Gemeenteblad van Zevenaar
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zevenaar | Gemeenteblad 2019, 69143 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Zevenaar | Gemeenteblad 2019, 69143 | Beleidsregels |
Geactualiseerde nota activerings- en afschrijvingsbeleid 2018
In de financiële verordening gemeente Zevenaar 2018, artikel 9, is opgenomen dat het beleid inzake activeren en afschrijven nader zal worden beschreven in de nota activerings- en afschrijvingsbeleid. Deze nota dient voor de nadere uitwerking van het beleid ten aanzien van deze aspecten. Op 31 januari 2018 is de nota activerings- en afschrijvingsbeleid 2018 door de raad vastgesteld.
Bij het opstellen van de begroting 2019 is geconstateerd dat door de vereenvoudigde en gecomprimeerde samenstelling van de afschrijvingstabel, behorend bij de nota activerings- en afschrijvingsbeleid 2018, onvoldoende aangesloten kan worden bij de situatie van de voormalige gemeente Zevenaar. Om dit te herstellen is de afschrijvingstabel van de nota activerings- en afschrijvingsbeleid 2018 geactualiseerd. Behoudens de geactualiseerde afschrijvingstabel, te vinden in bijlage 2 van deze nota, is de nota activerings- en afschrijvingsbeleid 2018 op enkele tekstuele wijzigingen na ongewijzigd gebleven.
1.2 Handelswijzen en uitgangspunten
Voor de gemeente Zevenaar worden de volgende uitgangspunten gehanteerd:
Bij voorstellen voor nieuwe investeringen (kredieten) worden naast de kosten van afschrijving ook de rentekosten voor financiering meegenomen. De rentekosten zijn gebaseerd op de gemiddelde rente van een BNG 20 jarige lineaire lening, zonder rente aanpassing. Het rentetarief wordt bepaald over de periode 1 januari tot 1 juli in het jaar waarin de begroting wordt opgesteld. Dit rentepercentage wordt afgerond op 0,5% naar boven.
De handelswijzen en uitgangspunten worden nader toegelicht in hoofdstuk 2 en 3.
Niet elke gemeentelijke uitgave is een investering. Een investering is een uitgave, waarvan het nut zich over meerdere jaren uitstrekt. Investering worden afgeschreven op basis van de verwachte economische levensduur. Een investering moet aan de volgende regels (van de BBV regelgeving) voldoen om te worden geactiveerd:
In de volgende paragrafen worden de verschillende aspecten nader ingevuld.
Het is niet praktisch om alle investeringen die in aanmerking komen om geactiveerd te worden ook daadwerkelijk te activeren. De commissie BBV doet de aanbeveling vanuit efficiency-oogpunt een minimale omvang voor het activeren van vaste activa te hanteren. Hiermee worden extra administratieve handelingen voorkomen. Investeringen welke niet worden geactiveerd, worden in één keer als last genomen in de exploitatie. Activa met een aanschafwaarde lager dan € 25.000 zullen ineens ten laste van de exploitatie worden gebracht.
Er bestaan verschillende methoden voor afschrijving. Het BBV laat de gemeenten vrij in de keuze van een methode. De meest voorkomende methoden bij gemeenten zijn:
Bij de lineaire afschrijvingsmethode wordt jaarlijks een vast percentage van de aanschafwaarde afgeschreven. Hierdoor daalt de boekwaarde van het actief jaarlijks met eenzelfde bedrag. De rentelastendalen bij toepassing van deze methode naarmate de jaren verstrijken, door de jaarlijkse afname van de boekwaarde van het actief.
Bij de annuïteitenmethode blijft de jaarlijkse kapitaallast (=afschrijving + rente) gelijk. De rentelast is gedurende een langere periode de grootste component van de kapitaallast en daalt in de loop van de gebruiksperiode steeds sneller, waardoor het gedeelte voor afschrijving omgekeerd evenredig stijgt.
De gemeente Zevenaar hanteert de lineaire methode. De belangrijkste argumenten hiervoor zijn het feit dat de afschrijving constant blijft, deze methode ten opzichte van de annuïtaire methode beter rekening houdt met de relatief sterke waardedaling in de eerste jaren van de gebruiksperiode en de stijgende onderhoudslasten bij veroudering.
Op grond van het voorzichtigheidsprincipe wordt ervan uitgegaan dat de restwaarde nihil is.
De commissie BBV doet de aanbeveling om vast te leggen vanaf welk moment wordt begonnen met afschrijven. In Zevenaar vindt de afschrijving op vaste activa plaats in het jaar na gereedmelding. Concreet betekent dit dat wordt gestart met afschrijven op het moment dat sprake is van een boekwaarde per 1 januari van een jaar. Redenen voor deze keuze zijn:
2.6 Rente investeringen (voormalig kapitaallasten)
Als gevolg van de notitie rente 2017 (Commissie BBV, juli 2016) wordt er geen rente over het eigen vermogen meer berekend. Alleen de werkelijke rentelasten worden toegerekend aan activa, vanuit het taakveld treasury.
Als gevolg hiervan is de verwerking van rente in de begroting te verdelen in twee onderwerpen:
a. Toegerekende rente aan (via) investeringen in huidige budgetten/begroting
De gemeente Zevenaar werkt met totaal financiering. Jaarlijks zijn de rentelasten gebaseerd op de dan aangetrokken geldleningen. Als gevolg van de notitie rente worden de rentelasten (en baten) op het taakveld treasury geboekt. De rente wordt aan budgetten (taakvelden) toegerekend, waarbij de investeringen als verdeelsleutel worden gehanteerd. De rente die ten laste van de taakvelden worden gebracht, zijn de rentelasten gebaseerd op de financieringsstructuur in voorgaande jaren.
b. Rentecomponent nieuwe investeringen
Voor nieuwe investeringen zal moeten worden bepaald hoe deze worden gefinancierd en gedekt. Als er leningen bij de bank moeten worden aangetrokken (vreemd vermogen), dan zal dit hogere rentelasten in de begroting tot gevolg hebben. In de begroting worden de afschrijvingslasten en rentelasten van een investering als aparte onderdelen gezien. Omdat als gevolg van een investering de rentelasten zullen veranderen, moet dit bij de aanvraag van nieuwe investeringen meegenomen worden als te dekken kosten. Voorzichtigheidshalve wordt er bij investeringen altijd vanuit gegaan dat externe financiering noodzakelijk is. De rente die wordt toegepast is gebaseerd op de gemiddelde rente van een BNG 20 jarige lineaire lening, zonder rente aanpassing. Het rentetarief wordt bepaald over de periode 1 januari tot 1 juli in het jaar waarin de begroting wordt opgesteld. Dit rentepercentage wordt afgerond op 0,5% naar boven.
Het is niet toegestaan kosten van onderhoud te activeren en vervolgens af te schrijven. Echter is het wel toegestaan om voor de kosten van onderhoud een voorziening te vormen en deze aan te vullen op basis van beheerplannen, waarbij de werkelijke kosten onttrokken worden aan de voorziening.
De laatste methode is minder bewerkelijk en sluit aan bij de huidige vorm van beheersing van bijvoorbeeld het onderhoud van wegen en gebouwen. Het vervangen van een toplaag, reparatie van wegen etc., wordt in Zevenaar ten laste van de voorziening gebracht.
Kosten van levensduur verlengende renovaties en/of (vervangings)investeringen in de openbare ruimte die het gebied een vernieuwende functie geven (reconstructies/herinrichtingen), worden wel geactiveerd en afgeschreven. Hierbij kun je denken aan vervangen van complete brugdekken of het gehele kunstwerk. Kosten voor achterstallig onderhoud dienen ineens ten laste van de exploitatie te worden gebracht.
Bij de waarderingsgrondslagen gaat het om de waardebepaling van activa en de regels die daarvoor gelden. Het gaat hierbij om de waardering van balansposten (bezittingen), teneinde een reëel beeld te krijgen van de vermogenspositie van de gemeente. Het BBV geeft strikte regels voor de waardering van activa. Hiermee wordt voorkomen dat financiële resultaten kunnen worden beïnvloed en anderzijds wordt bereikt dat financiële gegevens in de loop der tijd vergelijkbaar blijven.
De hoofdregel voor waardering van activa is opgenomen in artikel 63 van de BBV: activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
In Zevenaar worden activa gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs exclusief toegerekende uren gemeentelijk apparaat en overige indirecte kosten (overhead). Rente wordt niet geactiveerd.
3.2 Duurzame waardevermindering van vaste activa
In de loop der tijd kan de waarde van een actief zijn veranderd ten opzichte van de boekwaarde ervan op de balans. Herwaardering van activa (naar een hogere waarde) is niet toegestaan, omdat winst pas bij realisatie mag worden genomen. Afwaardering van activa wordt in de meeste gevallen eveneens niet toegestaan, waardering geschiedt immers tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs.
Onder bepaalde voorwaarden zijn bijzondere waardeverminderingen wel toegestaan of verplicht. Het betreft hier bijvoorbeeld waardeverminderingen als gevolg van wijzigingen in de levensduur als gevolg van schade of milieuvervuiling, wijziging van de bestemming en functie van het vastgoed. Een duurzame waardevermindering moet wel worden verwerkt in de balans middels een extra afschrijving. De afwaardering vindt plaats onafhankelijk van het resultaat. Daarnaast is bepaald dat een actief dat buiten gebruik wordt gesteld, wordt afgewaardeerd op het moment van buiten gebruikstelling, indien de restwaarde lager is dan de boekwaarde. Bij vervanging van een niet afgeschreven investering, wordt de restant boekwaarde afgeboekt op het moment van vervanging.
Op het moment dat een desinvestering plaatsvindt (bv. verkoop bedrijfsauto of sluiting kantoor), wordt de boekwinst of het boekverlies in het resultaat van het betreffende jaar verwerkt en niet verrekend met de verkrijgingsprijs van een nieuw actief. Het verrekenen is niet toegestaan op grond van het BBV.
Investeringen in de openbare ruimte worden vaak gelijktijdig uitgevoerd (wegenonderhoud, inrichting groen, vervanging riool, aanleg openbare verlichting, aanleg parkeerplaatsen). Zowel de aanvraag voor het investeringsbudget als de uitbesteding gebeurt veelal in één krediet. Vooraf wordt de verdeelsleutel vastgelegd inzake de kosten. De werkelijke uitgaven worden met dezelfde verdeelsleutel verantwoord. In geval van substantieel meerwerk is extra budget nodig. Bij de aanvraag voor extra budget wordt aangegeven naar welke component(en) het meerwerk wordt toegerekend. Het BBV kent geen voorschriften voor Componentenbenadering.
Bijlage 1: Besluit begroting en verantwoording (BBV)
Hoofdstuk V. Waardering, activeren en afschrijven
Kosten van onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief kunnen worden geactiveerd indien:
Bijdragen aan activa in eigendom van derden kunnen worden geactiveerd, indien:
De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, welke rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen voorts worden opgenomen een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak dat aan de vervaardiging van het actief kan worden toegerekend; in dat geval vermeldt de toelichting dat deze rente is geactiveerd.
Bijlage 2: Afschrijvingstermijnen
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-69143.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.