Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent groene subsidie (Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen Amsterdam 2020-2022)

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

 

gelet op artikel 3 lid 2 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013,

 

besluit de volgende regeling vast te stellen:

 

Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen Amsterdam 2020-2022

 

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Dagelijks Bestuur: het dagelijks bestuur van een bestuurscommissie als bedoeld in de Verordening op lokaal bestuur, zijnde de rechtsopvolger van het Algemeen Bestuur (AB) van een bestuurscommissie als bedoeld in de Verordening;

  • b.

    ASA 2013: Algemene subsidieverordening Amsterdam 2013;

  • c.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • d.

    boom: aanplant met een stamomtrek van minimaal 20 cm 1 meter van de grond, niet zijnde een niet winterharde boom, knot-, lei of vormbomen of exoten;

  • e.

    groeiplaatsverbetering: verbeteren of vervangen van de grond voorafgaand aan het planten van de boom/bomen;

  • f.

    kosten van arbeid: vergoeding voor werkzaamheden die worden uitgevoerd door een bedrijf dat:

    • i.

      is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, en

    • ii.

      in het bezit is van het certificaat Groenkeur – Boomverzorging;

  • g.

    vaste grond: buiten in de grond, dus niet in een pot of bak.

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel regeling

Het doel van deze regeling is het stimuleren om nieuwe bomen te planten teneinde het bomenbestand op peil te houden. De aanwezigheid van bomen heeft een positieve invloed op de gezondheid van mensen en heeft een gunstige invloed op de reductie van regenwaterafstroming, het verlagen van de hoeveelheid fijn stof en schadelijke gassen, het stedelijke warmte-eiland-effect en de biodiversiteit in de stad.

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Het college kan eenmalige subsidie verlenen voor het aanplanten van één of meer bomen in de vaste grond.

Artikel 4.1 Criteria waaraan de aanvraag wordt getoetst

Grondeigenaren of andere gerechtigden van gronden kunnen in aanmerking komen voor subsidie voor de aanplant van één of meer bomen, indien:

  • a.

    de aanplant een positief effect heeft op de biodiversiteit;

  • b.

    de aanplant de regenwaterafstroom positief beïnvloedt;

  • c.

    de aanplant het hitte-eiland-effect positief beïnvloedt, en;

  • d.

    de aanplant bijdraagt aan het op peil houden of vergroten van de omvang van het bomenbestand.

Artikel 4.2 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Subsidiabele kosten zijn de kosten die door de aanvrager worden gemaakt en rechtstreeks betrekking hebben en naar het oordeel van het college noodzakelijk zijn, voor de aanschaf, het aanplanten, groeiplaatsverbetering en transport van één of meer bomen;

  • 2.

    De kosten van arbeid.

Artikel 5 Subsidieplafond

  • 1.

    Het college stelt voor de activiteiten die volgens deze regeling voor subsidie in aanmerking komen een subsidieplafond vast van € 350.000,-.

  • 2.

    Het college kan per aanvraag:

    • a.

      maximaal 100% van de kosten van een boom, tot een maximum van € 5.000,- per boom;

    • b.

      maximaal 100% van de kosten van arbeid, tot een maximum van € 30.000,-

    • c.

      maximaal € 50.000,- verlenen.

Artikel 6 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 wordt bij de subsidieaanvraag ingediend,

  • a.

    bewijs van eigendom of ander bewijs gerechtigd te zijn op het gebruik van de grond;

  • b.

    een activiteitenplan met daarin opgenomen een overzicht van de uit te voeren werkzaamheden, een beplantingsplan, een ontwerp waarin de maat van de boom en de soort van de boom is opgenomen;

  • c.

    indien van toepassing een kopie van het certificaat Groenkeur – Boomverzorging.

Artikel 7 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9, eerste lid, van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te verlenen als:

  • a.

    de aanplant een herplant ter uitvoering van de voorwaarde verbonden aan een omgevingsvergunning voor het kappen van een houtopstand betreft;

  • b.

    er gegronde vrees bestaat dat de aanvrager niet zal aanplanten conform het beplantingsplan;

  • c.

    de kosten niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat.

Artikel 8 Aanvullende verplichtingen

Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:

  • a.

    de aanplant moet binnen het eerstvolgende plantseizoen (oktober-maart) na subsidieverlening zijn gerealiseerd;

  • b.

    een door de gemeente aangestelde inspecteur wordt op zijn verzoek in de gelegenheid gesteld de uitgevoerde werkzaamheden te inspecteren.

Artikel 9 Verantwoording

In aanvulling op artikel 14, tweede lid, van de ASA 2013 bevat de aanvraag tot subsidievaststelling:

  • a.

    kopieën van originele facturen;

  • b.

    kopieën van betaalbewijzen;

  • c.

    foto’s van geplante bomen.

Hoofdstuk 2 Slot bepalingen

Artikel 10 Intrekken subsidieregeling aanplant nieuwe bomen 2019

De Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen 2019 wordt ingetrokken.

Artikel 11 Overgangsrecht

  • 1.

    De Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen 2019 blijft van toepassing op de op basis van die regeling verstrekte subsidies.

  • 2.

    Een aanvraag om verlening en vaststelling van subsidie op grond van de Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen 2019, waarop bij de inwerkingtreding van deze regeling nog niet is beslist wordt afgedaan volgens de bepalingen van de subsidieregeling aanplant nieuwe bomen Amsterdam 2020-2022.

Artikel 12 Inwerkingtreding en einddatum

  • 3.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking;

  • 4.

    Deze regeling vervalt van rechtswege op 1 januari 2023;

Artikel 13 citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling aanplant nieuwe bomen Amsterdam 2020-2022.

Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 november 2019

De voorzitter

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting subsidieregeling aanplant nieuwe bomen Amsterdam 2020-2022

Algemene toelichting bij de subsidieregeling

 

Inleiding

Uitgangspunt van de gemeentelijke Bomenverordening is ‘Kap mits herplant’. Als er na de kap van een boom geen nieuwe boom op dezelfde plek aangeplant kan worden, dan mag de boom ook elders binnen de gemeentegrens van Amsterdam worden geplant. Als dat niet mogelijk is dan wordt de monetaire boomwaarde van de gekapte boom in euro’s berekend, conform het rekenmodel van de Nederlandse Vereniging van Boomtaxateurs, en gestort in het gemeentelijk Herplantfonds.

 

Het gemeentelijk Herplantfonds maakt het mogelijk om bomen tijdelijk als geld ‘op de bank te zetten’, zodat dit geld gebruikt kan worden voor aanplant van nieuwe bomen.

Iedereen die een omgevingsvergunning voor kap aanvraagt en bomen niet fysiek kan compenseren stort het verschuldigde geldbedrag (de vastgestelde monetaire boomwaarde) in het gemeentelijke herplantfonds.

 

Het geld uit het Herplantfonds wordt primair gebruikt voor aanplant van nieuwe bomen en daarnaast mag het worden aangewend voor het verbeteren van de groeiplaats, zodat de boom of de bomen zich optimaal kunnen ontwikkelen.

 

Vanuit de commissie WB is de wens uitgesproken in deze regeling aandacht te hebben voor de rainproofgebieden en de ontwikkelbuurten. Hier wordt uitvoering aangegeven doormiddel van extra communicatie in deze buurten.

 

Toelichting per artikel:

In het artikelsgewijze deel wordt per bepaling in ieder geval aandacht besteed aan de vraag of bij die specifieke bepaling sprake is van een aanvulling op of van een afwijking van de ASA 2013. Dan wordt de (reden voor de) aanvulling of afwijking toegelicht.

 

Artikel 1 Begripsbepaling

Hier worden definities gegeven van een beplantingsplan, boom, groeiplaatsverbetering en de kosten van arbeid en van de vaste grond waar de bomen in moeten worden geplant.

 

Het begrip ‘boom’ is hier juridisch anders gedefinieerd dan in de Bomenverordening. In de Bomenverordening is een kapaanvraag (omgevingsvergunning) pas nodig vanaf een omtrek van 31 cm (= 10 cm doorsnede). Hier geldt voor aanplant van een nieuwe boom bekostigd uit het Herplantfonds een minimale aanplantmaat van 20 cm (ca. 6,5 cm doorsnede) omtrek gemeten 1 meter boven de grond. Niet winterharde bomen, knot-, lei- , vormbomen of exoten zijn geen bomen als bedoeld in deze regeling. Een exoot is een boom die door mensen is geplant buiten zijn natuurlijke verspreidingsgebied. Meer over inheemse bomen en exoten is te vinden op: http://edepot.wur.nl/179511. Hier staat in tabel 1 een lijst met bomen die in Amsterdam in het algemeen goed bruikbaar zijn.

 

Met groeiplaatsverbetering wordt het verbeteren of vervangen van de grond op de plaats waar de nieuwe boom wordt geplant. Het heeft tot doel om na aanplant de boom of bomen optimaal te laten ontwikkelen. Soms moet het aanwezige (ongeschikte) zandpakket geheel worden vervangen door goede grond. Voor bomen die in de verharding komen te staan is bomenzand nodig.

 

Onder de kosten voor arbeid wordt verstaan de vergoeding voor de werkzaamheden uitgevoerd door een bedrijf dat in bezit is van het certificaat Groenkeur Boomverzorging. Dit certificaat stelt eisen aan de kwaliteit, vakmanschap en onafhankelijkheid van het bedrijf en medewerkers. Ook stelt het eisen aan de bedrijfsvoering. Deze bedrijven overleggen volledige en heldere offertes. Er wordt alleen met gekwalificeerde medewerkers gewerkt en er wordt garantie gegeven op het werk. De bedrijven worden jaarlijks getoetst door onafhankelijke instellingen. Door dit certificaat te eisen is er een grote mate van zekerheid dat de geplante boom of bomen goed gaan groeien. Er zijn een kleine 200 bedrijven in Nederland die over dit certificaat beschikken. Deze zijn te vinden op: https://www.groenkeur.nl/gecertificeerde-bedrijven/

 

Artikel 3 Doel regeling

De vele kleinschalige groene bewonersinitiatieven leveren een substantiële bijdrage in het versterken van het groen in de stad of de verbetering van de bewustwording van het belang van groen in de stad. Verbeteren van het groen in Amsterdam is een grote opgave die alleen in gezamenlijkheid kan slagen.

 

De aanwezigheid van bomen heeft een positieve invloed op de gezondheid van mensen en heeft een gunstige invloed op de reductie van regenwaterafstroming, het verlagen van de hoeveelheid fijn stof en schadelijke gassen, het stedelijke warmte-eiland-effect en de biodiversiteit in de stad. Het doel van deze binnengemeentelijke afspraken is om op gronden binnen de gemeente Amsterdam nieuwe bomen te planten, bij voorkeur op particulier terrein. Deze bomen zijn bedoeld als compensatie van eerder gekapte bomen.

Aanplant van deze bomen draagt ertoe bij dat het bomenbestand in de stad op peil blijft. Dit is een van de doelstellingen van de Bomenverordening 2016.

 

Artikel 4 Subsidiabele activiteiten

Dit artikel geeft aan welke activiteiten voor subsidie in aanmerking komen en welk bestuursorgaan hierover beslist.

 

Artikel 4.1 Criteria waaraan de aanvraag wordt getoetst

In dit artikel zijn de criteria geformuleerd waaraan een initiatief moet voldoen om in aanmerking te komen voor subsidie. Om in aanmerking te komen voor subsidie moet aan alle voorwaarden worden voldaan.

 

Artikel 4.2 Subsidiabele kosten

Dit artikel geeft aan welke kosten subsidiabel zijn. Het betreffen kosten die rechtstreeks verbonden zijn aan het realiseren van de activiteit zijn subsidiabel. Als de aanvrager de omzetbelasting (BTW) kan verrekenen, bijvoorbeeld met de Belastingdienst, beperkt de subsidie zich tot de ‘kale' kosten.

 

Artikel 5 Subsidieplafond

In dit artikel wordt het totaal budget vermeld dat beschikbaar is als subsidiebijdrage voor uitvoering van deze regeling binnen een afgesproken termijn. Als dit plafond bereikt is, dan is het budget op en stopt de regeling, en kan er geen aanspraak meer worden gedaan op subsidie.

 

Artikel 6 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

Naast de standaard verplichtingen die bij elke aanvraag moeten worden aangeleverd, zoals in de ASA 2013 is opgenomen, moet er bij de aanvraag voor deze regeling een aantal aanvullende specifieke gegevens overlegd worden om de aanvraag goed te kunnen beoordelen. Welke specifieke gegevens aangeleverd moet worden, staat in dit artikel opgenomen.

 

Voor het eigendomsrecht is een bewijs van eigendom, erfpacht of verklaring ‘toestemming van de eigenaar’ noodzakelijk.

 

Het ontwerp kan bestaan uit een schets met daarop de plantwijze van de boom of bomen in relatie tot de omgeving, of een foto van de bestaande situatie met daarin de nieuwe situatie getekend.

 

Artikel 7 Weigeringsgronden

Naast de weigeringsgronden zoals geformuleerd in de ASA 2013 zijn er voor deze regeling een aantal aanvullende weigeringsgronden van toepassing die specifiek van aard zijn op deze activiteit. De weigeringsgronden staan in dit artikel opgenomen.

In ieder geval worden niet als subsidiabele kosten aangemerkt de kosten voor / die:

  • de aanplant van een herplanten boom, ter uitvoering van de voorwaarde verbonden aan een omgevingsvergunning voor het kappen van een houtopstand;

  • aanleveren van specifieke documenten;

  • niet in redelijke verhouding staan tot het te verkrijgen resultaat.

 

Artikel 10 Intrekken subsidieregeling Anplant nieuwe bomen 2019

Voor de jaren 2020-2022 is een nieuwe regeling opgesteld, die in werking treedt op de dag van intrekking van de oude regeling, waardoor er in 2019 ook nog subsidie kan worden aangevraagd voor aanplant van nieuwe bomen. De oude regeling zou op 31 december 2019 van rechtswege vervallen, omdat de nieuwe regeling eerder in werking treedt is expliciet intrekken van de oude regeling noodzakelijk.

 

Artikel 11 Overgangsrecht

Omdat bij op basis van de subsidieregeling Aanplant nieuwe bomen 2019 niet meer kan worden aangevraagd wegens het bereiken van het subsidieplafond, gaat de nieuwe regeling in op de dag na bekendmaking zodat ook in 2019 nog subsidie kan worden aangevraagd. Deze overgangsbepaling regelt dat aanvragen onder de oude regeling (die is ingetrokken) die nog niet zijn afgehandeld worden afgehandeld onder de nieuwe regeling. De oude regeling blijft wel van toepassing op de al verstrekte subsidies.

 

Artikel 12 en 13

Ingangsdatum, looptijd en citeertitel worden hier behandeld.

 

 

 

Naar boven