Gemeenteblad van West Betuwe
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
West Betuwe | Gemeenteblad 2019, 85529 | Overige besluiten van algemene strekking |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
West Betuwe | Gemeenteblad 2019, 85529 | Overige besluiten van algemene strekking |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente West Betuwe houdende regels omtrent werktijden Werktijdenregeling Bedrijfvoeringsorganisatie West-Betuwe
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
De tijd waarin medewerkers op locatie werkzaamheden kunnen verrichten.
De tijd waarbinnen de werktijden van de medewerker ingepland kunnen worden, en wel van
maandag tot en met vrijdag tussen 7:00 uur tot 22:00 uur.
Het aantal uren dat de medewerker in een bepaalde periode arbeid heeft verricht.
De volgens de aanstelling vastgestelde omvang van het aantal uren dat de medewerker in een bepaalde periode arbeid moet verrichten.
De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, sub a van de CAR-UWO, alsmede uitzendkrachten, detacheringskrachten, stagiaires en personen die anderszins werkzaam zijn bij de werkgever.
Een periode van een onafgebroken aantal minuten waarop geen arbeid wordt verricht.
De regeling waarbij de medewerker afspraken maakt met zijn leidinggevende over de invulling van de
werktijden binnen het dagvenster (artikel 4:2 van de CAR-UWO).
De regeling waarbij de medewerker geen of geringe zeggenschap over zijn werktijden heeft. De
werktijden worden eenzijdig door het college vastgesteld (artikel 4:4 van de CAR-UWO).
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeenten Culemborg, Tiel en West-Betuwe en het bestuur van bedrijfvoeringsorganisatie West-Betuwe.
De periode tussen vastgestelde tijdstippen gedurende welke door de ambtenaar arbeid moet worden verricht.
De werktijdenregeling is van toepassing op alle medewerkers. De regeling bestaat uit een standaard- en een bijzondere regeling.
De standaardregeling geldt voor de medewerkers die zelf regelruimte hebben als het gaat om het bepalen van hun werktijden.
De bijzondere regeling is van toepassing op medewerkers waarvoor de individuele werktijden eenzijdig door de werkgever worden vastgesteld. De werkgever bepaalt welke functiegroep(en) onder de bijzondere regeling vallen. Deze functiegroep(en) en functies worden opgenomen in Bijlage A van deze regeling.
De formele arbeidsduur bedraagt bij een voltijd dienstverband gemiddeld 36 uur per week en ten hoogste 1821,6 uur per jaar.
Bij een deeltijd dienstverband is de formele arbeidsduur per week het aantal uren dat in de aanstelling is vermeld. De formele arbeidsduur per jaar wordt naar rato berekend. Dit geldt ook voor de medewerker die meer dan 36 uur per week werkt.
De feitelijke arbeidsduur kan afwijken van de formele arbeidsduur, met inachtneming van de artikelen uit hoofdstuk 4 van de CAR-UWO.
De werktijd bedraagt per dag maximaal 11 uren. De arbeidsduur bedraagt ten hoogste 50 uren per week.
De medewerker die tussen de 5,5 uur en 10 uur per dag werkt, dient ten minste een half uur pauze te nemen. De pauzetijd kan ineens of in 2 delen worden opgenomen.
Wanneer een medewerker meer dan 10 uur per dag werkt, heeft hij ten minste recht op 45 minuten pauze. De pauzetijd moet minimaal in 2 delen van minimaal een kwartier worden opgenomen.
De werkgever stelt voor iedere medewerker een standaard aantal werkdagen per week vast en wijst een standplaats aan. Het standaard aantal werkdagen per week en de standplaats vormen het uitgangspunt bij het bepalen van de vaste reiskostenvergoeding woon-werkverkeer. Als de medewerker hier op eigen initiatief incidenteel van afwijkt, leidt dit niet tot een afwijkende reiskostenvergoeding.
De bedrijfstijd kunnen per locatie verschillen. Deze locatie gebonden tijden zijn terug te vinden in Bijlage B van deze regeling.
De leidinggevende bepaalt in overleg met het team welke eisen gesteld worden als het gaat om aanwezigheid, bereikbaarheid en beschikbaarheid. De medewerkers maken onderling afspraken over de wijze waarop dit wordt ingevuld.
Bezoek aan een eerste- of tweedelijns zorgverlener (bijvoorbeeld een specialist, huisarts, tandarts of fysiotherapeut) vindt plaats in principe plaats in eigen tijd. In bijzondere situaties en in overleg met de HRM verantwoordelijke valt de tijd voor een medische afspraak onder werktijd.
Werkgever stelt medewerkers in de gelegenheid om tijdens de bedrijfstijden een zorgverlener te bezoeken tenzij dit strijdig is met het organisatiebelang. Medewerkers kunnen verlof opnemen of de niet gewerkte uren op een ander moment werken.
Bezoek aan een eerste- of tweedelijns zorgverlener zoals genoemd onder lid 1 zijn wel in de tijd van de werkgever als het een bedrijfsongeval betreft.
Als de medewerker in een kalenderjaar (12 maanden) op medische gronden meer dan vijf keer in een aaneengesloten periode van 12 maanden een bezoek moet brengen aan een zorgverlener zoals genoemd in lid 1, dan kunnen er door de leidinggevende maatwerkafspraken gemaakt worden over het opnemen van verlof dan wel het inhalen van de niet gewerkte uren.
De bezoeken van diensten en specialisten van de arbodienst die gepland zijn op een moment waarop de medewerker normaliter werkt, zijn wel in de tijd van de werkgever.
Artikel 7 Verplichte vrije dagen
De werkgever kan jaarlijks, in overleg met de ondernemingsraad, maximaal drie dagen als verplichte vrije dag (zgn. 'brugdagen') aanwijzen. Deze dagen worden in het begin van het jaar bekend gemaakt. De medewerker moet er voor zorgen dat hij over voldoende verlofuren beschikt om de hiervoor benodigde uren af te kunnen laten schrijven.
Medewerkers kunnen werkzaamheden verrichten binnen het dagvenster van maandag tot en met vrijdag tussen 7.00 en 22.00 uur.
Artikel 9 Bezetting en werkafspraken
De leidinggevende is, samen met de medewerkers binnen het team/afdeling, verantwoordelijk voor de bezetting.
Voorafgaand aan elk kalenderjaar worden basisafspraken gemaakt tussen de leidinggevende en de medewerker over de werktijden, verplicht aanwezigheid in verband met (werk)overleggen, het bijwonen van vergaderingen e.d., het verlof en de werkplanning binnen het dagvenster.
Uitgangspunt bij het maken van de basisafspraken over werktijden is een efficiënte en effectieve bedrijfsvoering, een goede procesgang van de werkzaamheden op de afdeling, bereikbaarheid voor interne en externe klanten en een optimale samenwerking op en tussen de afdelingen.
De afspraken moeten aan de volgende voorwaarden voldoen:
Medewerkers kunnen hun werktijden zelf bepalen binnen de regelruimte en binnen de gestelde randvoorwaarden.
Artikel 10 Buitendagvenstertoelage
Indien de medewerker buiten het dagvenster werkzaamheden moet verrichten, komt hij in aanmerking voor de buitendagvenstertoelage (artikel 3:12 van de CAR-UWO). Deze vergoeding bedraagt per gewerkt uur een percentage van het uurloon. De gewerkte uren buiten het dagvenster worden in tijd gecompenseerd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn leidinggevende.
De medewerker die een functie bekleedt waaraan een functieschaal 11 of hoger verbonden is heeft conform artikel 3:12 van de CAR-UWO geen recht op een buitendagvenstertoelage.
Artikel 11 Beschikbaarheidsdiensten
De medewerker die aangewezen is voor het verrichten van beschikbaarheidsdiensten ontvangt hiervoor een vergoeding op grond van artikel 3:13 van de CAR-UWO.
Indien de medewerker opgeroepen wordt tijdens deze beschikbaarheidsdienst en daadwerkelijk werkzaamheden verricht, binnen het dagvenster, heeft de medewerker recht op compensatie in tijd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn leidinggevende.
Indien de medewerker opgeroepen wordt tijdens zijn beschikbaarheidsdienst en werkzaamheden verricht buiten het dagvenster, komt hij in aanmerking voor de buitendagvenstertoelage. Deze toelage bedraagt per gewerkt uur een percentage van het uurloon. De gewerkte uren buiten het dagvenster worden in tijd gecompenseerd. De medewerker maakt hierover afspraken met zijn leidinggevende. De uren die buiten het dagvenster gewerkt worden kunnen niet omgezet worden in vakantieverlof.
De ambtenaar die een functie bekleedt met functieschaal 11 of hoger heeft geen recht op een buitendagvenstertoelage.
Artikel 12 Bijzondere regeling
De bijzondere regeling is van toepassing op de in bijlage A opgenomen functiegroep(en) en functies.
De leidinggevende stelt voor deze groep eenzijdig de individuele werktijden vast conform artikel 4:4 van de CAR-UWO.
Het college kan de in de bijlage A genoemde functies/functiegroep(en) wijzigen.
Medewerkers in de bijzondere regeling kunnen conform de bepalingen in de CAR-UWO aanspraak maken op de toelage onregelmatige dienst (artikel 3:11 van de CAR-UWO), danwel de beschikbaarheidstoelage (artikel 3:13 van de CAR-UWO) danwel de overwerkvergoeding (artikel 3:18 van de CAR-UWO).
Artikel 13 Onvoorziene gevallen
In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van Burgemeester en Wethouders gemeente West Betuwe, 19 februari 2019.
ing. H.W.C.G. Keereweer
waarnemend burgemeester gemeente West Betuwe
mevrouw P.U.L.M. Coesmans
gemeentesecretaris gemeente West Betuwe
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-85529.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.