van de Wet kinderopvang tot opneming in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP):
|
|
3.6a.1
|
voor het in exploitatie nemen van een gastouderbureau of kindercentrum (kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang)
|
1.439,80
|
3.6a.2
|
voor het aanbieden van gastouderopvang op het adres van de gastouder of op het adres van de vraagouder
|
467,80
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
|
3.7
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking
|
47,00
|