Gemeente Beverwijk - Wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening 2019

De raad van de gemeente Beverwijk;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

d.d. 25 juni 2020, nummer INT-19-51748;

 

gehoord de Raadscommissie;

 

gelet op artikel 147 Gemeentewet;

 

besluit:

 

  • 1.

    de Speelautomatenhallenverordening 2018 met kenmerk INT-17-39106 in te trekken;

  • 2.

    de Speelautomatenhallenverordening 2020 met kenmerk INT-19-51744 vast te stellen;

  • 3.

    de Algemene plaatselijke verordening 2019 te wijzigen conform de wijzigingsverordening met kenmerk INT-19-52756.

Wijzigingen in verband met schaarse vergunningen  

 

Artikel I  

Circussen en feestweek

Aan artikel 2:25 wordt lid 14 toegevoegd:

 

  • 14.

    Inzake de verdeling van schaarse vergunningen stelt de burgemeester bij nadere regels de procedure vast.

Artikel II  

Coffeeshops en shisha lounges

Aan artikel 2:28 wordt lid 5 toegevoegd:

 

  • 5.

    Inzake de verdeling van schaarse vergunningen stelt de burgemeester bij nadere regels de procedure vast.

Artikel III  

Standplaatsen

Aan artikel 5:18 wordt lid 6 toegevoegd:

 

  • 6

    Inzake de verdeling van schaarse vergunningen stelt het college bij nadere regels de procedure vast.

Artikel IV  

Avondwinkels

Aan artikel 7:3 wordt lid 5 toegevoegd:

 

  • 5.

    Inzake de verdeling van de ontheffingen stelt het college bij nadere regels de procedure vast.

Technische wijzigingen  

 

Artikel V  

In artikel 2:79, tweede lid wordt het onderdeel “last onder dwangsom” vervangen door het onderdeel “last onder bestuursdwang”.

 

Artikel 2:79, tweede lid, komt te luiden:

 

  • 2.

    De burgemeester kan een last onder bestuursdwang wegens overtreding van het eerste lid in ieder geval opleggen bij ernstige en herhaaldelijke:

    • a.

      geluid- of geurhinder;

    • b.

      hinder van dieren;

    • c.

      hinder van bezoekers of personen die tijdelijk in een woning of op een erf aanwezig zijn;

    • d.

      overlast door vervuiling of verwaarlozing van een woning of een erf;

    • e.

      intimidatie van derden vanuit een woning of een erf.

Artikel VI  

In artikel 2:12, vierde lid, wordt het onderdeel “danwel binnen deze periode heeft gemeld dat de gewenste uitweg kan worden aangelegd” verwijderd.

Artikel 2:12, vierde lid, komt te luiden:

 

  • 1.

    De uitweg kan worden aangelegd als het college niet binnen acht weken na ontvangst van de melding heeft beslist dat de gewenste uitweg wordt verboden.

Artikel VII  

Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na haar bekendmaking.

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering

Beverwijk, 25 juni 2020,

De griffier,

De voorzitter,

Naar boven