Verordening op de heffing en invordering van Brug-, schut- en havengelden 2020 gemeente Utrecht

(raadsbesluit van 14 november 2019)

 

De raad van de gemeente Utrecht;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 10 september met kenmerk 6732296

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

gezien het advies van de commissie Mens en Samenleving van 29 oktober 2019;

besluit vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van Brug-, schut- en havengelden 2020 gemeente Utrecht, met bijbehorende Tarieventabel 2020 en Diensturentabel 2020

 

 

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. vaartuig:

elk drijvend lichaam dat wegens zijn drijfvermogen wordt gebruikt dan wel bestemd of geschikt is voor het vervoer te water van personen of goederen of voor het dragen of vervoeren van al dan niet met het drijvende lichaam één geheel uitmakende voorwerpen

b. meetbrief:

het document als bedoeld in artikel 21 van de Binnenvaartwet

c. ton:

een massa van 1000 kilogram

d. reis:

een ononderbroken verblijf van een vaartuig binnen de grenzen van de gemeente Utrecht alsmede een verplaatsing van een vaartuig, waarbij zowel het punt van vertrek als het punt van aankomst binnen de grenzen van de gemeente Utrecht zijn gelegen

e. vrachtschip:

een schip dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het vervoer van goederen

f. sleepboot:

een schip dat blijkens bouw en inrichting is bestemd of wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere schepen

g. passagiersschip:

een schip dat hoofdzakelijk wordt gebruikt en ingericht is voor het bedrijfsmatig vervoer van meer dan twaalf personen, de bemanning daaronder niet begrepen

h. recreatievaartuig:

een schip, gebruikt of bestemd voor recreatief gebruik of voor het beoefenen van de watersport

i. verhuurboot:

vaartuig voor maximaal 12 personen, dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor bedrijfsmatige verhuur zonder bemanning, aan wisselende personen gedurende korte perioden

j. woonschip:

een vaartuig dat aan romp en opbouw herkenbaar is als schip en dat hoofdzakelijk wordt gebruikt voor of is bestemd tot woon- en nachtverblijf

k. bedrijfsvaartuig:

een schip gebruikt of bestemd als opslagruimte en/of voor de uitoefening van enig beroep, anders dan het vervoer van goederen; onder schip wordt hiermee verstaan een vaartuig dat feitelijk niet geschikt is om te worden gebruikt als middel tot verplaatsing te water;

l. laadvermogen:

het in tonnen uitgedrukte verschil tussen de zoetwaterverplaatsing van een vrachtschip bij de grootst toegelaten diepgang en die van het ledige schip

m. capaciteit:

het aantal personen, de bemanning daaronder niet begrepen, dat een passagiersschip kan vervoeren

n. haven:

alle wateren binnen de gemeente die voor vaartuigen openstaan en bij de gemeente in beheer of eigendom zijn, loswallen, kaden en oevers daaronder begrepen

o. diensturen:

de in de bij deze verordening behorende diensturentabel vermelde tijden, waarbinnen bruggen en de sluis worden bediend

p. dag:

een aaneengesloten tijdvak van 24 uren

q. week:

een aaneengesloten tijdvak van zeven dagen

r. kwartjaar:

een aaneengesloten tijdvak van 90 dagen

s. jaar:

een kalenderjaar

t. overnachting:

een verblijf in de haven tussen 18.00 uur en 6.00 uur daaropvolgend

u. move:

het plaatsen van een container op een vrachtschip dan wel het halen van een container van een vrachtschip door middel van een containerkraan

v. vrachtschip met green award-certificaat:

vrachtschip met milieukeur voor de binnenvaart

w. rondvaartboot:

vaartuig dat is ingericht en hoofdzakelijk wordt gebruikt voor het bedrijfsmatige vervoer van maximaal twaalf personen, de bemanning daaronder niet begrepen.

x: emissievrij vaartuig:

vaartuig dat alleen met emissievrije motor (bijvoorbeeld elektrisch) of met spierkracht wordt voortbewogen

x: emissie vaartuig:

vaartuig dat alleen met brandstofmotor (bijvoorbeeld diesel of benzine) wordt voortbewogen

 

Artikel 2 Belastbaar feit

  • 1.

    Onder de naam bruggeld wordt een recht geheven voor het buiten diensturen openen van bruggen, die in beheer of onderhoud zijn bij de gemeente.

  • 2.

    Onder de naam schutgeld wordt een recht geheven voor het gebruik van de sluis, die in beheer of onderhoud is bij de gemeente.

  • 3.

    Onder de naam havengeld wordt een recht geheven voor het gebruik van de haven voor:

    • a.

      het laden en lossen of overnachten van vrachtschepen;

    • b.

      het opnemen of uitlaten van passagiers door of het overnachten van passagiersschepen;

    • c.

      het innemen van een ligplaats met een verhuurboot, rondvaartboot, woonschip of recreatievaartuig;

    • d.

      het overnachten van overige vaartuigen.

 

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    Belastingplichtig is naar omstandigheden beoordeeld de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, de vergunninghouder, degene aan wie het vaartuig in gebruik is gegeven of degene die als vertegenwoordiger voor één van deze personen optreedt.

  • 2.

    Tenzij het tegendeel blijkt, wordt met betrekking tot het havengeld bij voortgezet gebruik van de haven voor de belastingplichtige gehouden, degene die de aangifte voor de onmiddellijk voorafgaande periode heeft gedaan.

  • 1.

    3 Belastingplichtig voor woonschepen is degene op wiens naam de ligplaatsvergunning is gesteld

 

Artikel 4 Ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    Het bruggeld is verschuldigd bij aanvang van het openen van de brug.

  • 2.

    Het schutgeld is verschuldigd bij aanvang van het gebruik van de sluis.

  • 3.

    Het havengeld voor vrachtschepen is verschuldigd zodra een aanvang wordt gemaakt met het laden of lossen van goederen, dan wel bij de aanvang van een overnachting al naar gelang wat het eerst geschiedt.

  • 4.

    Havengeld voor woonschepen is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar

  • 5.

    Het havengeld voor passagiersschepen is verschuldigd bij de aanvang van een overnachting dan wel zodra het vervoer van personen van uit de gemeente aanvangt, al naar gelang wat het eerst geschiedt.

  • 6.

    Het havengeld voor de overige vaartuigen is verschuldigd bij de aanvang van een overnachting.

 

Artikel 5 Tarief, tijdvak en maatstaf van heffing

  • 1.

    Het tarief, het tijdvak en de maatstaf van heffing zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de toepassing van de tarieven wordt:

    • a.

      een gedeelte van een eenheid van laadvermogen, van oppervlakte of van lengte gerekend voor een volle eenheid;

    • b.

      als laadvermogen in tonnen van een vaartuig aangemerkt, het aantal tonnen zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • c.

      de oppervlakte van een vaartuig gesteld op het product van de lengte over alles en de grootste breedte, zoals deze blijken uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • d.

      de lengte of breedte van een vaartuig gesteld op de lengte over alles respectievelijk de breedte over alles zoals die blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

    • e.

      de termijn voor zover het havengeld betreft, gesteld op de kortste van de in de tarieventabel voor het desbetreffende soort vaartuig genoemde termijn, tenzij voor een langere termijn aangifte is gedaan.

  • 3.

    Indien geen meetbrief wordt overgelegd wordt bij de toepassing van de tarieven het laadvermogen, de oppervlakte, breedte of de lengte ambtshalve bepaald.

 

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1.

    Het bruggeld wordt geheven door middel van een schriftelijke gedagtekende kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een gedagtekende kwitantie.

  • 2.

    Het schutgeld wordt geheven door middel van een schriftelijke gedagtekende kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een gedagtekende kwitantie.

  • 3.

    Het havengeld wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte. De aangifte dient plaats te vinden bij aanvang van de periode waarop de aangifte betrekking heeft.

 

Artikel 7 Termijn van betaling

  • 1.

    Bij aanvang van de bediening van de brug moet het bruggeld tot het bedrag dat blijkens de kwitantie verschuldigd is, worden voldaan met pinbetaling.

  • 2.

    Bij aanvang van de bediening van de sluis moet het schutgeld tot het bedrag dat blijkens de kwitantie verschuldigd is, worden voldaan, met pinbetaling.

  • 3.

    Het havengeld moet worden voldaan gelijktijdig met het doen van de aangifte waarna een gedagtekende kwitantie wordt verstrekt.

  • 4.

    Een naheffingsaanslag dient terstond te worden betaald.

 

Artikel 8 Vrijstelling

  • 1.

    Geen bruggeld wordt geheven voor de bediening van de Industriehavenbrug voor een sleepboot, die in de Industriehaven een sleep moet brengen of moet halen.

  • 2.

    Geen havengeld wordt geheven voor sleepboten voor zover het verblijf is beperkt tot het afleveren of ophalen van een sleep

  • 3.

    Geen brug-, schut- en havengeld wordt geheven voor een patrouille- of controlevaartuig in gebruik bij publiekrechtelijke lichamen.

  • 4.

    Geen havengeld wordt geheven voor:

    • a.

      een hospitaalschip;

    • b.

      een woonschip indien daarvoor liggeld of een daarmee gelijk te stellen vergoeding is verschuldigd aan het de Rijksvastgoedbedrijf, Waternet of Amstel, Gooi en Vecht

    • c.

      voor een vrachtschip dat in de Kernhaven overnacht

    • d.

      een recreatievaartuig met een maximale lengte van vier meter, dat uitsluitend door spierkracht wordt voortbewogen.

 

Artikel 9 Kwijtschelding

Bij de invordering van deze rechten wordt geen kwijtschelding verleend.

 

Artikel 10 Nadere regels met betrekking tot heffing en invordering

Het bestuur van de Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

 

Artikel 11 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De “Verordening brug- en havengeld 2019 inclusief de bijbehorende tarieventabel 2019", vastgesteld bij raadsbesluit van 8 november 2018 (Gemeenteblad van Utrecht 2018, nr. 253177) wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 2020.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2020.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening brug-, schut- en havengelden gemeente Utrecht 2020”.

 

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 14 november 2019.

De griffier,

mr. M. van Hall CMC

De burgemeester,

mr. J.H.C. van Zanen

Tarieventabel (A) en diensturentabel (B) behorende bij de Verordening op de heffing en invordering van brug-, schut- en havengelden 2020, zoals vastgesteld bij raadsbesluit van 7 november 2019

 

A: Tarieventabel brug-, schut- en havengelden 2020

 

 

 

Bruggeld

 

Per opening, per brug, per vaartuig (buiten diensturen)

EUR 74,70

 

 

Schutgeld

 

Buiten diensturen per schutting

EUR 112,60

Binnen diensturen voor:

 

Emissievrije vaartuigen

EUR 3,60

Overige vaartuigen

EUR 5,15

 

 

Havengeld

 

Tarief 1: Vrachtschepen per ton laadvermogen exclusief BTW

 

Per week per reis

EUR 0,11

Per kwartjaar

EUR 1,19

Per jaar

EUR 4,08

 

 

Tarief 1a: Vrachtschepen met green awardcertificaat per ton laadvermogen

 

Per week per reis

EUR 0,07

Per kwartjaar

EUR 0,89

Per jaar

EUR 3,06

 

 

Tarief 2 Vrachtschepen per move:

EUR 0,44

 

 

Tarief 3a Passagiersschepen per persoon capaciteit (Rondvaart)

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per week per reis:

EUR 0,25

Per kwartjaar:

EUR 2,13

Per jaar:

EUR 7,96

 

 

Tarief 3b Passagiersschepen per persoon capaciteit

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per week per reis:

EUR 0,89

Per kwartjaar:

EUR 7,71

Per jaar:

EUR 28,81

 

 

Tarief 4a Recreatievaartuigen met een lengte tot en met tien meter, per vaartuig

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per dag per reis: (overnachtingen)

EUR 14,15

 

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per dag per reis: (overnachtingen)

EUR 20,20

 

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per jaar (ligplaatshouders)

EUR 114,70

 

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per jaar (ligplaatshouders)

EUR 415,00

 

 

 

 

Tarief 4b Recreatievaartuigen met een lengte meer dan tien meter, per vaartuig

 

 

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per dag per reis: (overnachtingen), per meter extra bij boten > 10 meter

EUR 1,42

 

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per dag per reis: (overnachtingen) per meter extra bij boten > 10 meter

EUR 2,02

 

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per jaar (ligplaatshouders) per meter extra bij boten > 10 meter

EUR 11,47

 

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per jaar (ligplaatshouders) per meter extra bij boten > 10 meter

EUR 41,50

 

 

 

 

Tarief 5 Per verhuurboot, per vaartuig

 

Per kwartjaar:

EUR 32,45

Per jaar:

EUR 104,45

 

 

Tarief 6 Woonschepen per m2 oppervlakte per jaar:

EUR 8,96

 

 

Tarief 7 Andere vaartuigen, niet vallende onder de tarieven 1 tot en met 6, waaronder sleepboten, per m2 oppervlakte

 

 

 

Emissievrij (bijvoorbeeld elektrisch)

 

Per week, per reis:

EUR 0,08

Per kwartjaar:

EUR 0,84

Per jaar:

EUR 2,85

 

 

Emissie vaartuigen (bijvoorbeeld benzine, diesel)

 

Per week, per reis:

EUR 0,28

Per kwartjaar:

EUR 3,04

Per jaar:

EUR 10,33

 

 

De tarieven 1, 1a, 2, 3a, 3b, 5 en 7 zijn exclusief BTW om te voorkomen dat veranderingen in het BTW-percentage de tarieven onvergelijkbaar maken. De overige tarieven zijn vrijgesteld van BTW.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B: Diensturentabel

 

 

 

A. Tasmanbrug, JP Coenbrug en Oudenrijnbrug

 

Van 1/1-31/12 alleen op aanvraag 24 uur van tevoren

 

Maandag tot en met vrijdag: 09.00-16.30 uur

 

Zaterdag: 09.00-12.00 uur

 

Zondag: gesloten

 

 

 

Buiten diensturen: op aanvraag, 24 uur van tevoren, 030-2866800

 

Rodebrug, D. van Mollembrug, Stenenbrug, Vondelbrug, Oranjebrug, Zuiderbrug en Liesboschbrug

 

Van 1/4 -15/04

 

Maandag t/m zondag: 09.00 – 16.30 uur

 

 

 

Van 16/04-15/10

 

Maandag t/m vrijdag 09.00 - 16.30 uur en 17.30 - 20.00 uur

 

Zaterdag en zondag: 09.00 – 20.00 uur

 

 

 

Van 16/10-31/10

 

Maandag t/m zondag: 09.00 – 16.30 uur

 

 

 

Van 01/11 – 31/03 alleen op aanvraag 24 uur van tevoren

 

Maandag tot en met vrijdag: 09.00-16.30 uur

 

Zaterdag: 09.00-12.00 uur

 

Zondag: gesloten

 

 

 

Buiten diensturen: op aanvraag, 24 uur van tevoren, 030-2866800

 

Balijebrug, Socratesbrug, Mandelabrug Spinozabrug en Meernbrug (de Meern)

 

Van 1/1 – 31/12 alleen op aanvraag 24 uur van tevoren

 

Maandag tot en met vrijdag: 09.00-12.00 uur en 13.00-16.30 uur

 

Zaterdag: 9.00-12.00 uur

 

Zondag: gesloten

 

 

 

Buiten diensturen: op aanvraag, 24 uur van tevoren, 030-2866800

 

Industriehavenbrug en Werkspoorhavenbrug

 

Van 01/01 – 31/12 alleen op aanvraag 24 uur van tevoren

 

Maandag tot en met vrijdag: 06.30-16.30 uur

 

Zaterdag: 09.00-12.00 uur.

 

Zondag: gesloten.

 

 

 

Buiten diensturen op aanvraag, 24 uur van tevoren: 030-2866800

 

 

Naar boven