Gemeenteblad van Etten-Leur
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Etten-Leur | Gemeenteblad 2019, 44095 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Etten-Leur | Gemeenteblad 2019, 44095 | Verordeningen |
ORGANISATIEVERORDENING GRIFFIE ETTEN-LEUR 2019
Artikel 2 Organisatie van de griffie
De raad stelt op voorstel van de werkgeverscommissie, gehoord de griffier, de organisatiedoelstellingen en formatie van de griffie en de op de griffie aanwezige functies vast.
De raad stelt jaarlijks met het vaststellen van de programmabegroting het budget van de griffie vast.
In afwijking van het eerste lid kan, indien de werkgeverscommissie van oordeel is dat een gemeentelijke rechtspositionele regeling voor de griffier en het overige griffiepersoneel onevenredig bezwarend is, de raad besluiten een gemeentelijke rechtspositionele regeling niet over te nemen en een andere regeling vast te stellen.
Voorzover er in het overleg met de ondernemingsraad als bedoeld in artikel 23 van de WOR (hierna: de overlegvergadering) onderwerpen worden besproken die de griffie en/of het griffiepersoneel rechtstreeks of middellijk aangaan, vindt er voorafgaand aan de overlegvergadering overleg plaats tussen de griffier en de gemeentesecretaris/directeur. Indien dat door de griffier wenselijk wordt geacht, is de gemeentesecretaris/directeur gehouden om het standpunt van de griffier in de overlegvergadering kenbaar te maken.
Artikel 8 Onvoorziene omstandigheden
In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, pleegt griffier voor zover nodig overleg met de voorzitter van de werkgeverscommissie.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 4 februari 2019
De raad voornoemd,
Dhr. drs. W.C.M. Voeten MBA
Mw. dr. M.W.M. de Vries
Griffier
voorzitter
Organisatieverordening griffie Etten-Leur 2019
Ingevolge artikel 107e, eerste lid, van de Gemeentewet, kan de raad regels stellen over de organisatie van de griffie. De raad is daarom bevoegd om een organisatieverordening ten aanzien van de griffie vast te stellen.
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 2 Organisatie van de griffie
Het is van belang dat de raad stilstaat bij wat voor een soort griffie hij als ondersteuning wenst te hebben en dus welke functies hij wenst te zien ingevuld. In dat kader is het van belang de organisatiedoelstellingen te benoemen en de formatie van de griffie te bepalen. De raad besluit op voorstel van de werkgeverscommissie, nadat de griffier is gehoord.
De raad heeft de aansturing van de griffie neergelegd bij de werkgeverscommissie. Deze commissie is verantwoordelijk voor het voeren van functionerings- en beoordelingsgesprekken met de griffier. De raad kan verder op basis van de Instructie griffier, gebaseerd op artikel 107a, tweede lid, van de Gemeentewet, de griffier aansturen. De griffier legt als diensthoofd verantwoording af aan de werkgeverscommissie over het functioneren van de griffie.
Artikel 160, eerste lid, sub e van de Gemeentewet bepaalt dat het college bevoegd is te besluiten tot privaatrechtelijke rechtshandelingen. De raad mag dus niet over privaatrechtelijke handelingen beslissen, hij is er niet toe bevoegd. Er is in de Gemeentewet ook onvoldoende rekening mee gehouden dat de meeste gemeenteraden een eigen, zelfstandige, griffie zouden krijgen. Die kan niet functioneren zonder spullen aan te schaffen en allerlei andere privaatrechtelijke zaken (zoals het aangaan van een overeenkomst) te regelen. Alleen de beschikbaarstellig van het financiële budget kan de raad zelf doen. Vast staat dat de griffier geen privaatrechtelijke bevoegdheden van de raad gemandateerd kan krijgen, simpelweg omdat de raad die zelf niet heeft. Die bevoegdheden kunnen dus ook niet in de organisatieverordening van de griffie worden geregeld.
Artikel 5 Ondersteunende faciliteiten
Het gegeven dat de raad bevoegd gezag is over de medewerkers van de griffie neemt niet weg dat het voor de hand ligt dat door de griffie gebruik wordt gemaakt van binnen de ambtelijke organisatie bestaande ondersteunende faciliteiten, zoals de salarisadministratie en personeelsadviseurs, de financiële administratie, facilitaire zaken, communicatie en automatisering (o.a. de zogenaamde PIOFAH-functies).
Aangezien het vanwege de schaalgrootte van de gemeente Etten-Leur inefficiënt is om de ondersteunende faciliteiten onder te brengen bij de griffie, dienen de met de ondersteuning belaste ambtenaren in ieder geval bij de uitvoering van werkzaamheden ten behoeve van de griffie overeenkomstig de aanwijzigen van de griffier te handelen. Dit laat onverlet dat het college de ondersteunende ambtenaren kan aanspreken indien zij hun taken niet naar behoren vervullen.
Om een goed inzicht te krijgen in de kosten van de griffie is het belangrijk dat de gemaakte ondersteuningkosten aan het griffiebudget worden doorberekend.
De raad is bevoegd gezag over de griffier en het griffiepersoneel. Daarmee is de raad tevens bevoegd om de rechtspositie van deze ambtenaren vast te stellen. De CAR is, als verplichte rechtspositie voor de sector gemeenten, ook op deze ambtenaren van toepassing is. Aangezien Etten-Leur een UWO-gemeente is, geldt dat ook de UWO verplicht de rechtspositie van de griffier en het griffiepersoneel bepaalt. Daarnaast kent de gemeente Etten-Leur ook nog lokale regelingen, tezamen is dit de Arbeidsvoorwaarden Regeling Etten-Leur (AVREL).
Het LOGA (brief Lbr. 02/78 CvA/LOGA 02/11) adviseert om de overige rechtspositionele voorschriften zoals die binnen de gemeente gelden en toekomstige wijzigingen daarin, van toepassing te verklaren op de griffier en het griffiepersoneel. Dat is met deze bepaling geregeld.
In het tweede lid is de mogelijkheid opgenomen van deze hoofdregel af te wijken, indien toepassing van de gemeentelijke rechtspositionele regeling voor de griffier en het overige griffiepersoneel onevenredig bezwarend zou zijn.
Op 1 januari 2020 treedt de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (Wnra) in werking. Deze nieuwe wet regelt dat voor de meeste ambtenaren het private arbeidsrecht gaat gelden. Dit heeft ook gevolgen voor de lokale rechtspositionele regelgeving. Wellicht zal deze verordening dan aangepast moeten worden.
Sinds de Wet dualisering gemeentebestuur (7 maart 2002) is de gemeenteraad formeel werkgever van de medewerkers van de griffie. Het college is formeel de werkgever voor het overige personeel. De ambtelijke organisatie en de griffie vormen dus twee aparte ondernemingen in de zin van de Wet op de ondernemingsraden (WOR). De rechtspersoon gemeente is de (enige) ondernemer. Als de griffie een eigen OR zou hebben, is niet de gemeentesecretaris/directeur, maar de griffier bestuurder in de zin van de WOR.
De griffie is echter te klein voor een eigen medezeggenschapsorgaan met alle wettelijke bevoegdheden. De WOR biedt de ondernemer met meer dan één onderneming de mogelijkheid om de medezeggenschap binnen de ondernemingen te combineren. Als er in de ondernemingen samen ten minste 50 personen werkzaam zijn, kan een gemeenschappelijke OR worden ingesteld (artikel 3 WOR). De ondernemingen worden dan beschouwd als één onderneming in de zin van de WOR. Dit is wenselijk wanneer de ondernemingen zo sterk met elkaar samenhangen dat de instelling van aparte ondernemingsraden minder effectief is of, zoals het geval is met de griffie, een van de ondernemingen te klein is voor de instelling van een eigen ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging (PVT). Ook is e.e.a. als wenselijk aan te merken wanneer er zaken aan de orde zijn die alle ondernemingen betreffen, zoals belangrijke investeringen (bijv. ingrijpende verbouwingen, milieuvoorzieningen, technologische voorzieningen). Tenslotte kunnen aangelegenheden aan de orde zijn die het personeelsbeleid of de arbeidsomstandigheden in alle ondernemingen betreffen.
In dit artikel wordt een gemeenschappelijke OR ingesteld.
Omdat de rechtspersoon gemeente bestaat uit meerdere bestuursorganen, dient niet alleen de raad, maar ook het college hiertoe afzonderlijk te besluiten.
Om praktische redenen is ervoor gekozen om de gemeentesecretaris/directeur ook v.w.b. de griffie als bestuurder in de zin van de WOR aan te merken. Om ingeval van bespreking van onderwerpen m.b.t. de griffie in de overlegvergadering de inbreng van de griffier te waarborgen, is bepaald dat de gemeentesecretaris/directeur en de griffier voorafgaand aan de overlegvergadering overleg voeren (lid 3). Dit overleg is in beginsel op overeenstemming gericht. Voor het geval er in het vooroverleg tussen de gemeentesecretaris/directeur en de griffier niet tot overeenstemming wordt gekomen, is bepaald dat de gemeentesecretaris directeur in voorkomende gevallen gehouden is het standpunt van de griffier kenbaar te maken.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-44095.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.