Eerste wijziging Financiële verordening 2018

De raad van de gemeente Zandvoort;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 19 november 2019;

 

gelet op artikel 212 van de Gemeentewet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

Eerste wijziging Financiële verordening 2018

  • A.

    Wijziging Financiële verordening

     

    Onderstaande vergelijkingstabel is beperkt tot die raadsvoorstellen, welke leiden tot een tekstuele wijziging.

     

    Financiële verordening 2018

     

    Huidig

     

    Nieuw

    Artikel 9 lid 1

    Voor openstaande vorderingen inzake belastingen en retributies wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd. Hiervoor wordt de volgende staffel gehanteerd: 3 jaar en ouder 100 % van het openstaande saldo, 2 jaar 85 % van het openstaande saldo, 1 jaar 35 % van het openstaande saldo, <1 jaar 2,4 % van de begrotingsopbrengst van het jaar. Waarvan het laatste percentage (voor posten < 1 jaar) jaarlijks bij de jaarrekening wordt berekend door het gemiddelde percentage van de werkelijk oninbaar geboekte vorderingen van de vijfjaar voorafgaand aan het laatste aanslagjaar te nemen.

    Artikel 9 lid 1

    Voor openstaande vorderingen inzake belastingen en retributies wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd op basis van een individuele beoordeling 100% wordt van de openstaande debiteuren wordt voorzien, indien de posten voldoen aan de volgende criteria: Ouder dan 5 jaar, erven, faillissementen en (W)SNP en bezwaren/beroepen (>€1.000) waarvan het niet zeker is of deze aanslagen gehandhaafd worden.

    Artikel 9 lid 2

    2. Voor openstaande vorderingen debiteuren sociale zaken (bijstandsverstrekking) wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd ter grootte van het historische percentage van oninbaarheid, met uitzondering van individuele vorderingen groter dan € 25.000, op basis van een individuele beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen, wordt 100 % van de openstaande debiteuren voorzien.

    Artikel 9 lid 2

    Voor openstaande vorderingen debiteuren sociale zaken (bijstandsverstrekking) wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd ter grootte van het historische percentage van oninbaarheid, met uitzondering van individuele vorderingen groter dan € 25.000, op basis van een individuele beoordeling op inbaarheid van de openstaande vorderingen. Krediethypotheken worden niet voorzien.

    Artikel 9 lid 3

    3. Voor de niet in het eerste en tweede lid genoemde vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid gevormd voor 100 % van de openstaande posten ouder dan 3 jaar. Openstaande posten van het Rijk en andere overheden worden hierin niet meegenomen. Openstaande posten van > € 25.000 waarvan de incasso discutabel is, worden geheel opgenomen

    Artikel 9 lid 3

    Voor de niet in het eerste en tweede lid genoemde vorderingen wordt een voorziening wegens oninbaarheid statisch bepaald op basis van de ouderdom en de volwaardigheid van de openstaande vordering, gebruik makend van het historische percentage voor oninbaarheid. Voor vorderingen groter dan € 25.000 vindt een individuele beoordeling op inbaarheid plaats.

    artikel 11 lid 10

    De toerekening van overheadkosten aan investeringsprojecten geschiedt op basis van voorcalculatie; het overhead tarief wordt vermenigvuldigd met het geraamde aantal uren per investeringsproject.

    artikel 11 lid 10

    Aan investeringsprojecten worden geen overhead kosten toegerekend.

    artikel 15 lid 7

    Aan grondexploitaties kan overhead worden toegerekend (BBV 63 lid 3). In Zandvoort gebeurt dit op basis van voorcalculatie; het overhead tarief wordt vermenigvuldigd met het geraamde aantal uren per grondexploitatie.”

    artikel 15 lid 7

    Aan grondexploitaties kan overhead worden toegerekend (BBV 63 lid 3). Zandvoort kiest er voor om geen overhead toe te rekenen aan grondexploitaties

    Artikel 17 lid 5

    Tussentijdse winstneming uit een complex is geoorloofd, mits aan één van de volgende criteria wordt voldaan:

    a. Alle kosten van een complex zijn gedekt door gerealiseerde inkomsten.

    b. Bijna alle kosten zijn gemaakt en ook de behoedzaam geraamde nog te maken kosten zijn geheel gedekt door gerealiseerde inkomsten.

    Artikel 17 lid 5

    Tussentijdse winstneming uit een complex via de ‘percentage of completion’ methode is geoorloofd en verplicht, mits aan de volgende criteria wordt voldaan:

    a. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat: én

    b. de grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht; én

    c. de kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie genomen).

  • B.

    Slotbepaling

    • 1.

      Artikel A treedt in werking de dag na bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2019.

Zandvoort, 17 december 2019

De griffier,

de voorzitter,

Naar boven