Legesverordening 2020

 

De raad van de gemeente Alphen aan den Rijn;

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 november 2019;

Gelet op artikel 229, lid 1 aanhef en onderdeel b Gemeentewet en artikel 156, lid 1 en 2, aanhef en onderdeel h Gemeentewet en de artikelen 2, tweede lid, en 7 van de Paspoortwet;

 

B E S L U I T vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2020

 

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

 dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

 week: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

 maand: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand, met dien verstande dat als de ne dag in een kalendermaand 30 of 31 januari is, de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand altijd de laatste dag van de maand februari is;

 jaar: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

 kalenderjaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.

 

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam 'leges' worden rechten geheven voor:

1

a. het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

b. het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocumenten en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

2. Hetgeen in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel is bepaald over een Nederlandse identiteitskaart voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is van overeenkomstige toepassing op een vervangende Nederlandse identiteitskaart voor personen met een uitreisverbod, ongeacht de leeftijd van de betrokken persoon.

 

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart, of het reisdocument dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

 

Artikel 4 Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

1 inlichtingen, kopieën, afschriften, kaarten, tekeningen of dergelijke, in het openbaar belang gevraagd door openbare besturen, ambtenaren of instellingen;

2 nasporingen in het archief, welke uitsluitend geschieden ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek;

3 beschikkingen op verzoekschriften en bezwaarschriften ter zake van plaatselijke belastingen;

4 het in behandeling nemen van aanvragen van verklaringen omtrent inkomen en vermogen;

5 stukken nodig voor de ontvangst van pensioenen, lijfrenten wachtgelden, loon, bezoldiging of riddertoelagen;

6 beschikkingen, houdende beslissing op een aanvraag om subsidie uit de gemeentekas;

7 kwitanties voor geldsommen en andere stukken, waarbij de ontvangst of overneming van gelden of goederen worden erkend of vermeld;

8 vergunningen, als bedoeld in de Wet op de lijkbezorging en de gemeentelijke verordeningen op de begraafplaatsen;

9 afdrukken van stukken, die ten behoeve van de plaatselijke nieuwsbladen of van binnen de gemeente gevestigde openbare leeszalen afgegeven worden, krachtens besluit van burgemeester en wethouders;

10 een exemplaar van raadsstukken en verordeningen, aangevraagd door een krachtens de Kieswet ingeschreven, niet in de raad vertegenwoordigde politieke groepering;

11 diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

12 diensten die ingevolge wettelijk voorschrift zijn vrijgesteld van rechtenheffing of kosteloos moeten worden verleend.

Artikel 5 Tarieven

1 De leges worden geheven naar de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

2 Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

3 Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

 

Artikel 6 Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

 

Artikel 7 Termijnen van betaling

1 In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

a mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

b schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen veertien dagen na dagtekening van de schriftelijke kennisgeving.

2 De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

 

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van de leges wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 9 Teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke teruggaaf van leges ter zake van een in de tarieventabel omschreven dienst wordt verleend op een aanvraag als bedoeld in artikel 242 van de Gemeentewet en overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in de bij deze verordening behorende tarieventabel opgenomen bepaling.

 

Artikel 10 Overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening, indien de wijzigingen:

a. van zuiver redactionele aard zijn;

b. een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële bekendmaking ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

1 onderdeel 1.1.13 (akten burgerlijke stand);

2 hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

3 hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

4 onderdeel 1.4.2 (papieren verstrekking uit basisadministratie personen);

5 onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

6 hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

 

Artikel 11 Lex silencio positivo

Paragraaf 4.1.3.3. Awb is vanwege dringende reden van algemeen belang niet van toepassing op de tarieven 3.1.1., 3.1.2., 3.1.2.1., 3.1.3., 3.1.4., 3.2.1., 3.2.1.1., 3.2.1.2., 3.2.1.3., 3.2.1.4., 3.2.1.5, 3.2.1.6, 3.2.1.7, 3.2.2., 3.2.3. en 3.3 genoemd in de tarieventabel behorende bij deze verordening.

 

Artikel 12 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel

1 De 'Legesverordening 2019’, van de gemeente Alphen aan den Rijn, vastgesteld bij raadsbesluit van 13 december 2018 en de ‘Verordening tot wijziging van de Legesverordening 2019‘ van 28 maart 2019, worden ingetrokken met ingang van 1 januari 2020, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

2 Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

3 De in titel 2 van de tarieventabel genoemde voorwaarden en normen worden bekendgemaakt door terinzagelegging op het gemeentehuis te Alphen aan den Rijn.

4 De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

5 Deze verordening wordt aangehaald als 'Legesverordening 2020’.

 

Tabel behorend bij de Legesverordening 2020

 

Indeling tarieventabel

Titel 1

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1

Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2

Reisdocumenten

Hoofdstuk 3

Rijbewijzen

Hoofdstuk 4

Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen

Hoofdstuk 5

Naturalisatie

Hoofdstuk 6

Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7

Bestuursstukken

Hoofdstuk 8

Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9

Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10

Archief

Hoofdstuk 11

Huisvestingswet

Hoofdstuk 12

Leegstandwet

Hoofdstuk 13

Gemeentegarantie

Hoofdstuk 14

Marktstandplaatsen

Hoofdstuk 15

Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16

Kansspelen

Hoofdstuk 17

Telecommunicatie en Leidingverordening

Hoofdstuk 18

Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 19

Diversen

Titel 2

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1

Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2

Vooroverleg/beoordelen conceptaanvraag

Hoofdstuk 3

Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4

Vermindering en teruggaaf

Hoofdstuk 5

Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 6

Bestemmingswijzigingen 

Hoofdstuk 7

In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

Hoofdstuk 1

Horeca

Hoofdstuk 2

Organiseren evenementen of markten

Hoofdstuk 3

Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4

Huisvestingswet

Hoofdstuk 5

Wijziging leidinggevende

Titel 1

Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

2020

1.1.1 

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk, partnerschapsregistratie of omzetting van een partnerschapsregistratie in een huwelijk, inclusief ceremonie:

 

 

1.1.1.1 

maandag tot en met donderdag in een huis der Gemeente

361,45

1.1.1.2

vrijdag in een huis der Gemeente

443,35

1.1.1.3

zaterdag of algemeen erkende feestdag (op grond van artikel 3 Algemene Termijnenwet) in een huis der Gemeente

711,65

1.1.1.4

alleen woensdagochtend om 9.00 en 9.30 uur in het vergadercentrum van het Gemeentehuis zonder ceremonie met maximaal 16 personen

0,00

1.1.1.5.

dinsdag en donderdagmiddag (om 14.00 uur, 14.30 uur en 15.00 uur) in het vergadercentrum van het Gemeentehuis standaard ceremonie met maximaal 16 personen

180,20

1.1.2

Het tarief voor de omzetting van een partnerschapsregistratie in een huwelijk zonder plechtigheid aan de balie bedraagt

61,40

1.1.3

De toeslag bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een daartoe eenmalig apart aangewezen locatie, buiten een huis der Gemeente

180,20

1.1.4

De toeslag voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk in een bijzonder huis ingevolge artikel 64, Boek 1, van het Burgerlijk Wetboek bedraagt

0,00

1.1.5

Indien het voltrekken van de huwelijkssluiting, het uitvoeren van de registratie van het geregistreerd partnerschap of de omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk door een eigen daartoe voor één dag benoemde buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand wordt uitgevoerd, wordt een toeslag berekend van

149,50

1.1.6

Het tarief voor het benoemen van een inwoner van Alphen aan den Rijn tot buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor één dag voor het voltrekken van een huwelijk in een andere gemeente (exclusief kosten die worden berekend door de gemeente waar het huwelijk wordt voltrokken), bedraagt

149,50

1.1.7

Het tarief voor het door de gemeente beschikbaar stellen van een getuige aanwezig bij de plechtigheid bedraagt per getuige:

36,85

1.1.8

Het tarief bedraagt voor het uitleggen van de rode loper op:

 

1.1.8.1

maandag tot en met vrijdag locatie raadszaal in Boskoop

96,25

1.1.8.2

maandag tot en met vrijdag locatie Oude Raadhuis Alphen aan den Rijn

231,40

1.1.8.3

zaterdag locatie raadszaal Boskoop

143,35

1.1.8.4

zaterdag locatie Oude Raadhuis Alphen aan den Rijn

305,15

1.1.9

Het tarief voor het op verzoek laten spelen van het carillon in Boskoop bedraagt:

28,65

1.1.10

Indien de voltrekking van een huwelijk, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk schriftelijk wordt geannuleerd binnen 14 dagen voor de geplande huwelijksvoltrekking, wordt voor de reeds gemaakte kosten een gereduceerd tarief in rekening gebracht van:

111,60

1.1.10.2

Indien de voltrekking van een kosteloos huwelijk, korte ceremonie stadhuis, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, schriftelijk wordt geannuleerd binnen 14 dagen voor de geplande huwelijksvoltrekking, wordt voor de reeds gemaakte kosten een gereduceerd tarief in rekening gebracht van:

55,25

1.1.10.3

Indien de aanvragers, zonder zwaarwegende redenen, niet verschijnen voor de voltrekking van het huwelijk, registratie van het partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, vindt geen teruggave en/of reductie plaats.

 

1.1.10.4

Indien de aanvragers, zonder zwaarwegende redenen, niet verschijnen voor de voltrekking van het kosteloze huwelijk, korte ceremonie stadhuis, kosteloze registratie van het partnerschap of kosteloze omzetting van een geregistreerd partnerschap in een huwelijk, wordt voor de reeds gemaakte kosten een tarief in rekening gebracht van:

€ 

108,50

1.1.11

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

 

1.1.11.1

een trouwboekje of partnerschap boekje 

33,25

1.1.11.2

een duplicaat trouwboekje 

33,25

1.1.12

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

20,45

1.1.13

Het tarief bedraagt voor:

 

1.1.13.1

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder a, genoemde stukken (afschrift van een akte van de burgerlijke stand als bedoeld in artikel 23b, tweede lid van Boek 1 Burgerlijk Wetboek)

13,80

1.1.13.2

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder b, genoemde stukken (uittreksel van een akte van de burgerlijke stand als bedoeld in artikel 23b, eerste lid van Boek 1 Burgerlijk Wetboek)

13,80

1.1.13.3

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder c, genoemde stukken (verklaring van huwelijksbevoegdheid als bedoeld in artikel 49a, van Boek 1 Burgerlijk Wetboek)

24,30

1.1.13.4

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder d, genoemde stukken (attestatie de vita als bedoeld in artikel 1:19K Burgerlijk Wetboek)

13,80

1.1.13.5

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder e, genoemde stukken (meertalig uittreksel uit een akte van een burgerlijke stand)

13,80

1.1.13.6

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder f, genoemde stukken, waar het een meertalig modelformulier van een van de in artikel 2, eerste lid, onder a, b, d en e van de Wet rechten burgerlijke stand genoemde stukken betreft 

13,80

1.1.13.7

de in artikel 2, eerste lid, van de Wet rechten burgerlijke stand, onder f, genoemde stukken, waar het een meertalig modelformulier van de in artikel 2, eerste lid, onder c van de Wet rechten burgerlijke stand genoemde stukken betreft 

18,60

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

 

1.2

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

 

 

1.2.1

van een nationaal paspoort:

 

 

1.2.1.1 

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

73,20

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

55,35

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een nationaal paspoort als bedoeld in 1.2.1 (zakenpaspoort):

 

 

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

73,20

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

55,35

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld (faciliteitenpaspoort):

 

 

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

73,20

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

55,35

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 

55,35

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

 

 

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

58,30

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

30,70

1.2.5.3

voor een vervangende Nederlandse identiteitskaart conform artikel 23b Paspoortwet

30,70

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde documenten, worden de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag van

49,85

1.2.7.

voor het bezorgen van een in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemd document, zijnde een toeslag op de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde bedragen:

 

 

1.2.7.1.

bezorgen één paspoort of identiteitskaart

4,95

1.2.7.2.

bezorgen meerdere paspoorten en/of identiteitskaarten tegelijk op één adres

9,90

 

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

 

1.3.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot eerste uitgifte, vernieuwen of vervangen (categorie-uitbreiding of herafgifte na ongeldigheidsverklaring) van een rijbewijs

40,65

1.3.2

Het tarief bedraagt terzake van het omwisselen van een buitenlands (vreemd) rijbewijs

40,65

1.3.3

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

34,10

1.3.5

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.2 wordt bij het aangetekend verzenden naar de RDW vermeerderd met

10,00

 

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Basisregistratie Personen

 

1.4.1 

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd. 

 

 

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

1.4.2.1 

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

10,85

1.4.2.2.

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

 

1.4.2.2.1.

tot 100 verstrekkingen

689,15

1.4.2.2.2.

tot 500 verstrekkingen

2.758,65

1.4.2.2.3.

tot 1.000 verstrekkingen

4.595,70

1.4.2.2.4.

tot 5.000 verstrekkingen

18.391,00

1.4.2.2.5.

tot 10.000 verstrekkingen

27.590,65

1.4.2.4

tot het vertstrekken van een meertalig modelformulier woon- en verblijfplaats als bedoeld in artikel 7, eerste lid, van verordening (EU) nr. 2016/1191 van het Europees Parlement en de Raad van 6 juli 2016 betreffende de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening nr. 1024/2012 (PbEU 2016, L 200)

10,85

1.4.3.

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de basisregistratie personen, voor ieder daaraan besteed kwartier

20,45

 

 

Hoofdstuk 5 Naturalisatie

 

1.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een verzoek om optie of naturalisatie:

 

 

1.5.1.1

bij optie; enkelvoudig

191,00

1.5.1.2

bij optie; gemeenschappelijk

326,00

1.5.1.3

bij optie; mede opterende minderjarige

21,00

1.5.1.4

bij naturalisatie; enkelvoudig standaard

901,00

1.5.1.5

bij naturalisatie; gemeenschappelijk standaard

1.150,00

1.5.1.6

bij naturalisatie; enkelvoudig verlaagd

670,00

1.5.1.7

bij naturalisatie; gemeenschappelijk verlaagd

920,00

1.5.1.8

bij naturalisatie; mee naturaliserende minderjarige

133,00

 

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van Wet bescherming persoonsgegevens

 

vervallen

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

 

1.7.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

 

1.7.1.1 

een afschrift van de beheerbegroting

65,00

1.7.1.2

een afschrift van de programmabegroting

65,00

1.7.1.3

een afschrift van de gemeenterekening

65,00

1.7.1.4

een afschrift van het burgerjaarverslag

10,30

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.7.3

een afschrift van enige gemeentelijke verordening

13,60

1.7.4.1

een afschrift van een gemeentelijke verordening of aanvulling daarop of een afschrift van vergaderverslagen- of stukken of een voorschrift dan wel toelichting van een bestemmingsplan of uitwerkingsvoorschrift, per pagina

€ 

0,75

1.7.4.2

een digitaal afschrift van een gemeentelijke verordening of aanvulling daarop of een digitaal afschrift van vergaderverslagen- of stukken of een digitaal voorschrift dan wel toelichting van een bestemmingsplan of uitwerkingsvoorschrift, per pagina

€ 

0,25

 

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

 

1.8.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.8.1.1 

tot het verstrekken van een fotokopie betreffende vastgoedinformatie van een plan, zoals bestemmingsplan, een voorbereidingsbesluit, structuurvisie, wegenkaart, structuurplan of stadsvernieuwingsplan:

 

1.8.1.1.1 

in formaat A4 of kleiner, per bladzijde

2,15

1.8.1.1.2 

in formaat A3

3,25

1.8.2 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

 

1.8.2.1 

de gemeentelijke basisregistratie adressen of de gemeentelijke basisregistratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

9,20

1.8.2.2

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

9,20

 

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

 

1.9 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.9.1 

tot het verkrijgen van een verklaring omtrent het gedrag

41,35

1.9.2

tot het verkrijgen van een bewijs van in leven zijn

13,80

1.9.3

tot het verkrijgen van een legalisatie van een handtekening

13,80

1.9.4

tot het verstrekken van een andere verklaring als genoemd in 1.9.1. tot en met 1.9.3 welke in het bijzonder belang van de aanvrager wordt opgemaakt, voor zover daarvoor in deze tarieventabel dan wel in een andere verordening of rechtsregel niet een ander recht is bepaald, per stuk

13,80

 

Hoofdstuk 10 Archief

 

1.10.1 

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doen van naspeuringen in de in het archief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

15,35

1.10.2 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van:

 

1.10.2.1 

een (digitaal) afschrift of fotokopie van een in het archief berustend stuk, per pagina A4 formaat

0,60

1.10.2.2

een (digitaal) afschrift of fotokopie van een in het archief berustend stuk, per pagina A3 formaat

1,20

1.10.2.3

een digitale scan van een in het archief berustende bouwtekening, per pagina/opname

4,15

 

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

 

1.11 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.11.1 

tot het verkrijgen van een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van de Huisvestingswet

33,15

1.11.2

tot het indelen in een urgentiecategorie als bedoeld in artikel 13, tweede lid, van de Huisvestingswet 2014

€ 

27,50

 

 

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

 

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.12.1

tot het verkrijgen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandswet

51,60

 

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

 

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.13.1

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

22,20

 

 

 

0,00

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

 

vervallen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

 

vervallen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 16 Kansspelen

 

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

 

 

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspeelautomaat

56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspeelspeelautomaten, een basisbedrag van

34,00

 

en voor iedere kansspeelautomaat

22,50

1.16.1.3 

Indien de in 1.16.1.1 en 1.16.1.2 bedoelde vergunningen wordt verkregen voor een tijdvak korter dan twaalf maanden, dan worden de genoemde bedragen, naar evenredigheid van looptijd van de vergunning verminderd, waarbij een gedeelte van een maand voor een gehele maand gerekend wordt.

 

1.16.2.1

voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd voor één kansspeelautomaat

226,50

1.16.2.3

voor een periode van langer dan vier jaar of voor onbepaalde tijd voor twee of meer kansspeelspeelautomaten, een basisbedrag van

136,00

1.16.2.4

en voor iedere kansspeelautomaat

90,50

1.16.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 en 28 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning en prijsvraagvergunning) 

15,35

 

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie en Leiding-verordening

 

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding/aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming/vergunning omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van leidingwerkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet (betreffende groot geprogammeerd werk>10m2):

 

 

1.17.1.1

tot een tracélengte van 100 meter

573,40

1.17.1.2

voor een tracé in door de gemeente beheerde openbare gronden langer dan 100 strekkende meter wordt het onder 1.17.1.1 genoemde bedrag per strekkende meter tracélengte (of een gedeelte hiervan) verhoogd met

1,50

1.17.2

Indien met betrekking tot het verzoek om een instemmingsbesluit als bedoeld in 1.17.1 een voorbespreking plaats moet vinden tussen de gemeente en de aanbieder en eventuele andere partijen kan, conform het Handboek Ondergrondse Infrastructuur gemeente Alphen aan den Rijn, het onder 1.17.1.1 en 1.17.1.2 genoemde bedrag voor ieder overleg worden verhoogd met

117,75

1.17.3

Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding (klein geprogrammeerd werk <10 m²/ calamiteit) als bedoeld in artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet bedraagt per melding

€ 

122,85

1.17.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding/aanvraag in verband met het verkrijgen van instemming/vergunning omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van leidingwerkzaamheden als bedoeld in de Leidingverordening Alphen aan den Rijn (groot geprogrammeerd werk >10 m2):

€ 

573,40

1.17.5

Indien met betrekking tot de vergunningsaanvraag als bedoeld in 1.17.4 een voorbespreking plaats moet vinden tussen de gemeente en de leidingexploitant en eventuele andere partijen kan, conform het Handboek Ondergrondse Infrastructuur gemeente Alphen aan den Rijn, het onder 1.17.4 genoemde bedrag voor ieder overleg worden verhoogd met

117,75

1.17.6

Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding (klein geprogrammeerd werk <10 m²/ calamiteit) bedraagt per melding

122,85

1.17.7

Het tarief voor het in behandeling nemen van een melding (groot geprogrammeerd werk >10 m²/ calamiteit) bedraagt per melding

 

573,40

1.17.8

Vergunning/instemmingsbesluit benutten Ogis

 

850,00

1.17.9

voor niet aanvragen vergunning/instemmingsbesluit/melding

 

3.350,00

1.17.10

het verlengen van een vergunning

 

85,00

1.17.11

bij meldingen die gerelateerd zijn aan een vergunning/instemmingsbesluit worden de leges op de 1e melding niet doorberekend

 

 

1.17.11.1

Op elke volgende melding ivm een vergunning wordt in rekening gebracht, per melding

 

122,85

1.17.12

Het tarief bedraagt voor het niet invullen van hoeveelheden t.b.v. afrekening melding, per keer

 

117,75

 

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

 

1.18 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.18.1 

Vervallen

 

1.18.2 

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen

34,05

1.18.3 

tot het verkrijgen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW) 

22,80

1.18.4

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 149 van de Wegenverkeerswet, aangevraagd 3 weken of langer van tevoren (ontheffing in verband met toegang voetgangersgebied)

32,75

1.18.4.1

extra spoedleges bij aanvraag korter dan 3 weken vantevoren 

45,05

1.18.5

tot het verkrijgen van een ontheffing van het nachtelijk rijverbod, ingevolge artikel 62 Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, volgens het bord E10 (C7) van bijlage I van het Reglement verkeersregels en verkeertekens 1990

45,05

1.18.6

tot het verkrijgen van een bijzondere toestemming voor het laden of lossen van gevaarlijke goederen op grond van hoofdstuk 7.5.11 en 8.5. ADR (Europese overeenkomst voor het internationale vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg).

45,05

1.18.7

tot het afgeven van een wedstrijdvergunning, ingevolge artikel 10 van de Wegenverkeerswet 1990

33,05

1.18.8

Vervallen

 

1.18.9

tot het verkrijgen van een ontheffing als bedoeld in artikel 5.8 van de APV, voor het plaatsen van (bouw)kranen en vrachtwagens

22,50

1.18.10

Aanstellingsbesluit voor verkeersregelaars

 

1.18.10.1

aanvraag minimaal 10 werkdagen of langer van tevoren

15,35

1.18.10.2

aanvraag 9 werkdagen of korter vantevoren

32,75

1.18.11

tot het verlenen van een vergunning voor het plaatsen van een E-laadpaal als bedoeld in artikel 2:10 lid 7 van de Algemene plaatselijke verordening

103,40

1.18.12

tot het afgeven van een verklaring van geen bezwaar tot het mogen opstijgen of landen van een luchtballon, ingevolge artikel 10 van het Besluit inrichting en gebruik niet aangewezen luchtvaartterreinen of een helikopter of ander luchtvaartuig, ingevolge de Wet Luchtvaart en artikel 2 van het Besluit inrichting en gebruik niet aangewezen luchtvaartterreinen

22,70

1.18.13

Afgeven van een verklaring van geen bezwaar voor een recreatieve/toer of prestatietocht/wedstrijd

 

 

wandelen, hardlopen, fietsen, wielrennen, motor, auto, oldtimers e.d

 

 

met meer dan 10 deelnemers

 

1.18.13.1

aanvraag minimaal 6 weken of langer van tevoren

32,75

1.18.13.2

extra spoedleges bij aanvraag korter dan 6 weken van tevoren

45,05

1.18.13.3

in geval van belangeloze organisatie en/of opbrengst voor goed doel

15,55

 

 

Hoofdstuk 19 Diversen

 

1.19.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

1.19.1.1 

tot het verkrijgen van een vergunning als bedoeld in de Afvalstoffenverordening, ter zake van de inzameling van andere categorieën afvalstoffen dan huishoudelijke afvalstoffen door bedrijven, per jaar van geldigheid

€ 

271,35

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

 

1.19.2.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina 

8,60

1.19.2.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

 

1.19.2.2.1

per pagina op papier van A4-formaat

0,60

1.19.2.2.2

per pagina op papier van A3-formaat

1,20

1.19.2.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de onderdelen 1.19.2.1 en 1.19.2.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk

8,05

 

vermeerderd met voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk de 5 dm2 te boven gaat;

0,90

1.19.2.4

een beschikking op aanvraag, voor zover daarvoor niet elders in titel 1,2 of 3 of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, zoals een vergunning of ontheffing of ander stuk in het persoonlijk belang van de aanvrager, per beschikking

62,45

1.19.2.5

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

7,95

1.19.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor een standplaats als bedoeld in artikel 5.18 van de Algemene plaatselijke verordening (standplaatsvergunning, niet zijnde een marktstandplaats als bedoeld in Hoofdstuk 14), voor:

 

 

 

a. een seizoen standplaats

65,50

 

b. een vaste standplaats

82,20

1.19.6

Het tarief bedraagt tot het afgeven van een vergunning ingevolge artikel 4.15 van de Algemene plaatselijke verordening niet vallende onder 1.19.5

56,30

1.19.12

Het tarief bedraagt tot het afgeven van een ontheffing ingevolge artikel 4.1.5 van de Algemene plaatselijke verordening

67,85

1.19.13

Het tarief bedraagt tot het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een ontheffing ingevolge de artikelen 4.6 t/m 4.6e van de Algemene plaatselijke verordening (geluidhinder) indien de ontheffing geldig is voor een periode van:

 

 

a1. een dag

18,05

 

a2. een dag voor een commercieel B of C evenement

40,80

 

b. een week

67,13

 

c. een maand

58,50

 

d. een kwartaal

83,85

 

e. een jaar

188,40

1.19.14

voor spoedleveringen van een beschikking (minder dan 3 weken van tevoren) wordt het verschuldigde bedrag verhoogd met

45,05

1.19.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van ontheffing voor het gebruiken van het openbaar gebied (containers e.d.)

 

 

voor een oppervlakte tot 15 m2

40,95

 

voor een oppervlakte van 15 m2 tot 25 m2

70,65

 

voor een oppervlakte van 25 m2 of meer

162,20

1.19.16

Vervallen

 

 

1.19.17

Het tarief tot het verstrekken van papieren of digitale (gescande) afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken in het kader van een aanvraag WOB:

 

1.19.17.1

per pagina digitaal of op papier van A4-formaat

0,60

1.19.17.2

per pagina digitaal of op papier van A3-formaat

1,20

1.19.17.3

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, per kaart, tekening of lichtdruk op papier of digitaal

8,60

 

vermeerderd met voor elke dm2 waarmee de oppervlakte van de kaart, tekening of lichtdruk de 5 dm2 te boven gaat;

0,90

1.19.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor het collecteren

18,90

1.19.19

Het verlenen van een ontheffing voor artikel 3 of 4 van de Zondagswet

32,75

1.19.20

Het tarief bedraagt voor het verlenen van een toegangspas voor een ondergrondse container in verband met verlies van een eerder uitgegeven pas:

13,80

 

 

Titel 2 

Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/ omgevingsvergunning

 

Hoofdstuk 1 Begripsomschrij-vingen

 

2.1.1 

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

 

 

2.1.1.1

aanlegkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt, een raming van de aanlegkosten, de omzetbelasting niet inbegrepen. Indien de werken of werkzaamheden geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschieden wordt in deze titel onder aanlegkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor de werken of werkzaamheden waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.2

bouwkosten:

 

 

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme administratieve voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting, bedoeld in het normblad NEN 2631, uitgave 1979, of zoals dit normblad laatstelijk is vervangen of gewijzigd. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft;

 

2.1.1.3

Wabo:

 

 

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

 

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

 

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

 

 

 

Hoofdstuk 2 Vooroverleg/beoor-deling conceptaanvraag

 

2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag c.q verzoek:

 

 

2.2.1

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of medewerking zal worden verleend aan een voorgenomen project in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en/of de Wet ruimtelijke ordening wanneer het bij de uiteindelijke aanvraag om omgevingsvergunning een gebonden beschikking betreft, of waarbij artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (binnenplanse afwijking) of artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo (Bor afwijking) wordt toegepast 

358,40

2.2.2

om vooroverleg in verband met het verkrijgen van een indicatie of medewerking zal worden verleend aan een voorgenomen project in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en/of de Wet ruimtelijke ordening waarbij, bij de uiteindelijke aanvraag om omgevingsvergunning artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo (buitenplanse afwijking), of een bestemmingsplanwijziging wordt toegepast 

921,60

2.2.3

indien er voor het vooroverleg zoals omschreven in hoofdstuk 2, artikel 2.2.2 een quikscan van de omgevingsdienst Midden Holland benodigd is wordt het bedrag vermeerderd met een bedrag van

1.747,55

 

Hoofdstuk 3 Omgevings-vergunning

 

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

 

 

 

 

2.3.1

Bouwactiviteiten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.1.1

indien de bouwkosten niet meer bedragen dan € 200.000

 

 

2,00 % van de bouwkosten, met een minimumtarief van

38,50

2.3.1.2

indien de bouwkosten meer dan € 200.000 en niet meer dan € 1.000.000 bedragen

4.000,00

 

vermeerderd met 2,20 % van het bedrag waarmee de bouwkosten € 200.000 te boven gaan

 

2.3.1.3

indien de bouwkosten meer dan € 1.000.000 bedragen

21.600,00

 

vermeerderd met 1,95 % van het bedrag waarmee de bouwkosten € 1.000.000 te boven gaan

 

 

 

2.3.2

Welstandstoets

 

 

Indien omtrent de welstand van een vergunning plichtig bouwwerk als bedoeld in 2.3.1 advies wordt ingewonnen, wordt het overeenkomstig bedoelde legesbedrag verhoogd met de kosten van dit advies. De kosten voor het advies zijn:

 

2.3.2.1

Voor bouwkosten tot € 25.000 

55,00

2.3.2.2

Indien bouwkosten van € 25.000 tot € 1.250.000 bedragen: 2,18 promille van de bouwkosten

 

2.3.2.3

Voor bouwkosten vanaf € 1.250.000

2.722,50

2.3.2.4

Vooroverleg

0,00

2.3.2.5

De kosten voor een welstandsadvies in het kader van handhaving bedragen

121,00

2.3.2.6

Monumentenadvisering wordt tegen uurtarief in rekening gebracht. Tarief bedraagt per uur:

121,00

2.3.2.7

Indien omtrent de welstand van een vergunning plichtig bouwwerk de sneltoetscriteria ambtelijk worden getoetst, dan wordt het legesbedrag verhoogd met de kosten van deze toets. De kosten bedragen per getoetst objectcriterium

€ 

25,00

 

 

 

Verplicht advies agrarische commissie

 

2.3.2.10

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 of 2.3.4 bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een advies van de agrarische commissie wordt ingewonnen:

 

2.3.2.11

voor een standaardadvies voor bestaande bedrijven

825,00

2.3.2.12

voor een advies inzake nieuwe vestigingen en/of beoordeling van een bedrijfsplan

980,00

2.3.2.13

voor een advies waarin ook uitspraken van een commissie voor bezwaar en beroep en/of gerechtelijke uitspraken worden betrokken

1.035,00

2.3.2.14

voor een nader advies op een eerder uitgebracht advies

495,00

2.3.2.15

voor een second opinion

1.295,00

 

 

2.3.3

Aanlegactiviteiten

 

2.3.3.1

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief: 1% van de aanlegkosten

 

 

met een minimum van

96,25

 

en een maximum van

10.856,40

 

 

 

 

 

 

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik 

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1: 

 

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) 

309,20

 

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking) met uitgebreidere ruimtelijke motivering:

€ 

616,40

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

309,20

 

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking) met uitgebreidere ruimtelijke motivering:

€ 

616,40

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) en geen anterieure exploitatieovereenkomst is opgesteld en getekend:

11.641,85

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

309,20

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

96,25

2.3.4.6

Voor de artikelen vallend onder 2.3.4 geldt dat de benodigde onderzoeken en ruimtelijke onderbouwing door aanvrager zelf dienen te worden aangeleverd en bekostigd.

 

2.3.4.7

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wabo en wordt geweigerd, gelden eveneens de tarieven zoals genoemd in artikelen 2.3.4.1, 2.3.4.2, 2.3.4.3 en 2.3.4.4. 

 

 

 

2.3.5

Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens de gemeentelijk Monumentenverordening aangewezen monument, bedraagt het tarief voor het slopen, verstoren, verplaatsen, verbouwen of in enig ander opzicht wijzigen van een monument, indien:

 

2.3.5.1

de bouw- of uitvoeringskosten van de uit te voeren werkzaamheden van de activiteit € 10.000 of minder zijn

0,00

2.3.5.2

de kosten van de uit te voeren werkzaamheden van de activiteit € 10.000 of meer zijn: 20% van het bedrag zoals wordt berekend volgens art 2.3.1 (bouwactiviteiten), waarbij indien geen aanvraag om omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen benodigd is in plaats van bouwkosten moet worden gelezen uitvoeringskosten. 

 

2.3.5.3

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van de Monumentenverordening een vergunning is vereist, bedraagt het tarief: 20% van het bedrag zoals wordt berekend bij art. 2.3.1 (bouwactiviteiten), waarbij indien geen aanvraag om omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen benodigd is in plaats van bouwkosten moet worden gelezen uitvoeringskosten.

 

 

 

 

2.3.6

Uitweg/inrit

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of verkrijgen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

131,05

 

 

2.3.7

Kappen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

43,00

 

 

2.3.8

Opslag van roerende zaken

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de gemeente, waarvoor op grond van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

 

2.3.8.1

indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:

0,00

2.3.8.2

indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:

0,00

 

 

 

 

2.3.9

Omgevingsvergunning in twee fasen

 

 

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

 

2.3.9.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

 

2.3.9.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.

 

 

 

2.3.9.2

Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag van een wijziging van een verleende vergunning eerste fase bedraagt:

 

 

30% van het legesbedrag, met een minimum van

96,25

 

 

2.3.10

Beoordeling rapport

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een rapport wordt beoordeeld:

 

2.3.10.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

454,55

2.3.10.2

voor de beoordeling van een archeologisch rapport

363,60

2.3.10.3

voor de beoordeling van een rapport ecologie/flora en fauna

636,35

2.3.10.4

voor de beoordeling van een akoestisch rapport

454,55

2.3.10.5

voor de beoordeling van een rapport luchtkwaliteit

181,80

2.3.10.6

voor de beoordeling van een ROM aanvraag

1.000,00

2.3.10.7

voor de beoordeling van een EV kort

€ 

363,60

2.3.10.8

voor het voeren van een procedure hogere waarde ogv geluid

€ 

2.000,00

 

 

2.3.11

Verklaring van geen bedenkingen

 

 

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo: 

 

2.3.11.1

indien de gemeenteraad of een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:

0,00

 

 

2.3.12

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

 

2.3.12.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het basistarief:

218,05

2.3.12.2

vermeerderd met, indien de gebruiksoppervlakte tussen de 0-100 m2 bedraagt, een bedrag van

€ 

94,45

2.3.12.3

vermeerderd met, indien de gebruiksoppervlakte tussen de 101-500 m2 bedraagt, een bedrag van 

94,45

 

plus voor elke m2 boven de 101 m2 een bedrag van

€ 

1,00

2.3.12.4

vermeerderd met, indien de gebruiksoppervlakte tussen de

 

 

501-2000 m2 bedraagt, een bedrag van

494,00

 

plus voor elke m2 boven de 501 m2 een bedrag van

€ 

0,50

2.3.12.5

vermeerderd met, indien de gebruiksoppervlakte tussen de 2001-5000 m2 bedraagt, een bedrag van

1.244,00

 

plus voor elke m2 boven de 2001 m2 een bedrag van

0,25

2.3.12.6

vermeerderd met, indien de gebruiksoppervlakte boven de 5001 m2 bedraagt, een bedrag van

1.994,00

 

plus voor elke m2 boven de 5001 m2 een bedrag van

0,10

2.3.12.7

vervallen

 

 

 

2.3.13

Zonneweide

 

 

Bij realisatie van een zonneweide worden geen bouwleges geheven. Hierbij wordt met een zonneweide bedoeld, een vorm van duurzame energieopwekking, waarbij in veldopstelling op de grond een groot oppervlak zonnepanelen wordt geplaatst, die bedrijfsmatig worden geëxploiteerd.

 

 

 

2.3.14

Projecten of handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van een Natura 2000-gebied)

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project of het verrichten van een andere handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder j, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

4.221,95

 

 

2.3.15

Handelingen in het kader van de Wet natuurbescherming (bescherming van soorten)

 

 

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een handeling als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder k, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:

2.770,90

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 4 Vermindering/teruggaaf

 

2.4.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een aanvraag om vooroverleg of beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van het vooroverleg of de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3.

 

 

2.4.2

Indien binnen een jaar na het afgeven van een vergunning blijkt dat de werkelijke bouwkosten afwijken van de opgegeven bouwkosten zoals vermeld op de aanvraag, wordt op schriftelijk verzoek onder overlegging van de eindnota, de voor de oorspronkelijke vergunning geheven leges verrekend met het bedrag dat verschuldigd is door toepassing van het tarief als vermeld in de artikel vallende onder 2.3. Indien de bouwkosten naar boven afwijken is de gemeente gerechtigd de leges te verhogen met het bedrag dat werkelijk verschuldigd is met toepassing van het tarief als vermeld in artikelen vallende onder 2.3.

 

 

2.4.3

Vermindering als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten (nog niet verleende vergunning)

 

 

 

Als een aanvrager zijn aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten, als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt terwijl deze reeds in behandeling is genomen door de gemeente, bestaat eventueel aanspraak op vermindering van een deel van de leges. De vermindering bedraagt:

 

 

2.4.3.1

indien de aanvraag schriftelijk wordt ingetrokken binnen een termijn van 6 maanden na het in behandeling nemen ervan

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges, behoudens de advieskosten, met een maximum van €1.950,-

 

 

 

 

 

2.4.4

Teruggaaf als gevolg van intrekking reeds verleende omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten

 

 

 

Als de gemeente een verleende omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3, 2.3.6 en 2.3.7, intrekt op schriftelijke aanvraag van de vergunninghouder, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges, mits deze aanvraag is ingediend binnen 12 maanden na verlening van de vergunning en van de vergunning geen gebruik is gemaakt. De teruggaaf bedraagt:

 

50%

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges omgevingsvergunning.

 

 

2.4.5

Vermindering als gevolg van het weigeren van een omgevingsvergunning voor bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten

 

 

2.4.5.1

Als de gemeente een omgevingsvergunning voor een project dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit bouw-, aanleg-, inrit- of kapactiviteiten als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3, 2.3.6 of 2.3.7 weigert, bestaat aanspraak op teruggaaf van een deel van de leges. De vermindering bedraagt:

 

 

 

van de op grond van die onderdelen voor de betreffende activiteit verschuldigde leges omgevingsvergunning.

 

25%

2.4.5.2

Onder een weigering bedoeld in onderdeel 2.4.5 wordt mede verstaan een vernietiging van de beschikking waarbij de vergunning is verleend bij rechterlijke uitspraak.

 

 

 

 

 

2.4.5.3

Vermindering leges als gevolg van buiten behandeling stellen

 

 

 

Bij het buiten behandeling stellen van een aanvraag tot een omgevingsvergunning, wordt bij het in rekening brengen van leges 50% daarvan daadwerkelijk op de factuur in rekening gebracht behoudens de advieskosten, met een maximum van €1.950,- 

 

 

 

 

 

2.4.5.4

Opnieuw indienen aanvraag

 

 

 

Indien binnen 3 maanden na het intrekken of buiten behandeling stellen van een aanvraag een zelfde aanvraag wordt ingediend, worden de reeds betaalde leges in mindering gebracht bij/verrekend met de legeskosten voor de hernieuwde aanvraag

 

 

 

 

 

2.4.5.5

Minimumbedrag voor teruggaaf

 

 

 

Een bedrag minder dan € 50 wordt niet teruggegeven.

 

 

 

 

 

2.4.5.6

Geen teruggaaf legesdeel advies, welstandstoets of agrarische commissie

 

 

 

Van de leges verschuldigd op grond van alle onderdelen vallende onder 2.3.2, 2.3.4., 2.3.2.10 en 2.3.10 wordt geen teruggaaf verleend.

 

 

 

 

 

2.4.6

Teruggaaf in verband met duurzaamheidsmaatregelen

 

 

 

Als een omgevingsvergunning voor een bouwactiviteit, aanlegactiviteit of activiteit planologisch strijdig gebruik als bedoeld in de onderdelen 2.3.1, 2.3.3 en 2.3.4 is verleend en na het gereedkomen van de activiteit of activiteiten door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld dat een of meer van de onderstaande duurzaamheidsmaatregelen is genomen, bestaat aanspraak op teruggaaf van leges. De teruggaaf bedraagt:

 

 

2.4.6.1

indien de duurzaamheidsmaatregelen bestaan uit het isoleren van bestaande woningen en andere gebouwen en na realisatie de totale isolatiewaarde van:

 

50%

 

a. het dak een waarde heeft van Rc = 6,0 m²K/W of hoger;

 

 

 

b. de gevel een waarde heeft van Rc = 4,5 m²K/W of hoger;

 

 

 

c. de vloer een waarde heeft van Rc = 3,5 m²K/W of hoger;

 

 

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000;

 

 

 

en als in voorkomend geval niet meer dan 10% wordt afgeweken van de in het bestemmingsplan voor de betreffende locatie vastgelegde rooi-, dak- en gootlijnen of bouwvlakken: 

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.4 verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000.

 

 

2.4.6.2

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het renoveren van een bestaande woning waardoor die woning een NOM-woning wordt:

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.1 verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000;

 

 

 

en als in voorkomend geval niet meer dan 10% wordt afgeweken van de in het bestemmingsplan voor de betreffende locatie vastgelegde rooi-, dak- en gootlijnen of bouwvlakken: 

 

100%

 

van het op grond van onderdeel 2.3.4 verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000.

 

 

2.4.6.3

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de plaatsing van zonnepanelen met een output van in totaal minimaal 1500 Wp op het dak of aan de gevel:

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel.

 

 

2.4.6.4

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het aanbrengen van een begroeid dak dat na realisatie een waterbergende capaciteit heeft van minimaal 18 liter per m²:

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000.

 

 

2.4.6.5

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit het plaatsen van een buitenunit voor een warmtepomp met een geluidsproductie van de luchtunit van maximaal 40 dB:

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 5.000.

 

 

2.4.6.6

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit plaatsing van zonnecollectoren voor een zonneboiler met een vermogen van minimaal 3,5 Gj: 

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel[, met een maximum van € 5.000.

 

 

2.4.6.7

indien bij nieuwbouw een hoger duurzaamheidsniveau wordt bereikt dan op grond van het Bouwbesluit 2012 wordt vereist: 

 

 

2.4.6.7.1

als een EPC van maximaal 0,0 wordt behaald:

 

50%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges, met een maximum van € 10.000.

 

 

2.4.6.7.2

als een EPC van maximaal 0,2 wordt behaald: 

 

25%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges, met een maximum van € 10.000.

 

 

2.4.6.8

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de bouw van zelfstandige, grondgebonden zonnepanelen: 

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel.

 

 

2.4.6.9

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de bouw van een of meer windturbines:

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdel.en verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel

 

 

2.4.6.10

indien de duurzaamheidsmaatregel bestaat uit de aanleg van een verzwaard elektriciteitsnet of warmtenet: 

 

100%

 

van het op grond van de in de aanhef genoemde onderdelen verschuldigde bedrag aan leges voor zover dat betrekking heeft op deze duurzaamheidsmaatregel, met een maximum van € 10.000.

 

 

2.4.6.11

Voor de toepassing van onderdeel 2.5.4 wordt verstaan onder:

 

 

 

dB decibel, de maat voor een hoeveelheid geluid; EPC Energie Prestatie Coëfficiënt; Gj Gigajoule, temperatuur uitgedrukt in Kelvin; vierkante meter oppervlakte; NOM-woning   nul-op-de-meter-woning, zijnde een woning waarin gedurende een jaar gemiddeld net zoveel energie wordt geproduceerd (door zon, wind of warmtepompen) als wordt verbruikt (voor verwarming, warm tapwater en huishoudelijk gebruik); Rc warmteweerstand (R) van een constructie (c); W hoeveelheid energie uitgedrukt in Watt; Wp Wattpiek, het energievermogen aan elektriciteit dat met een zonnepaneel kan worden opgewekt; zonnecollector apparaat dat zonlicht (direct licht bij zonnig weer en diffuus licht bij bewolkt weer) omzet in warmte; zonnepaneel paneel dat bestaat uit meerdere zonnecellen waarmee zonlicht omgezet wordt in elektriciteit.

 

 

2.4.6.12

De in onderdeel 2.4.6 opgenomen maximum teruggaafbedragen gelden per project. Onder project wordt verstaan een bouwplan dat of ontwikkeling die als een eenheid moet worden beschouwd, gelet op de bouwkundige en perceelindeling, het opdrachtgeverschap, de eigendom, functie(s), bedoeling en het karakter van het bouwplan. Verschillende omgevingsvergunningen of aanvragen voor omgevingsvergunning kunnen deel uitmaken van één project.

 

 

2.4.6.13

De in onderdeel 2.4.6 opgenomen teruggaafbepalingen zijn uitsluitend van toepassing op aanvragen voor omgevingsvergunningen die in de periode vanaf 1 januari 2020 tot en met 31 december 2020 worden ingediend.

 

 

 

 

 

 

Teruggaaf in verband met uitvoering proefproject in het kader van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen 

 

 

2.4.7

Indien ter zake van een aanvraag om een omgevingsvergunning tussen gemeente en de indiener van de aanvraag schriftelijk is overeengekomen dat deze aanvraag zal worden behandeld in de vorm van een proefproject als bedoeld in het “Bestuursakkoord implementatie en invoering wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen” van 17 januari 2019, bestaat aanspraak op teruggaaf van 50% van de leges die op grond van de onderdelen 2.3.1 tot en met 2.3.1.3 verschuldigd zijn tot een maximum van € 10.000 per proefproject, in het geval de aanvraag wordt toegekend of geweigerd. Het bestuursakkoord ligt ter inzage op het gemeentekantoor, Stadhuisplein 1 in Alphen aan den Rijn. 

 

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 5 Intrekking omgevings-vergunning

 

2.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo:

0,00

 

 

 

 

Hoofdstuk 6 Bestemmings-wijzigingen 

 

2.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wro (en geen anterieure exploitatieovereenkomst is opgesteld en getekend) inclusief het opstellen van regels en verbeelding

21.952,50

2.6.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wro (en geen anterieure exploitatieovereenkomst is opgesteld en getekend) exclusief het opstellen van regels en verbeelding

19.374,05

2.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitwerken of wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wro (en geen anterieure exploitatieovereenkomst is opgesteld en getekend) inclusief het opstellen van regels en verbeelding

14.219,25

2.6.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het uitwerken of wijzigen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wro (en geen anterieure exploitatieovereenkomst is opgesteld en getekend) exclusief het opstellen van regels en verbeelding

11.641,85

2.6.5

Bij alle bestemmingswijzigingen uit dit hoofdstuk geldt, dat de benodigde onderzoeken en toelichting/ruimtelijke onderbouwing door aanvrager zelf dienen te worden aangeleverd en bekostigd.

 

 

 

Hoofdstuk 7 In deze titel niet benoemde beschikking

 

2.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, onder titel 2 vallende niet specifiek benoemde beschikking: 

113,65

Titel 3 

Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn

 

Hoofdstuk 1 Horeca

 

3.1.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet, inclusief opvragen uittreksel Kamer van Koophandel en een inrichtingscontrole

410,00

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 35 van de Drank- en Horecawet (per horeca-inrichting)

59,35

3.1.2.1

Extra spoedleges bij aanvraag als bedoeld onder punt 3.1.2 indien de aanvraag korter dan 3 weken van tevoren is gedaan

45,05

3.1.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding als bedoeld in artikel 30 van de Drank- en Horecawet

51,50

3.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een exploitatievergunning

180,60

 

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen of markten

 

Defintiebepaling: 

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder (een overwegend) commercieel evenement: Evenementen die uitsluitend of overwegend worden gehouden met het doel winst te maken, dan wel evenementen die georganiseerd worden door instellingen, stichting en/of (winkeliers)verenigingen met winstoogmerk. Criteria die hierbij van toepassing zijn: kaartverkoop, entreegeld, deelnamegeld, sponsors, afdracht horeca, regionaal/landelijk karakter.

 

 

 

In dit hoofdstuk wordt verstaan onder een niet-commercieel evenement: evenementen met een sociaal-cultureel karakter , dan wel evenementen die georganiseerd worden door instellingen, stichtingen of verenigingen met sociaal-culturele doelstellingen of viering van een landelijke feestdag (Koningsdag, Bevrijdingsdag, Sinterklaasintocht etc) binnen de gemeente. Denk aan Oranjeverenigingen, scholen, evenementen met meer dan 60% afdracht aan een goed doel, sportverenigingen, wijk/buurt/bewonersverenigingen, kerken, culturele instellingen, sinterklaasintochten etc.

 

 

 

A ,B-, B+, en C evenementen: De evenementenaanvragen worden ingedeeld in de categorieën, A, B-, B+, C en meldingen. Criteria die hierbij een rol spelen zijn o.a.: oppervlakte, bezoekersaantal en- leeftijd, tijdstip, muzieksoort, alcoholconsumptie, specifieke omstandigheden van evenementenlocatie, gelijktijdige andere evenementen, verminderde bereikbaarheid van wijk/stad, lokaal of regionaal/landelijk evenement, kans op calamiteiten en openbare orde verstoringen etc. De classificatie is gebaseerd op de nota Kader evenementenbeveiliging van de Veiligheidsregio Hollands Midden.

 

 

 

 

 

3.2.1 

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning voor het organiseren van een evenement als bedoeld in artikel 2.25, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening (evenementenvergunning), indien het betreft:

 

 

 

Een (overwegend) commercieel evenement:

 

 

3.2.1.1 

een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel C

361,25

3.2.1.2

een middelgroot evenement of een evenement met gemiddeld tot hoog risicoprofiel B+

206,40

 

een middelgroot evenement of een evenement met gemiddeld tot laag risicoprofiel B-

123,90

3.2.1.3

een klein evenement of een evenement met een laag risicoprofiel A

72,25

 

Een niet-commercieel evenement:

 

 

3.2.1.4

een grootschalig evenement of een evenement met verhoogd risicoprofiel C

180,60

3.2.1.5

een middelgroot evenement of een evenement met gemiddeld tot hoog risicoprofiel B+

103,40

 

een middelgroot evenement of een evenement met gemiddeld tot laag risicoprofiel B-

61,95

3.2.1.6

een klein evenement of een evenement met een laag risicoprofiel A

36,10

3.2.1.7

een klein evenement of een evenement met een laag risicoprofiel A met een straat-, buurt- of wijkkarakter

18,30

 

 

 

3.2.2

Het tarief bedraagt voor een klein evenement waar geen vergunning voor is vereist als bedoeld in artikel 2.25 tweede lid van de Algemene plaatselijke verordening: hiervoor volstaat een melding 

0,00

3.2.3

Het tarief bedraagt tot het afgeven van een vergunning tot het mogen houden van een een- of tweedaagse snuffelmarkt, ingevolge artikel 5.23 van de Algemene plaatselijke verordening

 36,10

3.2.4

Bij een evenement dat 3 dagen of meer duurt wordt het legestarief genoemd in 3.2.1.1 tot en met 3.2.1.6 verhoogd met 30 procent van het geldende legestarief

 

 

3.2.5

Bij een reeks van 3 of meer (soortgelijke) evenementen/snuffelmarkten op verschillende data wordt het legestarief genoemd in 3.2.1.1 tot en met 3.2.1.6 verhoogd met 30 procent van het geldende legestarief.

 

 

3.2.5.1

Bij een reeks van 6 of meer (soortgelijke) evenementen.snuffelmarkten op verschillende data wordt het legestarief genoemd in 3.2.1.1 tot en met 3.2.1.6 verhoogd met 50 procent van het geldende legestarief.

 

 

3.2.5.2

Bij een reeks van 10 of meer (soortgelijke) evenementen/snuffelmarkten op verschillende data wordt het legestarief genomed in 3.2.1.1. tot en met 3.2.1.6. verhoogd met 75 procent van het geldende legestarief.

 

 

3.2.6

Voor aanvragen voor evenementen die later dan de minimale aanlevertermijn ingediend worden wordt een opslag in rekening gebracht van 30 procent van het geldende legestarief (spoedtarief)

 

 

3.2.6.1

Voor een aanvraag die voor het einde van de behandeltermijn wordt ingetrokken, wordt teruggaaf van 50 procent van de geheven leges verleend

 

 

3.2.6.2

Voor een (tekening)wijzigingsverzoek van een aanvraag nadat de vergunning is verleend, wordt per wijziging van 30 procent van het geldende legestarief extra berekend

 

 

 

Voor een aanvraag die na vergunningverlening wordt ingetrokken, wordt geen teruggaaf van de geheven leges verleend

 

 

 

 

 

 

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

 

 

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een exploitatievergunning of wijziging van een exploitatievergunning voor een seksinrichting of een escortbedrijf

1.402,85

 

Hoofdstuk 4 Huisvestingswet

 

3.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

3.4.1

tot het verlenen van een vergunning tot onttrekking van woonruimte aan de bestemming tot bewoning of samenvoeging van woonruimte met andere woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder a en b van de Huisvestingswet 2014

487,40

3.4.2

tot het verlenen van een vergunning tot omzetting van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder c van de Huisvestingswet 2014

487,40

3.4.3

tot het verlenen van een vergunning tot het verbouwen van woonruimte tot twee of meer woonruimten als bedoeld in artikel 21, aanhef en onder d, van de Huisvestingswet 2014

487,40

3.4.4

tot het verlenen van een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 22 van de Huisvestingswet

512,00

 

Hoofdstuk 5 Markstandplaatsen

 

3.5.

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag op grond van de marktverordening Alphen aan den Rijn:

 

 

3.5.1.

tot het verlenen van een vaste-standplaatsvergunning

32,05

3.5.2.

tot het verlenen van een bedienvergunning

32,05

3.5.3.

tot het overschrijven van een vaste-standplaatsvergunning op naam van een ander

24,25

3.5.4.

tot het inschrijven op de wachtlijst

23,20

3.5.5.

tot het toestaan van vervanging van de vergunninghouder

23,20

 

Hoofdstuk 6 Winkeltijdenwet

 

3.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

 

 

3.6.1.

voor een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet of het Vrijstellingenbesluit Winkeltijdenwet

77,80

3.6.2.

tot het verlenen van toestemming om een ontheffing over te dragen aan een ander, in te trekken of te wijzigen

16,35

 

 

 

Hoofdstuk 7 Wijziging leidinggevende

 

 

 

3.7

Het basistarief bedraagt ter zake van het in behandeling nemen van een aanvraag tot het bijschrijven of wijzigen van één leidinggevende van een drank- en of horeca onderneming of een seksinrichting

82,90

 

Tarief per extra leidinggevende in eenzelfde aanvraag

34,95

Behoort bij de Legesverordening 2020, vastgesteld door de raad op 12 december 2019,

De griffier,

 

Vastgesteld door de raad van Alphen aan den Rijn in de openbare vergadering van 12 december 2019,

de griffier, de voorzitter,

drs. J.A.M. Timmerman, mr. drs. J.W.E. Spies

Naar boven