Negende wijzigingsverordening Algemene plaatselijke verordening gemeente Almere 2011

De raad van de gemeente Almere;

 

gelezen het voorstel van college van burgemeester en wethouders van [datum en nummer];

gelet op de artikelen 149, 149a, 151a, 151b, 151c, 151d, 154 en 154a van de Gemeentewet, de artikelen 3 en 4 van de Wet openbare manifestaties, de artikelen 4, 25a, 25b, 25c en 25d van de Drank- en Horecawet, artikel 5.13 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, de artikelen 2.18, eerste lid, onder f en g, en vijfde lid, 2.21 en 3.148, tweede lid, van het Activiteitenbesluit milieubeheer en artikel 2a van de Wegenverkeerswet 1994;

 

besluit:

 

vast te stellen de negende wijzigingsverordening van de Algemene plaatselijke verordening gemeente Almere 2011

 

 

Artikel I De inhoudsopgave wordt als volgt gewijzigd:

De aanhef Hoofdstuk 2 Openbare orde wordt vervangen door:

Hoofdstuk 2 Openbare orde en veiligheid, volksgezondheid en milieu

Afdeling 1 Bestrijding van ongeregeldheden wordt vervangen door:

Afdeling 1 Voorkomen of bestrijden van ongeregeldheden

Afdeling 5 Bruikbaarheid en aanzien van de weg wordt vervangen door:

Afdeling 5 Bruikbaarheid, uiterlijk aanzien en veilig gebruik van openbare plaatsen

Afdeling 8a Bijzondere bepalingen over horecabedrijven als bedoeld in de Drank- en Horecawet wordt vervangen door: Afdeling 8a Regulering paracommerciële rechtspersonen en overige aangelegenheden uit de Drank- en Horecawet

Afdeling 11 Maatregelen tegen overlast en baldadigheid wordt vervangen door:

Afdeling 11 Maatregelen ter voorkoming van overlast, gevaar of schade

Artikel 2:50a Verbod op zichtbare uitingen van verboden organisaties wordt nieuw toegevoegd

Artikel 2:52a Winkelwagentjes wordt nieuw toegevoegd

Afdeling 12 Bepalingen ter bestrijding van heling van goederen wordt vervangen door:

Afdeling 12 Bestrijding van heling van goederen

Afdeling 14 Vuurwerk wordt vervangen door: Afdeling 14 Consumentenvuurwerk

Hoofdstuk 4, afdeling 1 Geluidhinder en verlichting wordt vervangen door:

Afdeling 1 Voorkomen of beperken geluidhinder en hinder door verlichting

Artikel 4:4a Geluidhinder door gebed of godsdienstige bijeenkomsten wordt nieuw toegevoegd

Aanhef Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding der gemeente wordt vervangen door: Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding van de gemeente

Afdeling 1 Parkeerexcessen wordt vervangen door: Afdeling 1 Parkeerexcessen en stopverbod

 

 

Artikel II Onderstaande artikelen worden als volgt gewijzigd of nieuw toegevoegd:

a. Artikel 1:1 komt te luiden:

Artikel 1:1 Definities

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Almere;

  • b.

    openbare plaats: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van de Wet openbare manifestaties;

  • c.

    weg: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;

  • d.

    openbaar water: wateren die voor het publiek bevaarbaar of op een andere wijze toegankelijk zijn;

  • e.

    bebouwde kom: het gebied binnen de grenzen die zijn vastgesteld op grond van artikel 20a van de Wegenverkeerswet 1994;

  • f.

    rechthebbende: degene die over een zaak zeggenschap heeft krachtens een zakelijk of persoonlijk recht.

  • g.

    bouwwerk: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1 van de Bouwverordening 2012;

  • h.

    gebouw: hetgeen daaronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid onder c van de Woningwet;

  • i.

    bevoegd gezag: bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van een besluit ten aanzien van een omgevingsvergunning als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • j.

    handelsreclame: iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen.

  • k.

    slecht levensgedrag: het geheel van relevante overtredingen, feiten en/of gedragingen dat wordt meegewogen in de besluitvorming.

 

Het opschrift van hoofdstuk 2 komt te luiden:

Hoofdstuk 2 Openbare orde en veiligheid, volksgezondheid en milieu

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 1 komt te luiden:

Afdeling 1 Voorkomen of bestrijden van ongeregeldheden

 

Artikel 2:3 komt te luiden:

Artikel 2:3 Kennisgeving betogingen op openbare plaatsen

  • 1.

    Degene die het voornemen heeft op een openbare plaats een betoging te houden, waaronder begrepen een samenkomst als bedoeld in artikel 3, eerste lid van de Wet openbare manifestaties, geeft daarvan voor de openbare aankondiging en ten minste 48 uur voordat de betoging wordt gehouden, schriftelijk kennisgeving aan de burgemeester.

  • 2.

    De kennisgeving bevat:

    • a.

      naam en adres van degene die de betoging houdt;

    • b.

      het doel van de betoging;

    • c.

      de datum waarop de betoging wordt gehouden en het tijdstip van aanvang en van beëindiging;

    • d.

      de plaats en, voor zover van toepassing, de route en plaats van beëindiging;

    • e.

      voor zover van toepassing, de wijze van samenstelling;

    • f.

      de maatregelen die degene die de betoging houdt zal treffen om een regelmatig verloop te bevorderen.

  • 3.

    Degene die de kennisgeving doet, ontvangt daarvan een bewijs waarin het tijdstip van de kennisgeving isvermeld.

  • 4.

    Als de gestelde kennisgevingstermijn van 48 uur valt op een vrijdag na 12.00 uur, een zaterdag, een zondag of een algemeen erkende feestdag, dient de kennisgeving uiterlijk om 12.00 uur op de aan de dag van dat tijdstip voorafgaande werkdag te worden gedaan.

  • 5.

    De burgemeester kan in bijzondere omstandigheden de in het eerste lid, genoemde termijn verkorten en een mondelinge kennisgeving in behandeling nemen.

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 5 komt te luiden:

Afdeling 5 Bruikbaarheid, uiterlijk aanzien en veilig gebruik van openbare plaatsen

 

Artikel 2:8 komt te luiden:

Artikel 2:8 Gladheidbestrijding en andere overlast op de weg

Het is verboden bij een toegang tot een woning, een vaartuig, een gebouw of een gedeelte daarvan, alsmede het voetpad of trottoir dat direct grenst aan een woning, een vaartuig, een gebouw of een gedeelte daarvan, voorwerpen of stoffen te plaatsen te werpen of te hebben, handelingen te verrichten of na te laten, waardoor overlast of (gladheids)gevaar wordt veroorzaakt.

 

Artikel 2:11 komt te luiden:

Artikel 2:11 Ordeverstoring

  • 1.

    Het is verboden bij een evenement de orde te verstoren.

  • 2.

    Het is verboden bij een evenement zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken zijn van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege een doel of werkzaamheid in strijd met de openbare orde.

  • 3.

    Het verbod van lid 2 geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.

     

Artikel 2:14 komt te luiden:

Artikel 2:14 Verwijdering supporters

Personen die zich door kleding, uitrusting of gedragingen manifesteren als voetbalsupporter en in het bezit zijn van een geldig toegangsbewijs voor de te bezoeken wedstrijd zijn verplicht om, indien sprake is van verstoring van de openbare orde of ernstige vrees voor het ontstaan daarvan, hun weg naar het stadion te vervolgen zodra ze de gemeente bereiken.

 

Artikel 2:16 komt te luiden:

Artikel 2:16 Definitie

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder openbare inrichting verstaan een hotel, restaurant, pension, café, waterpijpcafé, cafetaria, snackbar, discotheek, buurthuis of clubhuis of elke andere voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was logies wordt verstrekt of dranken worden geschonken of rookwaren of spijzen voor directe consumptie ter plaatse worden bereid of verstrekt.

  • 2.

    Een buiten de in het eerste lid bedoelde besloten ruimte liggend deel waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie ter plaatse kunnen worden bereid of verstrekt, waaronder in ieder geval een terras, maakt voor de toepassing van deze afdeling deel uit van die besloten ruimte.

     

Artikel 2:16a komt te luiden:

Artikel 2:16a Veiligheidsplan

  • 1.

    Het is verboden een inrichting, die valt onder een door het college aangewezen categorie van inrichtingen, in bedrijf te hebben en te houden zonder dat de houder van de inrichting beschikt over een door de burgemeester goedgekeurd veiligheidsplan.

  • 2.

    Voor de opzet van een veiligheidsplan kan de burgemeester een model vaststellen.

  • 3.

    De burgemeester kan van het bepaalde in het eerste lid ontheffing verlenen.

  • 4.

    Het college kan nadere regels stellen in het belang van de openbare orde, het woon- en leefklimaat, de veiligheid, zedelijkheid en gezondheid.

 

Artikel 2:17 komt te luiden:

Artikel 2:17 Terrasvergunning

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een terras bij een openbare inrichting in te richten en in gebruik te nemen en te houden.

  • 2.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 weigert de burgemeester de vergunning als:

  • a.

    de exploitatie van het terras in strijd is met een ter plaatse geldend bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit en deze strijdigheid niet kan worden weggenomen door het verlenen van een omgevingsvergunning.

  • b.

    voor de openbare inrichting waaraan het terras gekoppeld is geen drank- en horecavergunning of vergunning alcoholvrij bedrijf is verleend of kan worden verleend, of indien deze vergunning is ingetrokken.

  • 3.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8, kan de vergunning worden geweigerd als:

  • a.

    het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan;

  • b.

    dat gebruik een belemmering kan worden voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg;

  • c.

    het gebruik afbreuk doet aan andere publieke functies van de openbare ruimte, inclusief de bescherming van het uiterlijk aanzien daarvan.

  • d.

    naar het oordeel van de burgemeester moet worden aangenomen dat de woon- of leefsituatie of de openbare orde in de omgeving van de openbare inrichting en het terras op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed.

  • 4.

    In afwijking van het gestelde in artikel 1:5 is een terrasvergunning objectgebonden.

  • 5.

    De burgemeester kan openbare plaatsen aanwijzen waarvoor het verbod van het eerste lid van dit artikel niet geldt.

  • 6.

    Op de vergunningen is paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 8a komt te luiden:

Afdeling 8a Regulering paracommerciële rechtspersonen en overige aangelegenheden uit de Drank en Horecawet

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 1 komt te luiden:

Afdeling 11 Maatregelen ter voorkoming van overlast, gevaar of schade

 

Artikel 2:50a wordt nieuw toegevoegd:

Artikel 2:50a Verbod op zichtbare uitingen van verboden organisaties

  • 1.

    Het is verboden op openbare plaatsen of in voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven zichtbaar goederen te dragen, bij zich te hebben of te vervoeren die uiterlijke kenmerken zijn van een organisatie die bij rechterlijke uitspraak of bestuurlijk besluit verboden is verklaard of is ontbonden vanwege een werkzaamheid of doel in strijd met de openbare orde.

  • 2.

    Het verbod geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.

 

Artikel 2:52a wordt nieuw toegevoegd:

Artikel 2:52a Winkelwagentjes

  • 1.

    Een winkelier die winkelwagentjes ter beschikking stelt is verplicht deze;

  • a.

    te voorzien van de naam van het bedrijf of een ander herkenningsteken, en

  • b.

    terstond te verwijderen of te doen verwijderen uit de omgeving van dat bedrijf.

  • 2.

    Het is verboden een winkelwagentje na gebruik onbeheerd op of aan een openbare plaats achter te laten, anders dan op plaatsen die daartoe door de rechthebbende zijn aangewezen.

  • 3.

    Het is verboden zich met een winkelwagentje op of aan de openbare plaats te bevinden op een afstand van meer dan 100 meter van het bedrijf dat het winkelwagentje ter beschikking heeft gesteld, met dien verstande dat het plaatsen van een winkelwagentje bij een door de rechthebbende aangewezen verzamelplaats die zich op meer dan 100 meter afstand van het bedrijf bevindt daarvan is uitgezonderd.

  • 4.

    Onverminderd het eerste tot en met het derde lid kan het college de eigenaar of de door deze gemachtigde bedrijfsleider van een bedrijf als bedoeld in het eerste lid verplichten tot het op de winkelwagentjes aanbrengen van een muntslot tegen diefstal, indien zulks met het ook op het tegengaan van het laten staan en doen laten staan van winkelwagentjes op de openbare plaats, in samenhang met de situatie ter plaatse noodzakelijk is.

  • 5.

    Het in het eerste lid onder b bepaalde is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet milieubeheer.

 

Artikel 2:56 komt te luiden:

Artikel 2:56 Gevaarlijke honden

  • 1.

    Als de burgemeester een hond in verband met zijn gedrag gevaarlijk of hinderlijk acht, kan hij de eigenaar of houder van die hond een aanlijngebod of een aanlijn- en muilkorfgebod opleggen voor zover die hond verblijft of loopt op een openbare plaats of op het terrein van een ander.

  • 2.

    Een aanlijngebod houdt in dat de eigenaar of houder verplicht is de hond kort aangelijnd te houden, met een lijn met een lengte, gemeten van hand tot halsband, van ten hoogste 1,50 meter.

  • 3.

    De eigenaar of houder van de hond aan wie een aanlijn- en muilkorfgebod is opgelegd, is naast de verplichting bedoeld in het tweede lid verplicht de hond voorzien te houden van een muilkorf die:

  • a.

    vervaardigd is van stevige kunststof, van stevig leer of van beide stoffen;

  • b.

    door middel van een stevige leren riem zodanig rond de hals is aangebracht dat verwijdering zonder toedoen van de mens niet mogelijk is; en

  • c.

    zodanig is ingericht dat de hond niet kan bijten, dat de afgesloten ruimte binnen de korf een geringe opening van de bek toelaat en dat geen scherpe delen binnen de korf aanwezig zijn.

  • 4.

    Onverminderd artikel 2:54, eerste lid, aanhef en onder c, dient een hond als bedoeld in het eerste lid voorzien te zijn van een door de minister die het aangaat op aanvraag verstrekt uniek identificatienummer door middel van een microchip die met een chipreader afleesbaar is.

 

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 12 komt te luiden:

Afdeling 12 Bestrijding van heling van goederen

 

Artikel 2:63 komt te luiden:

Artikel 2:63 Hinderlijk gebruik softdrugs

  • 1.

    Het is verboden op een door de burgemeester aangewezen openbare plaats softdrugs te gebruiken of openlijk voorhanden te hebben.

  • 2.

    Onder softdrugs wordt verstaan: de middelen, genoemd in lijst II, of daarop gelijkende waar behorende bij de Opiumwet.

Het opschrift van hoofdstuk 2, afdeling 14 komt te luiden:

Afdeling 14 Consumentuurwerk

 

Artikel 2:70 komt te luiden:

Artikel 2:70 Messen en andere voorwerpen als steekwapen

  • 1.

    Het is verboden op een openbare plaats, met inbegrip van daarin gelegen voor het publiek toegankelijke gebouwen, messen of andere voorwerpen die als steekwapen kunnen worden gebruikt bij zich te hebben.

  • 2.

    Dit verbod geldt niet voor wapens, behorende tot de categorieën I, II, III, IV van de Wet wapens en munitie.

  • 3.

    Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing op messen en andere voorwerpen die als steekwapen kunnen worden gebruikt en die zodanig zijn ingepakt dat deze niet voor dadelijk gebruik kunnen worden aangewend.

 

Artikel 3:10 komt te luiden:

Artikel 3:10 Melding gewijzigde omstandigheden

De vergunninghouder meldt elke verandering waardoor zijn seksbedrijf niet langer in overeenstemming is met de op grond van artikel 3:8, eerste lid, in de vergunning opgenomen gegevens, binnen vier weken aan de burgemeester of het college indien het een escortbedrijf betreft. Deze verleent een gewijzigde vergunning, als het seksbedrijf aan de vereisten voldoet.

 

Artikel 3:13 komt te luiden:

Artikel 3:13 Adverteren

Het is verboden in advertenties voor een seksbedrijf:

  • a.

    geen vermelding op te nemen van het telefoonnummer, bedoeld in artikel 3:8, eerste lid, onder d, van het nummer, bedoeld in artikel 3:8, eerste lid, onder h, en van de bedrijfsnaam;

  • b.

    vermelding op te nemen van een ander telefoonnummer dan bedoeld onder a, en;

  • c.

    als het een prostitutiebedrijf betreft, onveilige seks aan te bieden of te garanderen dat prostituees die voor of bij het betreffende bedrijf werken vrij zijn van seksueel overdraagbare aandoeningen.

 

Het opschrift van hoofdstuk 4, afdeling 1 komt te luiden:

Afdeling 1 Voorkomen of beperken geluidhinder en hinder door verlichting

 

Artikel 4:4a wordt nieuw toegevoegd:

Artikel 4:4a Geluidshinder door klokgelui of oproepen tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging

  • 1.

    a. Bij klokgelui ter gelegenheid van godsdienstige en levensbeschouwelijke plechtigheden en lijkplechtigheden, alsmede oproepen tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging als bedoeld in artikel 10 van de Wet openbare manifestaties, bedraagt het maximaal toegestane geluidsniveau 70 dB(A), gemeten op enig piekmoment en gemeten op de gevel van het dichtstbijzijnde geluidsgevoelige gebouw.

    b. Het klokgelui of de oproepen als hierboven genoemd mogen maximaal vijf aaneengesloten minuten duren.

  • 2.

    Het is verboden om tussen 23.00 uur en 7.30 uur door middel van klokgelui dan wel op andere wijze op te roepen tot het belijden van godsdienst of levensovertuiging, in de zin van artikel 10 Wet openbare manifestaties, met een geluidsniveau dat meer dan 10dB(A) ligt boven de normen uit het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (en meer dan 10 dB(A) boven het referentieniveau van de omgeving.

 

Artikel 4:7a komt te luiden:

Artikel 4:7 Natuurlijke behoefte doen

Binnen de bebouwde kom is het verboden om op een openbare plaats of in een voor publiek toegankelijke ruimte je natuurlijke behoefte te doen. Onder publiek toegankelijke ruimten worden ieder geval begrepen: portieken wachtlokalen voor het openbaar vervoer, overdekte winkelpassages, parkeergarages en rijwielstallingen.

 

Het opschrift van hoofdstuk 5 komt te luiden:

Hoofdstuk 5 Andere onderwerpen betreffende de huishouding van de gemeente

 

Het opschrift van hoofdstuk 5, afdeling 1 komt te luiden:

Afdeling 1 Parkeerexcessen en stopverbod

 

Artikel 5:10 komt te luiden:

Definities

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder venten verstaan: het in de uitoefening van de ambulante handel te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten aan te bieden op een openbare plaats en in de open lucht gelegen plaats of aan huis;

  • 2.

    Onder venten wordt niet verstaan:

  • a.

    het aan huis afleveren van goederen door of vanwege degene die dit doet ter exploitatie van zijn winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet;

  • b.

    het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen als bedoeld in het eerste lid op jaarmarkten en markten als bedoeld in artikel 160, eerst lid, onder g, van de Gemeentewet of op snuffelmarkten als bedoeld in artikel 5:16;

  • c.

    Het te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen op een standplaats als bedoeld in artikel 5:13.

 

Artikel 5:13 komt te luiden:

Artikel 5:13 Definities

  • 1.

    In deze afdeling wordt verstaan onder standplaats: het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen of het anderszins aanbieden van goederen en diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel.

  • 2.

    Onder standplaats wordt niet verstaan:

  • a.

    een vaste plaats op een jaarmarkt of markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet;

  • b.

    een vaste plaats op een evenement als bedoeld in artikel 2:9.

 

Artikel 5:15 komt te luiden:

Artikel 5:15 Afbakeningsbepaling

  • 1.

    Het verbod van artikel 5:14, eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet Milieubeheer, de Waterwet of de Omgevingsverordening Flevoland.

  • 2.

    Het bepaalde van artikel 5:14, derde lid, onder a, geldt niet voor bouwwerken.

 

Artikel 5:25 komt te luiden:

Artikel 5:25 Crossterreinen

  • 1.

    Het is verboden op enig terrein, geen weg zijnde, met een motorvoertuig of een bromfiets een wedstrijd dan wel, ter voorbereiding van een wedstrijd, een trainings- of proefrit te houden of te doen houden dan wel daaraan deel te nemen, dan wel een motorvoertuig of een bromfiets met het kennelijke doel daartoe aanwezig te hebben.

  • 2.

    Het verbod is niet van toepassing op door het college aangewezen terreinen. Het college kan nadere regels stellen voor het gebruik van deze terreinen in het belang van:

  • a.

    het voorkomen of beperken van overlast;

  • b.

    de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving en ter bescherming van andere milieuwaarden;

  • c.

    de veiligheid van de deelnemers van de in het eerste lid bedoelde wedstrijden en ritten of van het publiek.

  • 3.

    Het verbod is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, het Besluit omgevingsrecht, de Zondagswet of het Besluit geluidproductie sportmotoren.

 

Artikel 6:5 komt te luiden:

Besluiten, genomen of reeds geldend bij of krachtens de Algemene Plaatselijke Verordening 2011 (laatstelijk gewijzigd bij besluit van 11 juli 2019, RV-51/2019), die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

 

Artikel III

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

 

 

 

Almere, d.d. 2 juli 2020

De raad voornoemd,

De griffier, De voorzitter,

J.D. Pruim F.M. Weerwind

Naar boven