Gemeenteblad van Lelystad
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lelystad | Gemeenteblad 2019, 310627 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Lelystad | Gemeenteblad 2019, 310627 | Verordeningen |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Lelystad houdende regels omtrent melden misstand (Regeling melden vermoeden (dreigende) misstand, integriteitschending of onregelmatigheid gemeente Lelystad 2020)
Het college van de gemeente Lelystad,
Overwegende dat het in het kader van de invoering van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren noodzakelijk is lokale regelingen te actualiseren en vast te stellen;
Gelet op het gestelde in artikel 160 lid 1 onder c van de Gemeentewet;
Met instemming van de Ondernemingsraad d.d. 10 oktober 2019;
Na overeenstemming in het georganiseerd overleg d.d. 17 oktober 2019;
REGELING MELDEN VERMOEDEN (DREIGENDE) MISSTAND, INTEGRITEITSCHENDING OF ONREGELMATIGHEID GEMEENTE LELYSTAD 2020
In deze regeling wordt verstaan onder:
Artikel 2. Toepassing regeling
Deze regeling is ook van toepassing op de werknemers van de griffie. Daar waar in deze regeling bevoegdheden zijn belegd bij de gemeentesecretaris, zijn deze bevoegdheden belegd bij de griffier wanneer de melding een medeweker van de griffie betreft. In het geval de melding de griffier betreft dient voor “het college” of “de burgemeester” “de werkgeverscommissie” of de “voorzitter van de werkgeverscommissie” te worden gelezen.
Artikel 5. Interne melding bij een vermoeden van een integriteitschending of onregelmatigheid.
Als de werknemer een vermoeden heeft dat de gemeentesecretaris bij de vermeende integriteitschending of onregelmatigheid betrokken is, moet in deze regeling, daar waar het een vermoeden van een integriteitschending of onregelmatigheid betreft, voor “gemeentesecretaris” “de burgemeester” worden gelezen.
Artikel 6. Bescherming van de melder tegen benadeling
De werknemer die te goeder trouw en naar behoren een vermoeden van een (dreigende) misstand of het vermoeden van een integriteitschending of onregelmatigheid meldt, zal in verband daarmee geen nadelige gevolgen voor zijn rechtspositie ondervinden tijdens en na de behandeling van deze melding bij de werkgever, een andere organisatie of een externe instantie.
Als de werkgever na het doen van een melding een benadelende maatregel neemt, motiveert de werkgever waarom hij deze maatregel nodig acht en dat deze maatregel geen verband houdt met het te goeder trouw en naar behoren melden van een vermoeden van een (dreigende)misstand, integriteitsschending of onregelmatigheid.
Artikel 7. Het tegengaan van benadeling van de melder
Als de melder vindt dat er daadwerkelijk sprake is van benadeling, kan hij dat bespreken met de leidinggevende of de vertrouwenspersoon. De leidinggevende of de vertrouwenspersoon en de melder bespreken welke maatregelen genomen kunnen worden om benadeling tegen te gaan. De leidinggevende de vertrouwenspersoon maakt een verslag van deze bespreking en stuurt dit na goedkeuring door de melder naar de gemeentesecretaris.
Artikel 9. Intern en extern onderzoek naar benadeling van de melder
De melder die meent dat sprake is van benadeling in verband met het doen van een melding van een vermoeden van een (dreigende)misstand, integriteitsschending of onregelmatigheid, kan de gemeentesecretaris verzoeken om onderzoek te doen naar de wijze waarop er binnen de organisatie met hem wordt omgegaan.
Artikel 10. Rechtsbijstandsverzekering
De melder en de personen bedoeld in artikel 8 kunnen aanspraak maken op de voor hen afgesloten rechtsbijstandverzekering, als zij worden benadeeld in hun rechtspositie, terwijl dit verband houdt met het te goeder trouw en naar behoren melding hebben gedaan van een vermoeden van een (dreigende) misstand, respectievelijk het te goeder trouw hebben gehandeld bij het uitoefenen van de in deze regeling beschreven taken of het te goeder trouw afleggen van een verklaring.
Artikel 11. Vertrouwelijke omgang met de melding en de identiteit van de melder
Als het vermoeden van een (dreigende) misstand is gemeld via de vertrouwenspersoon en de melder geen toestemming heeft gegeven zijn identiteit bekend te maken, wordt alle correspondentie over de melding verstuurd aan de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon stuurt dit onverwijld door aan de melder.
Artikel 13. Behandeling van de interne melding door de werkgever
De gemeentesecretaris beoordeelt of een externe instantie van de interne melding van een vermoeden van een (dreigende) misstand, integriteitsschending of onregelmatigheid op de hoogte moet worden gebracht. Indien de gemeentesecretaris een externe instantie op de hoogte stelt, stuurt hij de melder hiervan een afschrift tenzij het onderzoeksbelang of het handhavingsbelang daardoor kunnen worden geschaad.
Artikel 15. Standpunt van de werkgever
Als duidelijk is dat het standpunt niet binnen acht weken kan worden gegeven, dan informeert de werkgever de melder daar schriftelijk over. Daarbij wordt aangegeven binnen welke termijn de melder het standpunt tegemoet kan zien. Als de totale termijn daardoor meer dan twaalf weken is, wordt dit gemotiveerd.
Na afronding van het onderzoek beoordeelt de werkgever of een externe instantie van de interne melding, van het onderzoeksrapport en/of van het standpunt van de werkgever op de hoogte moet worden gebracht. Indien de werkgever een externe instantie op de hoogte stelt, stuurt hij de melder hiervan een afschrift, tenzij het onderzoeksbelang of het handhavingsbelang daardoor kunnen worden geschaad.
Artikel 16. Hoor en wederhoor ten aanzien van onderzoeksrapport en standpunt werkgever
Als de melder in reactie op het onderzoeksrapport of het standpunt van de werkgever onderbouwd aangeeft dat het vermoeden van een (dreigende) misstand niet daadwerkelijk of niet deugdelijk is onderzocht of dat in het onderzoeksrapport of het standpunt van de werkgever sprake is van wezenlijke onjuistheden, reageert de werkgever hierop en stelt hij zo nodig een nieuw of aanvullend onderzoek in. Op dit nieuwe of aanvullende onderzoek gelden dezelfde regels als voor het eerste onderzoek.
De werknemer kan direct een externe melding doen van een vermoeden van een (dreigende) misstand als het eerst doen van een interne melding in redelijkheid niet van hem kan worden gevraagd. Dat is in ieder geval aan de orde indien dit uit enig wettelijk voorschrift voortvloeit of sprake is van:
Deze regeling kan worden aangehaald als “Regeling melden vermoeden (dreigende) misstand, integriteitschending of onregelmatigheid gemeente Lelystad 2020” en treedt in werking per 1 januari 2020 dan wel op de dag van inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren indien deze Wet op een latere datum in werking treedt, onder gelijktijdige intrekking van de op 16 mei 2017 vastgestelde “Regeling melden vermoeden (dreigende) misstand, integriteitsschending of onregelmatigheid gemeente Lelystad 2017”.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-310627.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.