Gemeenteblad van Lingewaard
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lingewaard | Gemeenteblad 2019, 316353 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lingewaard | Gemeenteblad 2019, 316353 | Verordeningen |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lingewaard houdende regels omtrent jeugdhulp (Nadere regels Jeugdhulp 2020 gemeente Lingewaard)
Artikel 3 Zeer specialistische functies
Voor o.a. de volgende zeer specialistische functies zijn op landelijk niveau afspraken gemaakt:
Artikel 6 Zorg binnen Onderwijs
Bij deze aanvraag wordt altijd het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) van het onderwijs van de jeugdige waarvoor ZBO wordt aangevraagd, toegevoegd om de omvang en duur van ZBO te kunnen vaststellen. Dit OPP dient volledig te zijn ingevuld en voorzien van doelen met een plan van aanpak op de gebieden waar ZBO voor nodig is. Ook zijn in het OPP de bevorderende en belemmerende factoren beschreven.
Een jeugdige kan binnen het onderwijs in aanmerking komen voor de functie begeleiding, indien er sprake is van matige[1] of zware[2] beperkingen op basis van de beperkingenscorelijst Jeugd-GGZ op tenminste één van de vijf beperkingenschalen (uitwerking in de werkinstructie nr. 2):
[1] Matige beperking: kan dit slechts met veel moeite/iemand anders helpen. De activiteit moet regelmatig gedeeltelijk worden overgenomen.
[2] Zware beperking: kan dit niet zelfstandig/iemand anders moet het overnemen. De activiteit moet in alle situaties geheel worden overgenomen.
De omvang van de functie begeleiding, gericht op toezicht tijdens het onderwijs, is afhankelijk van de mate van de gedragsproblemen die de omgang met andere leerlingen bemoeilijkt. De omvang per week is minimaal 2 en maximaal 4 uur. In geval van zeer ernstige gedragsproblemen (problematiek op drie van de vijf terreinen genoemd in lid 5) kan de totale omvang van de functie begeleiding worden verhoogd. De objectivering van de zeer ernstige gedragsproblematiek vindt plaats o.b.v. informatie van een terzake deskundige, zijnde een onafhankelijke gedragswetenschapper Jeugd.
In de beschikking, welke wordt afgegeven voor de periode die nodig is om de gestelde doelen uit het plan van aanpak (OPP) te behalen tot maximaal het eind van het lopende schooljaar, wordt per zorgvorm (persoonlijke verzorging en individuele begeleiding) de omvang vermeld, zowel van de te indiceren zorg thuis en de te indiceren zorg tijdens de schooluren.
Nadat er een beschikking ZBO door de gemeente is afgegeven, vindt er direct een gesprek plaats met de jeugdige en/of zijn ouders, school en zorgaanbieder over de uitvoering van de gestelde doelen in het plan van aanpak op de betreffende school. De uitvoering en het plan van aanpak zullen in principe 1x per half jaar worden geëvalueerd of zoveel eerder als de gestelde doelen kunnen worden behaald. Er wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de evaluatiecyclus die het onderwijs hanteert.
Artikel 8 Pgb voor informele hulp
Het college staat toe dat de budgethouder informele hulp betaalt uit het pgb als:
Voor de producten “logeeropvang” of “begeleiding groep” op basis van informele hulp bedraagt het pgb maximaal de hoogte van een tegemoetkoming per kalendermaand voor informele hulp, zoals opgenomen in artikel 8ab lid 1, sub a van de Regeling Jeugdwet, tenzij op basis van het budgetplan van de cliënt kan worden volstaan met een lagere tegemoetkoming.
Gebruikelijke zorg is de normale dagelijkse verzorging en/of opvoeding die de (pleeg)ouder(s)/ wettelijke vertegenwoordiger(s) aan kinderen geacht worden te bieden. In de bijlage bij deze nadere regels ‘Gebruikelijke zorg en richtlijnen’ wordt dit verder toegelicht.
Vastgesteld door het College van B&W op 17 december 2019,
de secretaris,
drs. J. Wijnia
de burgemeester,
J.P.M. Meijers
Toelichting Nadere Regels Jeugdhulp 2020 gemeente Lingewaard
In de nadere regels heeft de gemeente Lingewaard onderdelen van de vigerende ‘Verordening Jeugdhulp Lingewaard’ uitgewerkt. Deze nadere regels met bijbehorende toelichting geven houvast voor de dagelijkse praktijk; zowel voor degene die ondersteuning vraagt als ook voor degene die de ondersteuning biedt.
Op basis van deze nadere regels zijn en/of worden werkprocessen en werkinstructies opgesteld. Eenmaal per jaar worden deze werkprocessen, - instructies en bijbehorende werkafspraken geëvalueerd en waar nodig bijgesteld.
Artikel 2 Algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen
Op basis van de Jeugdwet is de gemeente verplicht om inzicht te geven in algemene voorzieningen en maatwerkvoorzieningen voor de jeugdhulp.
Artikel 3 Zeer specialistische functies
De VNG heeft een landelijk transitiearrangement opgesteld, waarin afspraken over de inkoop van zeer specialistische zorg staan. De gemeente Lingewaard conformeert zich aan dat arrangement.
Meer informatie over deze zorg is te vinden op de website: https://vng.nl/onderwerpenindex/jeugd/functies-en-zorgaanbieders-jeugd-2019-2020
Artikel 4 Toegang jeugdhulp via de huisarts, medisch specialist of jeugdarts
De Jeugdwet stelt dat jeugdhulp toegankelijk is met een verwijzing van de huisarts, de jeugdarts en/of de medisch specialist. Bij de verwijzing naar een zorgaanbieder is echter vaak nog niet bekend welke specifieke vorm van jeugdhulp nodig is. Doorgaans bepaalt de zorgaanbieder dat in overleg met de jeugdige en/of de ouder(s). Afspraken over de concrete inhoud, vorm, omvang en duur van de benodigde jeugdhulp legt de zorgaanbieder vast in een plan. Het opgestelde plan is de basis voor de officiële vraag om goedkeuring aan de gemeente. De gemeente maakt haar besluit met onderliggende motivatie kenbaar in een kennisgeving.
Artikel 5 Specialistische zorg voor Ernstige Enkelvoudige Dyslexie
Sinds januari 2015 maakt dyslexiezorg deel uit van de Jeugdwet. De samenwerkende partners bij dyslexiezorg zijn gemeente, scholen en zorgaanbieders. De gemeente is verantwoordelijk voor dyslexiezorg bij Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED). Dat is dyslexie zonder bijkomende stoornissen die belemmerend zijn voor de behandeling. Scholen hebben een signalerende functie en moeten ook zorgen voor de begeleiding van kinderen met dyslexie.
Zorgaanbieders nemen de diagnose en/of behandeling voor hun rekening. Zij handelen daarbij volgens het ‘protocol dyslexie diagnose en behandeling (PDDB)’.
Lid 2. Ouders/verzorgers melden zich eerst bij de gemeente voor het aanvragen van een dyslexie-onderzoek. De gemeente geeft een beschikking af als ouders/verzorgers beschikken over een zogenoemd ‘schooldossier’;
Om een kind te kunnen aanmelden voor dyslexie-onderzoek moet de school een ‘schooldossier’ opstellen en aan de ouders/verzorgers geven. Het schooldossier bevat de volgende gegevens:
Het dossier wordt getekend door de directeur van de school, namens het bevoegd gezag. Ouders/verzorgers kunnen het kind telefonisch of digitaal bij het loket van de gemeente aanmelden voor dyslexie-onderzoek. Als de gemeente akkoord gaat, krijgen de ouders/verzorgers een beschikking. Met deze beschikking kunnen ouders naar een gecontracteerde aanbieder die volgens het dyslexiezorg-protocol (PDDB) aan de slag gaat. De gecontracteerde zorgaanbieders toetsen de aanvraag van ouders:
Als de diagnose EED is vastgesteld, stelt de gecontracteerde zorgaanbieder een trajectplan op. Dit trajectplan geldt als aanvraag voor een beschikking om met een behandeling te mogen beginnen. Alleen met deze beschikking wordt de toekomstige behandeling door de gemeente vergoed. Met deze beschikking ‘op zak’ kunnen de ouders/verzorgers verder zelf alles regelen; zij hebben vrije keuze wanneer en bij welke gecontracteerde aanbieder de behandeling plaatsvindt.
De kwaliteit van de diagnostiek en de behandeling van dyslexie worden door het Kwaliteitsinstituut Dyslexie (KD) en Nationaal Referentiecentrum Dyslexie (NRD) gemonitord. Zij hebben zich verenigd in de brancheorganisaties (NIP/NVO). Via de websites van KD (www.kwaliteitsinstituutdyslexie.nl) en NRD (www.nrd.nl) en de gecombineerde website (www.nrd-kd.nl) is te zien welke zorgaanbieders aangesloten zijn bij deze kwaliteitsinstituten.
Artikel 6 Zorg binnen Onderwijs
Dit is een nieuw artikel over het inzetten van jeugdhulp binnen het onderwijs. Voor de jeugdconsulenten worden in de werkinstructies nadere handvatten gegeven voor beoordeling van de ZBO-aanvragen.
Artikel 7 Vervoer bij behandeling en/of begeleiding
Ouders/verzorgers zijn zelf verantwoordelijk voor het vervoer naar en van de locatie waar de behandeling en/of begeleiding van de jeugdige plaatsvindt. Als zij zelf geen auto hebben of deze kunnen lenen, worden zij geacht te onderzoeken of vervoer via familie, kennissen of vrijwilligers te organiseren is. Als dat niet lukt, onderzoekt de gemeente of de jeugdige de benodigde hulp kan krijgen bij een gecontracteerde zorgaanbieder die ook een vervoersvoorziening kent. Valt ook die mogelijkheid af en kunnen ouders/verzorgers de kosten niet zelf betalen, dan kunnen zij bij het college een verzoek indienen voor een tegemoetkoming in de vervoerskosten. Het college gaat bij het beoordelen van dit verzoek uit van de zogenoemde ‘normbedragen’ van de (bijzondere) bijstand. Voor een eventuele tegemoetkoming in de vervoerskosten geldt:
Vervoer in het kader van ‘vrije-tijds-besteding’ komt niet in aanmerking voor vergoeding.
Artikel 8 Pgb voor informele hulp
Met dit artikel worden aanvullend op de vigerende verordening nadere regels vastgesteld voor pgb op basis van informele hulp. Het uurtarief hiervoor wordt hiermee vastgesteld op maximaal € 14,50 per uur. Dit tarief is hoger dan het wettelijke minimumloon, zodat niet bij elke wijziging van het wettelijke minimumloon alle uurtarieven voor de pgb’s voor informele hulp hoeven te worden aangepast.
Voor logeeropvang en begeleiding groep op basis van informele hulp zal door het verstrekken van een maandelijkse tegemoetkoming op basis van een verklaring vanuit de Regeling Jeugdwet niet gewerkt met het vergoeden van werkelijke uren voor de ingezette informele hulp.
In bijlage 1 wordt de gebruikelijke zorg verder toegelicht.
Artikel 10 Inwerkingtreding en citeertitel
Bijlage 1: bij de Nadere Regels Jeugdhulp 2020 gemeente Lingewaard
Gebruikelijke zorg is de dagelijkse verzorging of opvoeding die (pleeg)ouders/ wettelijke vertegenwoordigers aan jeugdigen geacht worden te bieden. Dit geldt ook als de ouder de gebruikelijke zorg vanwege een eigen aandoening, beperking, stoornis of handicap niet kan bieden.
Het door ouders aan jeugdigen bieden van een woonomgeving waarin hun fysieke en sociale veiligheid is gewaarborgd, een passende pedagogische klimaat en zorg in de zin van verzorging, begeleiding en stimulans die nodig is bij de ontwikkeling naar zelfstandigheid en zelfredzaamheid (ouderlijke toezicht), is voor alle leeftijden gebruikelijke zorg. Dit toezicht wordt anders van aard naarmate een jeugdige ouder wordt en zich ontwikkeld.
24 uur per dag zorg in de nabijheid is gebruikelijke zorg afhankelijk van leeftijd van de jeugdige (zie richtlijn). Hiermee wordt bedoeld dat zorg en toezicht gedurende het gehele etmaal in de nabijheid nodig is zonder dat daarbij permanente actieve observatie nodig is. Het gaat hier om een vorm van beschikbaarheid van zorg die voor een groot deel bestaat uit meer passief toezicht. De zorg is wel nodig op zowel geplande als ongeplande momenten en ook voortdurend in nabijheid. Dit is gebruikelijke zorg omdat een jeugdige met een normaal ontwikkelingsprofiel tot een bepaalde leeftijd: - niet zelf de noodzaak van zijn behoefte aan de inzet van zorg kan inschatten, of:
Permanent toezicht in de zin van onafgebroken toezicht en actieve observatie gedurende het gehele etmaal, waardoor tijdig kan worden ingegrepen, met als doel dreigende ontsporing in het gedrag of de gezondheidssituatie van de jeugdige vroegtijdig te signaleren. Door tijdig ingrijpen kan escalatie van onveilige/ gevaarlijke/ (levens) bedreigende gezondheids- en/ of gedragssituaties voor de jeugdige worden voorkomen. Bij de jeugdige die een behoefte hebben aan permanent toezicht kan elk moment iets (ernstig) misgaan. Bovenstaande valt niet onder gebruikelijke zorg, maar onder de WLZ.
Bij de beoordeling wordt gebruik gemaakt van de RICHTLIJNEN GEBRUIKELIJKE ZORG.
Het uitgangspunt van de Richtlijn is de zorg die ouders volgens heersende maatschappelijke opvattingen moeten bieden aan jeugdigen zonder beperkingen, rekening houdend met verschillen die bij jeugdigen in dezelfde leeftijdscategorie.
Bij jonge kinderen (tot ongeveer 10 jaar) valt de zorgbehoefte veelal onder gebruikelijke zorg. Wanneer er sprake is van een diagnose, kan het zijn dat de zorgvraag voor een deel toch geïndiceerd kan worden. Hiervoor kan ook gebruik worden gemaakt van de werkinstructie nr., 3, het document “Ontwikkelingsprofielen 0-18 jaar”.
Gedurende de tijd dat een jeugdige de school bezoekt is er voor de niet-uitstelbare zorg onder schooltijd geen verplichting voor de ouders om deze zorg te leveren.
RICHTLIJNEN GEBRUIKELIJKE ZORG VAN OUDERS VOOR KINDEREN MET EEN NORMALE ONTWIKKELING PER LEEFTIJD.
RICHTLIJN BIJ (DREIGENDE) OVERBELASTING VAN PARTNER, OUDER, VOLWASSEN KIND EN / OF ANDERE HUISGENOTEN.
De zorg voor een ziek kind of een zieke partner, kan zo zwaar worden dat van overbelasting sprake is. In de meeste gevallen is de boven gebruikelijke zorg die geïndiceerd is voldoende om deze overbelasting te voorkomen. Maar soms blijkt dat deze geïndiceerde zorg niet voldoende te zijn.
Aan het indiceren van gebruikelijke zorg gaat het beoordelen van de overbelasting vooraf. Overbelasting wijst op een verstoring van het evenwicht tussen draagklacht en draaglast. Tekort schieten van “coping mechanisme” kan er aanpassingsstoornis bij de zorger optreden. Naast de aard en ernst van de overbelasting wordt ook onderzocht of deze komt doordat er iets met de gebruikelijke zorger zelf aan de hand is (draagkracht vermindering) of dat deze gevolg is van ernst van de ziekte van het kind of de partner (draaglast verhoging).
Het kan zijn dat degenen van wie wordt verwacht dat zij taken overnemen, overbelast zijn (geraakt) en niet meer in staat zijn de gebruikelijke zorg te leveren. Het moet duidelijk zijn hoe de overbelasting zich uit en wat deze inhoudt. De met de overbelasting gepaard gaande klachten moeten duidelijk beschreven worden.
Klachten en symptomen bij overbelasting:
Er moet een verband zijn tussen de overbelasting en de zorg die iemand (aan partner of kind) biedt. Bij overbelasting door een dienstverband van te veel uren of als gevolg van spanningen op het werk, zal de oplossing bij de werkgever gezocht moeten worden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-316353.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.