Gemeenteblad van Amsterdam
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2019, 279123 | Verordeningen |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Jaargang en nummer | Rubriek |
---|---|---|---|
Amsterdam | Gemeenteblad 2019, 279123 | Verordeningen |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent groene subsidie (Subsidieregeling particuliere beschermwaardige houtopstanden Amsterdam 2020-2022)
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:
Houtopstand: één of meerdere levende bomen, hakhout, heesters of struiken, boomvormers of andere houtachtige gewassen die onderdeel uitmaken van een houtwal, een grotere (lint)begroeiing van heesters en struiken of een beplanting van bosplantsoen met een omtrek van de stam van minimaal 31 centimeter, gemeten op 130 centimeter hoogte boven het maaiveld, gemeten langs de stam; in geval van meerstammigheid geldt de omtrek van de dikste stam.
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013
De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2013 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.
Artikel 3 Doel subsidieregeling
Het doel van deze regeling is het duurzaam in stand houden van beschermwaardige particuliere houtopstanden binnen de gemeente Amsterdam, door onderzoek en advies en het treffen van noodzakelijke maatregelen voor het duurzaam in stand houden van de beschermwaardige houtopstanden.
Het college stelt voor de activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen een subsidieplafond vast van € 150.000.
Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door de eigenaar van de grond waarop de beschermwaardige houtopstand zich bevindt of een natuurlijk- of rechtspersoon die krachtens een persoonlijk of zakelijk recht het feitelijk gebruik heeft van de grond waarop zich de beschermwaardige houtopstand bevindt.
Artikel 7 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
In aanvulling op artikel 5, tweede lid, van de ASA 2013 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:
In aanvulling op artikel 9, eerste lid van de ASA 2013 weigert het college een subsidie te velrenen als:
Artikel 9 Aanvullende verplichtingen
Naast de verplichtingen op grond van artikel 10 en 11 van de ASA 2013, zijn aan de subsidie de volgende verplichtingen verbonden:
Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 november 2019
De voorzitter
Femke Halsema
De gemeentesecretaris
Peter Teesink
Toelichting Subsidieregeling particuliere beschermwaardige houtopstanden Amsterdam 2020-2022
Algemene toelichting bij de subsidieregeling
In Artikel 10 van de gemeentelijke Bomenverordening staat dat het college een lijst met beschermwaardige houtopstanden opstelt. Dit kunnen zowel gemeentelijke als particuliere beschermwaardige houtopstanden zijn.
De Adviescommissie beschermwaardige houtopstanden adviseert het college om een boom op de lijst te plaatsen. Het college besluit tot vaststelling of wijziging van de lijst met beschermwaardige houtopstanden. Alleen de particuliere beschermwaardige houtopstanden die op de bestuurlijk vastgestelde lijst staan komen in aanmerking voor subsidie.
Amsterdam heeft relatief weinig oude, bijzondere beschermwaardige houtopstanden. Daarom dienen deze extra bescherming te krijgen. De gemeente Amsterdam hecht er veel waarde aan dat ook particuliere, waardevolle houtopstanden voor de stad worden behouden. Door deze bomen op een lijst te plaatsen genieten deze bomen extra bescherming.
Een kapvergunning wordt in beginsel alleen verleend als er sprake is van een algemeen maatschappelijk belang en als in voldoende mate is onderzocht of er geen mogelijkheden zijn om de beschermwaardige houtopstand te behouden. Het voorbehoud dat voor zwaarwegende omstandigheden wordt gemaakt impliceert bovendien dat een bestuursorgaan moet beargumenteren waarom het vindt dat in een bepaald geval van die omstandigheden sprake is en waarom geen alternatieven mogelijk zijn.
Onderzoek naar het duurzaam behoud of het zoeken van alternatieven, zoals bijvoorbeeld het verplanten valt onder deze subsidieregeling.
In het artikelsgewijze deel wordt per bepaling in ieder geval aandacht besteed aan de vraag of bij die specifieke bepaling sprake is van een aanvulling op of van een afwijking van de ASA 2013. Dan wordt de (reden voor de) aanvulling of afwijking toegelicht.
Hier worden definities gegeven van een beschermwaardige houtopstand, de eigenaar, een ETT’er en ETW’er en de maatregelen.
Een beschermwaardige houtopstand bestaat uit één of meerdere levende bomen, hakhout, heesters of struiken, boomvormers of andere houtachtige gewassen met een omtrek van de stam van minimaal 31 centimeter, gemeten op 130 centimeter hoogte boven het maaiveld, gemeten langs de stam; in geval van meerstammigheid geldt de omtrek van de dikste stam. In de praktijk vaak aangeduid als monumentale bomen.
Ook zeer oude klimplanten of heesters kunnen op de lijst met beschermwaardige houtopstanden staan en komen in aanmerking voor deze subsidieregeling.
Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam (ASA) 2013
In dit artikel wordt aangegeven dan naast de voorliggende regeling ook de ASA 2013 van toepassing is.
De vele kleinschalige groene bewonersinitiatieven leveren een substantiële bijdrage in het versterken van het groen in de stad of de verbetering van de bewustwording van het belang van groen in de stad. Verbeteren van het groen in Amsterdam is een grote opgave die alleen in gezamenlijkheid kan slagen.
De aanwezigheid van houtopstanden heeft een positieve invloed op de gezondheid van mensen en heeft een gunstige invloed op de reductie van regenwaterafstroming, het verlagen van de hoeveelheid fijn stof en schadelijke gassen, het stedelijke warmte-eiland-effect en de biodiversiteit in de stad. Het doel van deze binnengemeentelijke afspraken is om op gronden binnen de gemeente Amsterdam oude, waardevolle houtopstanden zo lang mogelijk in stand te houden.
Het in stand houden van deze houtopstanden draagt ertoe bij dat het bomenbestand in de stad op peil blijft. Dit is een van de doelstellingen van de Bomenverordening 2016.
Artikel 4 Subsidiabele activiteit
Dit artikel geeft aan welke activiteiten voor subsidie in aanmerking komen en welk bestuursorgaan hierover beslist.
Artikel 4.1 College kan een eenmalige subsidie verlenen
De kosten voor onderzoek en advies aan een beschermwaardige houtopstand worden uitgevoerd door een van de circa 200 gecertificeerde European TreeTechnians (ETT).
De maatregelen voortkomend uit het advies van een European TreeTechnician worden uitgevoerd door een European TreeWorker (ETW).
Alle maatregelen zijn gericht op een duurzame instandhouding, waarbij alle beschikbare kennis op het gebied van ‘veterane snoei’ als basis wordt gebruikt.
Alleen bewezen maatregelen komen in aanmerking voor subsidie.
Artikel 4.3 Subsidiabele kosten
Dit artikel geeft aan welke kosten subsidiabel zijn. Het betreffen kosten die rechtstreeks verbonden zijn aan het realiseren van de activiteit. Als de aanvrager de omzetbelasting (BTW) kan verrekenen, bijvoorbeeld met de Belastingdienst, beperkt de subsidie zich tot de ‘kale' kosten.
In dit artikel wordt het totaal budget vermeld dat beschikbaar is als subsidiebijdrage voor uitvoering van deze regeling binnen een afgesproken termijn. Als dit plafond bereikt is, dan is het budget op en stopt de regeling, en kan er geen aanspraak meer worden gedaan op de subsidieregeling.
Subsidie kan uitsluitend worden aangevraagd door de eigenaar van de grond waarop de beschermwaardige houtopstand zich bevindt of een natuurlijk- of rechtspersoon die krachtens een persoonlijk of zakelijk recht het feitelijk gebruik heeft van de grond waarop zich de beschermwaardige houtopstand bevindt.
Artikel 7 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens
Naast de standaard verplichtingen die bij elke aanvraag moeten worden aangeleverd, zoals in de ASA 2013 is opgenomen, moet er bij de aanvraag voor deze regeling een aantal aanvullende specifieke gegevens overlegd worden om de aanvraag goed te kunnen beoordelen. Welke specifieke gegevens aangeleverd moet worden, staat in dit artikel opgenomen.
Naast de weigeringsgronden zoals geformuleerd in de ASA 2013 zijn er voor deze regeling een aantal aanvullende weigeringsgronden van toepassing die specifiek van aard zijn op deze activiteit. De weigeringsgronden staan in dit artikel opgenomen.
In ieder geval worden niet als subsidiabele kosten aangemerkt de kosten voor:
toepassing van ‘genezingsmiddelen’ waar geen onafhankelijk onderzoek naar is gedaan en die binnen het vakgebied van boomverzorging niet als algemeen aanvaard te boek staan komen niet in aanmerking voor subsidie. Zo wordt geen subsidie verstrekt aan een behandeling met knoflookproducten tegen bijvoorbeeld luis of een warmtebehandeling tegen kastanjebloedingsziekte.
Artikel 9 Aanvullende verplichtingen
Naast de verplichting zoals opgenomen in de ASA 2013 zijn er voor deze regeling een aantal aanvullende specifieke verplichtingen opgenomen. Deze verplichtingen zijn specifiek van aard op deze activiteit en staan in dit artikel opgenomen.
Alleen een ETT’er met een geldig certificaat mag deze werkzaamheden uitvoeren. Een actuele lijst is te vinden op https://www.eac-arboriculture.com/certified-european-tree-technicians.aspx
Alleen een ETW’er met een geldig certificaat mag deze werkzaamheden uitvoeren. Een actuele lijst met de geldigheidsduur van het certificaat is te vinden op: https://www.eac-arboriculture.com/certified-european-tree-workers.aspx
Artikel 10 Inwerkingtreding, einddatum, citeertitel
Ingangsdatum, looptijd en citeertitel worden hier behandeld.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/gmb-2019-279123.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.