Gemeenteblad van Winterswijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Winterswijk | Gemeenteblad 2020, 282120 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Winterswijk | Gemeenteblad 2020, 282120 | Overige besluiten van algemene strekking |
Mandaatbesluit gemeente Winterswijk 2020
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN WINTERSWIJK EN DE BURGEMEESTER VAN WINTERSWIJK, IEDER VOOR ZOVER HET ZIJN BEVOEGDHEDEN BETREFT;
gelet op de artikelen 59a, 168 en 171 van de Gemeentewet;
gelet op de artikelen 10:1 tot en met 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);
dat in dit Mandaatbesluit is gekozen voor de toekenning van alle wettelijke bevoegdheden van het college van burgemeester en wethouders en burgemeester aan behandelend medewerkers in de organisatie, met uitzondering van die bevoegdheden die specifiek voorbehouden zijn aan gemeenteraad, het college van burgemeester en wethouders, aan de burgemeester en aan (team)managers.
Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van de gemeente Winterswijk van 12 oktober 2020
In deze regeling en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
ARTIKEL 2: SCHAKELBEPALING MANDAAT, VOLMACHT, MACHTIGING
Op grond van artikel 10:12 van de Awb zijn de mandaatregels overeenkomstig van toepassing op het verlenen van een volmacht en op het verlenen van een machtiging. In dit Mandaatbesluit wordt daarom alleen gesproken over mandaat.
Bij afwezigheid van de algemeen directeur/gemeentesecretaris wordt deze vervangen (v.w.b. de rol van gemeentesecretaris) door de loco-gemeentesecretaris. De loco-gemeentesecretaris wordt aangewezen door het college. Dit geldt niet voor de rol van algemeen directeur. Deze wordt vervangen door een manager.
Burgemeester en wethouders,
G.W. Goedmakers
Gemeentesecretaris
B.J.J. Bengevoord
Burgemeester
Burgemeester,
B.J.J. Bengevoord
Burgemeester
BIJLAGE 1 BEVOEGDHEDEN VOORBEHOUDEN AAN HET COLLEGE
Buiten het vastgestelde beleid een besluit nemen tot het aangaan van een overeenkomst tot aan- en verkoop, huur en verhuur, pachten en verpachten of ingebruikgeving en ingebruikneming van onroerende zaken. Hieronder valt ook het nemen van een besluit tot het aangaan van een overeenkomst tot het vestigen van zakelijke rechten buiten het vastgestelde beleid.
Het nemen van besluiten inzake benoeming, schorsing, ontslag van en overige besluiten over de algemeen directeur/gemeentesecretaris.
BIJLAGE 2 BEVOEGDHEDEN VOORBEHOUDEN AAN DE BURGEMEESTER
BIJLAGE 5 MANDAAT VOORBEHOUDEN AAN TEAMMANAGERS
Het nemen van besluiten tot aankoop en verkoop, verhuur en huur, pachten en verpachten, ingebruikgeving en ingebruikneming van onroerende zaken, en het aangaan van overeenkomsten die daarmee verband houden inclusief het vestigen van zakelijke rechten voorzover deze vallen binnen het vastgesteld beleid maar waarbij sprake is van een afwijking van meer dan 10% of meer dan € 25.000,-.
TOELICHTING MANDAATBESLUIT GEMEENTE WINTERSWIJK 2020
De organisatiestructuur van de ambtelijke organisatie van de gemeente Winterswijk is aangepast. Hierdoor is behoefte aan een nieuw mandaatbesluit dat aansluit op de nieuwe organisatiestructuur. Tevens is een nieuwe methodiek gebruikt van mandateren.
In artikel 10:1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) wordt mandaat omschreven als de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen. Die bevoegdheid wordt uitgeoefend onder verantwoordelijkheid van het oorspronkelijke bevoegde orgaan, de mandaatgever. De mandaathouder kan namens de mandaatgever besluiten nemen die worden toegerekend aan het bestuursorgaan zelf. Bij mandaat wordt dus de bevoegdheid om een besluit te nemen ook aan een ander, de mandaathouder, gegeven.
De verantwoordelijkheid voor het besluit blijft bij de mandaatgever.
Het bestuursorgaan verliest de bevoegdheid om zelf het besluit te nemen dus niet en kan dus ook te allen tijde alsnog zelf besluiten. Het bestuursorgaan blijft zelf verantwoordelijk en niet de mandaathouder die het besluit feitelijk heeft genomen.
Uitgangspunt van het mandaatbesluit is dat alle bevoegdheden beslissingsmandaten zijn.
OMGEKEERDE METHODIEK (alles mandateren, tenzij)
De methodiek die in het Mandaatbesluit gemeente Winterswijk 2020 wordt toegepast wijkt af van de methodiek die tot nu toe in de gemeente Winterswijk werd gehanteerd. Tot nu toe was het gebruikelijk om in het mandaatbesluit alle gemandateerde bevoegdheden expliciet te benoemen, vaak onder verwijzing naar het wetsartikel waarin die bevoegdheid is neergelegd.
De tot nu toe gehanteerde methode had vanzelfsprekend voor- en nadelen. Voordeel van de tot nu gehanteerde methode was dat er vrij nauwkeurig kon worden nagegaan aan welke behandelend medewerker welke bevoegdheid was gemandateerd. Was een bepaalde bevoegdheid niet opgenomen in het mandaatbesluit, dan was uitsluitend het college of de burgemeester bevoegd om de besluiten te nemen. Nadeel van de tot nu toe gehanteerde methode was dat deze snel “verouderde” en daardoor erg onderhoudsgevoelig was. Wetten wijzigen voortdurend en er komen steeds nieuwe wetten bij of wetten worden ingetrokken. Dit alles maakte dat het mandaatbesluit vrijwel voortdurend aan wijzigingen onderhevig was.
Het Mandaatbesluit gemeente Winterswijk 2020 gaat uit van de zogenaamde ‘omgekeerde’ systematiek. Er wordt niet gewerkt met een lijst met bevoegdheden van alle functionarissen. Het Mandaatbesluit gemeente Winterswijk 2020 gaat uit van het mandateren van in principe alle bevoegdheden door het college en burgemeester aan de medewerkers met uitzondering van die bevoegdheden:
De samenstelling van de uitzonderingenlijsten is gebaseerd op de praktijk van de afgelopen jaren en de onderwerpen die in het college aan de orde zijn gesteld.
VOORDELEN NIEUWE MANDAATBESLUIT
De opzet van het nieuwe mandaatbesluit heeft enkele belangrijke voordelen:
De gemeente Winterswijk kent een besturingsfilosofie waarbij op basis van integraliteit wordt gewerkt. Volgens dit organisatiebeginsel worden de bevoegdheden zo laag mogelijk in de organisatie gelegd om de organisatie zo slagvaardig mogelijk te maken. Taken moeten immers niet alleen rechtmatig maar ook zo doelmatig uitgevoerd kunnen worden.
Dat betekent tevens dat het bestuur haar medewerkers het vertrouwen schenkt dat zij op gepaste en verstandige wijze gebruik maken van en omgaan met hun bevoegdheden. Er wordt dan ook een behoorlijk inschattingsvermogen en politieke sensitiviteit verlangd van de betrokken functionaris. Waar dat in een incidenteel geval verkeerd wordt ingeschat, heeft dat naar derden geen gevolgen. Immers, de functionaris die oorspronkelijk de gemandateerde betreffende bevoegdheid had, was formeel ook bevoegd het besluit te nemen.
Intern kan de functionaris echter aangesproken worden op een onterecht gebruik van zijn bevoegdheden. Belangrijk is ook om te beseffen dat van een mandaat gebruik kan worden gemaakt: het is geen verplichting. Dit dient van geval tot geval beoordeeld te worden door de functionaris die het mandaat heeft.
De omgekeerde methodiek is minder onderhoudsgevoelig en komt beter tegemoet aan de uitgangspunten van integraliteit. Alle bestuursbevoegdheden worden in principe gemandateerd tot op medewerkersniveau, tenzij de bevoegdheid expliciet wordt voorbehouden aan een ander niveau. Bovendien wordt in het mandaatbesluit zo min mogelijk verwezen naar wetsartikelen. Het directe gevolg van deze methode is dat alle bevoegdheden die niet zijn uitgezonderd van het mandaat zijn gemandateerd tot op medewerkersniveau en dus zo laag mogelijk in de organisatie komen te liggen.
De gemandateerde zal voordat hij een besluit neemt na moeten gaan of het een standaardgeval betreft en welke consequenties dat besluit mogelijk zal hebben. Is er sprake van beleidsaspecten of omstandigheden of gevolgen die niet binnen de vastgestelde beleidskaders, politieke kaders of financiële kaders passen, dan dient de gemandateerde het besluit voor te leggen aan zijn (team)manager. Het mandaatbesluit doet in die zin een beroep op het gezonde verstand en het ‘fingerspitzengefühl’ van de gemandateerde om situaties goed te kunnen inschatten.
Uitgangspunt is dat waar twijfel bestaat over de wijze waarop het bestuursorgaan als verantwoordelijke de zaak zou afhandelen, de gemandateerde de zaak in eerste instantie aan zijn manager voorlegt en met hem overleg pleegt.
Het verlenen van mandaat doet overigens niets af aan de verantwoordelijkheid van het bestuur. Bij mandaat blijft het bestuur het bevoegde bestuursorgaan. Gemandateerden dienen zich bij de afwegingen die gepaard gaan met besluitvorming er zich dan ook altijd van bewust te zijn dat het bestuur verantwoordelijk blijft voor de besluiten die zijn genomen. Het motto bij twijfel is dus: altijd overleggen met de (team)manager en verantwoordelijk portefeuillehouder om het bestuur niet in een vervelende situatie te brengen.
In het mandaatbesluit is degene die bevoegd is in mandaat een besluit te nemen tevens bevoegd dit besluit te ondertekenen. Uit de ondertekening van het besluit moet wel blijken dat het een in mandaat genomen besluit betreft.
Dit artikel vormt een weerslag van artikel 10:12 Awb. Door dit artikel wordt duidelijk dat het mandaatbesluit niet slechts betrekking heeft op het publiekrechtelijk handelen van de gemeente, maar op al het handelen. Dus ook privaatrechtelijk en feitelijk handelen.
Een voorbeeld van volmacht is de bevoegdheid tot het aangaan van overeenkomsten. Een voorbeeld van een machtiging is de bevoegdheid om de gemeente te vertegenwoordigen bij een rechtszaak. Formeel is dit volgens de Gemeentewet de burgemeester.
Het ligt voor de hand dat bij mandatering van een bevoegdheid ook de daarbij behorende handelingen, bijvoorbeeld ondertekening van de stukken, door de mandaathouder worden verricht. In plaats van per gemandateerde bevoegdheid ook de bijbehorende handelingen te mandateren, is deze algemene bepaling in de mandaatbesluit opgenomen.
In het eerste artikellid worden de bevoegdheden die bij het college en de burgemeester berusten, gemandateerd aan de medewerkers van de gemeente Winterswijk en aan ingehuurde medewerkers die werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur.
In het tweede lid is opgenomen dat de voorwaarden en uitzonderingen die in artikel 5 en 6 zijn opgenomen, in acht dienen te worden genomen bij de uitoefening van het mandaat.
Een aan een medewerker verleend mandaat is altijd verbonden met het specifieke werkveld van die medewerker en een eventueel aan hem verleend budget. Het is dus niet zo dat een mandaat een vrijbrief inhoudt om op elk werkterrein bevoegdheden uit te kunnen oefenen.
In deze leden staan de uitzonderingen genoemd op het algemene mandaat.
Aangegeven is wat moet worden gedaan als meningen ‘botsen’. De mening van de onafhankelijk concerncontroller staat niet ter discussie.
Aangegeven is wat moet worden gedaan bij een conflicterend of persoonlijk belang.
Betreft de autonome functie van concerncontroller.
Mandaat moet altijd passen in het budget dat sowieso beschikbaar is, en dat de mandaathouder zelf beschikbaar heeft. De Financiële verordening en de hierop gebaseerde regelingen gaan altijd voor op het mandaatbesluit.
De mandaathouder moet steeds ‘zijn antenne’ aan hebben en in de gaten houden of hij met een besluit te maken heeft waarvoor het nodig is dat de mandaatgever vooraf wordt geïnformeerd. In de leden a tot en met e van lid 1 zijn de gevallen genoemd waarvoor dit (zeker) geldt. In dit soort gevallen moet altijd afstemming plaatsvinden met de (team)manager van degene die het mandaat heeft. Indien zich een situatie voordoet zoals genoemd in lid 1 kan de mandaatgever zelf het desbetreffende besluit nemen (lid 2).
In dit artikel zijn de mandaten aan derden geregeld. Het betreft derden die niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het gemeentebestuur. Hieronder vallen ook inhuurkrachten. Het nemen van een besluit in naam van het gemeentebestuur is niet slechts voorbehouden aan medewerkers die in dienst zijn van de gemeente Winterswijk. Ook aan derden die niet in dienst zijn van de gemeente Winterswijk kan een mandaat worden verleend. Omdat er geen gezagsverhouding bestaat met die derde, is mandaatverlening aan een derde met nog meer waarborgen omkleed, zoals toestemming die nodig is van de mandaatgever. Ook is toestemming van de eigen werkgever nodig voor degene die een mandaat van het gemeentebestuur krijgt.
In bijlage 6 is een lijst van mandaten opgesomd. Dit betreft een ‘dynamische’ lijst.
Het uitgangspunt van plaatsvervanging is in dit artikel beschreven. Bij afwezigheid van een medewerker wordt het mandaatbesluit genomen door een leidinggevende. Bij afwezigheid van een leidinggevende wordt deze vervangen door een andere leidinggevende.
Spreekt voor zich. Duidelijk moet zijn wie een besluit heeft ondertekend en dat het, eventueel, een besluit in mandaat is.
Spreekt voor zich. Het is een vangnetbepaling. Aanpassingen van het mandaatbesluit moeten worden bekendgemaakt.
NB: De mandaten aan externe partijen worden niet ingetrokken en blijven dus ook na in werking treden van dit mandaatbesluit gelden. Dit sluit aan bij art. 10:4 Awb. Mandaat aan ondergeschikten is steeds een eenzijdige (publiekrechtelijke) rechtshandeling. Externe partijen zijn echter geen ondergeschikten. Mandaat aan niet-ondergeschikten is, met uitzondering van de situatie waarin bij wettelijk voorschrift in mandaat is voorzien, dan ook alleen mogelijk indien de ander het mandaat ook aanvaardt. Er is dus wilsovereenstemming vereist en dat betekent een afspraak of in de terminologie van het BW, een overeenkomst. De omgekeerde methodiek is niet geschikt voor het vastleggen van mandaten aan niet-ondergeschikten.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-282120.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.