Tweede Wijziging Monumentenverordening gemeente Utrechtse Heuvelrug 2010

Behoort bij raadsvoorstel 25 juni 2019 titel: 2e Wijziging Monumentenverordening Utrechtse Heuvelrug 2010

De raad van de gemeente Utrechtse Heuvelrug;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 25 juni 2019, 2019-155;

 

gelet op de Erfgoedwet, gelezen in samenhang met de Monumentenwet 1988, en artikel 149 Gemeentewet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

 

gelet op de Monumentenverordening Utrechtse Heuvelrug 2010, inclusief de Wijzigingsverordening Monumentenverordening Utrechtse Heuvelrug 2013;

 

BESLUIT

De Beleidskaart archeologie versie 2013 in te trekken;

 

De archeologische Beleidskaart versie 2010 in te trekken;

 

De Beleidskaart Archeologie versie 2019 vast te stellen;

 

En over te gaan tot vaststelling van de volgende Wijzigingsverordening:

2e Wijzigingsverordening Monumentenverordening gemeente Utrechtse Heuvelrug 2010

Artikel I Wijzigingen

De Monumentenverordening Utrechtse Heuvelrug 2010 wordt als volgt gewijzigd.

 

  • A.

    Artikel 1 Begripsbepalingen als volgt wijzigen:

     

    j. archeologische beleidskaart: topografische kaart van het grondgebied van de gemeente Utrechtse Heuvelrug, waarop vindplaatsen, verstoorde gebieden en archeologische verwachtingsgebieden staan aangegeven, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen lage, middelhoge en (zeer) hoge verwachtingswaarde, zoals vastgesteld door de gemeenteraad;

     

    r. verordening: Monumentenverordening gemeente Utrechtse Heuvelrug

 

  • B.

    Artikel 3 De aanwijzing tot gemeentelijk monument lid 2 als volgt wijzigen en toevoegen:

     

    2a. Voordat het college over de aanwijzing een besluit neemt, vraagt het advies aan de monumentencommissie. In spoedeisende gevallen kan het vragen van advies achterwege blijven.

    Na artikel 3 lid 2a het volgende toevoegen:

     

    2b. Voordat het college een besluit neemt over de aanwijzing, brengt het de historische vereniging(en) van de woonkern waar het beoogde monument is gesitueerd in kennis van het voornemen tot aanwijzing en wijst het hen op de mogelijkheid om een advies te geven over dit voornemen. In spoedeisende gevallen kan de kennisgeving achterwege blijven.

 

  • C.

    Artikel 3 De aanwijzing tot gemeentelijk monument lid 7 wordt als volgt gewijzigd:

     

    De aanwijzing kan geen monument betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 3.1 van de Erfgoedwet.

 

  • D.

    Artikel 8 Intrekken van de aanwijzing als volgt wijzigen:

     

    De aanwijzing wordt geacht ingetrokken te zijn, indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.1 van de Erfgoedwet.

 

  • E.

    Artikel 9 Verbodsbepaling als volgt wijzigen:

     

    1. Het is verboden een gemeentelijk monument te beschadigen of te vernielen, of daaraan onderhoud te onthouden dat voor de instandhouding daarvan noodzakelijk is.

 

  • F.

    Aan artikel 17a lid 2 sub a. wordt het volgende toegevoegd:

     

    - hofstede

     

    Artikel 17a lid 2 sub a wordt dan als volgt:

    2.Het verbod in lid 1 is niet van toepassing indien;

    het een verstoring betreft van een archeologische vindplaats die op de archeologische beleidskaart gecategoriseerd is als:

    • historische kern, of;

    • ontginningsassen, of;

    • beschermde landgoederenzone, of;

    • (vroeg)middeleeuwse wegen en paden, of;

    • grafheuvels en de bufferzone van 250 m rond grafheuvels, of;

    • AMK-terrein, niet wettelijk beschermd, of;

    • -

      hofstede

  • en waarbij het te verstoren gebied kleiner is dan 50 m²;

 

  • G.

    Artikel 17b lid 1 wordt als volgt gewijzigd:

    1.Indien binnen het grondgebied van de gemeente Utrechtse Heuvelrug onderzoek wordt uitgevoerd in het kader van opgravingen in de zin van artikel 1.1 sub c en artikel 5.1 eerste lid van de Erfgoedwet, dient, onverminderd de overige bepalingen van deze wet:

 

  • H.

    Artikel 17b lid 1 sub b wordt geschrapt.

 

  • I.

    Artikel 17b lid 2 wordt als volgt gewijzigd:

    2. In nadere regels kan het college bepalingen opnemen met betrekking tot het toezicht op de feitelijke uitvoering van het programma van eisen. Tijdens het onderzoek dienen de aanwijzingen van het college in acht genomen te worden.

 

  • J.

    Artikel 17b lid 3 wordt als volgt gewijzigd:

    3. Om te kunnen beoordelen of een rapport, zoals bedoeld in artikel 17a lid 2 onder g, een programma van eisen en eventuele nadere regels voldoen, vraagt het bevoegd gezag advies aan een deskundige zoals bedoeld in artikel 1 onder y.

Artekel II Inwerkingtreding en overgangsbepaling
  • 1.

    Deze Wijzigingsverordening treedt in werking op de datum na die van bekendmaking.

  • 2.

    Aanvragen om vergunning die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze wijzigingsverordening worden afgehandeld volgens het recht zoals dat gold vóór de inwerkingtreding van deze wijzigingsverordening.

Artikel III Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als “2e Wijziging Monumentenverordening gemeente Utrechtse Heuvelrug 2010”.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 28 november 2019

de raad van de gemeente Utrechtse Heuvelrug

de griffier

W. Hooghiemstra

de voorzitter

G.F. Naafs

Naar boven