Gemeenteblad van Ede
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ede | Gemeenteblad 2020, 301819 | Verordeningen |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Ede | Gemeenteblad 2020, 301819 | Verordeningen |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Ede houdende regels omtrent parkeervergunningen (Nadere regel parkeervergunningen Ede)
In dit besluit wordt verstaan onder:
parkeerplaats op eigen terrein:
sector: de sectoren die zijn aangewezen in het Aanwijzingsbesluit gebieden parkeren voor vergunninghouders en betaald parkeren Ede.
voltijdmedewerker: werknemer van een bedrijf, wiens werkweek ten minste 32 uur bedraagt.
Artikel 2. Maximaal aantal bewoners- en zakelijke parkeervergunningen
Artikel 4. Doorgeven van wijzigingen
De vergunninghouder is verplicht burgemeester en wethouders onverwijld uit eigen beweging alle feiten en omstandigheden te melden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van invloed kunnen zijn op zijn recht op een parkeervergunning.
Artikel 6. Aanvullende uitgiftecriteria appartementencomplexen
Voor appartementencomplexen die zijn gebouwd na 1 januari 2009 worden uitsluitend parkeervergunningen verstrekt indien burgemeester en wethouders bij verlening van de bouw- of omgevingsvergunning zijn afgeweken van de op dat moment geldende parkeernormering en er geen andere afspraken zijn gemaakt over het voorzien in de parkeerbehoefte. Het maximum aantal te verstrekken parkeervergunningen is gelijk aan het verschil tussen de feitelijke situatie en de destijds geldende parkeernorm.
Artikel 11. Vereisten indiening
Bij de aanvraag voor een zakelijke parkeervergunning overlegt de indiener de volgende gegevens:
Artikel 12. Verleningscriteria zakelijke parkeervergunningen
Artikel 13. Aanvullende verleningscriteria zakelijke parkeervergunningen Stadspoort
Onverminderd het bepaalde in artikel 12 komen voor een zakelijke parkeervergunning in sector 11 (Stadspoort) uitsluitend in aanmerking:
Artikel 15. Wijze van verlening
De zakelijk parkeervergunning wordt gesteld op kenteken. Op de parkeervergunning kunnen maximaal drie kentekens worden vermeld.
Artikel 16. Zakelijke parkeervergunning politie
In afwijking van het bepaalde in deze paragraaf worden aan de politie 100 parkeervergunningen verstrekt voor gebruik op het Burgemeester Van Dijkeplein. Voor gebruik van deze vergunningen worden 120 vignetten verstrekt.
Artikel 19. Tijdelijke zakelijke parkeervergunningen
Per bedrijf wordt in beginsel slechts één tijdelijke zakelijke parkeervergunning verstrekt. Burgemeester en wethouders kunnen hiervan afwijken, indien meerdere medewerkers voltijds bezig zijn met de werkzaamheden en het gebruik van een motorvoertuig door elk van hen onmisbaar is voor de werkzaamheden.
Artikel 22. Intrekking parkeervergunningen oneigenlijk gebruik
Indien een parkeervergunning wordt ingetrokken in verband met:
dan wordt een nieuwe parkeervergunning pas verstrekt in het volgende kalenderjaar.
Artikel 25. Kosten en restitutie
Bij inlevering van de bewonersparkeervergunning of zakelijke vergunning wordt de parkeerbelasting vanaf de eerstvolgende maand gerestitueerd. Voor een tijdelijke vergunning wordt geen parkeerbelasting gerestitueerd.
Burgemeester en wethouders kunnen het bepaalde in deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van evenwichtige verdeling van parkeerruimte leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Vastgesteld in de vergadering van 3 november 2020, zaaknummer 175830,
Het college voornoemd,
drs. R.F. Groen MPA
de secretaris,
mr. L.J. Verhulst
de burgemeester
De nadere regel wordt vastgesteld door het college en is juridisch bindend. Deze toelichting wordt niet vastgesteld en is niet juridisch bindend. Wel kan deze dienen ter verduidelijking als interpretatiehulp voor de nadere regel.
De definitie van een parkeerplaats op eigen terrein is gewijzigd om de leesbaarheid te vergroten. Hiermee is geen inhoudelijke wijziging beoogd. Inpandige parkeergarages bij woningen en losse garageboxen worden niet gezien als parkeerplaats op eigen terrein. Dat blijft ongewijzigd en komt tot uitdrukking in onder meer de tekst ‘de ruimte vóór een individuele garage’.
Voor het begrip sector wordt aangesloten bij het geldende aanwijzingsbesluit van burgemeester en wethouders. Het betreft hier een dynamische verwijzing: bij de toepassing van deze nadere regel wordt dus telkens uitgegaan van het op dat moment geldende aanwijzingsbesluit.
Artikel 2. Maximaal aantal bewoners- en zakelijke vergunningen
In Ede geldt een plafond voor de uitgifte van bewoners- en zakelijke vergunningen voor sector 1 en sector 11. In sector 1 (Centrum) is de parkeerdruk het hoogst. Dit is tevens een reden dat aan bewoners slechts één bewonersparkeervergunning wordt verstrekt. Binnen sector 1 zijn een aantal bijzondere locaties aangewezen. De parkeervergunning die wordt verstrekt is óf geldig voor het centrum óf voor de bijzondere locaties (Kuiperplein, Bunschoterplein of Van Dijkeplein). Bij het bepalen van het plafond is er verder rekening mee gehouden dat sector 1 een zone is waar gecombineerd gebruik plaatsvindt van betaald parkeren en parkeren door vergunninghouders.
In sector 11 is een plafond opgenomen omdat het aantal bewonersparkeervergunningen per bewoner daar op vier gesteld is. Het plafond op totaal aantal te verstrekken vergunningen is nodig om te voorkomen dat de parkeerdruk hier te hoog wordt. Hoewel een parkeervergunning geen recht geeft op een parkeerplaats wordt wel gestreefd naar een verdeling waarbij doorgaans ruimte is om een auto te parkeren.
Voor andere sectoren kan een maximum aantal vergunningen worden ingesteld als de parkeerdruk daar op enig moment aanleiding toe geeft.
Artikel 3. Geldigheid parkeervergunningen
Burgemeester en wethouders hebben ervoor gekozen om de geldigheid van parkeervergunningen te koppelen aan bepaalde zones. Hierdoor wordt een te hoge parkeerdruk voorkomen met name in en rondom Ede-Centrum. Dit betreft een voorzetting van bestaand beleid.
In het derde lid is bepaald dat een tweede en volgende tijdelijke zakelijke parkeervergunning uitsluitend geldig is op werkdagen. Ook dit is een voorzetting van bestaand beleid. De gedachte hierachter is dat het voldoende is wanneer er één parkeervergunning beschikbaar is voor werkzaamheden buiten kantooruren. Om de parkeerdruk te beperken is het gewenst om niet meer parkeervergunningen te geven dan nodig.
Artikel 4. Doorgeven van wijzigingen
In dit artikel is een verplichting opgenomen voor de vergunninghouder om zo snel mogelijk relevante wijzigingen door te geven aan burgemeester en wethouders. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan een verhuizing of verkoop van motorvoertuigen. Voor zakelijk gebruik is bijvoorbeeld te denken aan een inkrimping van het personeelsbestand.
Artikel 5. Uitgiftecriteria bewonersparkeervergunningen algemeen
In dit artikel staat beschreven onder welke voorwaarden een bewoner recht heeft op een parkeervergunning. De criteria die staan beschreven in het eerste en derde lid zijn ongewijzigd gebleven. Nieuw is dat gecontroleerd wordt bij de aanvraag op het aantal motorvoertuigen waarover de bewoners van het betreffende adres kunnen beschikken (tweede lid, onder a). Het aantal te verstrekken bewonersvoertuigen is nooit groter dan het aantal motorvoertuigen waarover de bewoners kunnen beschikken. Deze maatregel wordt genomen om de parkeerdruk te beperken en het aantal beschikbare parkeervergunningen eerlijker te verdelen. Voor bestaande situaties wordt voorzien in overgangsrecht (artikel 27).
Een voorbeeld om dit te illustreren:
Familie Jansen woont in sector 5. In deze sector geldt een absoluut maximum van twee parkeervergunningen. Familie Jansen is eigenaar van één auto. Dit betekent dat de familie Jansen maximaal één bewonersparkeervergunning kan aanvragen. Eventuele bezoekers - bijvoorbeeld uitwonende kinderen - kunnen gebruik maken van een bezoekerskaart.
Per sector geldt daarnaast een maximum aantal te verstrekken bewonersparkeervergunningen per gebied (tweede lid, onder b). Dit is gebaseerd op de beschikbare capaciteit en de parkeerdruk in de sector. Waar van toepassing is hier tevens rekening gehouden met medegebruik van parkeerplaatsen voor betaald parkeren. In het maximum aantal te verstrekken vergunningen per sector wordt geen wijziging gebracht.
Artikel 6. Aanvullende uitgiftecriteria appartementencomplexen
Voor appartementencomplexen is een algemeen uitgangspunt dat alleen een parkeervergunning wordt verstrekt indien er onvoldoende parkeerplaatsen op eigen terrein zijn gerealiseerd. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in twee situaties: appartementencomplexen die zijn gebouwd voor- en na 1 januari 2009.
Voor 1 januari 2009 werd bij de verstrekking van bouwvergunningen niet getoetst aan een heldere parkeernormering. Het gevolg hiervan is dat er appartementencomplexen zijn gerealiseerd waarbij sprake was van onvoldoende parkeerplaatsen. Besloten is daarom voor deze complexen parkeervergunningen te verstrekken als het aantal parkeerplaatsen op eigen terrein kleiner was dan het aantal zelfstandige woonruimten. Dit aantal is in het verleden geïnventariseerd en vastgelegd op de bijgevoegde kaart. Voor de parkeervergunningen die worden verstrekt geldt verder het normale verdelingsbeleid zoals dat is vastgelegd in deze verordening (bijvoorbeeld verdeling op volgorde van binnenkomst van de aanvraag). De regels worden voor deze categorie niet gewijzigd.
Voor appartementencomplexen die zijn gebouwd na 1 januari 2009 geldt als uitgangspunt dat bij de verlening van de bouw- c.q. omgevingsvergunning is getoetst aan de destijds geldende parkeernormering. Daarmee is in principe geborgd dat voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein is gerealiseerd. Alleen waar burgemeester en wethouders hebben besloten om een bouw- of omgevingsvergunning te verlenen die afwijkt van de destijds geldende norm worden parkeervergunningen verstrekt. Hiertoe wordt alleen overgegaan als er geen andere afspraken zijn gemaakt over het oplossen van het parkeertekort (bijvoorbeeld door huur- of koop van parkeerplaatsen op particulier terrein in de omgeving van het appartementencomplex). Het maximum aantal te verstrekken parkeervergunningen is in deze situatie gelijk aan de verschil tussen de destijds geldende norm en het feitelijk aantal gerealiseerde parkeerplaatsen.
Bij de berekening wordt uitgegaan van de parkeernorm zoals die gold ten tijde van verlening van de bouw- of omgevingsvergunning. Niet van een eventueel nadien vastgestelde hogere parkeernorm. Deze keuze wordt gemaakt omdat ruimte voor parkeren in openbaar gebied beperkt is.
Transformatie van gebouwen naar woonfunctie
Een nieuwe maatschappelijke ontwikkeling is de transformatie van gebouwen naar een andere gebruiksfunctie. Bijvoorbeeld een kantoorpand dat wordt gewijzigd in een appartementencomplex. Hiervoor gelden voor wat betreft de uitgifte van parkeervergunningen dezelfde regels als voor appartementencomplexen die nieuw gebouwd worden na 1 januari 2009.
Dit wil zeggen dat bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor de wijziging van het gebruik wordt getoetst aan de geldende parkeernorm voor de functie wonen. Het is aan de aanvrager van de vergunning om te voorzien in een oplossing voor de toename van parkeerbehoefte als gevolg van de gebruikswijziging. Tot verstrekking van parkeervergunningen wordt alleen overgegaan als burgemeester en wethouders besluiten om in afwijking van de geldende norm toch een omgevingsvergunning te verlenen én er geen andere afspraken zijn gemaakt over het oplossen van het parkeertekort.
De toename van parkeerbehoefte als gevolg van een toenemend autogebruik waardoor de parkeernormen steeds hoger wordt blijft bij transformatieopgaven buiten beschouwing. In de rechtspraak rondom de verlening van omgevingsvergunningen wordt dit ook wel aangeduid als ‘bestaand tekort’. Burgemeester en wethouders verlenen geen parkeervergunningen om te voorzien in dit bestaande tekort. Dit is in overeenstemming met de lijn die wordt gehanteerd voor bouw van appartementencomplexen na 1 januari 2009. Ook daar wordt immers geen rekening gehouden met een toename van parkeerbehoefte door de jaren heen omdat het autobezit steeds hoger wordt.
Het appartementencomplex Atriumstede is gelegen in sector 11 (Stadspoort). Voor dit complex wordt een aantal ontheffingen verleend om parkeren in de blauwe zone mogelijk te maken. Om die reden worden er niet tevens eerste parkeervergunningen verstrekt aan bewoners.
Verkoop of verhuur van parkeerplaatsen aan derden
Burgemeester en wethouders zijn ermee bekend dat in het verleden parkeerplaatsen binnen appartementencomplexen zijn verkocht of verhuurd aan derden. Dit wordt gezien als onwenselijk omdat hiermee de eigen parkeerbehoefte die ontstaat door realisatie van het bouwproject niet of niet volledig wordt opgevangen op eigen terrein. In bestaande situaties is er geen mogelijkheid om behoud van parkeerplaatsen voor eigen bewoners en bezoekers alsnog te garanderen. Voor nieuwe situaties is dit wel de inzet van burgemeester en wethouders.
In bestaande situaties is het aan bewoners om zelf op alternatieve wijze in de parkeerbehoefte te voorzien. De mogelijkheden om parkeervergunningen uit te geven voor gebruik in de openbare ruimte zijn beperkt. Burgemeester en wethouders zien - gezien de huidige parkeerdruk - geen mogelijkheid om voor dit soort situaties parkeervergunningen te gaan verstrekken. Dit is in overeenstemming met het beleid zoals dat de afgelopen jaren is gevoerd.
Artikel 7. Verdeling en wachtlijst
Er is een beperkt aantal parkeerplaatsen beschikbaar in de openbare ruimte. Gebruik van deze parkeerplaatsen vindt in zones met een hoge parkeerdruk plaats op basis van betaald parkeren en/of parkeervergunningen. In sommige zones bestaat er een evenwicht tussen het aantal beschikbare plaatsen en het aantal te verlenen parkeervergunningen. In andere zones is de vraag naar het aantal vergunningen aanzienlijk hoger dan het aantal beschikbare plaatsen. Hierdoor ontstaat een onwenselijke parkeerdruk. Hoewel een parkeervergunning geen recht geeft op een parkeerplaats wordt er wel gestreefd naar een zodanige verdeling dat het voor vergunninghouders normaliter mogelijk is om binnen een redelijke afstand van hun bestemming te parkeren. Dit geeft aanleiding om voor bepaalde gebieden een maximum aantal te verlenen vergunningen in te stellen. Het plafond heeft betrekking op bewoners- en zakelijke parkeervergunningen.
Vanwege het plafond dat geldt voor verlening van parkeervergunningen is sprake van een schaarse vergunning. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een uitspraak van 2 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2927 regels gesteld over de verlening van dergelijke vergunningen. Op basis van deze uitspraak moet het gemeentebestuur een passende mate van openbaarheid verzekeren met betrekking tot tot de beschikbaarheid van de schaarse vergunning, de verdelingsprocedure, het aanvraagtijdvak en de toe te passen criteria. Aan deze voorwaarden wordt voldaan met de gemeentelijke parkeerverordening en deze nadere regel.
Parkeervergunningen worden voor een periode van één jaar verstrekt. Wel worden onder meer bewonersparkeervergunningen jaarlijks verlengd (zie artikel 21). Dit is een beperking van de mededingingsruimte. Deze ruimte is echter gerechtvaardigd op basis van de rechtszekerheid van vergunninghouders die in het verleden een vergunning hebben verkregen. Mededinging is niet uitgesloten omdat nieuwe bewoners via een wachtlijst ook in aanmerking kunnen komen voor een vergunning. In de praktijk wordt al enige jaren gewerkt met een wachtlijst: deze krijgt nu ook een plaats in deze nadere regel.
Voor de plaatsing op de wachtlijst wordt de datum van de oorspronkelijke (eerste) aanvraag aangehouden. Vergunningen komen met regelmaat beschikbaar voor bewoners op de wachtlijst door diverse omstandigheden: bijvoorbeeld verhuizing, niet-tijdige verlenging of overlijden van vergunninghouders. Hierbij wordt opgemerkt dat als een bewoner binnen Ede verhuist dat deze dan voor het nieuwe woonadres een nieuwe bewonersparkeervergunning moet aanvragen. Voor de verdeelsystematiek geldt de aanvraag op het nieuwe adres als een nieuwe aanvraag.
Artikel 8. Afwijkende verdeelsystematiek Sector 11 (Stadspoort)
Voor sector 11 (Stadspoort) zijn afwijkende verdeelregels vastgesteld naar aanleiding van overleg met bewoners. Hierbij is er rekening mee gehouden dat deze sector op aanzienlijke afstand van Ede-Centrum ligt. De parkeerdruk in deze sector is daarom anders dan op andere locaties.
De bewoners van het appartementencomplex Atriumstede hebben geen recht op een eerste parkeervergunning. Wel ontvangen zij een beperkt aantal ontheffingen voor het parkeren in de blauwe zone. Andere eigenaren of rechthebbenden van een zelfstandige woning hebben recht op één bewonersparkeervergunning. Hierbij speelt - anders dan elders gebruikelijk - geen rol of deze personen de beschikking hebben over een parkeerplaats op eigen terrein. Evenmin wordt meegewogen of voor het adres al een zakelijke of tijdelijke parkeervergunning is verstrekt. De beschikbaarheid van parkeerplaats op eigen terrein wordt wel meegewogen bij de verstrekking van tweede bewonersparkeervergunningen.
Volledigheidshalve wordt opgemerkt wordt opgemerkt dat van de overige voorwaarden om in aanmerking te komen voor een parkeervergunning niet wordt afgeweken bij sector 11. Dat betekent dat:
Het is zeer goed denkbaar dat binnen de vastgestelde categorieën er onvoldoende ruimte is om alle aanvragen toe te kennen. Denkbaar is bijvoorbeeld dat alle tweede bewonersparkeervergunningen worden toegekend maar dat niet alle derde bewonersparkeervergunningen verleend kunnen worden. Hiervoor gelden dan de algemene verdeelregels die zijn vastgesteld in artikel 7. Dat wil zeggen dat aanvragen op volgorde van binnenkomst worden afgehandeld. En dat bij gelijktijdige ontvangst van de aanvragen de datum van inschrijving in de basisregistratie personen op het woonadres bepalend is. Aanvragen die niet voor toekenning in aanmerking komen worden geplaatst op een wachtlijst.
Artikel 9. Wijze van verlening
Onderdeel van de aangescherpte regeling is dat alleen een parkeervergunning wordt verstrekt voor het aantal motorvoertuigen die op naam staan van de bewoners van een adres. In dit artikel wordt dit verder uitgewerkt in die zin dat ook alleen voor deze motorvoertuigen een kenteken wordt opgenomen op de parkeervergunning. Het is dus niet mogelijk om het kenteken van bijvoorbeeld elders wonende familieleden op te nemen op de bewonerskaart. Zij kunnen gebruik maken van de bezoekersregeling of de mogelijkheden rondom betaald parkeren.
Denkbaar is dat een familie beschikt over twee auto’s en maar één bewonersparkeervergunning heeft aangevraagd. Bijvoorbeeld omdat zij beschikken over één parkeerplaats op eigen terrein. In dat geval kunnen de kentekens van beide auto’s worden opgenomen op de parkeervergunning. Een kenteken wordt op maximaal één bewonersparkeervergunning opgenomen.
Dit artikel is inhoudelijk ongewijzigd. Bezoekerskaarten worden uitgegeven op naam en adres van de bewoner die ze aanvraagt. Voor sector 11 worden twee bezoekerskaarten verstrekt omdat de parkeerdruk hier lager ligt.
Deze artikelen zijn inhoudelijk ongewijzigd gebleven en behoeven geen verdere toelichting.
Artikel 15. Wijze van verlening
Dit artikel is grotendeels ongewijzigd gebleven. In het voorheen geldende artikel stond een mogelijkheid voor burgemeester en wethouders om bij uitzondering een zakelijke vergunning op bedrijfsnaam te verstrekken. Deze mogelijkheid is geschrapt omdat een zakelijke vergunning op bedrijfsnaam in plaats van kenteken als onwenselijk wordt beschouwd.
Artikel 16. Zakelijke parkeervergunning politie
Met de politie zijn al enige jaren afspraken gemaakt over verstrekking van 100 zakelijke parkeervergunningen. Vanwege de wisselende bezettingen per regio, bijvoorbeeld bij rechercheonderzoek, worden aan de politie 120 vignetten verstrekt. Deze vignetten geven recht op gebruik van een parkeervergunning.
Artikel 17. Uitgiftecriteria spoedeisende zorgvergunningen
In het artikel zijn enkele wijzigingen doorgevoerd om de administratieve lasten bij zowel de gemeenten als de huisarts- en verloskundigenpraktijk te verminderen. Er wordt nu gewerkt met een vast aantal vergunningen per praktijk: twee spoedeisende zorgvergunningen. Hierdoor zijn er geen ingewikkelde berekeningen meer nodig van roosters en hoeven praktijken wisselingen in het personeelsbestand niet meer door te geven.
De twee spoedeisende zorgvergunningen worden verstrekt op bedrijfsnaam: deze worden niet meer gekoppeld aan kentekens van huisartsen of verloskundigen (net als gebruikelijk was bij de reguliere zorgvergunning).
Artikel 18. Uitgiftecriteria zorgvergunningen
Dit artikel is inhoudelijk ongewijzigd gebleven en behoeft geen verdere toelichting.
Artikel 19. Tijdelijke zakelijke parkeervergunningen
Dit artikel is grotendeels ongewijzigd gebleven. Net als bij reguliere zakelijke parkeervergunningen is bepaald dat de vergunning wordt verstrekt op kenteken (niet op bedrijfsnaam).
Artikel 20. Tijdelijke bewonersparkeervergunningen
De mogelijkheid om een tijdelijke bewonersparkeervergunning te verstrekken is nieuw. Deze vergunning is specifiek bedoeld voor situaties waarin een inwoner een woning gaat huren of kopen in Ede en - voorafgaand aan de verhuizing - verbouwingswerkzaamheden wil verrichten. In zo’n situatie bestaat nog geen recht op een reguliere bewonersparkeervergunning. Als een inwoner voor een verbouwing een bedrijf inschakelt dan kan deze een tijdelijke zakelijke parkeervergunning verkrijgen als de werkzaamheden daar om vragen. Voor de bewoner die zelf deze werkzaamheden uitvoert bestond deze mogelijkheid tot op heden niet.
Om misbruik te voorkomen is wel als voorwaarde gesteld dat het gebruiksrecht ten aanzien van de woning moet worden aangetoond op basis van een koop- of huurovereenkomst. En is bepaald dat de tijdelijke bewonersparkeervergunning (inclusief verlengingsmogelijkheden) voor maximaal één jaar wordt verleend.
Artikel 21. Verlenging van parkeervergunningen
Dit artikel is grotendeels ongewijzigd gebleven. In het eerste lid, onder c is expliciet toegevoegd dat geen recht bestaat op een bewonersparkeervergunning indien dit zou leiden tot overschrijding van het maximum aantal te verlenen vergunningen. Parkeervergunningen worden uitgegeven op volgorde van aanvraag. Nieuwe aanvragen (van latere datum) kunnen daarom geen wijziging brengen het recht van bestaande vergunninghouders.
Wel kan het voorkomen dat in een later jaar er geen recht bestaat op een parkeervergunning om andere redenen. Het plafond voor bewonersparkeervergunningen is niet absoluut: voorzien is in de verstrekking van meer vergunningen indien de hoeveelheid zakelijke vergunningen onder de drempel blijft. Dit aantal ‘extra’ te verstrekken vergunningen kan van jaar tot jaar schommelen. Daarnaast is denkbaar dat burgemeester en wethouders in een bepaalde sector een vergunningenplafond instellen als de parkeerdruk ontoelaatbaar hoog wordt. Ook dit kan tot gevolg hebben dat er geen aanspraak meer gemaakt kan worden op een bewonersparkeervergunning.
Artikel 22. Intrekking parkeervergunningen oneigenlijk gebruik
Dit artikel is inhoudelijk ongewijzigd. Het artikel bevat een regeling om oneigenlijk gebruik van parkeervergunningen te ontmoedigen. Indien een parkeervergunning wordt ingetrokken wegens
oneigenlijk gebruik / het niet naleven van voorschriften dan wordt pas in het volgende kalenderjaar een nieuwe vergunning verstrekt.
Nota bene: voor het verlenen van een nieuwe parkeervergunning is een nieuwe aanvraag vereist. Bij de rangschikking van aanvragen voor het bepalen of een vergunningenplafond is bereikt geldt de datum van de nieuwe aanvraag (niet van de aanvraag voor de vergunning die is ingetrokken). Tevens vervallen eventuele aanspraken op het overgangsrecht dat is opgenomen in artikel 27.
Artikel 23. Vermissing of diefstal parkeervergunning
Dit artikel is inhoudelijk ongewijzigd gebleven. Als een parkeervergunning verloren gaat door vermissing of diefstal moet hiervan aangifte worden gedaan bij politie. De vergunninghouder ontvangt dan een duplicaat. Deze vervangende vergunning geldt niet als een nieuwe vergunning in de zin van deze verordening. Dit wil zeggen dat het persoonlijk overgangsrecht (artikel 27) niet wordt doorbroken. En de voor de verdeling als volgorde van binnenkomst de datum van de oorspronkelijke vergunning gehandhaafd blijft (dus niet de datum van aanvraag voor de vervangende vergunning).
Voor een parkeervergunning op bedrijfsnaam of een bezoekerskaart is bepaald dat deze pas wordt verstrekt met ingang van het nieuwe kalenderjaar. Het doel hiervan is om misbruik van de regeling te voorkomen.
Artikel 24. Parkeervergunning na verhuizing oude bewoner
Dit artikel is gewijzigd op basis van een in de praktijk al langer gehanteerde werkwijze. Om een eerlijke verdeling van schaarse parkeerruimte te waarborgen is het belangrijk dat bewoners na verhuizing hun parkeervergunning zo snel mogelijk inleveren. Dit blijkt niet altijd plaats te vinden. Ook blijft soms de inschrijving in de basisregistratie personen op het oude adres bestaan.
Voor de gemeente Ede is het belangrijk dat hierover een signaal wordt ontvangen. Daarom is opgenomen dat de nieuwe bewoner alleen een bewonersparkeervergunning krijgt als hij melding maakt van de verhuizing van de vorige bewoner bij de gemeente. Dit stelt de gemeente in staat om onderzoek te doen naar de juiste verblijfsplaats (en het daaraan gekoppelde recht op een parkeervergunning).
Artikel 25. Kosten en restitutie
Dit artikel is inhoudelijk ongewijzigd en behoeft geen nadere toelichting.
De formulering van dit artikel is aangepast om duidelijker te maken welke belangenafweging burgemeester en wethouders verrichten. Enerzijds wordt rekening gehouden met de gevolgen die toepassing van de regelgeving heeft voor betrokkene. Er kan worden afgeweken van de regels bij een onbillijkheid van overwegende aard: hiermee is hetzelfde bedoeld als in de oude tekst met onaanvaardbare gevolgen. Tegenover de belangen van betrokkene staat het algemeen dat de parkeerregulering dient namelijk de evenwichtige verdeling van schaarse parkeerruimte. De hardheidsclausule is alleen bedoeld voor bijzondere situaties.
In het eerste en tweede lid is overgangsrecht opgenomen voor bewonersparkeervergunningen. Dit houdt verband met de nieuwe eis dat er alleen een bewonersparkeervergunning wordt verstrekt indien de bewoners van een woonadres eigenaar of rechthebbende zijn van het aantal motorvoertuigen waarop de aanvraag betrekking heeft. En dat alleen kentekens van motorvoertuigen waarvan het gebruiksrecht of de eigendom berust bij de bewoners van het woonadres worden opgenomen op de bewonersparkeervergunning.
Verwezen wordt naar de artikelen 5 en 9 en de toelichting op deze artikelen.
Het overgangsrecht heeft alleen betrekking op bewonersparkeervergunningen die reeds bestonden bij inwerkingtreding van dit artikel. Voor eventuele op dat moment lopende aanvragen gelden de nieuwe regels.
In het tweede lid is bepaalde in welke situaties er een einde komt aan het persoonlijk overgangsrecht. Hierbij wordt allereerst gedacht aan de situatie dat de vergunning eindigt door het verstrijken van de duur waarvoor deze is verleend. Reguliere verlengingen vallen onder het overgangsrecht. Indien een verlenging niet tijdig wordt aangevraagd óf niet aan de voorwaarden wordt voldaan die zijn gesteld in het verlengingsbesluit dan vervalt de aanspraak op overgangsrecht.
Daarnaast vervalt de aanspraak op overgangsrecht als de vergunning wordt ingetrokken of de vergunninghouder verhuist naar een ander woonadres. Dit kan ook een ander woonadres binnen de gemeente Ede zijn.
Parkeervergunningen worden per kalenderjaar verleend. Voor bestaande houders van spoedeisende zorgvergunning gaat de nieuwe regeling daarom in als de huidige vergunning duur is verstreken. Dit wil zeggen: per 1 januari 2021.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-301819.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.