Beleidsregel van de directeur van het cluster Stadsontwikkeling van de gemeente Rotterdam houdende regels omtrent het beoordelen van aanvragen om ontheffing voor medegebruik van busbanen (Beleidsregels beoordeling van aanvragen om ontheffing voor medegebruik van busbanen)

De directeur van het cluster Stadsontwikkeling,

 

gelet op artikel 149, eerste lid, onderdeel d, van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 81 en 87 Reglement Verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb);

 

daartoe bevoegd op grond van de artikelen 1.3 en 7.1 van het MVMR 2016 en artikel 8 van het BOOOAD 2016;

 

overwegende dat:

  • -

    in artikel 81 van het RVV 1990 een verbod voor gebruikmaking van de busbaan of busstrook door het overige verkeer is opgenomen;

  • -

    in artikel 87 van het RVV 1990 is bepaald dat van de verboden in artikel 62 (bord C1) en artikel 81van het RVV 1990 ontheffing kan worden verleend;

  • -

    de raad van de gemeente Rotterdam op 28 mei 2015 de Koersnota Luchtkwaliteit van 29 april 2015 heeft vastgesteld, alsmede de daarin opgenomen maatregel “Green Deal 010 Zero Emission” waarmee beoogd wordt om de stadslogistiek in de binnenstad van Rotterdam in 2020 emissievrij te laten zijn;

  • -

    het gebruik van busbanen door andere gebruikers dan bussen zoals hieronder weergegeven aan deze doelstelling bijdraagt;

  • -

    het gewenst is om voor de uitoefening van de bevoegdheid tot het verlenen van ontheffing beleidsregels vast te stellen;

besluit:

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    aanvrager : een natuurlijk persoon of een rechtspersoon die ontheffing aanvraagt voor het gebruikmaken van een busbaan of -strook in Rotterdam;

  • b.

    ambulance: motorvoertuig, ingericht en bestemd om te worden gebruikt voor ambulancezorg zoals bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • c.

    autobus: autobus als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • d.

    besloten busvervoer: besloten busvervoer als bedoeld in artikel 1 van de Wet personenvervoer 2000;

  • e.

    busbaan: busbaan als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • f.

    busstrook: busstrook als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • g.

    concessiehouder OV: een concessie is het exclusieve recht om openbaar vervoer uit te voeren per bus, tram of metro in een gebied. Een vervoerbedrijf die de concessie krijgt om openbaar vervoer te mogen aanbieden is de concessiehouder;

  • h.

    dierenambulance: motorvoertuig, ingericht en bestemd om te worden gebruikt voor het vervoer van zieke of gewonde dieren als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • i.

    emissievrij voertuig: 100% elektrisch of waterstof aangedreven motorvoertuig;

  • j.

    goederenvervoer: vervoer van eigen goederen van een bedrijf en vervoer van goederen voor anderen tegen vergoeding uitgevoerd door voertuigen in de N2 categorie (tussen 3,5 ton en 12 ton);

  • k.

    lijnbus: lijnbus als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990;

  • l.

    motorvoertuig: motorvoertuig als bedoeld als in artikel 1 van het RVV 1990;

  • m.

    taxivervoer: taxivervoer als bedoeld in artikel 1 van de Wet personenvervoer 2000;

  • n.

    vrachtauto: vrachtauto als bedoeld in artikel 1 van het RVV 1990.

Artikel 2 Reikwijdte beleidsregels

Deze beleidsregels zijn uitsluitend van toepassing op aanvragen om ontheffing voor het medegebruik van busbanen en gelden alleen voor:

  • a.

    de busbanen die staan aangegeven op de overzichtskaart in bijlage 1;

  • b.

    de busbanen die zijn genoemd in de lijst met opengestelde busbanen in bijlage 2 behorende bij deze beleidsregel;

  • c.

    de busbanen die onderdeel uitmaken van de openbaar vervoer knooppunten Rotterdam Centraal, Kralingse Zoom, Zuidplein, Capelsebrug, Blaak, Lombardijen, Keizerswaard en Rijnhaven zoals aangegeven in de bijlagen 3A t/m 3H, staan niet open voor medegebruik.

Artikel 3 Monitoring

  • 1.

    Het medegebruik van de in artikel 2 bedoelde busbanen zal worden gemonitord door middel van een nulmeting, een eerste meting na invoering en een evaluatie van de reistijden van de lijnbussen. Gemeente en concessiehouders zullen deze taak gezamenlijk uitvoeren. Als daartoe aanleiding bestaat kunnen op grond van doorstroming, verkeersveiligheid of andere dringende redenen wijzigingen worden aangebracht in de openstelling van de in artikel 2 bedoelde busbanen.

  • 2.

    De clusterdirecteur Stadsontwikkeling stelt de in het vorige lid bedoelde wijzigingen vast. De wijzigingen worden gepubliceerd in het gemeenteblad. Daarnaast worden ontheffinghouders, concessiehouders en politie binnen een maand na publicatie van het gemeenteblad over de vastgestelde wijzigingen geïnformeerd.

Artikel 4 Algemeen

Van het verbod een busbaan of busstrook binnen de gemeente Rotterdam te gebruiken met andere voertuigen dan lijnbussen, danwel autobussen, bedoeld in artikel 81 van het RVV 1990 wordt geen ontheffing verleend, tenzij:

  • a.

    de aanvrager behoort tot de categorieën, bedoeld in de artikelen 5, 6, 7, 8 en 9 van deze beleidsregels;

  • b.

    de aanvrager gebruik wil maken van de in artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde busbanen; en

  • c.

    het voertuig voldoet aan de in artikelen 5, 6, 7, 8 en 9 gestelde eisen.

Artikel 5 Emissievrij Taxivervoer

  • 1.

    Aan de aanvrager die met een emissievrij voertuig taxivervoer aanbiedt, kan ontheffing worden verleend om op de onder artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde busbanen te rijden.

  • 2.

    Aanvragen om ontheffing kunnen ook gedaan worden door een Toegelaten Taxi Organisatie als bedoeld in artikel 82b van de Wet Personenvervoer 2000 waar de betreffende taxichauffeur bij is aangesloten.

Artikel 6 Emissievrij goederenvervoer

Aan de aanvrager die met een emissievrije vrachtauto goederenvervoer verricht kan ontheffing worden verleend om op de onder artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde busbanen te rijden.

Artikel 7 Emissievrij besloten busvervoer

Aan de aanvrager die met een emissievrije autobus besloten busvervoer verricht, kan ontheffing worden verleend om op de onder artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde als LIJNBUS gemarkeerde busbanen, te rijden.

Artikel 8 Ambulance vervoer

Aan de Ambulancezorg Rotterdam-Rijnmond die ter uitvoering van niet spoedeisende taken ambulancevervoer verricht, kan ontheffing worden verleend om met de ambulance op de onder artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde als LIJNBUS gemarkeerde busbanen, te rijden.

Artikel 9 Dierenambulance vervoer

Aan de aanvrager die met een dierenambulance vervoer verricht van zieke of gewonde dieren, kan ontheffing worden verleend om op de onder artikel 2 van deze beleidsregel bedoelde opengestelde als LIJNBUS gemarkeerde busbanen, te rijden.

Artikel 10 Aanvraag om ontheffing

  • 1.

    De aanvraag om ontheffing wordt door de aanvrager door middel van het daartoe bestemde aanvraagformulier ingediend.

  • 2.

    In het aanvraagformulier staat vermeld welke gegevens en bescheiden overgelegd dienen te worden om het verzoek in behandeling te kunnen nemen.

  • 3.

    De aanvraag kan buiten behandeling worden gesteld indien de gevraagde gegevens en bescheiden niet of niet naar behoren zijn verstrekt.

Artikel 11 Advisering

Voor de beoordeling van verzoeken om ontheffing als bedoeld in deze beleidsregels kan advies worden gevraagd bij de Metropoolregio Rotterdam Den Haag, de concessiehouders, de politie of andere instanties voor zover dit in het kader van een zorgvuldige voorbereiding noodzakelijk wordt geacht.

Artikel 12 Voorschriften gebruik ontheffing

  • 1.

    Een ontheffing wordt voor twee jaren vanaf datum verlening afgegeven.

  • 2.

    Een ontheffing wordt op naam en kenteken verleend en is niet overdraagbaar.

  • 3.

    Aan de ontheffing kunnen voorschriften in het belang van de handhaving, de openbare veiligheid, de verkeersveiligheid of het milieu worden verbonden.

  • 4.

    Wanneer van de busbanen gebruik gemaakt wordt, moet een geldige ontheffing of een kopie daarvan, waaronder mede wordt begrepen een afbeelding op een smartphone, laptop, tablet of ander mobiel digitaal apparaat of toestel kunnen worden getoond aan de handhaver.

  • 5.

    Uit oogpunt van handhaafbaarheid voeren de voertuigen een sticker ter herkenning. De sticker is zichtbaar aangebracht op de achterzijde van het te ontheffen voertuig.

Artikel 13 Intrekken, wijzigen en weigeren van ontheffingen

  • 1.

    Een ontheffing kan worden geweigerd indien de aanvraag niet past binnen het doel of niet voldoet aan de voorwaarden van deze beleidsregels.

  • 2.

    Een ontheffing kan worden ingetrokken in de volgende gevallen:

    • a.

      wanneer onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt door de aanvrager;

    • b.

      op grond van een verandering van omstandigheden of inzichten, opgetreden na het verlenen van de ontheffing;

    • c.

      wanneer de voorwaarden genoemd in de ontheffing of in deze beleidsregels niet zijn nageleefd;

    • d.

      op verzoek van de ontheffinghouder;

    • e.

      de ontheffinghouder overlijdt of er bedrijfsbeëindiging heeft plaatsgevonden;

    • f.

      de ontheffinghouder aangifte van vermissing of diefstal van de ontheffing heeft gedaan.

  • 3.

    Een ontheffing kan worden gewijzigd op grond van artikel 3 van deze beleidsregels.

Artikel 14 Overgangsbepaling

Een ontheffing die is verleend voor inwerkingtreding van deze beleidsregels blijft van kracht voor de periode waarvoor zij is verleend, behalve als de ontheffing al eerder haar geldigheid verliest omdat zij wordt ingetrokken op grond van de aan de ontheffing verbonden voorschriften.

Artikel 15 Intrekking beleidsregels

De Beleidsregels beoordeling van aanvragen om ontheffing voor het medegebruik van busbanen (Gemeenteblad 2018, nummer 5) wordt ingetrokken.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Deze beleidsregels worden geplaatst in het gemeenteblad en treden in werking met ingang van 15 juli 2020.

Artikel 17 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels beoordeling van aanvragen om ontheffing voor het medegebruik van busbanen.

Aldus vastgesteld op 1 juli 2020.

Namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

De directeur van het cluster Stadsontwikkeling,

H.M. van Bockxmeer

Dit gemeenteblad is uitgegeven op 8 juli 2020 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl - Regelgeving of Gemeentbladen chronologisch)

Bijlage 1: Lijst opengestelde busbanen in Rotterdam

Centrum en Delfshaven:

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

1

01A, 01B

Weena (richtingen Hofplein en Centraal Station)

LIJNBUS

2

02A, 02B

Goudsesingel (richtingen Pompenburg en Meent)

BUS, LIJNBUS

3

03A, 03B

Pompenburg (richtingen Hofplein en Rubroek)

BUS, LIJNBUS

4

04B

Blaak

LIJNBUS

 

Kralingen - Crooswijk:

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

5

05A, 05B, 05D

Abram van Rijckevorselweg

LIJNBUS, BUS, LIJNBUS

6

06A, 06B

Kralingse Zoom (west- en oostkant)

BUS

7

07B

Honingerdijk (zuidzijde)

LIJNBUS

 

Feijenoord en Charlois: 

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

8

08

Rosestraat

BUS

9

09

Willemsbrug

BUS/TAXI BUS

10

10A, 10C

Strevelsweg

LIJNBUS, LIJNBUS, -

11

12A, 12B, 12C

Dorpsweg oost

LIJNBUS

12

30

Oranjeboomstraat

BUS

 

Hoogvliet:

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

13

13A, 13B, 13C,13D, 13E

Aveling (Oudelandseweg en Groene Kruisweg)

BUS

 

Feijenoord / Charlois / IJsselmonde: 

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

14

14A, 14B, 14C,14D, 14E, 14F, 14G, 14H, 14I

Vaanweg

LIJNBUS

15

15

Victor Hugoweg

LIJNBUS

16

16B

Groeninx van Zoelenlaan

BUS, LIJN BUS, LIJNBUS

 

Prins Alexander

Nr.

Codering

Omschrijving opengestelde busbanen voor medegebruik

Huidige markering op straat

17

25

Prins Alexanderlaan (tussen Rietkerkweg en Kralingseweg)

BUS

18

26

John Mottweg (tussen Naaldvaren en President Rooseveltweg)

LIJNBUS

Bijlage 2: Kaarten bestaande busbanen en opengestelde busbanen

voor medegebruik

 

 

 

 

 

 

 

Bijlage 3a: Detailkaart bestaande busbaan OV-knooppunt Rotterdam

Centraal

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rotterdam Zuidplein (Hoog) niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3b: Detailkaart bestaande busbaan OV-knooppunt Kralingse

Zoom

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Kralingse Zoom niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3c: Detailkaart bestaande busbaan OV-knooppunt Zuidplein

(Hoog)

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rotterdam Zuidplein (Hoog) niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3d: Detailkaart busbaan OV-knooppunt Rotterdam

Capelsebrug

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rotterdam Capelsebrug niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3e: Detailkaart busbaan OV-knooppunt Rotterdam Blaak

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rotterdam Blaak niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3f: Detailkaart busbaan OV-knooppunt Rotterdam Lombardijen

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rotterdam Lombardijen niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3g: Detailkaart busbaan OV-knooppunt Keizerswaard

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Keizerswaard niet opengesteld voor het medegebruik

Bijlage 3h: Detailkaart busbaan OV-knooppunt Rijnhaven

Legenda:

Busbaan OV-knooppunt Rijnhaven niet opengesteld voor het medegebruik

Naar boven