Gemeenteblad van Noordwijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2019, 91519 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Noordwijk | Gemeenteblad 2019, 91519 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent beeldschermbrillen Regeling Beeldschermbril gemeente Noordwijk 2019
Regeling beeldschermbril gemeente Noordwijk 2019
Artikel 2 In aanmerking beeldschermbril
De medewerker komt in aanmerking voor een beeldschermbril vanaf een leeftijd rond de 42 jaar en hij klachten heeft over het beeldschermwerk, die te wijten zijn aan een vorm van (ouderdoms)verziendheid. De beeldschermbril wordt in de regel eens per 3 jaar verstrekt. Als er sprake is van een tussentijdse wijziging van de sterkte van de glazen, dan kan ook binnen de periode van 3 jaar een aangepaste bril worden verstrekt.
Artikel 4 Voorwaarden verstrekken beeldschermbril
Om in aanmerking te komen voor het verstrekken van een beeldschermbril door de gemeente Noordwijk moet voldaan worden aan het volgende:
Aldus vastgesteld in de vergadering van 26 maart 2019. Het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk,
C. Hof
de secretaris
J.H.M. Hermans - Vloedbeld
de burgemeester
Met het stijgen van de leeftijd vermindert het accommodatievermogen van de ooglens. Het wordt steeds moeilijker om op korte afstand details scherp te zien. Na verloop van tijd komt er een moment waarbij een leesbril noodzakelijk is om goed te kunnen lezen (leesafstand +/- 35 cm). Dit probleem ontstaat zo rond het 40-45e levensjaar. Enige tijd na het in gebruik nemen van de eerste leesbril, kan er de behoefte ontstaan aan een aparte brilsterkte voor het werken aan het beeldscherm: de beeldschermbril (leesafstand +/- 60 cm). Dit is van toepassing als een medewerker meer dan 2 uur per dag beeldschermwerk verricht.
In het algemeen is het dus zo dat de medewerker die in aanmerking komt voor een beeld-schermbril, een medewerker van middelbare leeftijd is, die al een leesbril nodig heeft. Is een beeldschermbril noodzakelijk, dan moet de werkgever deze verstrekken.
De medewerker PnnO neemt voor de bestelling van de beeldschermbril de volgende afstanden op:
Afstand oog - andere toepassing voor een combinatie beeldscherm en baliewerk.
Er zijn 2 varianten met betrekking tot beeldschermbrillen:
Bij intensief beeldschermwerk heeft een monofocale bril voor een kijkafstand van circa 60 cm de voorkeur. In de meeste situaties zijn monofocale glazen voldoende en het meest geschikt. Monofocale glazen zijn vaak voldoende als men op 1 brandpuntafstand leest; bij voorbeeld als geen leesbril nodig is of als het leeswerk op dezelfde afstand is als het beeldscherm.
ad. 2 Monofocale brillen met extra leesbereik
In die situatie waarin men op 40 en 60 cm moet lezen en de gewone monofocale leesbril niet toereikend is. De monofocale bril met extra leesbereik biedt een leesbereik van 40 tot 90 cm en is met name geschikt voor bureauwerk (beeldschermwerk), werkzaamheden op armlengte (Cad-cam werkers) en baliewerk.
Soms wordt gevraagd om multifocale glazen. Dergelijke glazen bevatten naast een leeszone en een vertegedeelte een overgangszone zodat ook voor tussengelegen afstanden een deel van de bril bruikbaar is. Hierdoor is slechts een beperkt deel van het glas bruikbaar voor het kijken op het beeldscherm. Dit maakt dat tijdens het uitvoeren van beeldschermwerk het hoofd in een vaste stand moet worden gehouden, hetgeen ergonomisch niet aan te bevelen is omdat hierdoor nek- en schouderklachten ontstaan.
Als door bij voorbeeld een oogafwijking een beeldschermbril niet beschikbaar is, kan de medewerker een beroep doen op deze hardheidsclausule.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-91519.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.