Gemeenteblad van Borger-Odoorn
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Borger-Odoorn | Gemeenteblad 2019, 319170 | Verordeningen |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Borger-Odoorn | Gemeenteblad 2019, 319170 | Verordeningen |
Verordening reinigingsheffingen 2020
De raad van de gemeente Borger-Odoorn;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders met corsanr. 19.02578;
gelet op gelet op gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
kalenderweek: een aaneengesloten periode van zeven dagen, beginnende met een maandag en eindigend met een zondag.
kalenderkwartaal: een periode van drie maanden, beginnende op 1 januari, 1 april, 1 juli en 1 oktober.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 6 Maatstaf van heffing en tarief
Het gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een perceel wordt aangemerkt als maatstaf van de heffing van het in hoofdstuk 1.2, onderdelen 1.2.1 en 1.2.2 van de tarieventabel genoemd gedifferentieerd gedeelte van de belasting.
De vaststelling van het totaal per belastingtijdvak ingezamelde gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, vindt plaats door een optelling van de gewichten van het drie-wekelijks ingezamelde groente-, fruit- en tuinafval van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak, een optelling van de gewichten van de drie-wekelijks ingezamelde plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drinkpakken van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak en een optelling van de gewichten van de drie-wekelijks ingezamelde overige afvalstoffen van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak.
Het gewicht van de drie-wekelijks ingezamelde afvalstoffen per inzamelbeurt per perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, wordt vastgesteld als het verschil van het gewicht van de betreffende container vóór lediging en het gewicht na lediging.
Voor de berekening van het gedeelte van de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.2, onderdelen 1.2.1 en 1.2.2 van de tarieventabel voor een perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, wordt uitgegaan van de gewichten die zijn vastgesteld met behulp van de weegapparatuur op de wegende inzamelauto.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van een belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel volle kalenderweken van de voor een volledig belastingtijdvak verschuldigde belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, als er in dat belastingtijdvak, na einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,50.
Bij de invordering van de afvalstoffenheffing wordt voor maximaal een bedrag ter grootte van het bedrag aan vastrecht afvalstoffenheffing als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel, kwijtschelding verleend.
Artikel 12 Belastbaar feit en belastingplicht
Belastingplichtig voor de reinigingsrechten is degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of degene die van bezittingen, werken of inrichtingen, bedoeld in artikel 11, gebruik maakt.
Artikel 13 Maatstaf van heffing
Het gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een bedrijfspand wordt aangemerkt als maatstaf van de heffing van het in hoofdstuk 2.2 van de tarieventabel genoemde gedeelte van de belasting.
De vaststelling van het totaal per belastingtijdvak ingezamelde gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een bedrijfspand vindt plaats door een optelling van de gewichten van het drie-wekelijks ingezamelde groente-, fruit- en tuinafval van dit bedrijfspand in het betreffende belastingtijdvak, een optelling van de gewichten van de drie-wekelijks ingezamelde plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drinkpakken van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak en een optelling van de gewichten van de drie-wekelijks ingezamelde overige afvalstoffen van dit bedrijfspand in het betreffende belastingtijdvak.
Artikel 16 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel volle kalenderweken van de voor een volledig belastingtijdvak verschuldigde rechten als bedoeld in hoofdstuk 2.1 van de tarieventabel, als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,50.
Bij de invordering van reinigingsrechten, als bedoeld in de hoofdstukken 2 en 3 van de tarieventabel, wordt geen kwijtschelding verleend.
De "Verordening reinigingsheffingen 2019", vastgesteld bij raadsbesluit van 13 december 2018, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 20, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening kan worden aangehaald als: "Verordening reinigingsheffingen 2020”.
Vastgesteld in de openbare vergadering d.d. 12-12-2019.
De gemeenteraad van Borger-Odoorn,
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk 1. Maatstaven en tarieven afvalstoffenheffing
Hoofdstuk 1.1 Vastrecht afvalstoffenheffing
1.1.1 De belasting per perceel en per belastingtijdvak bedraagt: € 28,79
Hoofdstuk 1.2 Gedifferentieerd gedeelte van de afvalstoffenheffing
De belasting bedraagt, onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 1.1:
1.2.1 ingeval van een perceel niet behorend tot enige groep van
percelen als bedoeld in onderdeel 1.2.2, voor:
1.2.1.1 groente-, fruit- en tuinafval welke drie-wekelijks in een
container wordt ingezameld, per kilogram € 0,05
1.2.1.2 plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drinkpakken
welke drie-wekelijks in een container wordt ingezameld,
1.2.1.3 de overige afvalstoffen welke drie-wekelijks in een
container worden ingezameld, per lediging € 3,00
1.2.1.3.1 verhoogd met een bedrag voor elke kilo aangeboden restafval,
1.2.2 voor de bij besluit van het college van burgemeester en
wethouders aangewezen percelen, die deel uitmaken van een
1.2.2.1 groente-, fruit- en tuinafval welke periodiek bij de percelen worden
ingezameld, per perceel en per belastingtijdvak € 1,50
1.2.2.2 plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drinkpakken welke
periodiek bij de percelen worden ingezameld, per perceel en per belastingtijdvak € 0,00
1.2.2.3 de overige afvalstoffen welke periodiek bij de percelen worden
ingezameld, per perceel en per belastingtijdvak € 6,00
Hoofdstuk 1.3 Maatstaven en overige tarieven afvalstoffenheffing
1.3.1 Onverminderd het bepaalde in de hoofdstukken 1.1 en 1.2
voor het op aanvraag inzamelen van grove huishoudelijke
1.3.1.1 per aanvraag, per m³ € 67,95
1.3.1.2 voor het inzamelen van groot wit- en bruingoed, per stuk € 34,50
1.3.2 Onverminderd het bepaalde in de hoofdstukken 1.1 en 1.2
voor het achterlaten op een daartoe van gemeentewege ter
1.3.2.1 van grof tuinafval per m³ of gedeelte daarvan per
1.3.2.2 van grof huisafval per m³ of gedeelte daarvan per
Hoofdstuk 2. Maatstaven en tarieven reinigingsrechten
Hoofdstuk 2.1 Vastrecht reinigingsrechten
2.1.1 Het recht bedraagt voor het inzamelen van afvalstoffen,
indien daarvoor geen belasting wordt geheven als bedoeld
in artikel 3 van de verordening, per bedrijfspand en per
Hoofdstuk 2.2 Gedifferentieerd gedeelte van het reinigingsrecht
2.2.1 Het recht bedraagt, onverminderd het bepaalde in hoofdstuk 2.1
2.2.1.1 groente-, fruit- en tuinafval welke drie-wekelijks in een
container wordt ingezameld, per kilogram € 0,05
2.2.1.2 plastic verpakkingen, metalen verpakkingen en drinkpakken
welke drie-wekelijks in een container worden ingezameld,
2.2.1.3 de overige afvalstoffen welke drie-wekelijks in een
container worden ingezameld, per lediging € 3,00
2.2.1.3.1 verhoogd met een bedrag voor elke kilo aangeboden restafval,
Hoofdstuk 3 Maatstaven en tarieven overige reinigingsrechten
3.1 het ledigen van beer- of bezinkputten en het verwijderen
van de daaruit komende stoffen € 169,40
3.2 het achterlaten van grof huisafval, afkomstig van door
maatschappelijke organisaties georganiseerde rommelmarkten,
op een daartoe van gemeentewege ter beschikking gestelde
plaats, per m³ of gedeelte daarvan per kilogram € 0,03
3.3 het achterlaten van grof huisafval, afkomstig van niet-inwoners
van de gemeente, die naar de omstandigheden beoordeeld al dan
niet krachtens eigendom, bezit of beperkt recht of persoonlijk
recht gebruik maakt van het perceel, welke niet onder de
afvalstoffenheffing valt, op een daartoe van gemeentewege ter
beschikking gestelde plaats, per m³ of gedeelte daarvan per
Behoort bij besluit van de raad van de gemeente Borger-Odoorn van 12 december 2019.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-319170.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.