Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten
|
|
|
1.1
|
Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf (particulier graf) wordt geheven:
|
|
|
1.1.1
|
in klasse A, voor een periode van 15 jaar
|
€
|
8.157,00
|
1.1.2
|
in klasse B, voor een periode van 15 jaar
|
€
|
3.672,00
|
1.1.3
|
in klasse C, voor een periode van 15 jaar
|
€
|
1.836,00
|
1.1.4
|
in klasse D, voor een periode van 15 jaar
|
€
|
1.122,00
|
1.2
|
Voor een periode van langer dan 15 jaar, in eenheden van 5 jaar, tot een maximum periode van 100 jaar, wordt geheven:
|
|
|
1.2.1
|
in klasse A, voor een periode van 5 jaar
|
€
|
2.719,00
|
1.2.2
|
in klasse B, voor een periode van 5 jaar
|
€
|
1.224,00
|
1.2.3
|
in klasse C, voor een periode van 5 jaar
|
€
|
612,00
|
1.2.4
|
in klasse D, voor een periode van 5 jaar
|
€
|
374,00
|
1.3
|
Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf (particulier urnengraf) wordt geheven:
|
|
|
1.3.1
|
voor een urnengraf, voor een periode van 10 jaar
|
€
|
278,00
|
1.3.2
|
Voor een periode van langer dan 10 jaar, in eenheden van 5 jaar, tot een maximum periode van 100 jaar, wordt geheven voor een eenheid van 5 jaar: een recht gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven in het onderdeel 1.3.1.
|
|
|
1.4
|
Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnennis (particuliere urnennis) wordt geheven:
|
|
|
1.4.1
|
voor een nis voor maximaal 2 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar
|
€
|
408,00
|
1.4.2
|
voor een nis voor meer dan 2 urnen of asbussen, voor een periode van 10 jaar
|
€
|
546,00
|
1.4.3
|
Voor een periode van langer dan 10 jaar, in eenheden van 5 jaar, tot een maximum periode van 100 jaar, wordt geheven voor een eenheid van 5 jaar: een recht gelijk aan de helft van het bedrag dat wordt geheven in de onderdelen 1.4.1 t/m 1.4.2.
|
|
|
1.5
|
Voor het verlengen van het uitsluitend recht bedoeld in de voorgaande onderdelen 1.1 en 1.2 wordt geheven:
|
|
|
1.5.1
|
voor een periode van 5 jaar: een recht gelijk aan de bedragen genoemd in onderdeel 1.2
|
|
|
1.5.2
|
voor een periode van 10, 15 of 20 jaar: een recht gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht voor die periode
|
|
|
1.6
|
Voor het verlengen van het uitsluitend recht bedoeld in de voorgaande onderdelen 1.3 en 1.4 wordt geheven:
|
|
|
1.6.1
|
voor een periode van 5 jaar: een recht gelijk aan het bedrag bedoeld in onderdeel 1.3.2 en 1.4.3
|
|
|
1.6.2
|
voor een periode van 10, 15 of 20 jaar: een recht gelijk aan het bedrag dat wordt geheven voor het verlenen van het uitsluitend recht voor die periode
|
|
|
1.7
|
Indien door het college van burgemeester en wethouders wordt toegestaan dat wordt afgeweken van de volgorde zoals die voor de uitgifte van grafruimte is bepaald, worden de rechten als bedoeld in onderdeel 1.1 verhoogd met:
|
€
|
258,00
|
1.8
|
Indien directe begraving niet aan de orde is, worden de rechten als bedoeld in onderdeel 1.1 verhoogd met:
|
€
|
258,00
|
1.9 Indien zowel artikel 1.7 als 1.8 aan de orde is, worden de rechten als
bedoeld in onderdeel 1.1 slechts eenmaal verhoogd.
|
|
|
Hoofdstuk 2 Begraven
|
|
|
2.1
|
Voor het (her)begraven van een overledene in een particulier graf wordt geheven:
|
|
|
2.1.1
|
in klasse A
|
€
|
911,00
|
2.1.2
|
in klasse B
|
€
|
911,00
|
2.1.3
|
in klasse C
|
€
|
911,00
|
2.1.4
|
in klasse D
|
€
|
456,00
|
2.1.5
|
in klasse E
|
€
|
1.384,00
|
2.2
|
Voor het (her)begraven van een kindje vóór 24 weken zwangerschap (dood geboren of overleden binnen 24 uur)
|
|
|
2.2.1
|
zonder aanwezigheid van familie
|
€
|
200,00
|
2.2.2
|
met aanwezigheid van familie
|
€
|
250,00
|
2.3
|
Indien een begrafenis geheel of gedeeltelijk valt in de buitengewone uren, wordt het recht als bedoeld in de onderdelen 2.1 t/m 2.2.2 verhoogd met:
|
€
|
342,00
|
2.4
|
Onder buitengewone uren wordt verstaan: ma t/m vr voor 10.00 uur en vanaf 17.00 uur, en zaterdag de hele dag
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 3 Bijzetten van
asbussen
en urnen
|
|
|
3.1
|
Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven:
|
|
|
3.1.1
|
in een urnennis (zie onderdeel 1.4)
|
€
|
281,00
|
3.1.2
|
In een urnengraf (zie onderdeel 1.3)
|
€
|
281,00
|
3.1.3
|
in een particulier graf met een maximum van 4 urnen per graf
|
€
|
281,00
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 4 Verstrooien van as
|
|
|
4.1
|
Voor het verstrooien van as op het daartoe aangewezen terrein, wordt per asbus geheven:
|
€
|
82,00
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 5 Grafbedekking en onderhoud
|
|
|
5.1
|
Voor het afgeven van een vergunning tot het aanbrengen van een grafkelder, als bedoeld in artikel 16 van de vigerende Beheersverordening Gemeentelijke begraafplaats Zeist, wordt geheven:
|
€
|
55,00
|
5.2
|
Voor het afgeven van een vergunning voor het hebben van een grafbedekking als bedoeld in artikel 21 van de vigerende Beheersverordening Gemeentelijke begraafplaats Zeist, wordt geheven:
|
|
|
5.2.1
|
voor gedenktekens of andere voorwerpen, per gedenkteken of voorwerp:
|
€
|
67,00
|
5.2.2
|
voor een gedenkteken voor een urnengraf of urnennis, per gedenkteken of voorwerp:
|
€
|
67,00
|
5.3
|
Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte of plaats verstrekt voor 1 januari 2006, daaronder begrepen het onderhoud van grafbedekking als bedoeld in 5.2, kunnen jaarlijks rechten worden afgekocht.
|
|
|
5.4
|
Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van een grafruimte of plaats verstrekt na 1 januari 2006, daaronder begrepen het onderhoud van grafbedekking als bedoeld in 5.2, moeten rechten worden afgekocht voor een periode gelijk aan de periode van grafrecht zoals genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel.
|
|
|
5.5
|
Voor het door of vanwege de gemeente onderhouden van urnengraven (zie onderdeel 1.3) en urnennissen (zie onderdeel 1.4), daaronder begrepen de op het urnengraf of urnennis voorkomende gedenktekens moeten rechten worden afgekocht voor een periode gelijk aan de periode van grafrecht zoals genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel.
|
|
|
5.6
|
De rechten als bedoeld in onderdeel 5.3, 5.4 en 5.5 worden afgekocht door betaling ineens van een som, gelijk aan de contante waarde van de rechten over het tijdvak waarop de afkoop betrekking heeft. Voor de berekening van de bedoelde contante waarde wordt uitgegaan van een rentevoet van 4,5% en een inflatiepercentage van 2% per jaar, en een betaling op uiterlijk het tijdstip waarop de afkoop ingaat.
|
|
|
5.7
|
Voor een overzicht van de tarieven zoals bedoeld in onderdeel 5.6 wordt verwezen naar de bij deze tarieventabel behorende bijlage “Afkooptarieven grafonderhoud”.
|
|
|
Hoofdstuk 6 Lijkschouwing
|
|
|
6.1
|
Voor het schouwen van een stoffelijk overschot, dan wel het sluiten en verzegelen van een kist, door een gemeentelijke lijkschouwer worden de tarieven gehanteerd conform de vastgestelde tarieven voor verrichtingen in dit kader door de schouwer. Voorafgaand aan de werkzaamheden wordt van de kosten melding gemaakt aan de aanvrager door middel van overlegging van de genoemde vastgestelde tarieven.
|
|
|
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 7 Inschrijven en overboeken van
graven of urnenruimten
|
|
|
7.1
|
Voor het inschrijven en overboeken van graven of urnenruimten, bijzettingen in graven of urnenruimten, andere bestemmingen, alsmede andere wijzigingen in het daartoe bestemde register, voor iedere boeking, overschrijving of wijziging, wordt geheven:
|
€
|
19,00
|
|
|
|
|
Hoofdstuk 8 Opgraven
,
ruimen
of schudden van overledenen
|
|
|
8.1
|
Voor het op aanvraag van een rechthebbende van een particulier graf opgraven, ruimen of schudden van een overledene anders dan op rechterlijk gezag, wordt geheven:
|
€
|
845,00
|
|
|
|
|
|