Beleidsnotitie kampeerbeleid in de gemeente Terneuzen

 

Samenvatting

Kamperen in Nederland is nog altijd erg populair. Door veranderingen in de behoeften van de recreanten vraagt het beleid om vernieuwd te worden.

Momenteel zijn er in de gemeente Terneuzen verschillende campings gevestigd. Daarnaast wordt de mogelijkheid geboden voor kamperen buiten kampeerterreinen, onder meer op gemeentelijke camperplaatsen en op eigen terrein. We maken onderscheid tussen volwaardige campings en kleinschalige campings: hiermee wordt gedoeld op de grotere campings en daarnaast het kamperen op een minicamping.

 

Co-creatie

Van recreatieondernemers, de Vekabo, de Stichting Vrije Recreatie en de RECRON hebben we input voor ons nieuwe Kampeerbeleid ontvangen. Mede op basis van deze bevindingen hebben we nieuw beleid geformuleerd.

 

Belangrijkste kenmerken nieuw beleid:

Het nieuwe kampeerbeleid wordt gekenmerkt door het volgende:

  • Het nieuwe kampeerbeleid heeft betrekking op het plangebied van het bestemmingsplan ‘Buitengebied Terneuzen 2013’ of diens opvolger.

  • Het hebben van een campererf is onder voorwaarden mogelijk bij een agrarisch bedrijf en bij de bestemming wonen.

 

De volgende regel is enkel van toepassing op kleinschalige campings:

  • Het kampeerseizoen is jaarrond (1 januari tot en met 31 december).

 

De volgende regel is van toepassing op volwaardige en kleinschalige campings:

  • Het plaatsen van een blokhut, tipitent, stacaravan, tenthuisje en trekkershut e.d is toegestaan.

 

Handhaving

Bij overtredingen kan handhavend worden opgetreden. Dit geldt voor alle aspecten van het beleid.

 

 

1. Inleiding

 

Kamperen in Nederland is erg populair. Wel zijn er veranderingen in de behoeften van de recreanten. De ontwikkelingen binnen de sector vragen om vernieuwing van het Kampeerbeleid na intrekking van de Wet op de Openluchtrecreatie (per 1 januari 2008).

 

In het nieuwe beleid regelen we enkel zaken die een bijdrage leveren aan de kwaliteit van het kampeerproduct en dat zonder aanvullende regelgeving niet is te realiseren.

 

Ruimtelijke aspecten met betrekking tot kampeerterreinen worden in een bestemmingsplan vastgelegd. Nieuwe beleidsstandpunten kunnen pas bij herziening van een bestemmingsplan worden opgenomen.

 

De belangrijkste zaken op het gebied van kamperen buiten kampeerterreinen zijn aanvullende bepalingen opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).

 

Het volgende hoofdstuk van deze beleidsnotitie biedt een overzicht van de huidige situatie op het vlak van kamperen in de gemeente Terneuzen. In hoofdstuk 3 worden diverse aspecten van het nieuwe gemeentelijke kampeerbeleid benoemd en toegelicht. In het laatste hoofdstuk wordt aandacht besteed aan de handhaving en in werking treding van het geformuleerde beleid.

 

Het camperbeleid (voor gemeentelijke camperplaatsen) maakt geen onderdeel uit van deze beleidsnotitie. Hiervoor is een aparte beleidsnotitie opgesteld. De beleidsnotitie camperplaatsen in de gemeente Terneuzen is terug te vinden via de website www.overheid.nl

 

2. Huidige kampeermogelijkheden

 

In de gemeente Terneuzen zijn er verschillende kampeermogelijkheden. We maken onderscheid tussen kamperen op volwaardige- en kleinschalige campings.

Met volwaardige campings worden de grotere campings bedoeld. Onder kleinschalig kamperen, vallen de minicampings. Daarnaast zijn er ook nog campererven.

 

Op basis van de Algemene Plaatselijke Verordening is op uitzondering kamperen buiten kampeerterreinen toegestaan. Onder kamperen buiten kampeerterreinen verstaan we vrij kamperen, paalkamperen, groepskamperen en kamperen op eigen terrein.

 

2.1 Kamperen op kampeerterreinen 2.1.1 Campings

De gemeente Terneuzen kent drie ‘grootschalige’ campings. Voor deze grote campings liggen de regels grotendeels vast in het bestemmingsplan.

 

2.1.2 Minicampings

De gemeente Terneuzen telt verschillende minicampings. De minicampings zijn gekoppeld aan het (voormalig) agrarisch bedrijf.

 

2.1.3 Campererven

De gemeente Terneuzen kent momenteel twee campererven. Deze zijn gekoppeld aan een (voormalig) agrarisch bedrijf. Een campererf wordt enkel gebruikt voor overnachtingen van camperaars.

 

2 .2 Kamperen buiten kampeerterreinen

Op basis van de APV is bij uitzondering kamperen buiten kampeerterreinen mogelijk. Daarnaast is het mogelijk om te paalkamperen en te overnachten op een gemeentelijke camperplaats. De belangrijkste vormen van kamperen buiten een kampeerterrein betreffen het groepskamperen en het kamperen op eigen terrein.

 

2.2.1 Paalkampeerterrein

Deze kleinschalige vorm van kamperen (een open plek met een eiken paal waaraan een waterpompje en een bord bevestigd worden, vandaar de naam!) wordt landelijk aangeboden door Staatsbosbeheer en vormt een aardige aanvulling op het gevarieerde aanbod in de gemeente. Ten behoeve van het paalkamperen zijn er twee locaties in de gemeente Terneuzen; Canisvliet en Fort Sint Livinus.

 

2.2.2 Groepskamperen en kamperen op eigen terrein

Van de mogelijkheden voor groepskamperen en kamperen op eigen terrein wordt jaarlijks gebruik gemaakt door een vijftiental clubs en verenigingen. Het kamperen, vindt veelal plaats in combinatie met een (sport)evenement.

 

2.2.3 Gemeentelijke camperplaatsen

Voor de ontwikkeling van de gemeentelijke camperplaatsen is in 2019 een beleidsnotitie vastgesteld. De beleidsnotitie camperplaatsen in de gemeente Terneuzen is terug te vinden via de website www.overheid.nl.

 

3. Nieuw kampeerbeleid

 

Het kampeerbeleid van de gemeente Terneuzen is door de veranderende behoefte van onze gasten toe aan vernieuwing. In Nederland alleen al zijn er zo’n 3.426.000 kampeerders. De provincie Zeeland kent ongeveer 3.751.000 overnachtingen op campings per jaar.

Een gedeelte van deze kampeerders houden nog vast aan het ”traditionele” kamperen, in een tent of in een caravan. Daarnaast is een steeds grotere groep op zoek naar een iets andere ervaring, bijvoorbeeld door een overnachting in tipitent, tenthuisje of pipowagen.

Daarnaast is de opkomst van de camper een trend. We streven naar een gevarieerd aanbod.

 

3.1 Kamperen op kampeerterreinen

We maken onderscheid tussen kleinschalig en grootschalig kamperen. Dit onderscheid wordt ook gemaakt in het provinciale Omgevingsplan. Over het kleinschalig kamperen, wordt bijvoorbeeld gezegd: "Voor de provincie is van belang dat het unieke en kleinschalige karakter van het product behouden blijft." Daarnaast wil de gemeente het houden van een minicamping voorbehouden aan een specifieke groep (zie verder).

 

3.1.1 Campings

In de bestemmingsplannen is een aantal voorwaarden opgenomen waaraan een camping moet voldoen. Waaronder het maximaal aantal standplaatsen, de lengte van het kampeerseizoen (jaarrond), het soort standplaats (een vaste of seizoensplaats of een toeristenplaats) en de verdeling van de standplaatsen (in aantallen). We sluiten voor bovenstaande aan bij wat in de bestemmingsplannen is geregeld.

 

Zoals eerder genoemd zijn gasten steeds vaker op zoek naar ‘bijzondere overnachtingsplekken”. Dit biedt een andere kampeerervaring dan een overnachting in een “normale” tent of caravan. Het is dus een kans om deze overnachtingsplekken aan te bieden. Het plaatsen van een blokhut, tipitent, stacaravan, tenthuisje, pipowagen of trekkershut e.d is dan ook toegestaan.

 

3.1.2 Minicampings

Het kleinschalig kamperen is aan een aantal voorwaarden gebonden. Zo is een minicamping alleen toegestaan in combinatie met een agrarisch bedrijf.

 

3.1.2.1 Aantal eenheden

Om minicampings de mogelijkheid te geven om een divers aanbod te hebben is het toegestaan maximaal 25 kampeereenheden te plaatsen. Hiervan mag maximaal 20% permanent zijn (met een maximum van 5 kampeereenheden).

 

3.1.2.2 Soort kampeermiddelen

Gasten zijn steeds vaker op zoek naar ‘bijzondere overnachtingsplekken”. Dit biedt een andere kampeerervaring dan een overnachting in een “normale” tent of caravan. Het is dus een kans om deze overnachtingsplekken aan te bieden. Het plaatsen van een blokhut, tipitent, stacaravan, tenthuisje, pipowagen of trekkershut e.d is dan ook toegestaan.

 

3.1.2.3 Koppeling agrarisch bedrijf

Gemeenten mogen zelf bepalen of het kleinschalig kamperen is voorbehouden aan agrarische bedrijven of dat het ook mogelijk is bij burgerwoningen in het buitengebied. In Terneuzen staat kleinschalig kamperen gelijk aan kamperen bij de boer.

door de Stichting Vrije Recreatie (SVR) en de VeKaBo wordt het kleinschalig kamperen voorbehouden aan (voormalig) agrarische ondernemers. In de gemeente Terneuzen blijft de koppeling tussen de minicamping en het agrarisch bedrijf gehandhaafd.

 

3.1.2.4 Duur van het kampeerseizoen

Uit gesprekken met de campinghouders blijkt dat er de wens is het kampeerseizoen te verlengen. Onder andere door betere kampeervoorzieningen en het steeds langere kampeerseizoen is er steeds meer vraag naar overnachtingen op een minicamping buiten het seizoen 1 maart – 31 oktober. Ook op de gemeentelijke camperplaatsen is deze trend terug te zien. We stellen daarom voor kampeerseizoen te verlengen naar 1 januari – 31 december (jaarrond). In de bestemmingsplannen is de bepaling opgenomen dat kampeermiddelen niet gebruikt mogen worden voor andere dan recreatieve doeleinden. Het is nadrukkelijk de bedoeling om permanente bewoning tegen te gaan.

 

3.1.3 Campererven

Zoals eerder benoemd is de opkomst van de camper een trend. Camperaars zijn in grote mate zelfvoorzienend en vragen om andere voorzieningen dan andere kampeerders. We willen camperaars graag verwelkomen in onze gemeente. Er is wel sprake van een aantal voorwaarden. Het hebben van een campererf is in de gemeente Terneuzen mogelijk op of aansluitend aan een bouwvlak bij de bestemming agrarisch en wonen. Dit enkel in het buitengebied. Zo moet het perceel een grootte hebben van minimaal 1 hectare. Het maximaal aantal campers is vijf. Het campererf dient landschappelijk te worden ingepast.

 

3.2 Kamperen buiten kampeerterreinen

Om te voorkomen dat op allerlei plaatsen waar dit niet wenselijk is gekampeerd gaat worden, is er regelgeving opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV).

 

Uitgangspunt is dat kamperen buiten kampeerterreinen níet is toegestaan, maar dat onder het stellen van voorwaarden ontheffing verleend kan worden. In de APV staat een aantal specifieke, in de praktijk voorkomende uitzonderingen op de regel vermeld. Bijvoorbeeld als het gaat om groepskamperen, specifieke vormen van vrij kamperen (waaronder paalkamperen en camperplaatsen) en kamperen op eigen terrein.

 

3.3 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in deze beleidsnotitie

 

4. Handhaving, vergunningsplicht en in werking treding

4.1 Handhaving

De gemeente is in veel situaties verantwoordelijk voor handhaving van de regels. Wij kunnen overgaan tot handhaving als uit toezicht blijkt dat men wettelijke regels niet naleeft en het wettelijk bekrachtigen van de feitelijke situatie niet mogelijk is (legalisatie). In het Integraal Handhavingsbeleid Zeeuws-Vlaanderen 2017-2020 staat vermeld hoe wij handelen bij een vastgestelde overtreding. Ons handhavingsbeleid passen wij toe als bijvoorbeeld sprake is van permanente bewoning op kampeerterreinen.

 

4.2 Vergunningsplicht

Indien men gebruik wil maken van de nieuwe regels, dient een omgevingsvergunning te worden aangevraagd voor:

  • Het hebben van een campererf bij een agrarisch bedrijf en bij de bestemming wonen.

  • Het jaarrond kamperen (1 januari tot en met 31 december).

  • Het plaatsen van een blokhut, tipitent, stacaravan, tenthuisje, trekkershut e.d.

 

4.3 Omgevingsvisie 2021

De provincie Zeeland is bezig om een omgevingsvisie 2021 op te stellen. Als gemeente Terneuzen denken we mee met de provincie om deze nieuwe omgevingsvisie vorm te geven. Indien de nieuwe omgevingsvisie gereed is, dient er ook te worden gekeken of de gemeentelijke beleidsnotitie nog actueel is.

 

4.4 In werking treding

Op de dag na bekendmaking in het gemeenteblad treedt dit beleid in werking. Op die datum vervalt de notitie Kampeerbeleid na intrekking van de WOR.

 

Aldus vastgesteld in de gemeenteraad van Terneuzen op 7 november 2019,

 

burgemeester,

griffier,

 

J.A.H. (Jan) Lonink

J.H.P. (Joost) de Jong

 

Naar boven