Gemeenteblad van Vlaardingen
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vlaardingen | Gemeenteblad 2019, 283862 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Vlaardingen | Gemeenteblad 2019, 283862 | Verordeningen |
Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Vlaardingen houdende regels omtrent parkeerbelasting (Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2020-1)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uit laten stappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
Bewonersvergunning: een vergunning op basis waarvan geparkeerd mag worden door de persoon die blijkens de basisregistratie personen ingeschreven staat op een adres gelegen binnen een parkeerzone van het betaaldparkerengebied waar op grond van deze verordening slechts tegen betaling geparkeerd mag worden;
Bedrijfsvergunning: vergunning voor de natuurlijke persoon of rechtspersoon die is ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel of volgens opgave van de Kamer van Koophandel behoort tot de vrije beroepsbeoefenaren, waarvoor geldt dat de natuurlijke persoon blijkens de basisregistratie personen niet ingeschreven staat op een adres in het gebied waar slechts tegen betaling mag worden geparkeerd;
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, als deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
Indien de vergunning in de loop van het kalenderjaar wordt verleend is de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel b, verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de vergunning in de loop van het kalenderjaar wordt ingeleverd, bestaat er aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel b, als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college van burgemeester en wethouders gestelde voorschriften.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer.
In het geval dat het in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer is de parkeerbelasting verschuldigd in een tijdvak, waarbij de hoogte van de belastingschuld oploopt tot het einde van het parkeren.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, als het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon inloggen op de centrale computer.
Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels vaststellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel
De ‘Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2019 van 29 november 2018 (R.nr. 76.2) laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van (R.nr. ) wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Vlaardingen, gehouden
op 7 november 2019
De griffier,
drs. J. Mimpen
De voorzitter,
mr. A.M.M. Jetten MSc
Bijlage 1, tarieventabel deel uitmakend van de Verordening parkeerbelastingen Vlaardingen 2020-1
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Vlaardingen, gehouden
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-283862.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.