DE BURGEMEESTER VAN UTRECHT;
Gelet op de artikelen 2:39 en 2:40 van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010, artikel 437, eerste lid, Wetboek van Strafrecht en artikel 2 van het Uitvoeringsbesluit behorende bij artikel 437, eerste lid, Wetboek van Strafrecht;
overwegende dat:
- het gelet op het belang van de aanpak van heling van goederen gewenst is dat handelaren in gebruikte of ongeregelde goederen kunnen worden gecontroleerd;
- artikel 2 van het Uitvoeringsbesluit behorende bij artikel 437, eerste lid, Wetboek van Strafrecht bepaalt dat een handelaar verplicht is aantekening te houden van alle ongeregelde en gebruikte goederen die hij verworven of voorhanden heeft, in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register;
- omwille van een zo efficiënt en effectief mogelijk gebruik van het inkoop- of opkopersregister, een digitale versie is ontworpen, zijnde het Digitaal Opkopersregister (DOR);
- dit digitale opkopersregister is gekoppeld aan een landelijk systeem waarin gestolen goederen worden geregistreerd. Indien een handelaar een gestolen goed registreert maakt het systeem hiervan een melding waardoor gestolen goederen snel kunnen worden getraceerd en heling op een effectieve wijze kan worden tegengegaan;
- het daarom wenselijk is uitsluitend het DOR middels aanwijzing te waarmerken als inkoopregister zoals bedoeld in artikel 2 lid 2 van het Uitvoeringsbesluit, ex artikel 437, lid 1, van het Wetboek van Strafrecht;
- dat bij aanwijzingsbesluit van 17 februari 2017, naast de papieren registratie, het DOR is aangemerkt als register zoals bedoeld in artikel 2 van het Uitvoeringsbesluit behorende bij artikel 437, eerste lid, Wetboek van Strafrecht;
- dat uit gemeentelijke controles blijkt dat door handelaren nauwelijks gebruik wordt gemaakt van een papieren registratie;
- dat het RDW-kentekenregister voorziet in de functie van het DOR voor tweedehands gekentekende voertuigen.
BESLUIT dat: