Gemeenteblad van Cuijk
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Cuijk | Gemeenteblad 2019, 312989 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Cuijk | Gemeenteblad 2019, 312989 | Verordeningen |
VERORDENING RECLAMEBELASTING CUIJK 2020
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 29 oktober 2019.
gehoord het advies van de commissie Bestuur van 27 november 2019;
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
“VERORDENING OP DE HEFFING EN INVORDERING VAN RECLAMEBELASTING 2020” (VERORDENING RECLAMEBELASTING CUIJK 2020)
Deze verordening is van toepassing binnen het gebied van de gemeente Cuijk, zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende kaart (bijlage 1).
Onder de titel ‘reclamebelasting’ wordt, onder de bij deze verordening gestelde voorwaarden, binnen het gebied als bedoeld in artikel 2 een directe belasting geheven ter zake van openbare aankondigingen zichtbaar vanaf de openbare weg.
De reclamebelasting wordt geheven van de gebruiker van de vestiging, waarop en/of waarbij één of meer reclameobjecten zijn aangebracht.
Artikel 5 Grondslag van heffing en belastingtarief
Indien de vestiging gelijk is aan de onroerende zaak, als bedoeld in artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken, bedraagt de heffingsmaatstaf een vast bedrag, vermeerderd met een bedrag dat afhankelijk is van de op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor de onroerende zaak vastgestelde WOZ-waarde voor het betreffende kalenderjaar.
In afwijking van het tweede lid, bedraagt de heffingsmaatstaf, indien de vestiging deel uitmaakt van één onroerende zaak, als bedoeld in artikel 16 van de Wet waardering onroerende zaken, een vast bedrag vermeerderd met een bedrag dat afhankelijk is van het deel van de WOZ-waarde van de onroerende zaak dat aan de vestiging voor het betreffende kalenderjaar kan worden toegerekend.
In afwijking van het tweede lid, bedraagt de heffingsmaatstaf voor een vestiging als bedoeld in artikel 1, onderdeel c, sub 2, een vast bedrag vermeerderd met een bedrag dat afhankelijk is van de gezamenlijke WOZ-waarde zoals deze op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken voor de onroerende zaken die samen de vestiging vormen, is vastgesteld voor het betreffende kalenderjaar.
Indien met betrekking tot een onroerende zaak geen WOZ-waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van die onroerende zaak bepaald met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
Artikel 7 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, is de reclamebelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt de aanslag op verzoek van belastingplichtige verminderd met zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde reclamebelasting als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
De reclamebelasting wordt niet geheven voor openbare aankondigingen:
die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn aangebracht in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden aangebracht, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn;
Artikel 10 Termijnen van betaling
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat het bedrag daarvan meer is dan € 35,00 of minder dan € 4.000,00 dat de aanslagen moeten worden betaald in drie gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later;
In gevallen bedoeld in het tweede lid geldt in afwijking in zoverre van het aldaar bepaalde, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in elf gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later;
De “Verordening reclamebelasting Cuijk 2019” vastgesteld bij raadsbesluit van 17 december 2018, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.
Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening reclamebelasting Cuijk 2020'.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Cuijk in zijn openbare vergadering van 16 december 2019.
Bijlage 1 bij de Verordening reclamebelasting Cuijk 2020.
Als aangewezen gebied, bedoeld in artikel 2 van de verordening, geldt het op de bijgevoegde kaart gearceerde gedeelte. De afbakening is gebaseerd op de bezoekersstromen. Het argument is dat ondernemers met een reclame-uiting profiteren van de toenemende bezoekersstromen vanuit de parkeervoorzieningen én het station Cuijk. Het verhogen van het aantal bezoekers is een van de doelstellingen van het centrummanagement. De belangrijkste parkeervoorzieningen (buiten de straten zelf) zijn:
Behoort bij het besluit van de raad van de gemeente Cuijk d.d.16 december 2019
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-312989.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.