2.3
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
2.3.1
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.3.1.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, wordt het tarief bepaald op basis van de gebruiksfunctie(s) en de gebruiksoppervlakte daarvan. Wanneer een bouwactiviteit meer dan één gebruiksfunctie kent wordt het tarief bepaald op basis van de som van de tarieven per gebruiksfunctie en daaraan gekoppelde gebruiksoppervlakte. Er kan naast een nieuwe gebruiksfunctie ook sprake zijn van activiteiten binnen een bestaande gebruiksfunctie. In het laatste geval wordt gerekend met de gebruiksoppervlakte waar de bouwactiviteiten (bijvoorbeeld interne wijzigingen) plaatsvinden ook al blijft de gebruiksfunctie in aard ongewijzigd.Dit alles is te berekenen aan de hand van het onderstaande, waarbij het minimum bedrag € 205,00 is.
Wanneer sprake is van één of meer van de volgende gebruiksfuncties:
wordt voor de betreffende gebruiksfunctie(s) afzonderlijk de gebruiksoppervlakte of eenheid bepaald en aan de hand hiervan het volgende tarief per gebruiksfunctie gehanteerd:
|
|
|
NIEUWBOUW, UITBREIDING EN VERBOUWING
|
|
2.3.1.1.1
|
Woningen, recreatiewoning, zorgwoning en woonwagens
|
€ 25,00/m²
|
2.3.1.1.2
|
Uitbreiding/verbouw/kelder/serre/dakkapel etc. bij cat. 2.3.1.1.1
|
€ 27,15/m²
|
2.3.1.1.3
|
Overige veranderingen bij cat. 2.3.1.1.1 (inpandig, constructie, dak, etc.)
|
€ 12,30/m²
|
2.3.1.1.4
|
Gevelwijziging
|
€ 14,60/m²
|
|
|
|
|
BIJGEBOUWEN, OVERKAPPINGEN EN TUINMEUBILAIR
|
|
2.3.1.1.5
|
Berging / garage / tuinhuis
|
€ 13,85/m²
|
2.3.1.1.6
|
Carport / overkapping / zwembad
|
€ 10,25/m²
|
2.3.1.1.7
|
Erfafscheiding / pergola
|
€ 190,60/stuk
|
|
|
|
|
BEDRIJFSRUIMTEN (niet agrarisch)
|
|
2.3.1.1.8
|
Bedrijfshal / opslagruimte (dicht)
|
€ 10,00/m²
|
2.3.1.1.9
|
Bedrijfskantoor in de bedrijfsruimte extra
|
€ 12,30/m²
|
2.3.1.1.10
|
Open loods / overkapping bij bedrijfsruimten
|
€ 5,65/m²
|
2.3.1.1.11
|
Gevelwijziging
|
€ 14,35/m²
|
|
|
|
|
OVERIGE GEBOUWEN
|
|
2.3.1.1.12
|
Kantoor / Showroom / winkel / horeca / sporthal / school / kinderdagverblijf / etc.
|
€ 25,65/m²
|
2.3.1.1.13
|
Overige veranderingen overige gebouwen (inpandig, constructie, dak etc.)
|
€ 7,95/m²
|
2.3.1.1.14
|
Gevelwijziging
|
€ 14,35/m²
|
2.3.1.1.15
|
Tuinbouwkas
|
€ 1,75/m²
|
2.3.1.1.16
|
(Parkeer) kelder (ondergronds en/of deels bovengronds)
|
€ 13,85/m²
|
2.3.1.1.17
|
Semi-permanente unit
|
€ 260,25/stuk
|
|
|
|
|
STALLEN, OVERIGE AGRARISCHE BEDRIJFSGEBOUWEN EN BOUWWERKEN
|
|
2.3.1.1.18
|
Alle stallen (varkens, koeien, kippen, paarden, nertsen etc.)
|
€ 7,45/m²
|
2.3.1.1.19
|
Werktuigenloods, aardappelloods, opslagloods, open loods (veldschuur) etc.
|
€ 4,90/m²
|
2.3.1.1.20
|
Mestsilo / kelder
|
€ 4,90/m²
|
2.3.1.1.21
|
Sleufsilo
|
€ 190,60/stuk
|
|
|
|
|
OVERIGE GEBOUWEN EN BOUWWERKEN
|
|
2.3.1.1.22
|
Overige gebouwen en bouwwerken (niet eerder genoemd)
|
€ 8,20/m²
|
2.3.1.1.23
|
Windmolens en antennemasten en uitkijktorens
|
€ 217,20/m
|
2.3.1.1.23a
|
Zonneparken (grootschalige grondgebonden veldsystemen)
|
€ 2.049,00/ ha (maximum
€ 10.000,00).
|
2.3.1.1.24
|
Overige bouwwerken geen gebouwen zijnde (niet eerder genoemd)
|
€190,60/stuk
|
|
|
|
|
Achteraf ingediende aanvraag
|
|
2.3.1.2
|
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.1 worden de leges met betrekking tot het verkrijgen van een vergunning, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvraag of gereedkomen, verhoogd met
|
50 %
|
|
van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges, met een minimum van
|
€ 88,15
|
|
en met een maximum van
|
€ 2.500,00
|
|
|
|
2.3.2
|
Aanlegactiviteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 713,44
|
|
|
|
2.3.3
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1 en het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.3.3.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 133,28
|
2.3.3.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het geen wijziging van gebruik betreft
|
€ 133,28
|
2.3.3.2.a
|
indien artikel 2.12, eerste lid onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het betreft een wijziging van gebruik
|
€ 643,44
|
2.3.3.2.b
|
Indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het betreft een tijdelijke activiteit
|
€ 443,00
|
2.3.3.2.c
|
indien artikel 2.12, eerste lid onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het niet past betreft binnen de “Beleidsregels kleine afwijkingen van bestemmingsplannen en planschade 2015”; wordt het bedrag van artikelen 2.3.3.2 en 2.3.3.2a verhoogd met de voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde (externe) kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in (resp.) 2.3.3.3b is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.3.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 12.507,63
|
2.3.3.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):
|
Vervallen
|
2.3.3.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 246,65
|
2.3.3.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 246,65
|
2.3.3.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 246,65
|
2.3.3.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 246,65
|
|
|
|
2.3.4
|
Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.4.1
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):
|
€ 432,19
|
2.3.4.2
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het geen wijziging van gebruik betreft
|
€ 432,19
|
2.3.4.2.a
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het betreft een wijziging van gebruik
|
€ 933,80
|
2.3.4.2.b
|
indien artikel 2.12, eerste lid onder a, onder 2 van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking), voor zover het niet past betreft binnen de “Beleidsregels kleine afwijkingen van bestemmingsplannen en planschade 2015”; wordt het bedrag van artikelen 2.3.4.2 en 2.3.4.2a verhoogd met de voorafgaande aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde (externe) kosten, blijkend uit een begroting die ter zake door of vanwege het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in (resp.) 2.3.4.3b is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.4.3
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):
|
€ 12.507,63
|
2.3.4.4
|
indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)
|
€ 432,19
|
2.3.4.5
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):
|
€ 246,65
|
2.3.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):
|
€ 246,65
|
2.3.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):
|
€ 246,65
|
2.3.4.8
|
indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):
|
€ 246,65
|
|
|
|
2.3.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
2.3.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 716,59
|
2.3.5.2
|
Indien een aanvraag om een vergunning als bedoeld in 2.3.5.1 betrekking heeft op een tijdelijke inrichting (aanwezigheidsduur maximaal vier weken): 25% van het legestarief vermeld in 2.3.5.1
|
|
2.3.5.3
|
Indien de aanvraag betrekking heeft op een vergunning tot wijziging van een vergunning als bedoeld in 2.3.5.1 bedraagt het legestarief indien het betreft:
- a.
uitbreiding van de inrichting: het legestarief vermeld in 2.3.5.1 met dien verstande uitsluitend wordt berekend voor de uitbreiding;
- b.
gewijzigd gebruik van de gehele inrichting: 75% van het legestarief vermeld in 2.3.5.1;
- c.
gewijzigd gebruik van een gedeelte van de inrichting: 75% van het legestarief vermeld in 2.3.5.1, met dien verstande dat de toeslag uitsluitend wordt berekend over de oppervlakte van het gewijzigde gedeelte
|
|
.
|
|
|
2.3.6
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
2.3.6.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk bedraagt het tarief:
|
|
2.3.6.1.1
|
in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, of waarvoor op grond van een provinciale verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo:
|
€ 450,74
|
|
|
|
2.3.7
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of Algemene Plaatselijke Verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 86,28
|
|
Te laat of achteraf ingediende aanvraag
Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.7 worden de leges met betrekking tot het verkrijgen van een omgevingsvergunning voor het vellen of doen vellen van houtopstand verhoogd met € 100,00, indien de aanvraag korter dan drie weken voor aanvang van de aangevraagde activiteit wordt ingediend of de aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de activiteit.
|
|
2.3.8
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
2.3.8.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit ruimtelijke ordening (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten.
|
€ 246,65
|
2.3.8.2
|
Vervallen
|
|
|
|
|
2.3.9
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 246,65
|
|
|
|
2.3.10
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.3.10.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 348,15
|
2.3.10.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.10.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning. Als de activiteit in geen enkel geval kan worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning bedraagt het tarief:
|
€ 246,65
|
2.3.10.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
2.3.11
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.3.11.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft, vermeerderd met
|
€ 220,26
|
2.3.11.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft, vermeerderd met
|
€ 220,26
|
|
|
|
2.3.12
|
Beoordeling bodemrapport
|
|
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:
|
|
2.3.12.1
|
voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport
|
€ 183,84
|
2.3.12.2
|
voor de beoordeling van een archeologisch bodemrapport
|
€ 740,95
|
|
|
|
2.3.13
|
Advies
|
|
2.3.13.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.13.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
|
|
|
2.3.14
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.3.14.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
2.3.14.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven:
|
€ 432,80
|
2.3.14.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.3.14.1.2
|
Indien een begroting als bedoeld in 2.3.14.1.2 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.3.14.2
|
Onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor het indienen van een aanvraag om een verklaring van geen bedenken van Provincie Noord-Brabant in het kader van een natuurtoets voor:
Gebiedsbescherming:
Soortenbescherming door burgers:
Soortenbescherming infrastructureel en gebiedsgericht:
Soortenbescherming overige:
|
€ 4.002,00
€ 2.221,00
€ 6.305,00
€ 4.743,00
|
|
|
|
2.3.15
|
Toets Verordening Ruimte / BZV
|
|
2.3.15.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief voor de beoordeling van de aanvraag aan de Verordening Ruimte en/of Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij of daarmee gelijk te stellen regels van de Provincie Noord-Brabant
|
€ 1.776,25
|
|
|
|
2.3.16
|
Milieueffectrapportage
|
|
2.3.16.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief voor de beoordeling van de aanvraag voor een project waarvoor tevens een verplichte milieueffectrapportage is opgesteld of aan de aanvraag is voorafgegaan, verhoogt met
tenzij deze kosten anderszins in rekening zijn gebracht
|
€ 15.225,00
|
2.3.16.2
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het tarief voor de beoordeling van de aanvraag voor een project waarvoor tevens een vrijwillige milieueffectrapportage is opgesteld of aan de aanvraag is voorafgegaan, verhoogt met
tenzij deze kosten anderszins in rekening zijn gebracht
|
€ 4.060,00
|