Wijziging van de Beleidsregels bijzondere bijstand Rotterdam 2019

De directeur Maatschappelijke Ondersteuning in de Wijk van het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling,

 

gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 35 van de Participatiewet;

 

overwegende, dat het college het wenselijk vindt om vast te leggen in welke situaties verstrekte leenbijstand omgezet kan worden in bijstand om niet;

besluit:

Artikel I

 

De Beleidsregels bijzondere bijstand Rotterdam 2019 worden als volgt gewijzigd;

 

A.

In artikel 3.1, derde lid, onderdeel c, wordt na ‘bedoeld in artikel 5,2, 6.1, eerste lid’ ingevoegd ‘, 6.3’.

 

B.

Aan artikel 8.7 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 11.

    De bijzondere bijstand in dit artikel wordt als lening verstrekt.

 

C.

Artikel 8.8 vervalt.

 

D.

Aan hoofdstuk 10 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 10.3 Terugbetaling leenbijstand

  • 1.

    Indien belanghebbende in de periode na het toekenningsbesluit, waarbij aan belanghebbende bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen, het babypakket of de babyuitzet als lening is verstrekt, in totaal 36 maanden volledig naar vermogen heeft afgelost, wordt het restant van de lening omgezet naar bijzondere bijstand om niet.

  • 2.

    Het college stelt het aflossingsbedrag vast waarmee belanghebbende volledig naar vermogen aflost. Indien een tussentijdse wijziging van het inkomen heeft plaatsgevonden op grond waarvan er meer had kunnen worden afgelost, maar belanghebbende die wijziging niet bij het college heeft gemeld, is geen sprake van volledig aflossen naar vermogen in de zin van het eerste lid.

  • 3.

    Het eerste lid is niet van toepassing in die gevallen waarin de bijzondere bijstand met toepassing van artikel 48, tweede lid van de wet als lening is verstrekt.

Artikel II

Aan de toelichting op hoofdstuk 10 van de Beleidsregels bijzondere bijstand Rotterdam 2019 wordt een toelichting toegevoegd, luidende:

Artikel 10.3 terugbetaling leenbijstand

Op grond van artikel 51, tweede lid, van de wet, stemt het college de aflossingsbedragen en de duur van de aflossing mede af op de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de belanghebbende. Bij de toekenning van de bijzondere bijstand wordt het aflossingsbedrag door het college vastgesteld op basis van de situatie van belanghebbende.

Belanghebbende is in de periode van aflossing op grond van artikel 17 van de wet gehouden om wijzigingen in zijn persoonlijke situatie direct ter kennis van het college te brengen. Het college beoordeelt of deze wijziging leidt tot aanpassingen in het aflossingsbedrag.

Indien belanghebbende in totaal 36 maanden volledig aan zijn betalingsverplichting heeft voldaan en hierbij naar vermogen heeft afgelost, wordt het restant van de lening omgezet in bijstand om niet.

Artikel III

Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020.

 

Aldus vastgesteld op 19 december 2019.

Het college van burgemeester en wethouders,

namens deze:

A.G. Coenen

Directeur Maatschappelijke Ondersteuning in de Wijk van het cluster Maatschappelijke Ontwikkeling

Toelichting

Met deze wijziging van de beleidsregels wordt vastgelegd in welke gevallen verstrekte leenbijstand voor duurzame gebruiksgoederen, babypakket en babyuitzet kan worden omgezet in bijstand om niet.

Daarnaast zijn enkele technische wijzigingen doorgevoerd.

Tot slot is artikel 8.8 met deze wijziging komen te vervallen, doordat vergoeding op grond van dit artikel middels toepassing van artikel 18 van de wet plaatsvindt.

Dit gemeenteblad 2019, nummer 222, is uitgegeven op 20 december 2019 en ligt op dins-, woens- en donderdagen van 9.00 tot 13.00 uur ter inzage bij het Bestuurlijk Informatiecentrum Rotterdam (BIR), locatie Wachtruimte Timmerhuis, Halvemaanpassage 1 (trap op, melden bij Informatiebalie)

(Zie ook: www.bis.rotterdam.nl – Regelgeving of Gemeentebladen chronologisch)

Naar boven