Beleidsregels Bijzondere Bijstand 2016 2.0

BIJZONDERE BIJSTANDSBELEID

 

INLEIDING

 

Hierna wordt een aantal algemene regels gegeven voor de beoordeling van een aanvraag bijzondere bijstand. Deze onderwerpen gaan over de ingangsdatum, draagkracht, vermogen en voorliggende voorzieningen. Deze regels gelden voor alle kostensoorten, tenzij anders is aangegeven.

 

Voor het afhandelen van een aanvraag dienen een aantal stappen in een bepaalde volgorde te worden gevolgd.

Bij het verstrekken van bijzondere bijstand geldt het individualiseringsprincipe, dit betekent dat er altijd gekeken wordt naar de specifieke situatie van de aanvrager. Er kan altijd gemotiveerd afgeweken worden van deze beleidsregels, indien er een onwenselijke situatie ontstaat. Deze beleidsregels geven echter een duidelijke richtlijn voor de afhandeling van aanvragen voor bijzondere bijstand

 

STAPPENPLAN

 

Voorliggende voorziening

 

Is er een voorliggende, toereikende en passende voorziening? Als dat het geval is, dan wordt de aanvraag afgewezen op grond van artikel 15 Participatiewet. Als de voorliggende voorziening niet geheel toereikend is dan dienen de vier vragen van de Centrale Raad van Beroep te worden beantwoord. De vraag of er sprake is van een voorliggende voorziening is de eerste vraag die dient te worden beantwoord voordat wordt toegekomen aan de vraag of er sprake is van bijzondere noodzakelijke kosten. De aanvullende ziektekostenverzekering kan alleen als voorliggende voorziening worden aangemerkt als deze daadwerkelijk is afgesloten. Dat betekent dat er geen afwijzing kan plaatsvinden op grond van artikel 15 wanneer geen aanvullende verzekering is afgesloten. Maar als er wel een aanvullende zorgverzekering is afgesloten dan is dit wel een voorliggende voorziening. Kosten die niet worden vergoed door de basisverzekering hoeven ook niet te worden vergoed via bijzondere bijstand omdat er een bewuste keuze is gemaakt door de wetgever om die kosten niet te vergoeden via de zorgverzekering.

 

Draagkracht in inkomen

 

Al het inkomen boven 120% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm (exclusief vakantietoeslag) wordt als draagkracht aangemerkt. Wanneer iemand inkomsten heeft inclusief vakantietoeslag wordt bij de draagkrachtberekening ook uitgegaan van de bijstandsnorm inclusief vakantietoeslag.

Bij de draagkrachtberekening wordt de eigen bijdrage kinderopvang op de draagkracht in mindering gebracht.

Inkomsten uit een vrijwilligersvergoeding worden niet meegenomen bij het vaststellen van de draagkracht. Ook de vrijlating inkomsten wordt niet meegenomen in de draagkrachtberekening.

 

Bij wisselende inkomsten wordt de draagkracht vastgesteld aan de hand van het gemiddelde van de inkomsten van de 6 maanden voorafgaand aan de aanvraag.

 

Als de kosten hoger zijn dan de draagkracht dan komt het meerdere voor bijzondere bijstand in aanmerking. Dus als bijvoorbeeld de draagkracht per maand € 20,- is en de kosten bedragen per maand € 30,- dan bestaat er recht op € 10,- per maand bijzondere bijstand voor periodieke kosten. Als het om incidentele kosten gaat dan wordt de draagkracht per jaar bepaald en als de kosten hoger zijn dan wordt voor het verschil bijzondere bijstand toegekend.

 

Periodieke bijstand wordt voor maximaal drie jaar toegekend voor bijstandsgerechtigden, pensioengerechtigden, WAO- en Wajongers. Indien de aanvrager buiten deze doelgroepen valt dan wordt de draagkracht jaarlijks vastgesteld.

 

Op de algemene regel van 120% bestaan enkele uitzonderingen voor bepaalde kostensoorten. Dit wordt per kostensoort aangegeven en betreft bijvoorbeeld:

  • -

    Beschermingsbewind, curatele en mentorschap (inclusief griffiekosten en opstart-kosten)

  • -

    Woonkostentoeslag

  • -

    Bijzondere bijstand voor levensonderhoud

  • -

    Eigen bijdrage kinderopvang.

 

Draagkracht in inkomen en verblijf in een instelling

 

Voor mensen die verblijven in een instelling (zie Hoofdstuk 8) en een ander inkomen hebben wordt voor de draagkracht uitgegaan van de zak & kleedgeldnorm plus toeslag plus de daadwerkelijke eigen bijdrage voor wonen en leven. Dit inkomen is immers niet beschikbaar voor de bijzondere kosten. De norm zak& kleedgeld plus de eventuele verhoging is maximaal de reguliere bijstandsnorm voor de berekening van de draagkracht. De bijzondere bijstand in deze gevallen voor maximaal een jaar toekennen.

 

Draagkracht in vermogen

 

Het vermogen als bedoeld in artikel 34 Participatiewet wordt buiten beschouwing gelaten net zoals dat geldt voor algemene bijstand.

Uitzondering hierop is het beschermingsbewind, curatele en mentorschap (inclusief griffiekosten en opstart-kosten). Hierbij wordt al het vermogen dat meer bedraagt dan de toepasselijke bijstandsnorm zonder vakantietoeslag van een maand als draagkracht meegenomen.

De vrijlating van de waarde van een auto bedraagt € 5.000,-. Om de waarde te bepalen wordt verwezen naar de website van de ANWB.

Zie verder Hoofdstuk 10 wat onder vermogen valt.

 

Inkomen minderjarig kind

 

Wordt er voor een minderjarig kind bijzondere bijstand aangevraagd? En heeft dit minderjarig kind inkomsten uit arbeid? Dan wordt geen rekening gehouden met dit inkomen voor het recht of hoogte van de bijzondere bijstand.

 

Ingangsdatum

 

Volgens vaste jurisprudentie van de CRvB vloeit uit artikel 44 lid 1 Participatiewet voort dat in beginsel geen plaats is voor bijstandsverlening voor kosten die zijn gemaakt voor de meldingsdatum. De meldingsdatum is de datum waarop een klant zich bij de gemeente heeft gemeld en heeft aangegeven dat hij bijzondere bijstand wil aanvragen. Er wordt dan een aanvraagformulier toegezonden. Het aanvraagformulier is ook te downloaden via de site van de gemeente en ook diverse instanties hebben lege aanvraagformulieren die klanten kunnen gebruiken. In die situaties is er vaak geen meldingsdatum, maar alleen een datum waarop de aanvraag is ontvangen door de gemeente.

 

Incidentele kosten

Er kan nog bijstand worden verleend voor incidentele kosten die zijn gemaakt tot zes maanden voor de datum melding.

 

Periodieke kosten

Voor periodieke kosten geldt niet dat zij met terugwerkende kracht vergoed kunnen worden. De eerste vergoeding vindt plaats vanaf de eerste dag van de maand waarin de aanvraag voor bijzondere bijstand is gedaan.

Uitzondering hierop is de bijstand voor de kosten van het salaris van een bewindvoerder, curator of mentor. Bijstand voor deze kosten kan tot 3 maanden na de beschikking van de rechtbank worden aangevraagd.

 

Belanghebbende heeft een aantoonplicht en zal bewijsstukken van de gemaakte kosten moeten inleveren. Dit kan bijvoorbeeld door middel van kopieën van nota’s. Bij elke kostensoort zal apart worden aangegeven welke bewijsstukken ingediend moeten worden als dit afwijkt van de algemene regeling.

 

Overgangsrecht

 

Deze beleidsregels gaan in op 1 april 2016. Alle aanvragen die na deze datum zijn ingediend zullen met inachtneming van deze beleidsregels worden behandeld. Mensen die een beschikking hebben gekregen die voor deze datum ligt en die een toekenning hebben gehad voor een langere periode die de datum van 1 april 2016 voorbij gaat, krijgen geen nieuw besluit maar blijven vallen onder de oude regeling. De termijn die in de beschikking genoemd zal worden blijven gelden. Als daarna weer een nieuwe aanvraag wordt gedaan dan gelden de nieuwe beleidsregels. Dus beschikkingen die toekenningen bevatten voor langere periode blijven van toepassing.

Aanvragen die zijn ingediend voor 1 april 2016 worden op grond van de oude regels afgehandeld.

Alleen in die situaties waarin de nieuwe beleidsregels in het voordeel van de cliënt uitwerken, maar betrokkene wel onder het overgangsrecht valt, worden deze aanvragen wel in het voordeel van de cliënt afgehandeld.

 

Bewijsstukken

 

Er is onderscheid te maken tussen cliënten die een bijstandsuitkering ontvangen en cliënten die geen bijstandsuitkering ontvangen.

Voor cliënten met een bijstandsuitkering gelden de volgende regels met betrekking tot de bewijsstukken:

  • -

    Bewijs van de kosten waarvoor bijzondere bijstand gevraagd wordt.

 

Voor cliënten die geen uitkering ontvangen geldt dat zij in ieder geval de volgende bewijsstukken bij de aanvragen dienen te voegen:

  • -

    Bankafschriften (van de betaal- en spaarrekening) van drie maanden voorafgaand aan de aanvraag.

  • -

    Een opgave van de maandelijkse inkomsten.

  • -

    Bewijs van de kosten waarvoor bijzondere bijstand wordt gevraagd. Een offerte of een nota.

     

Is voor cliënten die geen bijstandsuitkering ontvangen de draagkracht in de betreffende periode al vastgesteld, dan is het aanleveren van een bewijs van de kosten waarvoor bijzondere bijstand wordt aangevraagd in beginsel voldoende.

 

BABY UITZET

 

 

Algemeen

 

Alle benodigdheden die noodzakelijk zijn voor de komst van een baby. Hieronder vallen niet de inrichting van de babykamer, zoals het bed, matras en commode.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Vergoeding via bijzondere bijstand is in beginsel niet mogelijk. De kosten van een babyuitzet behoren tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Deze kunnen worden voldaan uit een inkomen ter hoogte van de toepasselijke uitkering algemene bijstand, door middel van reservering, dan wel gespreide betaling achteraf. In uitzonderingssituatie kan er sprake zijn van bijzondere omstandigheden. Dit is het geval wanneer reserveringsruimte langdurig ontbreekt. In dat geval kan bijzondere bijstand om niet verstrekt worden voor de kosten van kleding en verzorging.

Wanneer een alleenstaande (ouder) de vergoeding aanvraagt moet ook worden bekeken of de vader van het kind kan bijdragen in de kosten.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Gemeentelijke kredietbank

 

Bewijsstukken

 

N.v.t.

 

Bijzonderheden

 

Indien er sprake van bijzondere omstandigheden waardoor er toch bijzondere bijstand verleend wordt, dan wordt de hoogte van de bijzondere bijstand bepaald aan de hand van de NIBUD-norm voor het basispakket voor een baby-uitzet, hierop wordt het bedrag van de babykamer in mindering gebracht. Voor de kosten van de babykamer kan bijzondere bijstand in de vorm van een geldlening worden verstrekt.

 

BELASTINGAANSLAG

 

 

Er kan bijstand voor een belastingaanslag worden verleend wanneer:

  • -

    Iemand bruto inkomsten heeft die zijn gekort op de uitkering en zijn inkomen door die belastingaanslag in dat jaar onder de bijstandsnorm komt.

  • -

    Ten onrechte heffingskortingen heeft ontvangen en deze zijn gekort op de uitkering.

  • -

    Bij Bbz wanneer door de om-niet-verklaring achteraf het inkomen boven de toeslagnorm komt waardoor cliënt een terugvordering huur-en/of zorgtoeslag krijgt.

 

Vergoeding bijstand

 

Voor deze belastingaanslag kan bijstand worden verstrekt.

 

Voorliggende voorziening

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

De belastingaanslag.

 

Bijzonderheden

 

Het gaat hier om algemene bijstand. Cliënt moet over de periode van de belastingaanslag een uitkering van de gemeente hebben ontvangen.

 

BEGRAFENIS EN CREMATIEKOSTEN

 

 

Alle kosten die verband houden met de begrafenis of crematie van een overledene, voor zover deze kosten noodzakelijk zijn.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijzondere bijstand voor deze kosten is mogelijk. De kosten van een begrafenis of crematie behoren tot de passiva (schulden) van de nalatenschap en komen voor rekening van de erfgenamen. Deze kunnen ieder voor zich en op persoonlijke titel bijzondere bijstand aanvragen, voor zover hun erfdeel niet toereikend is en het hen aan middelen ontbreekt om hun aandeel in deze kosten te kunnen voldoen.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Uitvaart-, levens- of ongevallenverzekering of de nalatenschap van de overledene.

 

Bewijsstukken

 

Nota’s.

 

Bijzonderheden

 

Er zijn richtbedragen vastgesteld: € 5.000,- voor een begrafenis en € 3.000,- voor een crematie. Indien de kosten onder de maximale vergoeding vallen dan wordt er een onderzoek naar de nota verricht en alleen dat bedrag toegekend voor de kosten die daadwerkelijk gemaakt zijn. Indien deze richtbedragen worden overschreden dan dient te worden nagegaan in hoeverre de extra kosten reëel zijn.

 

BEWASSINGSKOSTEN/SLIJTAGE

 

 

De extra kosten voor het wassen van kleding en beddengoed bij een bepaalde ziekte of handicap. Meegerekend zijn de kosten voor elektriciteit, water, waspoeder en afschrijving en onderhoud van de wasmachine. Slijtagekosten zijn de extra kosten die ontstaan door het extra wassen van de kleding.

 

Volgens een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 23 mei 2012 (LJN: BW7543) is er ook sprake van meerkosten van bewassing die voortvloeien uit bijzondere omstandigheden wanneer iemand in een verzorgingshuis/verpleeghuis woont en niet in staat is of de was te doen en ook geen beroep kan doen op familieleden. Wanneer het verzorgingstehuis dan kosten in rekening brengt voor het doen van de was moet voor de meerkosten (2 wassen per week, 1 x 90 graden en 1 x 40 graden/Nibud-norm) bijstand worden verleend (mits er geen sprake is van draagkracht).

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijzondere bijstand is mogelijk voor de extra kosten van de was. Ook voor slijtagekosten is bijzondere bijstand mogelijk na een onafhankelijk medisch advies.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Een onafhankelijk medisch advies van bijvoorbeeld de MO-zaak (m.u.v. verzorgingshuis/verpleeghuis).

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

BESCHERMINGSBEWIND, CURATELE EN MENTORSCHAP

 

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Er kan bijzondere bijstand worden verleend voor de kosten van beschermingsbewind, curatele en mentorschap indien de tarieven zijn goedgekeurd door de rechter. Dit kan door dit te benoemen in de uitspraak van de onderbewindstelling/curatele/mentorschap of door een machtiging of goedkeuring.

De noodzaak van de kosten van beschermingsbewind, curatele en mentorschap moet worden aangenomen als de rechter een bewindvoerder, curator of mentor heeft benoemd.

 

PGB beheer

 

Er is geen bijzondere bijstand mogelijk voor de kosten van PGB beheer. Deze kosten zijn het gevolg van de eigen keuze voor hulp in natura of een PGB. Om die reden kunnen deze kosten niet afgewenteld worden op de bijstand. Dit blijkt ook uit jurisprudentie van de CRvB.

 

WSNP bewindvoerder

 

Ook is er geen bijzondere bijstand mogelijk voor het salaris van een WSNP-bewindvoerder. Deze kosten kunnen zich voor de bijstand namelijk niet voordoen, omdat het gedeelte dat niet uit de boedel betaald kan worden, niet in rekening gebracht mag worden bij de schuldenaar.

 

Bijzonderheden

 

100% van het inkomen boven de bijstandsnorm wordt als draagkracht aangemerkt.

Daarbij wordt niet het vermogen uit artikel 34 lid 3 Participatiewet vrijgelaten, maar slechts eenmaal een bedrag ter hoogte van de toepasselijke bijstandsnorm zonder vakantietoeslag.

De vrijlating van de waarde van een eigen auto tot en met €5.000,- is hier wel van toepassing.

 

Bewijsstukken

 

  • -

    Nota’s van de bewindvoerder, mentor of curator

  • -

    Beschikking van de kantonrechter

  • -

    Bij afwijkende/hogere tarieven: beschikking of machtiging van de rechtbank waarin de afwijkende tarieven staan

     

Ingangsdatum kosten

 

Maandelijkse kosten voor beschermingsbewind, curatele en mentorschap zijn periodieke kosten. Volgens de wet kan bijstand worden toegekend vanaf de datum van melding. Voor periodieke bijzondere bijstand wordt de bijstand in principe toegekend vanaf de eerste van de maand waarin is aangevraagd. Dit geldt ook voor deze kosten. Hierop wordt één uitzondering gemaakt. Dat is voor de eerste aanvraag nadat de bewindvoerder, curator of mentor door de rechtbank is benoemd. In die situatie wordt een periode van drie maanden na de benoeming gehanteerd.

 

DIEETKOSTEN

 

 

Het gaat om de meerkosten die ontstaan door het volgen van een medisch noodzakelijk dieet. Er dient sprake te zijn van meerkosten ten opzichte van normale voeding. Het feit dat een dieet door een diëtiste is opgesteld maakt nog niet dat een dieet medisch noodzakelijk is.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijzondere bijstand kan worden verstrekt voor de meerkosten.

 

Voorliggende voorziening

 

Als het gaat om dieetpreparaten is de zorgverzekering een voorliggende voorziening.

 

Bewijsstukken

 

Verklaring van een arts.

 

Bijzonderheden

 

Extra kosten voor het dieet kunnen vergoed worden na een verklaring van een arts of een onafhankelijk medisch advies, zoals bijvoorbeeld de MO-zaak. Alleen de meerkosten komen voor vergoeding in aanmerking. Bij een diabetes/zoutarm/vetarm dieet is er geen sprake van meerkosten. Dit is een dieet dat iedereen geacht wordt te volgen om gezond te blijven. De hoogte van de bijzondere bijstand wordt bepaald aan de hand van de richtprijzen voor de meerkosten van dieetvoeding die opgenomen zijn in de NIBUD prijzengids.

 

DUURZAME GEBRUIKSGOEDEREN

 

 

De algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan dienen in beginsel te worden bestreden uit de eigen middelen (bijstandsuitkering en het aanwezige vermogen). Dit geldt ook voor de noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen, zoals wasmachine, meubels, inrichtingskosten. Men wordt geacht hiervoor te sparen of een lening af te sluiten.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijstand voor duurzame gebruiksgoederen wordt in de vorm van een lening verstrekt.

 

  • Verzoeken om een geldlening kennen de volgende toetsstenen:

  • -

    behoren de kosten van het duurzame gebruiksgoed tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan;

  • -

    is de aanschaf van het goed noodzakelijk;

  • -

    past de hoogte van de geldlening bij het benodigde bedrag;

  • -

    de voorzienbaarheid van de uitgave en daarmee samenhangend de reserveringsmogelijkheden (bijvoorbeeld: wanneer iemand een wasmachine heeft van 10 jaar oud is het voorzienbaar dat deze moet worden vervangen);

  • -

    het betoonde besef van verantwoordelijkheid voor de eigen bestaansvoorziening;

  • -

    bestaat er een recht op de langdurigheidstoeslag.

Het feit dat iemand schulden heeft is geen bijzondere omstandigheid waardoor alsnog bijstand kan worden verleend voor duurzame gebruiksgoederen.

 

Voor iemand die in de WSNP zit geldt dat de vergoeding om niet wordt verstrekt omdat iemand die in de WSNP zit geen nieuwe schulden mag maken, maar dan wordt slechts de helft van het normbedrag verstrekt.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Bijstandsaanvragen voor bovengenoemde kosten dan wel aanvragen om geldleningen dienen in beginsel te worden doorverwezen naar GKB of een commerciële bank. Indien vooraf duidelijk is dat de GKB geen lening zal verstrekken hoeft geen verwijzing plaats te vinden. Bijstand in de vorm van een renteloze geldlening voor noodzakelijke duurzame gebruiksgoederen is mogelijk ingeval de GKB niet in een lening kan voorzien. Dit moet blijken uit een brief van de GKB, waarin de reden van de afwijzing staat vermeld.

 

Bewijsstukken

 

Nota’s.

 

Bijzonderheden

 

Er wordt uitgegaan van 100% draagkracht.

 

Het aflossingsbedrag wordt vastgesteld op 10% van de toepasselijke bijstandsnorm. Wel moet rekening worden gehouden met de beslagvrije voet.

 

Normenlijst woninginrichting (het betreft maximale bedragen)

 

Leefsituatie

100%

75%

50%

25%

Alleenstaande kamerbewoner

€1.000,-

€750,-

€500,-

€250,-

Alleenstaande zelfstandig wonend

€3.648,-

€2.726,-

€1.824,-

€912,-

Gezin 2 personen

€4.270,-

€3.203,-

€2.135,-

€1.068,-

Gezin 3 personen

€4.742,-

€3.557,-

€2.371,-

€1.186,-

Gezin 4 personen

€5.349,-

€4.012,-

€2.675,-

€1.338,-

Gezin 5 personen

€5.821,-

€4.366,-

€2.911,-

€1.456,-

Gezin 6 personen

€6.380,-

€4.785,-

€3.190,-

€1.595,-

Vanaf 7e persoon extra p.p.

€500,-

€375,-

€250,-

€125,-

De percentages zijn als volgt verdeeld. Indien een nieuwe woning moet worden betrokken en men heeft niet de beschikking over eigen inboedel, wordt uitgegaan van 100%, dit zal veelal het geval zijn bij vluchtelingen. De 50% en 75% wordt gebruikt in geval van beëindiging van de samenwoning. Uitgangspunt is dat de boedel wordt verdeeld en dat men over een deel van de boedel kan beschikken indien men een andere woning moet betrekken.

De 75% norm geldt indien de afhankelijke partij in een andere woning moet gaan wonen.

De 50% norm wordt gebruikt indien de afhankelijke partij in de huidige woning blijft (en de helft van het meubilair opnieuw moet worden aangeschaft).

De 25% norm wordt gebruikt wanneer alleen een vergoeding voor stoffering noodzakelijk is (vloerbedekking/gordijnen). De bijstand voor stoffering wordt om niet verstrekt.

Alle bovengenoemde bedragen zijn maximum bedragen. Indien hiervan wordt afgeweken, dient dit gemotiveerd te worden aangegeven.

Personen die in de WSNP zijn opgenomen hebben in principe recht op maximaal 50 % van bovengenoemde bedragen. Alleen voor de kosten van de stoffering blijft de vergoeding 100% van de genoemde bedragen, te verstrekken als bijstand om niet. In overleg met het team schuldhulp kan er in sommige gevallen bijstand in de vorm van een geldlening worden verleend. Dit kan b.v. als de Rechter-commissaris hiervoor toestemming geeft.

 

N.B. bij kamerbewoning kan normaal gesproken gebruik worden gemaakt van gezamenlijke voorzieningen zoals wasmachine en keuken. Heeft een kamerbewoner daadwerkelijk witgoed nodig (verifiëren) dan kan een hoger bedrag worden verstrekt. Tot maximaal € 500,- extra.

 

EIGEN BIJDRAGE WMO/WLZ

 

 

Algemeen

 

Het gaat om de eigen bijdrage die het CAK oplegt voor voorzieningen die zijn verstrekt op basis van de WMO en/of de WLZ.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

De minimale eigen bijdrage komt voor vergoeding in aanmerking.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Indien er gebruik gemaakt wordt van de Collectieve Zorgverzekering voor Minima dan is dit een voorliggende voorziening.

 

Bewijsstukken

 

Nota bij aanvraag.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

ENERGIEKOSTEN

 

 

Algemeen

 

De kosten van extra energieverbruik behoren, indien de medische noodzaak is aangetoond, tot de bijzondere noodzakelijke kosten van het bestaan. Een hogere temperatuur dan de normtemperatuur is slechts bij een zeer beperkt aantal (zeldzame) ziektebeelden noodzakelijk. Bij veel voorkomende gezondheidsproblemen als hartaandoeningen, CARA, vaat- en gewrichtsproblemen bestaat geen medische noodzaak voor een verhoogde temperatuur in enige ruimte.

 

Bij (zeldzame) temperatuurregulatiestoornissen (stoornis in de functie van bepaalde centra in de hersenen) of stofwisselingsstoornissen kunnen extra stookkosten soms wel geïndiceerd zijn. Ook personen die zichzelf niet kunnen voortbewegen c.q. geen spieractiviteit hebben kunnen een hogere omgevingstemperatuur nodig hebben (bijv. bij MS, ALS, paralyses e.d).

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

De MO-zaak geeft het extra verbruik aan de hand van de Nibud-normen. Aan de hand van dit meerverbruik en de prijs voor een m3 gas (te verkrijgen bij de energieleverancier) kunnen de meerkosten worden bepaald. De bijstand wordt voor de duur van één jaar vastgesteld. Bij elk heronderzoek dient de hoogte van het bedrag opnieuw te worden bepaald. Het MO-advies geeft de duur van de noodzaak aan en de termijn waarop eventueel de noodzaak opnieuw dient te worden vastgesteld.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Advies van de MO-zaak.

 

Bijzonderheden

 

Geen.

 

KINDEROPVANG

 

 

Het gaat om de kosten van kinderopvang wanneer er sprake is van een studerenden en werkenden met een laag inkomen.

 

Studerenden/werkenden

 

Alleenstaande ouders die studeren of een laag inkomen hebben kunnen in aanmerking komen voor bijstand voor de eigen bijdrage kinderopvang.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Wet kinderopvang/Belastingdienst.

 

Bewijsstukken

 

Nota bij aanvraag.

 

Bijzonderheden

 

Bij de berekening van de draagkracht wordt al het inkomen boven de bijstandsnorm als draagkracht aangemerkt.

 

Bij de berekening van de vergoeding wordt uitgegaan van de maximum tarieven die de Belastingdienst vergoed.

 

Het kind wordt geplaatst in een kinderdagverblijf, buitenschoolse opvang of gastouderopvang via een gastouderbureau. De ouder is vrij in de keuze van de vorm van de kinderopvang en van de locatie. De enige voorwaarde is dat de exploitant is opgenomen in het landelijk register kinderopvang.

 

Kinderopvang en Peuterspeelzaal kunnen niet tegelijkertijd worden vergoed.

 

KOSTEN VERHUIZING

 

 

Het gaat om de kosten van een medisch of sociaal noodzakelijke verhuizing die onvoorzienbaar was. Het gaat om de kosten van de verhuizing en niet om inrichtingskosten. Als het gaat om inrichtingskosten dan verwijzen we naar het beleid omtrent duurzame gebruiksgoederen. Wanneer iemand verhuist naar een woning beneden de huurtoeslaggrens kan bijstand voor de verhuiskosten worden toegekend.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijzondere bijstand voor de kosten van een verhuizing is mogelijk. De bijzondere bijstand wordt om niet verstrekt. Er dient sprake te zijn van een plotselinge noodzaak.

Uitgegaan wordt van de goedkoopste oplossing.

 

Voorliggende voorzieningen

 

De verhuiskostenvergoeding op basis van de Wet maatschappelijke ondersteuning.

 

Bewijsstukken

 

Nota’s van de verhuizing.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

KRAAMHULP

 

 

Het gaat hierbij om de eigen bijdrage voor de kraamhulp.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Vergoeding via bijzondere bijstand is mogelijk.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Nota’s.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

LEGES VOOR AANVRAAG/VERLENGING VERBLIJFSVERGUNNING

 

 

Het gaat hierbij om de legeskosten van (de verlenging van) een verblijfsvergunning.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

De legeskosten van (verlenging van) een verblijfsvergunning behoren tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan die niet in aanmerking komen voor bijzondere bijstand. Voor deze kosten wordt men geacht te reserveren of een lening af te sluiten. Wanneer men niet in staat is geweest te reserveren voor deze kosten dan wel geen lening kan afsluiten, kan bijstand worden verstrekt (CRvB 24-01-2006, nr. 04/6902NABW).

 

De kosten van (verlenging van) een verblijfsvergunning voor erkende vluchtelingen, statenlozen, B-9 situaties en op medische gronden (en hun kinderen) behoren wel tot de uit bijzondere omstandigheden voortvloeiende noodzakelijke kosten van het bestaan waarvoor bijstand kan worden verleend. De bijstand kan worden verleend onder aftrek van de kosten van een identiteitskaart.

 

De kosten die gemaakt worden voor een vergunning tot verblijf bij de partner voor iemand die geen recht heeft op bijstand behoren ook niet tot de noodzakelijke kosten van bestaan van de partner.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Nota’s.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

MAALTIJDVOORZIENING

 

 

Het gaat hierbij om de meerkosten van het laten verzorgen en bezorgen van de maaltijd ten opzichte van het bereiden van de eigen maaltijd.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Vergoeding via bijzondere bijstand is mogelijk voor de meerkosten. Er dient een indicatie te zijn van een WMO-consulent of de MO-zaak.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Nota bij aanvraag.

 

Bijzonderheden

 

Voor de kosten van de maaltijdvoorziening wordt uitgegaan van een maximum bedrag van € 5,50. Hierop worden de kosten per zelfbereide warme maaltijd volgens het NIBUD in mindering gebracht. De bijstand wordt aan de hand van een gemiddeld berekend bedrag per maand betaald. (bedrag x aantal maaltijden per week x 52 : 12).

 

OVERBRUGGINGSTOESLAG

 

 

Voor belanghebbenden die eerst afhankelijk zijn geweest van zak- en kleedgeld, zoals bijvoorbeeld statushouders, zijn gewend om het geld te krijgen in de maand waarvoor het bedoeld is. (Dit is in de gemeente Emmen niet zo. Ook zak- en kleedgeldnorm wordt achteraf uitbetaald). De uitkering wordt altijd achteraf verstrekt en daarom is er een maand te overbruggen om te kunnen voorzien in levensonderhoud. Indien deze toeslag niet wordt verstrekt ontstaan betalingsachterstanden.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

De hoogte van de bijzondere bijstand bedraagt de van toepassing zijnde bijstandsnorm van 1 maand zonder vakantietoeslag. De bijstand wordt om niet verleend.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

N.v.t.

 

PERSONENALARMERING

 

 

Het gaat hierbij om de abonnementskosten voor het personenalarm. Het personenalarmeringskastje wordt vergoed via de zorgverzekeringswet.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Indien de noodzaak is vastgesteld door de zorgverzekering kan er een vergoeding worden verstrekt voor de abonnementskosten.

 

Voorliggende voorzieningen

 

De zorgverzekeringswet.

 

Bewijsstukken

 

Nota bij aanvraag.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

PEUTERSPEELZAAL

 

 

Het gaat om de kosten van de eigen bijdrage voor de peuterspeelzaal.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Bijzondere bijstand voor deze kosten is mogelijk voor maximaal 2 dagdelen per week.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Geen.

 

Bewijsstukken

 

Nota bij aanvraag.

 

Bijzonderheden

 

Kinderopvang en Peuterspeelzaal kunnen niet tegelijkertijd worden vergoed.

 

PROTHESE BH/-BADPAK

 

 

Kleding hoort tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan waar in beginsel geen bijzondere bijstand voor wordt vergoed. In sommige gevallen bestaat er een noodzaak voor een prothese BH of een prothese badpak.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

De meerkosten worden vergoed onder aftrek van de normale kosten voor een BH of badpak. Voor deze kosten wordt verwezen naar de NIBUD-normen.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

Nota.

 

Bijzonderheden

 

Er kan per jaar maximaal twee keer een vergoeding worden verstrekt voor een prothese BH en voor een badpak 1 keer per 5 jaar. De NIBUD-normen verschillen per maat. Niet hoeft te worden gevraagd om welke maat prothese-BH het gaat. De kosten voor de grootste maat worden vergoed.

 

RECHTSHULP EN GRIFFIERECHTEN

 

 

De eigen bijdrage voor de rechtshulp en de griffierechten.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Vergoeding via bijzondere bijstand is mogelijk mits er sprake is van een toevoeging van de Raad voor de Rechtsbijstand en een diagnosedocument van het juridisch loket. Als er geen toevoeging is dan moet de noodzaak worden onderzocht.

 

Voorliggende voorzieningen

 

De Wet griffierechten in burgerlijke zaken (Wgbz) als het gaat om de mogelijkheid van in-debet-stelling.

Sinds 1 juli 2011 is het mogelijk voor alle zaken korting te krijgen op de eigen bijdrage rechtsbijstand wanneer iemand, voordat hij naar een advocaat of mediator gaat, zich eerst meldt bij het Juridisch loket.

Wanneer zij niet kunnen helpen kunnen zij doorverwijzen naar een advocaat of mediator met een diagnosedocument.

Wanneer iemand niet eerst bij het juridisch loket langsgaat en daarom geen korting heeft gekregen op de eigen bijdrage rechtsbijstand wordt wel rekening gehouden met deze korting.

 

N.B. Wanneer iemand binnen 6 maanden opnieuw een toewijzing nodig heeft is de eigen bijdrage lager.

 

Wanneer de belanghebbende de proceskosten en griffierechten vergoed krijgt na de uitspraak van de rechtbank moet de verstrekte bijstand voor deze kosten worden terugbetaald.

 

Bewijsstukken

 

Nota advocaat/mediator.

De toevoeging en het diagnosedocument van het Juridisch Loket.

 

Bijzonderheden

 

Een diagnosedocument is niet nodig bij:

  • -

    Een strafzaak

  • -

    Een asielzaak

  • -

    Bestuurlijke sanctie

 

Geen korting bij:

  • -

    Lichte advies toevoeging

  • -

    Mediation toevoeging

Reden hiervoor is dat er al een lagere eigen bijdrage wordt gevraagd

 

In bijzondere omstandigheden heeft men geen diagnosedocument nodig om de korting te krijgen:

  • -

    Als men op korte termijn wordt gedagvaard en er geen tijd meer is om contact op te nemen met het Juridisch Loket (gaat niet op als men de dagvaarding te lang heeft laten liggen)

  • -

    Bij beperkte mobiliteit, Bijvoorbeeld als men door ernstige redenen aan het bed is gekluisterd.

 

 

REISKOSTEN

 

 

Er kunnen reiskosten bestaan voor rechtbankbezoek, school voor kinderen, ziekenhuisbezoeken en bijvoorbeeld bezoek aan familieleden. Reiskosten behoren in beginsel tot de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan.

 

Vergoeding bijzondere bijstand

 

Rechtbankbezoeken

Er is bijzondere bijstand mogelijk voor reiskosten naar de rechtbank. Rechtbankbezoeken zijn geen regelmatig terugkerende bezoeken en kunnen daarom bijzondere noodzakelijke kosten zijn.

 

Detentie

Voor het bezoek van partner en kinderen die in detentie verblijven, kan bijstand worden verstrekt voor de reiskosten. Er wordt uitgegaan van maximaal 1 bezoek per twee weken. Bij meerderjarige kinderen wordt de noodzaak en de frequentie individueel vastgesteld. De bijstand wordt uitbetaald na overlegging bewijsstukken.

 

Reiskosten voor schoolgaande kinderen

Kinderen die nog geen 18 jaar zijn en die na het voortgezet onderwijs een vervolgopleiding volgen die niet in de eigen gemeente kan worden gevolgd hebben geen recht op een OV-studentenkaart. De WTOS is een voorliggende voorziening maar niet in alle gevallen toereikend om aan te spreken voor reiskosten. Daarom kan hier wel bijzondere bijstand worden verstrekt voor de daadwerkelijk gemaakte kosten.

Reiskosten voor kinderen jonger dan 18 jaar kunnen worden vergoed op voorwaarde dat:

  • -

    er gekozen is voor de dichtstbijzijnde locatie;

  • -

    er uit ’s-Rijks kas bekostigd onderwijs wordt gevolgd.

De kosten worden vergoed tot de eerste dag van het kwartaal nadat het kind 18 jaar is geworden.

 

Reiskosten omgangsregeling minderjarige kinderen in pleeggezin of gezinsvervangend tehuis

Er kan bijstand worden verstrekt voor reiskosten voor het bezoek aan minderjarige kinderen die in een pleeggezin of gezinsvervangend tehuis wonen. Daarbij wordt uitgegaan van de door Jeugdzorg vastgestelde bezoekfrequentie. De reiskosten worden vergoed na indiening van een periodiek overzicht/verklaring van Jeugdzorg met de bezoekdata aan het kind/de kinderen.

 

Ziekenhuisbezoeken

Er kan bijstand worden verstrekt voor reiskosten wanneer partner en/of kinderen in het ziekenhuis zijn opgenomen. Daarbij wordt uitgegaan van maximaal 1 bezoek per dag.

 

Bezoeken specialist

De zorgverzekeringswet is een voorliggende voorziening voor reiskosten naar bijvoorbeeld een specialist. Wanneer deze kosten niet worden vergoed door de zorgverzekering kan hier ook geen bijstand voor worden verleend.

 

Bewijsstukken

 

Bewijs dat het bezoek heeft plaatsgevonden of gaat plaatsvinden. Er kan tot een jaar nadat de kosten zijn gemaakt een bewijs worden gevraagd van de gemaakte kosten. Dit gebeurt steekproefsgewijs.

 

Bijzonderheden

 

Er wordt uitgegaan van de goedkoopst mogelijke oplossing. Iemand mag wel met de eigen auto reizen, maar wanneer het openbaar vervoer goedkoper is wordt een bedrag ter hoogte van de kosten openbaar vervoer vergoed.

De vergoeding bedraagt de brandstofkostenvergoeding (volgens de site van de ANWB) voor het geval dat iemand per auto heeft gereisd.

 

Er wordt alleen bijstand voor reiskosten verstrekt wanneer iemand meer dan 10 kilometer (enkele reis) moet reizen.

 

 

TANDARTSKOSTEN

 

 

Het gaat hier om alle soorten tandartskosten.

 

Voorliggende voorzieningen

 

Gelet op de jurisprudentie van de CRvB geldt dat de Zorgverzekeringswet voor tandartskosten als een toereikende passende voorliggende voorziening en kan voor deze kosten geen bijzondere bijstand worden verstrekt behalve wanneer hier zeer dringende redenen voor zijn. Dringende redenen moeten blijken uit een advies van het adviesorgaan om de noodzaak te bepalen.

Op deze regel is een aantal uitzonderingen. Voor de volgende kosten wordt wel bijzondere bijstand verleend:

  • -

    consulten;

  • -

    vullingen;

  • -

    trekken van tanden en kiezen;

  • -

    eigen bijdrage kunstgebit.

 

Bewijsstukken

 

N.v.t.

 

Bijzonderheden

 

N.v.t.

 

 

TOESLAG JONGEREN 18 TOT 21 JAAR

 

 

Deze vorm van bijzondere bijstand is geregeld in de wet namelijk in artikel 12 van de Participatiewet. Daarin worden de voorwaarden gegeven van de mogelijkheid voor bijzondere bijstand voor deze doelgroep.

 

Voorliggende voorzieningen

 

N.v.t.

 

Bewijsstukken

 

N.v.t.

 

Bijzonderheden

 

Alvorens tot aanvullende bijstandsverlening over te gaan, dient eerst te worden nagegaan of de hogere bestaanskosten noodzakelijk zijn. Aangezien er in een thuiswonende situatie geen sprake kan zijn van hogere algemene bestaanskosten dan die waarin de basisnorm voorziet (zie hierboven), komt deze toets neer op het beantwoorden van de vraag of het zelfstandig wonen van de jongere noodzakelijk is.

Zelfstandige huisvesting is in ieder geval noodzakelijk als aan één van de voorwaarden wordt voldaan:

  • -

    de ouders van de belanghebbende zijn overleden of wonen in het buitenland (uitzondering: ouders die in een grensdorp in Duitsland wonen);

  • -

    de belanghebbende is buiten het gezinsverband van zijn ouder(s) geplaatst;

  • -

    de onderlinge relatie is dusdanig verstoord dat niet verwacht mag worden dat de jongere bij zijn ouders blijft/gaat wonen. Dit kan worden onderbouwd met een indicatiestelling vergelijkbaar met een indicatie tot uithuisplaatsing van maatschappelijk werk of GGZ;

  • -

    de belanghebbende heeft de zorg over een of meer kinderen.

Op grond van bijzondere omstandigheden kan van bovenstaande worden afgeweken.

De hoogte van de bijzondere bijstand wordt vastgesteld aan de hand van de bijstandsnorm van een 21 jarige in een vergelijkbare situatie. Voor de alleenstaande jongere tot 21 jaar betekent dit dat de algemene bijstandsnorm via de bijzondere bijstandsverlening maximaal wordt aangevuld tot de landelijke bijstandsnorm als bedoeld in artikel 21 PW.

 

Voorwaarden

 

Er wordt voor de bijstand wordt toegekend eerst contact opgenomen met de ouders.

 

SCHULDEN

 

 

Bureau Schuldhulp verleent bijstand voor schulden.

 

 

LIJST MET KOSTEN WAAR IN IEDER GEVAL GEEN BIJZONDERE BIJSTAND VOOR WORDT VERLEEND

 

 

  • -

    Alternatieve geneeswijzen

  • -

    Bril en lenzen

  • -

    (eigen bijdrage) gehoorapparaten en batterijen

  • -

    Medicijnkosten

  • -

    Orthopedische schoenen/extra stevige schoenen

  • -

    Psychotherapie

  • -

    Pedicure

  • -

    Fysiotherapie

  • -

    Medische fitness/therapiezwemmen

  • -

    Rechtsbijstand in het kader van gezinshereniging

  • -

    Reiskosten bezoek specialist

  • -

    Eigen bijdrage ziekenvervoer

  • -

    Wettelijk eigen risico

  • -

    Steunzolen

  • -

    Kosten salaris WSNP-bewindvoerder

  • -

    Tolken/Vertalen van documenten

 

Voor (para) medische kosten is de zorgverzekeringswet of de WLZ een toereikende en passende voorliggende voorziening. Wanneer deze bepaalde kosten niet vergoeden omdat zij niet noodzakelijk zijn kan voor deze kosten geen bijstand worden verstrekt.

Dit is alleen anders wanneer er zeer dringende redenen zijn, te weten een acute noodsituatie die op geen andere wijze kan worden opgelost dan door het verstrekken van bijstand.

 

Voor de kosten van de WSNP bewindvoerder is het Besluit subsidie bewindvoerder schuldsanering een voorliggende voorziening.

 

MINIMAREGELINGEN, INDIVIDUELE INKOMENSTOESLAG EN INDIVIDUELE STUDIETOESLAG

 

 

Collectieve zorgverzekering

 

Er bestaat recht op de collectieve zorgverzekering wanneer men op de dag van de aanvraag minimaal één jaar een inkomen heeft van maximaal 120% van de bijstandsnorm.

 

Webwinkel ‘Meedoen in Borger-Odoorn’

 

Omschrijving webwinkel

De webwinkel heeft als doel het vergroten van de maatschappelijke participatie van minima. Men mag zelf kiezen aan welke producten in de webwinkel het budget wordt besteed. Aanbieders kunnen adverteren op de website. Aanbieders kunnen diverse lokale ondernemers of bijvoorbeeld scholen en sportclubs.

De webwinkel bestaat uit twee voorzieningen. Een voorziening voor de jeugd en een voorziening voor volwassenen. Bij elke voorziening hoort een bepaald budget.

De doelgroep heeft in de webwinkel de vrijheid waaraan ze dit budget besteden. Dit kan dus bijvoorbeeld besteed worden aan een computer/laptop, de ouderbijdrage, de dierentuin, een fiets, kleding, een muziekinstrument en de contributie van de voetbalvereniging. Het budget is heel het kalenderjaar te besteden. Is het budget voor 31 december van dat jaar niet opgemaakt, dan vervalt het bedrag. Eén maand van tevoren wordt een herinneringsmail gestuurd. Vanaf 1 mei kunnen alle klanten gebruik maken van de webwinkel.

 

Hoogte budget webwinkel

Voor kinderen die naar de basisschool gaan is de jaarlijkse bijdrage € 350,- en voor jongeren die naar het voortgezet onderwijs gaan € 500,-.

Ook ouders van mbo’ers tot 18 jaar kunnen budget ter hoogte van € 500,- ter besteding in de webwinkel krijgen.

Volwassen hebben recht op een budget ter hoogte van € 250,- per jaar per gezinslid van 18 jaar en ouder.

 

Voorwaarden

  • -

    Men heeft op de aanvraagdatum een inkomen van maximaal 120% van de bijstandsnorm.

  • -

    Het vermogen als bedoeld in artikel 34 Participatiewet wordt buiten beschouwing gelaten net zoals dat geldt voor algemene bijstand.

  • -

    De vrijlating van de waarde van een auto bedraagt € 5.000,-.

  • -

    Het budget moet worden besteed in de webwinkel.

 

Bijzonderheden

Cliënten kunnen via www.berekenuwrechtplus.nl berekenen of ze mogelijk voldoen aan de criteria om in aanmerking te komen. Via deze link kunnen zij ook een aanvraag indienen. Hiervoor hebben zij wel een DigiD nodig. Mensen die geen e-mailadres of DigiD hebben kunnen via een baliemodule op bereken uw recht een aanvraag indienen. De aanvrager kan dan met behulp van zijn burgerservicenummer geholpen worden.

De Sociale Wijkteams van de gemeente Borger-Odoorn kunnen lichte ondersteuning bieden aan cliënten voor het indienen van een aanvraag. Indien uitgebreide ondersteuning gewenst is dan kan een beroep worden gedaan op de Welzijnsgroep Andes.

De aanvragen van cliënten, die een bijstandsuitkering van de gemeente Borger-Odoorn ontvangen, worden afgehandeld door de gemeente Emmen.

De aanvragen van cliënten, die geen bijstandsuitkering van de gemeente Borger-Odoorn ontvangen, worden afgehandeld door de gemeente Borger-Odoorn zelf, te weten de administratie sociale teams.

 

Vervallen regelingen

De huidige witgoedregeling, waarbij minima om de vijf jaar.

€ 500,- kunnen krijgen voor witgoed, komt te vervallen vanaf de definitieve inwerkingtreding van de webwinkel. Tot die tijd kunnen cliënten nog gewoon in aanmerking komen voor deze regeling.

Ook de extra bijstand 65+ voor cliënten die de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt komt te vervallen na de inwerkingtreding van de webwinkel.

Dit geldt eveneens voor de computervergoeding en het internetabonnement.

 

Overgangssituatie

Mensen die in de eerste drie maanden van dit jaar minimavoorziening(en) toegekend hebben gekregen, kunnen vanaf 1 mei 2016 ook budget ter besteding in de webwinkel aanvragen. Het toegekende bedrag wordt niet van het budget afgetrokken. Dit budget is geldig tot en met 31 december 2016.

 

Individuele inkomenstoeslag

 

Een persoon met een langdurig laag inkomen als bedoeld in artikel 36, eerste lid van de Participatiewet heeft recht op de Individuele Inkomenstoeslag als gedurende de referteperiode het in aanmerking te nemen inkomen niet hoger is dan 100% van de voor de aanvrager geldende bijstandsnorm.

 

Zie verder verordening Individuele inkomenstoeslag Gemeente Borger-Odoorn 2015. Klik hier voor de verordening.

 

Voorwaarden

 

Als een klant zicht heeft op inkomensverbetering is er geen recht op Individuele Inkomenstoeslag. Er moet individueel worden bekeken of iemand geen zicht heeft op inkomensverbetering. Hierbij neem je in ieder geval in aanmerking:

  • -

    De krachten en bekwaamheden van de aanvrager

  • -

    In hoeverre is de aanvrager lichamelijk, geestelijk of sociaal in staat om betaald werk te verrichten

  • -

    De inspanningen die de klant verricht om tot inkomensverbetering te komen

 

Wie komen er in ieder geval niet in aanmerking

  • -

    Burgers die een opleiding volgen en op de peildatum een opleiding volgen als bedoeld in de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten, dan wel een studie volgen als genoemd in de Wet Studiefinanciering.

  • -

    Een andere groep die geen recht op deze toeslag heeft, is de groep die bewust kiest voor een deeltijdbaan, maar wel het potentieel heeft om inkomensverbetering te realiseren.

 

Individuele studietoeslag

 

Zie verordening Individuele studietoeslag Gemeente Borger-Odoorn 2015. Klik hier voor de verordening.

 

ALGEMENE VOORWAARDEN MINIMAREGELINGEN

 

 

Voor alle regelingen geldt bovendien dat:

  • -

    iemand Nederlander of met een Nederlander gelijkgesteld moet zijn

  • -

    het vermogen lager is dan het vrij te laten vermogen zoals vermeld in artikel 34 van de Participatiewet

 

Naar boven