2.1
|
Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 3 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.
|
|
|
|
|
2.2
|
Bouwactiviteiten
|
|
2.2.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief
|
2,07%
|
|
van de bouwkosten met een minimum van:
en met een maximumtarief van
|
€ 130,55
€ 326.957,07
|
2.2.1.1
|
Voor het in behandeling nemen van een principeverzoek in verband met het verkrijgen van een indicatie of een voorgenomen project, dat niet past binnen het vastgestelde bestemmingsplan, in het kader van artikel 2.12 eerste lid onder a2 en a3 Wabo vergunbaar is
|
€ 130,55
|
2.2.1.2
|
Indien een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning voor een binnen 1 jaar na verzenddatum van dit principeverzoek op basis van een principe verzoek uitgewerkt bouwplan in behandeling wordt genomen, wordt de daarvoor geheven leges met de op grond van onder 2.2.1.1 in rekening gebrachte leges verrekend.
|
|
|
|
|
2.3
|
Aanlegactiviteiten
|
|
2.3.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 130,55
|
|
|
|
2.4
|
Planologisch strijdig gebruik
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de onderdelen 2.2 en 2.3:
|
|
2.4.1
|
indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken:
|
€ 271,70
|
2.4.2
|
indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken:
|
€ 271,70
|
2.4.3
|
indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken, exclusief de ruimtelijke onderbouwing
|
€ 4.153,05
|
2.4.4
|
indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo van het exploitatieplan is afgeweken:
|
€ 271,70
|
2.4.5
|
indien met toepassing van artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo voor een bepaalde termijn van het bestemmingsplan of de beheersverordening is afgeweken
|
€ 271,70
|
2.4.6
|
indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens provinciale verordening gegeven regels is afgeweken:
|
€ 271,70
|
2.4.7
|
indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft en met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo van de krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening bij of krachtens algemene maatregel van bestuur gegeven regels is afgeweken:
|
€ 271,70
|
2.4.8
|
Indien met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo van een voorbereidingsbesluit is afgeweken
|
€ 271,70
|
|
|
|
2.5
|
In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid
|
|
2.5.1
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte
|
|
|
tot 1.000 m²
|
€ 736,40
|
|
van 1.000 m² en meer
|
€ 736,40
|
|
Verhoogd met € 0,08 per m² met een maximum van
|
€ 1.110,60
|
2.5.2
|
Indien een aanvraag om vergunning als bedoeld in onderdeel 2.5.1 betrekking heeft op het tijdelijk gebruik van een bouwwerk (gebruiksduur maximaal 6 weken), bedraagt het tarief voor een bouwwerk met een gebruiksoppervlakte
|
|
|
tot 1.000 m²
|
€ 370,25
|
|
van 1.000 m² en meer
|
€ 370,25
|
|
Verhoogd met € 0,08 per m² met een maximum van
|
€ 1.110,60
|
|
|
|
2.6
|
Activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- of dorpsgezichten
|
|
2.6.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een rijks-, provinciaal- of gemeentelijk monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, of artikel 2,2, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoedverordening of artikel 10 lid 2 onder b van de gemeentelijke erfgoedverordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.6.1.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een beschermd monument:
|
€ 302,45
|
2.6.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een beschermd monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 302,45
|
2.6.3
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een beschermd stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder h, of artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo in samenhang met de provinciale erfgoed verordening of artikel 10 lid 2 onder a van de gemeentelijke erfgoed verordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.6.3.1
|
voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een provinciaal of gemeentelijk monument
|
€ 154,25
|
2.6.3.2
|
voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een provinciaal of gemeentelijk monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:
|
€ 154,25
|
2.6.4
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in een krachtens verordening aangewezen stads- of dorpsgezicht, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder c, van de Wabo, waarvoor op grond van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:
|
€ 154,25
|
2.6.5
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit die behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, bedoeld in artikel 2.1 eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 154,25
|
2.6.6
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een project waarbij in, op of aan een onroerende zaak een alarminstallatie aanwezig is/wordt geplaatst die een voor de omgeving opvallend geluid of lichtsignaal kan produceren, bedoeld in artikel 2.2 eerste lid, onder f, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 154,25
|
2.6.7
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die zichtbaar is vanaf een voor het publiek toegankelijke plaats, bedoeld in artikel 2.2 eerste lid, onder h, van de Wabo, bedraagt het tarief (exclusief CRK-advieskosten):
|
€ 154,25
|
2.6.8
|
Vervallen
|
|
|
|
|
2.6.9
|
Natura 2000-activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder a, van het Besluit omgevingsrecht (Natura 2000-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 154,25
|
|
|
|
2.6.10
|
Flora- en fauna-activiteiten (bescherming van soorten)
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2aa, aanhef en onder b, van het Besluit omgevingsrecht (flora- en fauna-activiteit) bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 154,25
|
|
|
|
2.7
|
Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht
|
|
2.7.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 221,40
|
|
|
|
|
Aanleggen of veranderen weg
|
|
2.8
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder d, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of het provinciaal wegenreglement of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten
|
€ 78,60
|
|
|
|
2.9
|
Uitweg/inrit
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor ingevolge een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 78.60
|
2.9.1
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het in, op of aan een onroerende zaak hebben van een alarminstallatie die een voor de omgeving opvallend geluid of lichtsignaal kan produceren, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder f, van de Wabo in samenhang met artikel 2.5.6 van de Algemene plaatselijke verordening, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 78,60
|
|
|
|
2.10
|
Kappen
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo in samenhang met de provinciale bomenverordening of artikel 4:11 van de Algemene plaatselijke verordening bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
€ 42,25
|
|
|
|
2.11
|
Opslag van roerende zaken
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder j of k, van de Wabo in samenhang met de provinciale wegenverordening of artikel 2.1.5.1 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in de andere onderdelen van dit hoofdstuk indien tevens sprake is van de in die onderdelen bedoelde activiteiten:
|
|
2.11.1
|
indien de activiteit bestaat uit het daar opslaan van roerende zaken, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j, van de Wabo:
|
€ 76,35
|
2.11.2
|
indien de activiteit bestaat uit het als eigenaar, beperkt gerechtigde of gebruiker van een onroerende zaak toestaan of gedogen dat daar roerende zaken worden opgeslagen, bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder k, van de Wabo:
|
€ 76,35
|
|
|
|
2.12
|
Andere activiteiten
|
|
|
Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het verrichten van een andere activiteit of handeling dan in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedoeld en die activiteit of handeling:
|
|
2.12.1
|
behoort tot een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder i, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 76,35
|
2.12.2
|
behoort tot een bij provinciale verordening, gemeentelijke verordening of waterschapsverordening aangewezen categorie activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving, als bedoeld in artikel 2.2, tweede lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
€ 76,35
|
2.12.2.1
|
als het een gemeentelijke verordening betreft: het bedrag dat op grond van deze tarieventabel voor de betreffende vergunning of ontheffing verschuldigd is als de activiteit zou worden uitgevoerd zonder omgevingsvergunning;
|
|
2.12.2.2
|
als het een provinciale of waterschapsverordening betreft: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld. Indien een begroting als bedoeld in de eerste volzin is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.
|
|
2.12.2.3
|
Indien de aanvrager de aanvraag binnen vijf werkdagen nadat de in onderdeel 2.12.2.2 bedoelde begroting is bekendgemaakt, ten aanzien van die activiteit schriftelijk intrekt, is ten aanzien van die activiteit geen leges verschuldigd.
|
|
|
|
|
2.13
|
Omgevingsvergunning in twee fasen
|
|
|
Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:
|
|
2.13.1
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;
|
|
2.13.2
|
voor het in behandeling nemen van de aanvraag voor een beschikking met betrekking tot de tweede fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft.
|
|
|
|
|
|
Advies
|
|
2.14.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wettelijk voorschrift aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.
|
|
2.14.2
|
Indien de aanvrager de aanvraag binnen vijf werkdagen nadat de in onderdeel 2.14.1 bedoelde begroting is bekendgemaakt, ten aanzien van die activiteit schriftelijk intrekt, is ten aanzien van die activiteit geen leges verschuldigd.
|
|
|
|
|
2.14.3
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk wordt het bedrag genoemd in 2.2.1. t/m 2.2.1.2. verhoogd met een bedrag zijnde het tarief dat door de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit voor de advisering omtrent de redelijke eisen van welstand inzake de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning in rekening brengt. De kosten die door deze commissie aan de gemeente worden berekend, worden doorberekend aan de aanvrager.
(Artikel 2.14.1 en 2.14.2 zijn niet van toepassing op de advieskosten van de CRK)
|
|
|
|
|
2.15
|
Verklaring van geen bedenkingen
|
|
2.15.1
|
Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:
|
|
2.15.1.1
|
indien de gemeenteraad een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven, tenzij onderdeel 2.4.3. van toepassing is:
|
€ 308,50
|
2.15.1.2
|
indien een ander bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven, tenzij onderdeel 2.4.3. van toepassing is:
|
€ 308,50
|
|
|
|
2.16.
|
Overschrijving vergunning op naam
|
|
2.16.1
|
Het tarief voor het overschrijven van een vergunning op een andere naam bedraagt:
|
€ 130,55
|
|
|
|
2.17
|
Papieren exemplaar
|
|
|
Indien in geval bij een ingediende aanvraag voor omgevingsvergunning welke digitaal is afgehandeld en verzonden bij of na verlening van de vergunning, op verzoek van de aanvrager of gemachtigde verstrekking van een papieren exemplaar van de vergunning en bijbehorende stukken plaatsvindt, wordt het tarief verhoogd met:
|
€ 160,60
|
|
|
|
2.18
|
Duurzaam energie opwekkingsproject
|
|
|
Indien de aanvraag waarvan op grond van deze titel van de tarieven-tabel van de legesverordening leges worden geheven uitsluitend betrekking heeft op een duurzaam energie opwekkingsproject van minimaal 15 kWp (kiloWattpiek), worden de op grond van artikel 2.2.1 (activiteit bouw) verschuldigde leges boven het legesbedrag van € 125.000 (voor activiteit bouwen) verminderd met het vaste bedrag van:
|
€ 26.767,65
|