Gemeenteblad van Vaals
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vaals | Gemeenteblad 2020, 282999 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vaals | Gemeenteblad 2020, 282999 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vaals houdende regels omtrent de intergemeentelijke geschillencommissie (Reglement Intergemeentelijke Geschillencommissie P&O 2020)
Het college van burgemeester en wethouders, gezien het besluit van het college van burgemeester en wethouders van d.d. 25-08-2020 strekkende tot aansluiting bij de intergemeentelijke samenwerking met betrekking tot de behandeling van geschillen inzake personeelszaken.
gelet op het bepaalde in artikel 11.5 van de CAO Gemeenten respectievelijk artikel 160 van de Gemeentewet;
vast te stellen het "Reglement intergemeentelijke geschillencommissie P&O 2020”.
De geschillencommissie, verder te noemen: ‘de commissie’, is ingesteld om bij een geschil tussen de werknemer en de werkgever over de toepassing van een functiewaarderingssysteem, de uitvoering van een Van werk naar werk-traject, de toepassing van een sociaal plan of sociaal statuut, te bemiddelen en – als die bemiddeling geen resultaat heeft – een oplossing voor het geschil te geven.
De procedure bij de commissie staat niet open voor verzoekschriften van werknemers die zijn gericht tegen beslissingen van de werkgever, die voortvloeien uit een wettelijk voorschrift of afspraken die door of namens de werkgever zijn gemaakt met de vakbonden, voor zover het verzoekschrift zich richt tegen de inhoud daarvan. Een geschil dat betrekking heeft op de individuele toepassing van een dergelijke afspraak of voorschrift, kan wél aan de commissie worden voorgelegd.
Paragraaf 2.1 Samenstelling van de commissie
De voorzitter en de commissieleden hebben ieder één of meer plaatsvervangers, die op dezelfde wijze worden benoemd. Desgewenst kunnen de voorzitter en de leden van de commissie worden betrokken uit een ‘pool’ van commissieleden die – afhankelijk van het geschil dat voorligt – op basis van hun specifieke kennis en deskundigheid kunnen worden ingezet.
De commissieleden ontvangen een vergoeding. Deze vergoeding is gelijk aan de vergoeding die de leden van de Intergemeentelijke adviescommissie bezwaarschriften ontvangen.
De voorzitter, de commissieleden en hun plaatsvervangers treden niet op in geschillen, waarbij zij persoonlijk betrokken zijn of een persoonlijk belang hebben.
De voorzitter en de commissieleden worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaren. Herbenoeming is voor ten hoogste vier jaren mogelijk.
De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment hun ontslag nemen.
De aftredende voorzitters en leden blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.
Paragraaf 3.1 Indienden verzoekschrift
De werknemer of werkgever start een procedure voor de commissie met de toezending van een verzoekschrift aan het secretariaat, binnen zes weken na dagtekening van de beslissing waar het geschil betrekking op heeft.
Als het verzoekschrift niet aan deze vereisten voldoet, geeft de commissie de werknemer de gelegenheid om binnen een termijn van vier weken het verzoekschrift aan te vullen.
De werknemer kan zich tijdens de gehele procedure laten bijstaan door een adviseur, zoals bijvoorbeeld een vakbondsadviseur, advocaat of medewerker van een rechtshulpverzekeraar. De kosten voor die bijstand zijn voor rekening van de werknemer.
Het secretariaat bevestigt de ontvangst van het verzoekschrift en zendt een kopie van het verzoekschrift aan de commissie en de werkgever. De verzoekschriften en bijbehorende gegevens worden vertrouwelijk behandeld.
Nadat het verzoekschrift volledig is ingediend, kan de commissie de werkgever verzoeken om een tijdelijke maatregel te treffen.
Als het verzoek zich richt tegen de individuele toepassing van een functiewaarderingssysteem, stuurt het secretariaat aan de medewerker of afdeling die voor de waardering van de functie verantwoordelijk is een kopie van het verzoekschrift, met het verzoek om een schriftelijk deskundigenadvies uit te laten brengen door een onafhankelijke derde.
De werkgever dient binnen vier weken na toezending van het verzoekschrift door het secretariaat, of het deskundigenadvies als het geschil over functiewaardering gaat, een verweerschrift aan het secretariaat sturen. Deze termijn kan op verzoek verlengd worden met vier weken. Het secretariaat zendt een kopie van het verweerschrift aan de commissie en de werknemer. De voorzitter kan de werknemer daarna vragen om een schriftelijke reactie, waarna ook de werkgever weer schriftelijk mag reageren, steeds met een termijn van maximaal twee weken. Het secretariaat zendt kopieën van de reacties aan de commissieleden en de andere partij.
Paragraaf 3.2 Mondelinge behandeling
Binnen vier weken na de schriftelijke voorbereiding zoals beschreven in artikel 3.10 van dit reglement stelt de voorzitter plaats en tijdstip vast voor de mondelinge behandeling.
De commissie kan tijdens de mondelinge behandeling ook anderen horen, als zij dat nodig vindt. Ook de werkgever en de werknemer kunnen getuigen of deskundigen voordragen om tijdens de mondelinge behandeling door de commissie te worden gehoord. Een verzoek daartoe moet uiterlijk twee weken voor de mondelinge behandeling bij het secretariaat worden ingediend. De voorzitter neemt hierover een besluit. Het secretariaat informeert de werkgever en de werknemer als getuigen of deskundigen worden gehoord tijdens de mondelinge behandeling.
De voorzitter kan een gecombineerde behandeling van meerdere geschillen aan de werknemer voorleggen.
De mondelinge behandeling is niet openbaar, tenzij de voorzitter anders bepaalt en de werknemer en de werkgever daar geen bezwaar tegen hebben.
Paragraaf 3.3 Advies door de commissie
Als de behandeling niet tot overeenstemming tussen de werkgever en de werknemer leidt, brengt de commissie binnen zes weken na de mondelinge behandeling advies uit in de vorm van een schriftelijk, zwaarwegend advies aan de werkgever en de werknemer. Deze termijn kan worden verlengd indien nader onderzoek noodzakelijk is. Van een eventuele verlenging ontvangen partijen bericht.
De commissie baseert haar advies op de ingebrachte stukken en op de tijdens de mondelinge behandeling naar voren gebrachte informatie.
De werkgever maakt binnen vier weken na ontvangst van het advies zijn beslissing schriftelijk kenbaar aan de werknemer en de commissie. De werkgever kan slechts vanwege zwaarwegende redenen gemotiveerd afwijken van het advies. Indien de werkgever afwijkt van het advies, motiveert deze dit schriftelijk aan de commissie en de werknemer.
De werknemer die een verzoekschrift aan de commissie voorlegt, zal daardoor op geen enkele wijze in zijn positie bij de werkgever worden benadeeld. Dit geldt ook voor een werknemer die als adviseur, getuige of deskundige is betrokken bij een procedure.
De commissie kan van de bij dit reglement vastgestelde termijnen afwijken of een betrokken partij afwijking daarvan toestaan. Het secretariaat informeert partijen over afwijkende termijnen
De commissie brengt een jaarlijks verslag uit van haar werkzaamheden in het voorafgaande kalenderjaar.
Ten aanzien van de omgang met persoonsgegevens geldt de volgende werkwijze:
De commissieleden dragen er zorg voor dat nadat het advies is uitgebracht of nadat het dossier is afgehandeld het dossier zo spoedig mogelijk wordt terugbezorgd bij de behandelend secretaris van het dossier. In dat geval draagt de behandeld secretaris zorg voor vernietiging van de terugontvangen dossiers. Eveneens kunnen de commissieleden er in overeenstemming met de secretaris voor kiezen om het dossier vertrouwelijk te vernietigen, de commissieleden zullen per mail aan de secretaris bevestigen dat het dossier is vernietigd.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-282999.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.