Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Soest houdende regels omtrent de heffing en de invordering van rioolaansluitrecht (Verordening rioolaansluitrecht 2021)

De raad van de gemeente Soest;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 september 2020, nr. RV20-44;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening op de heffing en de invordering van rioolaansluitrecht 2021

Artikel 1 Begripsomschrijving

• 1. Onder aansluiting op de gemeentelijke riolering wordt in deze verordening verstaan het leggen door de gemeente van een buisleiding van het riool tot aan de grens van het perceel, ten behoeve waarvan aansluiting geschiedt, met inbegrip van het maken van een controleputje.

• 2. Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder een perceel:

  • a. een gebouwde (on-)roerende zaak – of een gedeelte daarvan – dat blijkens indeling en inrichting bestemd is om als afzonderlijk geheel door een particuliere huishouding te worden gebruikt. Met een perceel wordt gelijk gesteld: een stacaravan, een woonboot, een woonwagen en een demontabel zomer- of vakantiehuisje;

  • b. een gebouwde (on-)roerende zaak – of een gedeelte daarvan – die blijkens indeling en inrichting bestemd is om als afzonderlijk geheel te worden gebruikt, niet zijnde een particuliere huishouding.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

• 1. Voor elke aansluiting op de gemeentelijke riolering wordt een recht in rekening gebracht.

• 2. Het recht wordt geheven van diegene die het genot heeft krachtens eigendom, bezit of beperkt recht van een (on-)roerende zaak ten behoeve waarvan een aansluiting geschiedt.

Artikel 3 Maatstaf van de heffing

Het recht bedraagt voor elk perceel, zoals genoemd in artikel 1, tweede lid; de te maken kosten met een minimum van € 238,00. Het bedrag van de te maken kosten wordt voorafgaand aan de aanleg aan belastingplichtige medegedeeld, met een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting is uitgebracht, wordt de aanleg op zijn vroegst uitgevoerd de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de belastingplichtige ter kennis is gebracht, tenzij belastingplichtige de begroting aanvecht.

Artikel 4 Wijze van heffing

De rechten worden geheven door middel van een mondelinge kennisgeving, dan wel gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 5 Termijnen van betaling

De rechten moeten worden betaald indien de kennisgeving bedoeld in artikel 4:

• a. mondeling wordt gedaan, op het moment van de kennisgeving;

• b. schriftelijk wordt gedaan, op moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van toezending daarvan, in één termijn binnen één maand na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 6 Kwijtschelding

Bij de invordering van rioolaansluitrecht wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 7 Overgangsrecht

• 1. De "Verordening rioolaansluitrecht 2020", vastgesteld bij raadsbesluit van 7 november 2019, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 8, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 8 Inwerkingtreding

• 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

• 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.

Artikel 9 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: " Verordening rioolaansluitrecht 2021".

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 5 november 2020,

de griffier,

M. van Vliet MPM AA

de voorzitter,

R.T. Metz