Gemeenteblad van Velsen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Velsen | Gemeenteblad 2019, 32498 | Beleidsregels |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Velsen | Gemeenteblad 2019, 32498 | Beleidsregels |
kindermishandeling gemeente Velsen 2019
Per 1 januari 2019 verandert de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling helpt professionals bij vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling. Nieuw is dat het een professionele norm wordt om melding te doen bij Veilig Thuis als er vermoedens zijn van acute en structurele onveiligheid. Het afwegingskader helpt om te bepalen wanneer dat het geval is. Aan de hand van 5 stappen bepalen professionals of ze een melding moeten doen bij Veilig Thuis en of er voldoende hulp kan worden ingezet. Dit document beschrijft de stappen die een medewerker van de gemeente Velsen behoort te zetten bij (vermoedens van) huiselijk geweld en/of kindermishandeling.
De ‘wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling’ (hierna: Wet meldcode) is een wet die bestaat uit wijzigingen van diverse andere wetten. Met deze wijzigingen wordt de verplichting van het invoeren van een meldcode geregeld voor allerlei instanties. Daarnaast regelen de wijzigingen dat deze instanties de kennis en het gebruik van de meldcode moeten bevorderen binnen hun organisatie. Onder andere zijn aangepast: de leerplichtwet, de wet op de jeugdzorg en de wet maatschappelijke ondersteuning.
Begripsomschrijving huiselijk geweld en kindermishandeling
In deze meldcode is voor de begrippen ‘kindermishandeling’ en ‘huiselijk geweld’ aansluiting gezocht bij de eenduidige begripsomschrijvingen in respectievelijk de Jeugdwet, artikel 1.1 en in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, artikel 1.1.1. Kindermishandeling is 'elke vorm van voor een minderjarige bedreigende of gewelddadige interactie van fysieke, psychische of seksuele aard, die de ouders of andere personen ten opzichte van wie de minderjarige in een relatie van afhankelijkheid of van onvrijheid staat, actief of passief opdringen, waardoor ernstige schade wordt berokkend of dreigt te worden berokkend aan de minderjarige in de vorm van fysiek of psychisch letsel'. Daarbij geldt dat het ook als een vorm van kindermishandeling wordt gezien als een kind getuige is van huiselijk geweld tussen zijn ouders of tussen andere huisgenoten. Onder de begripsomschrijving van huiselijk geweld vallen uitdrukkelijk ook: huwelijksdwang, eergerelateerd geweld, vrouwelijke genitale verminking, ouderenmishandeling, geweld tegen ouders en seksueel geweld.
De Wet meldcode geldt binnen de gemeentelijke organisatie voor de medewerkers die betrokken zijn bij de uitvoering van de Leerplicht wet 1969. Daarnaast geldt de Wet meldcode voor medewerkers van de gemeente die meer dan vluchtige contacten hebben met burgers.
Dit betreft diverse medewerkers van de gemeente zoals:
De stappen gaan in op het proces vanaf het moment dat er signalen zijn. Het signaleren zelf heeft in het model een andere plaats gekregen. Signaleren wordt gezien als een belangrijk onderdeel van de beroepshouding van de medewerkers die binnen de Gemeente Velsen werkzaam zijn. Zo bezien is signalering geen stap in het stappenplan, maar een grondhouding die in ieder contact met cliënten en leerlingen wordt verondersteld. De stappen wijzen de medewerker de weg als hij meent dat er signalen zijn van huiselijk geweld of van kindermishandeling.
De stappen die hieronder worden beschreven zijn in een bepaalde volgorde gerangschikt, maar deze volgorde is niet dwingend. Waar het om gaat, is dat de beroepskracht op enig moment in het proces alle stappen heeft doorlopen, voordat hij besluit om al dan niet een melding te doen. Zo zal het soms voor de hand liggen om meteen met de betrokkene in gesprek te gaan over bepaalde signalen. In andere gevallen zal de beroepskracht eerst overleg willen plegen met een collega en met Veilig Thuis voordat hij het gesprek met de betrokkene aangaat. Ook zullen stappen soms twee of drie keer worden gezet.
Stap 1. Breng de signalen in kaart
Breng de signalen waardoor je huiselijk geweld en/of kindermishandeling vermoedt zo concreet mogelijk in kaart. Beschrijf zoveel mogelijk feiten: wat je hoort, ziet, ruikt of voelt waardoor het vermoeden van kindermishandeling en/of huiselijk geweld ontstaat.
Leg de (uitkomsten van) gesprekken die je over de signalen voert en de besluiten die je neemt vast. Leg ook de gegevens die de signalen weerspreken vast. Worden ook hypothesen en veronderstellingen vastgelegd, vermeld dan uitdrukkelijk dat het gaat om een hypothese of veronderstelling. Maak een vervolgaantekening als een hypothese of veronderstelling later wordt bevestigd of ontkracht. Vermeld ook de bron als er informatie van derden wordt vastgelegd. Leg diagnoses alleen vast als ze zijn gesteld door een bevoegde beroepskracht.
De vastlegging van de gegevens gebeurt door middel van een gesprek met één van de aandachtsfunctionarissen. Zij hanteren hierbij een meldingsformulier kindermishandeling of huiselijk geweld. De gegevens worden vervolgens opgeslagen in een map waar alle aandachtsfunctionarissen toegang tot hebben.
Vraag de betrokkene of er minderjarige kinderen aan zijn zorg zijn toevertrouwd, in alle gevallen waarin zijn medische conditie of andere omstandigheden een risico vormen op een bedreiging in de ontwikkeling of de veiligheid van deze kinderen. Indien er kinderen zijn die van de betrokkene afhankelijk zijn, leg dan in uw dossier vast:
Heb je zelf geen contact met de kinderen van de betrokkene, leg dan eventuele ‘oudersignalen’ vast als de lichamelijke of geestelijke conditie of andere omstandigheden, een bedreiging kunnen vormen voor de veiligheid of de ontwikkeling van de kinderen die van de betrokkene afhankelijk zijn. De stappen van de meldcode zijn ook van toepassing op deze ‘oudersignalen’.
Stap 2. Overleg met een collega en zo nodig raadplegen Veilig Thuis of een deskundige op het gebied van letselduiding
Om de signalen die in kaart zijn gebracht goed te kunnen duiden, is overleg met een deskundige collega noodzakelijk. Bespreek zo snel mogelijk het vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling met de aandachtsfunctionaris, Vraag zo nodig ook advies aan Veilig Thuis of aan een deskundige op het gebied van letselduiding, als er behoefte is aan meer duidelijkheid over (aard en oorzaak van) letsel.
Advies bij specifieke vormen van geweld over mogelijke risico’s van vervolgstappen
Is er binnen de gemeente Velsen onvoldoende kennis aanwezig over de aanpak van specifieke vormen van geweld, zoals eergerelateerd geweld, huwelijksdwang, seksueel misbruik en vrouwe¬lijke genitale verminking, of ouderenmishande¬ling, vraag dan altijd advies aan Veilig Thuis over de vervolgstappen. Dit advies is ook van belang om mogelijke veiligheidsrisico’s van eventuele vervolgstappen zorgvuldig te kunnen afwegen.
Leg de uitkomsten van de collegiale consultatie en/of het gegeven advies vast in het cliënt-dossier.
De aandachtsfunctionaris legt de afspraken van het intern overleg vast in een verslag.
Dit verslag wordt toegevoegd aan het dossier.
Stap 3. Gesprek met de cliënt/betrokkene of ouder(s) en/of het kind/de jongere
Omdat openheid een belangrijke grondhouding is in de verschillende vormen van dienstverlening aan de cliënt of betrokkene, is het belangrijk om zo snel mogelijk contact te zoeken met de betrokkene (of met de ouders) om de signalen te bespreken. Bespreek de signalen met de betrokkene. Heb je ondersteuning nodig bij het voorbe¬reiden of het voeren van het gesprek met de betrokkene, raadpleeg dan een deskundige collega en/of Veilig Thuis.
Het gesprek met de ouders/betrokkene wordt bij voorkeur gevoerd door de medewerker die de signalen heeft opgevangen, samen met de aandachtsfunctionaris. In sommige gevallen zal het vermoeden door het gesprek worden weggenomen. Dan zijn de volgende stappen in het stappenplan niet nodig. Worden de zorgen over de signalen door het gesprek niet weggenomen, dan worden ook de volgende stappen ingezet.
Zet in het gesprek in ieder geval de volgende stappen:
Het doen van een melding zonder dat de signalen zijn besproken met de betrokkene, is alleen mogelijk als:
Melding in de verwijsindex risicojongeren
Overweeg bij het zetten van stap 3 of het noodzakelijk is om, gelet op de bedreiging van de ontwikkeling van de jeugdige(n), ook een melding te doen in de verwijsindex risico-jongeren.
NB: Dit zal voornamelijk van toepassing zijn op leerplichtambtenaren. Hier moet in acht genomen worden dat een melding in de verwijsindex geen alternatief is voor het doen van een melding van kindermishandeling bij Veilig Thuis. Ga daarom, ook als je besluit tot een melding in de verwijsindex, door met stap 4 en 5 van de meldcode als je vermoeden van kindermishandeling door het gesprek met de ouders en/of de jeugdige niet zijn wegge¬nomen.
De medewerker die het gesprek heeft gevoerd, legt de uitkomsten van het gesprek vast in een verslag en mailt dit naar de aandachtsfunctionaris. De aandachtsfunctionaris slaat het verslag op in het dossier.
Stap 4. Weeg de aard en de ernst van het huiselijk geweld of de kindermishandeling en vraag in geval van twijfel altijd (opnieuw) advies aan Veilig Thuis.
Weeg op basis van de signalen, van het inge¬wonnen advies en van het gesprek met de betrokkene het risico op huiselijk geweld of kindermishan¬deling. Weeg eveneens de aard en de ernst van het huiselijk geweld of de kindermishandeling.
Raadpleeg in geval van twijfel altijd (opnieuw) Veilig Thuis. De medewerkers van Veilig Thuis bieden ondersteuning bij het wegen van het geweld en van de risico’s op schade en zij kunnen adviseren over vervolgstappen.
Bij twijfel over de risico’s, de aard en de ernst van het geweld en bij twijfel over de vervolgstap moet altijd (opnieuw) advies worden gevraagd aan Veilig Thuis. Uiteindelijk moeten de volgende vragen beantwoord worden:
Heb ik op basis van de stappen 1 tot en met 4 van de meldcode een vermoeden van (dreiging van) huiselijk geweld en/of kindermishandeling?
Schat ik op basis van de stappen 1 tot en met 4 van de meldcode in dat er sprake is van acute onveiligheid en/of structurele onveiligheid?
NB: In de verbeterde meldcode wordt gebruik gemaakt van een afwegingskader. Dit afwegingskader beschrijft wanneer een melding noodzakelijk is en hoe goede hulp eruit ziet. De afwegingskaders zijn opgesteld door de verschillende beroepsgroepen. Voor leerplichtambtenaren is vanuit de sector onderwijs een apart afwegingskader opgesteld (zie bijlage 1). Overige medewerkers van de Gemeente Velsen die met de meldcode werken maken gebruik van het afwegingskader voor pedagogen, psychologen, (psycho)therapeuten, sociaal werkers en jeugd- en gezinsprofessionals (zie bijlage 2).
Indien nodig: de aandachtsfunctionaris legt het contact met Veilig Thuis.
Stap 5 Beslissen: zelf hulp organiseren of melden
Het doen van een melding bij Veilig Thuis van mogelijk huiselijk geweld of mogelijke kindermishandeling erkent de Gemeente Velsen als een professionele norm en als zodanig noodzakelijk:
3. Ben ik in staat effectieve hulp te bieden of organiseren om dreiging van (toekomstig) huiselijk geweld en/of kindermishandeling af te wenden?
Er is géén sprake van effectieve hulp bieden of organiseren om dreiging van (toekomstig) huiselijk geweld en/of kindermishandeling af te wenden indien de beroepskracht:
4. Aanvaard(en) de betrokkene(n) hulp om dreiging van (toekomstig) huiselijk geweld en/of kindermishandeling af te wenden en zijn zij bereid zich hiervoor in te zetten?
Voor zover afweging 3 met JA is beantwoordt maakt de beroepskracht afspraken met betrokkene over ketenpartners (waaronder in ieder geval Veilig Thuis) waarmee wordt samengewerkt, doelen, resultaten, monitoring resultaten en termijn waarop resultaten geëvalueerd worden.
5. Leidt de hulp binnen de gewenste termijn tot de noodzakelijke resultaten ten aanzien van de veiligheid en/of het welzijn (herstel) van alle betrokkenen?
Alle stappen die worden gezet en alle besluiten die worden genomen, worden zorgvuldig vastgelegd in een dossier.
Deze dossiers worden opgeslagen op een beveiligd deel van de server en zijn alleen toegankelijk voor de aandachtsfunctionarissen.
Bij iedere stap van de meldcode geldt dat er altijd contact kan worden opgenomen met Veilig Thuis, het advies en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling. Bij Veilig Thuis is veel kennis aanwezig over mogelijke signalen van huiselijk geweld en kindermishandeling. De medewerkers kunnen ook adviseren over de te zetten stappen en over het voeren van gesprekken met betrokkenen over de signalen. Als een beroepskracht advies vraagt aan Veilig Thuis, zet Veilig Thuis zelf geen stappen in de richting van de betrokkene of die van anderen. Het advies is dus uitsluitend gericht tot de adviesvrager. Adviesgesprekken vinden plaats op basis van anonieme cliëntgegevens, voor een adviesgesprek behoef je je beroepsgeheim dus niet te verbreken. Wel kunnen, met instemming van de adviesvrager, de contactgegevens van de adviesvrager worden vastgelegd, vooral ook met het oog op een eventueel vervolgadvies over dezelfde casus.
Als er bij het volgen van de stappen wordt besloten tot het doen van een melding, neemt Veilig Thuis de zaak over. Veilig Thuis is wettelijk bevoegd om onderzoek te doen naar het huiselijk geweld of de kindermishandeling. Daarbij kan Veilig Thuis informatie opvragen bij andere instanties en organisaties. Veilig Thuis houdt melders op de hoogte van de uitkomsten van het onderzoek en van de acties die in gang worden gezet.
Bij een melding moet de melder cliëntgegevens verstrekken omdat Veilig Thuis anders geen acties in gang kan zetten naar aanleiding van de melding.
Op 25 mei 2018 is de nieuwe privacywetgeving (AVG) van kracht geworden. De AVG is een algemeen kader dat niet inspeelt op specifieke situaties, zoals een vermoeden van kindermishandeling. Daarom geldt als algemene regel dat een specifieke wet voor een bepaalde sector prevaleert boven de algemene norm van de AVG. Dat geldt dus bijvoorbeeld voor de Leerplichtwet 1969. Zo geldt dit ook voor de wet Meldcode, deze gaat dus ook vóór de AVG. Het recht om dossier aan te maken en te melden bij Veilig Thuis is dus onverminderd van toepassing. In beginsel worden de betrokken personen altijd geïnformeerd over het feit dat er gegevensverwerking plaats vindt. Tenzij er gevreesd wordt voor gevaar voor de veiligheid van de betrokkene(n).
Verantwoordelijkheden binnen de organisatie
Om de meldcode goed te kunnen borgen, is het noodzakelijk dat iedereen in de organisatie doordrongen is van het belang van signaleren van zorg en vervolgens actie onderneemt. Dit betekent dat verantwoordelijkheden van een ieder helder moeten zijn.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-32498.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.