Gemeenteblad van Altena
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Altena | Gemeenteblad 2019, 3812 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Altena | Gemeenteblad 2019, 3812 | Beleidsregels |
Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena houdende regels omtrent hypotheek Beleidsregel Krediethypotheek Participatiewet Altena 2019
Indien bijstand wordt verleend mede op grond van artikel 50 Participatiewet wordt ter meerdere zekerheid een recht van hypotheek c.q. pand gevestigd.
Hoogte hypotheek, taxatie woning, vestigingskosten ten laste van belanghebbende
De kosten verbonden aan de taxatie, de hypotheekakte en de inschrijving van de hypotheek, de pandovereenkomst, alsmede de bijkomende kosten, worden voldaan uit de te vestigen hypotheek en komen derhalve ten laste van de belanghebbende. De bijstand voor deze kosten wordt aangemerkt als algemene bijstand, tenzij aan de belanghebbende uitsluitend bijzondere bijstand wordt verleend.
Artikel 5. Verschuldigde rente
Indien de belanghebbende naar het oordeel van burgemeester en wethouders de rente geheel of gedeeltelijk kan betalen, doch niet kan aflossen, wordt een betaling eerst tot ten hoogste het bedrag van de verschuldigde maandrente aangemerkt als aflossing en wordt de rente die daardoor niet wordt betaald bijgeschreven bij het nog niet afgeloste deel van de geldlening.
Artikel 6. Verkoop van de woning, woonwagen of woonschip
Bij verkoop of bij vererving van de woning, de woonwagen of het woonschip en indien het een echtpaar betreft bij vererving na overlijden van de langstlevende echtgenoot, wordt het nog niet afgeloste deel van de geldlening, alsmede de op grond van beleidsregel 4 vijfde lid, en beleidsregel 5 derde en vierde lid, bijgeschreven rente, terstond afgelost.
Bij verkoop van de woning, de woonwagen of het woonschip kunnen burgemeester en wethouders wegens bijzondere omstandigheden van medische of sociale aard van belanghebbende, na toepassing van het eerste lid, besluiten tot het verlenen van een nieuwe geldlening eveneens onder verband van hypotheek of pandrecht voor de aankoop van een andere woning, woonwagen of woonschip, tot ten hoogste het bedrag van de ingevolge het eerste lid afgeloste geldlening, onder de voorwaarde dat belanghebbende het na aflossing vrijgekomen vermogen met inbegrip van het in het derde lid bedoelde bedrag volledig inzet voor de aankoop van de andere woning, woonwagen of woonschip.
Artikel 7. Niet duurzame onderbreking bijstandsverlening
Indien binnen een periode van twee jaar na beëindiging van de bijstand onder verband van hypotheek of pandrecht wederom recht op bijstand bestaat, wordt deze/dit verleend met toepassing van de laatst gevestigde hypotheek c.q. het laatst gevestigde pandrecht.
Vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Altena van 3 januari 2019
De secretaris,
drs. A.J.E. van der Werf-Bramer
de voorzitter,
M.A. Fränzel MSc
Toelichting beleidsregel Krediethypotheek Participatiewet Altena 2019
De Participatiewet kent ten opzichte van de Abw een aantal wijzigingen in de regeling van de gevolgen voor de bijstand van het vermogen gebonden in voor bewoning bestemde zaken. In de eerste plaats is de nieuwe regeling niet alleen van toepassing op registergoederen (eigendom woning en woonschepen boven een bepaald tonnage), maar ook op niet-registergoederen, zoals woonwagens en woonschepen onder een bepaald tonnage. De Participatiewet beoogt hiermee de rechtsgelijkheid te bevorderen en het hiaat in te vullen dat in deze door de rechtspraak is geconstateerd.
Voorts is het aan de gemeente gelaten om te bepalen of de als lening verstrekte bijstand al dan niet wordt gezekerd door middel van een hypotheek- of, waar het niet-registergoederen betreft, pandovereenkomst.
Dit artikel verwijst naar artikel 50 Participatiewet waarin de voorwaarden worden genoemd voor de verlening van bijstand in de vorm van een geldlening. Beleidsregel 1 geeft aan dat in deze situatie de vorm van de geldlening een hypotheek is.
Anders dan in de Abw kent de Participatiewet nog maar één vaste vrijlating van maximaal het in artikel 34 lid 2 sub d genoemde bedrag. Om redenen van vereenvoudiging is voor het vermogen gebonden in de eigen bewoonde woning met bijbehorend erf gekozen voor één vaste vrijlating in plaats van voor een vrijlating aan de voet, verhoogd met de helft van het meerdere van het vermogen. Evenals in de Abw geldt deze vrijlating onafhankelijk van die van het bescheiden vermogen.
3 en 4. Opname voorwaarden en aflossingsvoorwaarden
Rente is verschuldigd bij schuldige nalatigheid ten aanzien van het voldoen van de aflossing binnen de periode van tien jaar. Het rentepercentage is in dat geval gelijk aan de wettelijke rente. Na de aflossingsperiode van tien jaar is altijd rente verschuldigd om het verschil met andere leningen beperkt te houden. Deze rente is 3 procent lager dan de wettelijke rente. Wanneer die rente niet kan worden betaald, wordt deze als vordering bijgeschreven bij het niet-afgeloste deel van de geldlening. Over deze rentevorderingen is geen rente verschuldigd. Dit in tegenstelling tot de rente bij schuldige nalatigheid, waarbij wel sprake is van rente over een rentevordering.
6. Verkoop van de woning, woonwagen of woonschip
In beleidsregel 6, eerste lid, is geregeld dat bij verkoop van de woning, woonwagen of woonschip de geleende bijstand dient te worden terugbetaald, alsmede de eventueel bijgeschreven rentevorderingen. Dat geldt ook bij verkoop tijdens het ontvangen van bijstand wanneer er dringende redenen zijn om te verhuizen.
In het tweede lid is echter bepaald dat burgemeester en wethouders een verwisseling van onderpand kunnen toestaan wanneer bijzondere omstandigheden van medische of sociale aard van belanghebbende daartoe aanleiding geven. Deze mogelijkheid komt er dus op neer dat belanghebbende het vrijgekomen vermogen niet hoeft in te zetten voor de bestaansvoorziening, maar daarmee een meer passende woning kan aankopen. Aangezien de laatste hypotheek in verband met de bijstandsverlening is afgelost, ontbreken deze middelen voor de aankoop van een andere woning. Burgemeester en wethouders kunnen deze middelen als nieuwe lening onder verband van bijstandshypotheek ter beschikking stellen. Als voorwaarde hiervoor geldt dat belanghebbende het na afrekening vrijgekomen vermogen volledig inzet bij het kopen van een vervangende woning. Met deze uitzondering op het inzetten van vrijgekomen vermogen voor de bestaansvoorziening en de mogelijkheid tot het verstrekken van een nieuwe geldlening wordt vermeden dat een verhuizing wegens bijzondere omstandigheden nadeliger uitwerkt dan het aanhouden van de woning.
7. Niet duurzame onderbreking bijstandsverlening.
In gevallen waarin geen sprake is van een duurzame onderbreking, wordt de laatste berekening van het bedrag van de maximale geldlening gehanteerd. Voor zover het maximale bedrag van die geldlening nog niet is aangesproken, hetzij door voortijdige beëindiging van de bijstand, hetzij door inmiddels verrichte aflossingen, wordt de te verlenen bijstand ten laste daarvan geboekt. Is het maximale bedrag wel volledig aangesproken, dan wordt de bijstand verder om niet verleend. Van een niet duurzame onderbreking is sprake zolang er nog geen twee jaar is verstreken. Deze periode wordt redelijk geacht. Is de onderbreking tussen de laatste dag van de vorige bijstandsverlening en de eerste van de nieuwe bijstandsverlening langer dan twee jaar, dan wordt deze aangemerkt als een duurzame onderbreking. In dat geval dient er een nieuwe hypotheek te worden gevestigd en wordt het verbruikte deel van de laatste geldlening als een op de woning drukkende schuld in de berekening meegenomen, dus overeenkomstig de handelwijze bij een bancaire hypotheekschuld.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-3812.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.