Gemeenteblad van Echt-Susteren
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Echt-Susteren | Gemeenteblad 2020, 163934 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Echt-Susteren | Gemeenteblad 2020, 163934 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Echt-Susteren houdende regels omtrent het controleprotocol subsidieregeling peuterprogamma (Controleprotocol subsidieregeling peuterprogramma Echt-Susteren 2020)
Op grond van de ‘Subsidieregeling peuterprogramma Echt-Susteren 2020’ (verder; de subsidieregeling) kunnen kindercentra, zoals bedoeld in de Wet Kinderopvang, jaarlijks aanspraak maken op een subsidie voor het aanbieden van een peuterprogramma aan in de subsidieregeling nader genoemde categorieën peuters in de leeftijd van 2 en 3 jaar. Het aan te bieden peuterprogramma dient te voldoen aan de eisen van voorschoolse educatie, zoals nader geregeld in het ministeriële ‘Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie’.
De kindercentra ontvangen in de regel een subsidie voor het aantal uren dat een peuter aan het peuterprogramma heeft deelgenomen, althans voor de uren waarbij de ouders geen aanspraak (kunnen) maken op kinderopvangtoeslag. De subsidie is afgeleid van het uurtarief kinderopvang-toeslag, zoals dat jaarlijks door de Belastingdienst wordt vastgesteld, verhoogd met een toeslag ter bekostiging van de additionele kosten die met de voorschoolse educatie en de organisatie ervan gemoeid zijn. Daarnaast wordt bij de berekening van de hoogte van de subsidie bij de opvang van peuters waarbij de ouders geen aanspraak kunnen maken op kinderopvangtoeslag rekening gehouden met een eigen financiële bijdrage van ouders.
Met de ontvangen subsidie en ouderbijdrage kan het kindercentrum voorzien in voorschoolse educatie binnen de kaders van de wet.
Jaarlijks controleert de GGD of de kindercentra voldoen aan de wettelijke eisen die aan de kinderopvang in het algemeen en aan de voorschool educatie in het bijzonder zijn gesteld en rapporteert de uitkomsten van dit onderzoek aan het college.
Daarnaast vindt er een controle plaats van de rechtmatige besteding van de ontvangen subsidie. Hiervoor is in de subsidieregeling opgenomen dat wanneer de vast te stellen subsidie méér dan € 50.000 bedraagt, bij het verzoek tot subsidievaststelling:
Het gaat daarbij om - middels een ‘Rapport van feitelijke bevindingen’ (bijlage 1) - steekproefs-gewijs voor een aantal peuters onder meer vast te stellen dat:
In het geval dat de subsidie € 50.000 of minder bedraagt kan bij het verzoek tot het vaststellen van het subsidie worden volstaan met het overleggen van een bestedingsverklaring (bijlage 2) door het kindercentrum. Hier komt de accountant niet aan de pas.
2. Doelstelling van het controleprotocol
De doelstelling van dit controleprotocol is het geven van aanwijzingen aan de accountant, die is belast met de controle van de verantwoording ten behoeve van de subsidievaststelling. Met dit protocol wordt duidelijkheid verschaft over de gewenste reikwijde en intensiteit van de accountantscontrole en over de inhoud van de af te geven ‘Verklaring van feitelijke bevindingen’ bij de eindverantwoording.
De controle heeft tot doel de gemeente zekerheid te verschaffen dat de activiteiten, prestaties en verplichtingen uit de subsidieregeling en -beschikking zijn uitgevoerd en nagekomen, zodat een getrouw beeld van de rechtmatige besteding van de gelden wordt verkregen.
De bedoeling is dat de subsidieontvanger het onderhavige protocol aan zijn accountant verstrekt, zodat hij bij zijn controlewerkzaamheden rekening kan houden met de inhoud van dit protocol. Dit protocol maakt onderdeel uit van de subsidiebeschikking en behoeft als zodanig naleving.
De ‘Verklaring van feitelijke bevindingen’ kan worden verstrekt door een registeraccountant (RA) of een accountant administratieconsulent (AA).
Het overleggen van een controleverklaring of een ingevulde ‘Verklaring van feitelijke bevindingen’ door een accountant geldt voor de subsidieaanvragen waarbij de subsidie € 50.000 of meer bedraagt.
Is het totaal lager dan € 50.000 dan is een controle door de accountant niet vereist en kan het kindercentrum volstaan met het indienen van een ‘bestedingsverklaring’.
Het college kan in de gevallen zoals genoemd in deze paragraaf afwijken, indien er sprake is van een onredelijke en onbillijke situatie.
5. Reikwijdte van het onderzoek
Dit controleprotocol dient om de reikwijdte en het object van de accountantscontrole nader aan te geven. Niet beoogd wordt een aanpak van de accountantscontrole voor te schrijven.
Bij het onderzoek moet vooral gekeken worden naar de rechtmatigheid van de besteding van subsidiegelden overeenkomstig het aangegeven doel.
Bij het opstellen van een ‘Verklaring van feitelijke bevindingen dient steekproefsgewijs voor een aantal peuters te worden gecontroleerd of de voorwaarden en de verplichtingen van de subsidieregeling en de beschikking zijn nageleefd. Bij de aanvraag tot subsidievaststelling moet de aanvrager immers aantonen dat de activiteiten hebben plaatsgevonden overeenkomstig de aan de subsidie verbonden verplichtingen (art. 4:45 Awb). In het ‘Rapport van feitelijke bevindingen ‘ wordt vermeld of aan de voorwaarden zijn voldaan en de verplichtingen zijn nagekomen. Afhankelijk van de inhoud van het rapport kan het college de subsidie lager vaststellen (art. 4:46 Awb) of geheel of gedeeltelijk ambtshalve vaststellen (art. 4:47 Awb).
6. Verantwoordelijkheden kindercentrum
De aanvraag tot vaststelling van de subsidie dient door het kindercentrum te worden ingediend uiterlijk op 1 mei van het jaar volgend op het kalenderjaar waarop de subsidieverlening betrekking heeft (artikel 9, lid 3, van de subsidieregeling). Daarbij dient het kindercentrum de volgende informatie te verstrekken:
Ingevolge artikel 9, lid 5, van de subsidieregeling kan het college daarnaast andere informatie en/of bescheiden verlangen, voor zover dit voor een goede beoordeling van de aanvraag tot vaststelling nodig is en/of nodig is voor het desgevraagd verstrekken van informatie aan overheidsinstellingen of daaraan verbonden inspectiediensten.
Het college kan ook genoegen nemen met minder informatie en/of bescheiden voor zover dat redelijkerwijs een goede beoordeling van een aanvraag tot vaststelling niet in de weg staat (artikel 9, lid 6, van de subsidieregeling).
7. Rapport van feitelijke bevindingen
Het belangrijkste element van de controle door de accountant is de vaststelling dat aan de voorwaarden en verplichtingen van de subsidieregeling en de beschikking zijn voldaan.
De accountant legt de uitkomst van de controle vast in het ‘Rapport van feitelijke bevindingen’.
Na ontvangst van de verantwoording van de subsidie door het kindercentrum wordt de subsidie vastgesteld. Het verschil tussen de betaalde voorschotten (subsidieverlening) en het bedrag van de subsidievaststelling wordt uitbetaald of teruggevorderd (artikel 13 van de subsidieregeling).
Echt-Susteren, 16 juni 2020
Burgemeester en wethouders van Echt-Susteren,
de secretaris,
drs. G.W.T. van Balkom
de burgemeester,
dr. J.W.M.M.J. Hessels
Bijlage 1. Rapport van feitelijke bevindingen
Naam kindercentrum: Hier invullen
Ingevolge artikel 9, lid 4, van de ‘Subsidieregeling peuterprogramma Echt-Susteren 2020’ (verder: de subsidieregeling), dient de aanvrager bij de aanvraag tot subsidievaststelling per locatie een deelnemersoverzicht te overleggen, onderverdeeld naar de 3 categorieën peuters, waarvoor een subsidie kan worden verkregen. Voor de 3 genoemde categorieën dient per categorie en per peuter onder meer de navolgende gegevens te worden verstrekt:
Per categorie dient voor 25% van het aantal aan het peuterprogramma deelgenomen peuters*, met een minimum van 4, aan de hand van het papieren en/of digitale dossier onderzocht te worden of bovenstaande gegevens correct op het deelnemersoverzicht zijn weergegeven en de diverse verklaringen feitelijk aanwezig zijn. Daarnaast dient gecontroleerd te worden of:
*Bij meer locaties (naar rato) verspreid over deze locaties. Bij de berekening van de 25% de uitkomst naar boven af afronden (voorbeeld: 37 peuters x 25% = 9,25 = 10 peuters).
Wanneer het aantal peuters dat is vermeld op de deelnemerslijst voor een categorie minder bedraagt dan 4, dan beperkt de controle zich tot dit aantal.
In onderstaande overzichten kunnen de resultaten van het onderzoek worden weergegeven.
Dit kan door vermelding van de letter A (akkoord) in de betreffende regel/kolom wanneer het controleresultaat positief is.
Wanneer de controleresultaat niet positief is, dan wordt verzocht de letter N (niet akkoord) in de desbetreffend regel/kolom te vermelden en aanvullend hierop een toelichting te geven.
Aantal deelnemers: Aantal invullen
Aantal gecontroleerd (25% met een minimum van 4): Aantal invullen
Aantal deelnemers: Aantal invullen
Aantal gecontroleerd (25% met een minimum van 4): Aantal invullen
Aantal deelnemers: Aantal invullen
Aantal gecontroleerd (25% met een minimum van 4): Aantal invullen
Naam kantoor externe accountant: Hier invullen
Naam externe accountant: Hier invullen
Bijlage 2. Bestedingsverklaring
Deze verklaring moet tezamen met de aanvraag tot subsidievaststelling door de aanvrager worden ingediend, wanneer de aangevraagde subsidie € 50.000 of minder bedraagt.
In te vullen en te ondertekenen door de hiertoe bevoegde persoon of personen
Naam kinderopvangorganisatie: Hier invullen
Subsidie over het jaar: Hier invullen
Bedrag subsidie: € Hier invullen
De aanvrager verklaart dat de subsidie is gebruikt voor de activiteiten, zoals vermeld in de ‘Subsidieregeling peuterprogramma Echt-Susteren 2020’ en de beschikking tot subsidieverlening van ……….. (datum invullen) en dat de daarin vermelde voorwaarden en verplichtingen zijn nagekomen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2020-163934.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.